Belangrijke
O.- en S.-besluiten
nu van kracht!
of ouder krijgen geen vergoeding op basis van de be
drijfsomvang, doch een geïndexeerde uitkering die thans
243;bedraagt.
AFBRAAKPREMIE GLAS WORDT 10,— PER M2
CPECIAAL voor de glastuinbouw zijn enkele beslui
ten genomen die zeer gunstig zijn:
De afbraakpremie voor staand glas is verhoogd van
8,tot 10,per m2. Deze afbraakpremie wordt tijde
lijk ook verleend zonder dat sprake behoeft te zijn van
algehele bedrijfsbeëindiging. In dat geval is de verlening
DEGIN december 1974 nam het bestuur van het O.-
en S.-fonds een aantal belangrijke besluiten, die
echter eerst nog door „Brussel" moeten worden goed
gekeurd. Die goedkeuring bleef lang uit, doch is nu ein
delijk verkregen! De volgende besluiten zijn blijkens pu
blicatie in de Staatscourant per 3 april 1975 definitief van
kracht geworden.
Aanvragen voor een bijdrage in het kader van deze
maatregelen moeten worden ingediend bij de districts
bureauhouder. Bijdragen op lopende aanvragen voor een
beëindigingsvergoeding en een glasafbraakpremie, waar
van de datum van de voorlopige overeenkomst dan wel
de datum van de opleveringsverklaring op of na 3 april
1975 is gelegen, zullen uitbetaald worden op basis van
deze definitieve bepalingen.
UITKERINGEN BIJ BEDRIJFSBEËINDIGING
20 HOGER
a. De vergoeding voor de vrijgemaakte cultuurgrond
wordt als volgt:
1.200,per ha bouw- en grasland (was 1.000,-)
ƒ4.800,per ha bloembollen, boomkwekerij (was
ƒ4.000,en voor glastuinbouw (was ƒ3.000,
3.600,per ha voor de overige cultuurgrond.
b. De vergoeding ineens op basis van de bedrijfsomvang
wordt eveneens verhoogd en is thans:
6.000,bij een omvang van 2500 tot 3000 pun
ten (was ƒ5.000,
ƒ1.200,voor elke volgende schijf van 500 pun
ten (was 1.000,
24.000,als maximum van de vergoeding ineens
(was 20.000,—).
In 't algemeen kan worden gesteld dat de vergoedin
gen bij bedrijfsbeëindiging voor personen beneden de 50
jaar met 20 worden verhoogd. Personen van 50 jaar
De afbraakpremie voor staand glas is verhoogd van ƒ8,
tot f 10,per m2 en kan nu worden verleend zonder dat
het gehele bedrijf wordt beëindigd.
van de afbraakpremie gebonden aan de volgende voor
waarden:
afbraak dient betrekking te hebben op het totale tot
het bedrijf behorende glasareaal;
de aanvrage voor deze afbraakpremie dient te zijn in
gediend vóór 1 januari 1977;
de ondernemer dient zich in dat geval te verplichten
voor een periode van zes jaar geen teelt onder glas
van tuinbouwprodukten meer uit te oefenen, alsmede
geen glasopstanden op zijn bedrijf op te richten.
Deze regeling geldt ook voor rechtspersonen.
WIE OF WAT IS ER FOUT
TERUGBLIK OP KRUININGEN
Aan de Hoofdbestuursleden van de ZLM werd tijdens
de maandag gehouden bestuursvergadering een verslag
uitgereikt waarin een samenvatting wordt gegeven van
de vergadering der gezamenlijke kringen dan wel afde
lingen van ZLM, CBTB en NCB in Zuid-Beveland in sa
menwerking met de Ver. voor Bedrijfsvoorlichting aldaar
die op 11 maart te Kruiningen werd gehouden. Het onder
werp was „Komen de boeren aan hun trekken" en „Wie
of wat is er fout?" naar aanleiding van het desbetreffen
de rapport waaraan reeds uitvoerige aandacht in ons
blad is besteed. Wij kunnen niet uitgebreid ingaan op het
geen, tijdens deze druk bezochte vergadering, door de
verschillende inleiders naar voren werd gebracht, en
moeten volstaan met de eindconclusie die de rapporteurs
K. van Nieuwenhuyzen en E. van Hootegem naar aanlei
ding van het gesprokene hebben menen te moeten trek
ken:
„Het rekord aantal bezoekers was zeker niet alleen naar
„Kruiningen gekomen om van de Kamerleden een verlos-
„send antwoord te krijgen op de beklemmende vragen.
„Een concreet antwoord was nauwelijks te verwachten.
„Het gehalte en het gedrag van de bijna 1000 bezoekers
„hebben alom duidelijk indruk gemaakt; hopelijk ook bij
„de overheid. Voor insiders staat het vast dat deze be-
„langstelling gezien moet worden als een duidelijke ad-
„haesie-betuiging voor het genomen initiatief: van onder
„af met duidelijke cijfers aantonen dat het beleid fout is.
„Bijval met het feit dat van onder af inbreng wordt gele
gerd aan standpuntbepalingen en belangenbehartiging.
„De top zal uit het verloop van de vergadering de con
clusie moeten trekken dat de boeren nog steeds tot
„overleg bereid zijn; een overleg dat voor de boer be-
»»9rÜpelijk is, met inbreng van feiten en argumenten uit
„de praktijk. De boer neemt geen genoegen meer met
„politiek pokerspel, waarbij d.m.v. onverstaanbare vol
zinnen nog wat informatie gegeven wordt aan de achter-
„ban. Het moet nu toch wel duidelijk zijn dat de boeren
„stellingname eisen op een wijze die eerlijk is, met een
„helder onderscheid tussen hoofd- en bijzaken". Aldus
de rapporteurs.
Tijdelijk wordt een extra beëindigingsvergoeding in het
kader van het Beëindigingsvergoedingsbesluit verleend.
Deze extra-beëindigingsvergoeding zal worden verleend
indien:
de beëindiging samengaat met afbraak van het volle
dige aanwezige glasareaal;
de aanvrage is ingediend voor 1 januari 1977.
Het normbedrag per ha grond in gebruik voor de glas
tuinbouw dat geldt voor de vaststelling van de uitkering
ineens op basis van de in het kader van het Beëindi-
gingsbesiuit vrijgemaakte cultuurgrond wordt verhoogd
van 3.000,— tot 4.800,—.
Voorbeeld: Tuinder, leeftijd jonger dan 50 jaar, met
4000 m2 staand onverwarmd glas en 10 are overige grond
die ten dienste van de kas worden gebruikt (bassin, pa
den, enz.) wil zijn bedrijf beëindigen middels het O.- en
S.-fonds. Als besloten wordt de kas op te ruimen komt
hij voor de volgende vergoedingen in aanmerking:
Afbraakpremie 4000 x 10,40.000,
Extra beëindigingsvergoeding op basis be
drijfsomvang ƒ1,per punt 6.000,
Beëindigingsvergoeding op basis bedrijfs
omvang (6000 punten 2,40) 14.400,
Vergoeding op basis vrijgemaakte cultuur
grond (tuingrond) 50 are x ƒ4.800,2.400,
62.800,—
Een tuinder met eenzelfde bedrijf, doch ouder dan 50
jaar krijgt niet de vergoeding van ƒ14.400,op basis
bedrijfsomvang, doch ontvangt daarvoor in de plaats een
periodieke uitkering van 243,per maand.
Daarnaast kan ieder die een oude kas heeft deze nu
met ƒ10,afbraakpremie opruimen, zonder het gehele
bedrijf te moeten beëindigen.
BEDRIJFSVERKLEINING VIA S.B.L.
TN 't algemeen komt men niet voor beëindiging via
het O.- en S.-fonds in aanmerking als het bedrijf
gedurende de laatste 5 jaar met meer dan 15% is ver
kleind, behalve als die verkleining een gevolg is van
onteigening. Thans is besloten dat verkoop aan de S.B.L.
niet meer aangemerkt zal worden als een ontoelaatbare
bedrijfsverkleining.
TULPEN
15ESLOTEN is een bijdrage te verlenen in de vernie
tiging van het totaalbezit aan tulpen (tulpenkraam)
van een kweker. Om voor die bijdrage in aanmerking te
komen dient:
de aanvrage voor een bijdrage te worden ingediend
vóór 1 november 1975;
de gehele kraam van tulpenbollen voor 1 januari 1976
op een nader te bepalen wijze te worden vernietigd;
het bedrijf, waartoe de kraam van tulpebollen behoort,
binnen één jaar na datum van aanvrage op een der
volgende wijzen te worden beëindigd door de grond,
waarop de aanvrager op het tijdstip van aanvrage zijn
bedrijf uitoefent:
in eigendom over te dragen,
voor de wettelijke termijn te verpachten,
met een zakelijk gebruiksrecht te bezwaren,
zelf in gebruik te nemen voor niet-agrarische doel
einden.
De bijdrage is vastgesteld op ƒ1,50 per kg werkelijk
vernietigde tulpenkraam, met dien verstande dat het aan
tal kilogrammen waarvoor een bijdrage wordt verleend
nooit groter kan zijn dan het gemiddelde aantal vierkante
meters dat de laatste drie jaren met tulpen is beteeld.
T~ïE Tweede Kamer heeft zich in de week van 18 tot 20
maart beziggehouden met de begroting van het mi
nisterie van Financiën voor 1975. Het woord begroting
doet u misschien denken dat dan in de Tweede Kamer
heel veel cijfers ter tafel komen en dat daarover wordt
gedebateerd. Dat is echtér niet het geval. Het gaat om het
beleid, dat door de minister wordt gevoerd en zal wor
den gevoerd. Er wordt dan gepraat over de werking van
het internationale geldwezen, over de politiek van het
Rijksinkoopbureau en b.v. ook over de vraag of we be
halve het papieren tientje ook een nikkelen tientje zul
len krijgen en of de cent kan worden afgeschaft. Daar
naast ook vele andere zaken grote en kleine.
Onder die andere zaken hoort uiteraard ook de belas-
tingpolitiek in engere zin. Er wordt gesproken over het
fiscale winstbegrip in verband met de nog steeds voort
1'
hollende inflatie. Dat is een van de onderwerpen waar
mee de Commissie Hofstra zich kortgeleden is' gaan be
zighouden. Deze commissie heeft enkele jaren nodig om
allerlei zaken die hiermee verband houden te bestude
ren en zo nodig met voorstellen te komen. Dat is begrij
pelijk. Als er hier en daar iemand isl die denkt dat derge
lijke ingewikkelde problemen in een handomdraai kun
nen worden opgelost dan is dat een misvatting!
Probeert men het wel dan leidt dit alleen maar tot
slecht, soms verkeerd werkende regelingen. Daar weten
we op belastinggebied, b.v. wat de aftrekbaarheid van
kosten van eigen woningen die tot het bedrijf behoren,
van mee te praten!
de Tweede Kamer is er nu aangedrongen niet te
wachten tot de gehele studie van de commissie Hof
stra is afgerond als er over een deelgebied al resultaten
van de studie bekend zijn. Dan moet, zo is gezegd, op dat
betreffende onderdeel de bestaande regeling worden aan
gepast aan de gewijzigde situatie en de nieuwere inzich
ten. De minister en staatssecretaris hebben weer eens ge
zegd dat de regering daartoe bereid is. Dat betekent na
tuurlijk niet dat er van de ene dag op de andere iets ge
beurt. Wèl zal het dan zó zijn dat er minder lang gewacht
moet worden dan wanneer men pas' werkelijk aan iets
begint als een veelomvattende en moeilijke studie (moei
lijk ook voor deskundigen) is klaargekomen.
Men moet er namelijk rekening mee houden dat voor
het totstandbrengen van wetswijzigingen, die van enige
omvang zijn ook al gauw een paar jaar nodig is.
DEHALVE over het fiscale winstbegrip is uitvoerig
gesproken over het weer invoeren van de aftrek-
mogelijkheid van onderhoudskosten van de eigen woning.
Over dit punt urns door een aantal leden een motie inge
diend. Daarin werd aan de regering gevraagd de kwestie
van het weer in aftrek brengen van deze onderhoudskos
ten alsnog in studie te nemen en voor het einde van het
jaar de Kamer over haar bevindingen in te lichten.
Door de regering is uitvoerig betoogd dat het niet ge
wenst was de genoemde aftrek weer in te voeren. De des
betreffende motie is door de Kamer verworpen. Het is
een zaak die de gemoederen zal blijven bezighouden, want
de huidige regeling is voor de belastingplichtige niet be
vredigend.
Een ander punt dat wij nog willen vermelden betreft
de middeling van de inkomens. Over de regeling op zich
wordt niet geklaagd. Alleen over een onderdeel ervan.
Een zeer belangrijk onderdeel overigens, n.l over de
grens* van 5 dus over het belastingverschil dat steeds
blijft bestaan tussen de oorspronkelijk betaalde en de her
rekende belasting over de middelingsperiode. Dat is dus
over de 3 jaar dat de winsten en lonen zijn herrekend.
m
f\OOR Kamerleden werd gevraagd dit percentage in
ieder geval te verlagen. De regering bleek hier niet
bereid. Voor de afwijzing worden twee ar9w™ente"
gevoerd. Het eerste is van principiële aard. Men stelt dat
het systeem van de inkomstenbelasting is het ^"^n
per jaar te bepalen en dat dit systeem alleen in geval van
sterJc svrekende onbillijkheid verbroken mag worden. Bij
verschillen van minder dan 5 acht men die niet aan-
Weplet tweede argument is van praktische
van de grens zou zoveel werk meebrengen dat ze onu -
voerbaar zou worden. Geen van deze
ons aan! Dat helpt overigens metelHet blyft
was! Natuurlijk voorzover op aarde en op belastinggeDi a
iets blijvend is! PAAUWE