De
maand maart
op
zuii
het
d-westelijk landbo
uwbedrijf
AKKERBOUW
7
M. VAN GASTEL en
M A DF HOND
C.A.R. - Goes
de onkruidbestrijding in plaats van op de ligging van
het zaaibed. En bovendien worden bij de grondbewer
king vaak niet alle onkruidplanten voldoende losgewerkt
en andere met grond bedekt. Het aan laten komen op
een behandeling vlak voor opkomst heeft ook z'n bezwa
ren. Zo is er bij toepassing van Gramoxone te kort vóór
of tijdens de opkomst ook riskant wat kiembeschadiging
betreft.
Neem dus het zekere voor het onzekere en werk niet
meer in de grond dan nodig is om een goed zaaibed te
krijgen. Wat chemisch kan moet U in dit geval, bij deze
kwetsbare structuur, niet mechanisch trachten te berei
ken!
KWEEKBESTRIJDING
GRONDBEWERKING
VEEL meer dan in andere jaren zal in deze maand rekening gehouden moeten worden met feiten, die zich
in de afgelopen 3 4 maanden op de percelen hebben afgespeeld m.n. de omstandigheden waaronder
geoogst en geploegd is. Als de natuur ons nu niet wat meer welgezind wordt
met wat nachtvorsten dan tot nog toe het geval is geweest, zal bij de grondbewerking in het komende voor
jaar nog al wat geëxperimenteerd moeten worden. Met welk werktuig er gewerkt moet worden is niet zo belang
rijk, maar wel hoe het geschiedt en op welk moment. Als belangrijke punten moeten daarbij genoemd worden:
1. Begin niet te vroeg, laat de grond ook onderin wat opdrogen, pers deze door te vroeg te beginnen niet struc
tuurloos in één.
Bewerk niet dieper dan porsé noodzakelijk is, probeer het vormen van grove kluiten te voorkomen. Zijn ze
er toch, maak ze, eer ze hard op kunnen drogen zo snel mogelijk fijn en voorkom sintels.
Zaai het zaad op de vochtige ondergrond. Niet midden in de los gemaakte laag van losse grond, hierdoor is
het voor het zaad in een droge periode onmogelijk om bij het bodemvocht te kunnen. Wees niet bang om wat
dieper te zaaien.
Druk het zaad desnoods aan met de drukrollen van de precisiezaaimachine. Wanneer het niet anders kan,
kan ook nog gebruik gemaakt worden van de Cambridge of de gladde rol. Hiermede moet wel tot het uiter
ste worden gewacht.
2.
3.
4.
I-IET aantal typen werktuigen waaruit gekozen kan worden voor de bewerkingen is meestal voldoende groot.
In vele gevallen zal gebruik gemaakt worden van schud- of rotorkopeggen en verder triltandcultivatoren,
beide al of niet, met een verkruimelrol er achter. Met deze werktuigen is dieptestelling goed mogelijk. Wijdt er
dan ook aandacht aan.
„Wacht tot de grond voldoende droog is om ze te bewerken", is een bepaalde uitspraak. Wie stelt echter vast
wanneer de grond voldoende droog voor de eerste bewerking is. Soms kan het zo zijn dat de grond nog wat
vochtig lijkt, maar na bewerking toch snel opdroogt. In vele gevallen kan dan tegen een vochtige ondergrond
gezaaid worden. In 1974 heeft dat bij diegene die vroeg begonnen zijn zeer goed voldaan.
Maak per dag niet meer klaar dan ook direct gezaaid kan worden. In een voorjaar wanneer een slechte struc
tuur van de grond verwacht wordt is dat extra riskant. Na wat regen van betekenis op zaaiklaar gemaakte grond
is de structuur meestal dusdanig verpest dat men zeer lang moet wachten om opnieuw een bewerking uit te
voeren.
Bij al deze punten moet toch gedacht worden aan de woorden van dr. ir. L. C. Zachariasse op de Studiedag
van de Federatie van de Verenigingen voor Bedrijfsvoorlichting op 17 januari j.l. „Beslissingen in het voorjaar ge
nomen bij het bewerken en inzaaien zijn van groot belang voor de opbrengst".
pi veel gevallen is er het afgelopen najaar van de
kweekbestrijding niet veel terechtgekomen. Even
min trouwens als van de bewerking „over de vorst" op
de zware grond die in sommige jaren een aardig steen
tje bijdroeg aan de bestrijding van dit meest geteelde
gewas.
Een intensieve grondbewerking waarbij men mecha
nisch de kweek nog wat terugdringt is zeker bij de op
dit moment zo gevoelige structuur veel te gevaarlijk.
De moeilijkheden bij de opkomst in het voorjaar van
'74 staan ons wat dat betreft nog te duidelijk voor de
geest.
Blijft over de mogelijkheid van een chemische bestrij
ding. In alle andere gewassen dan bieten is het thans
te laat om nog TCA toe te passen. Op percelen waar
men bieten wil zaaien is het hoog tijd een tussenruimte
van 2 a 3 weken tussen het spuiten of strooien van TCA
en het zaaien van de bieten in acht te nemen dit is een
marge waar men niet van af moet wijken. Afhankelijk
van de zwaarte van de grond kan men dan nog 15 a 20
kg TCA per ha aanwenden, méér is te riskant voor bie
ten.
Het is natuurlijk in te denken dat men b.v. langs
slootkanten, zeker na deze zachte winter, een grotere
hoeveelheid op z'n plaats acht om de opdringende kweek
juist daar een krachtdadig halt toe te roepen. Meer dan
30 a 40 kg/ha of 3 a 4 ons per strook van 100 meter lang
en 1 meter breed heeft ook in dat geval geen zin en men
houdt dan waarschijnlijk ook nog net genoeg bieten over
om de grond bedekt te krijgen. En een goede grondbe-
dekkinq is "no altijd een van de beste waarborgen om
kweek er onder te houden.
Bij de teelt van aardappelen kan men op kweekperce-
len gebruik maken van Eptam. Dit middel moet, gezien
de vluchigheid ervan, grondig worden ingewerkt.
Nu worden er aan dat inwerken zeer hoge eisen ge
steld. En zoals het er op dit moment (half februari) uit
ziet is de structuur dit voorjaar niet van dien aard dat
er een ideale situatie voor een intensieve en diepe grond
bewerking zoals Eptam die vraagt, aanwezig zal zijn.
En de eis van 1015 cm diep inwerken moet men niet
onderschatten.
Op percelen waar men Eptam wil gaan gebruiken doet
men er goed aan minstens een dag of tien voor men
denkt te gaan poten een voorbewerking uit te voeren.
De ervaringen met dit middel wijzen er namelijk op
dat met een toepassing op enigszins bezakte en niet te
grof maar eerder vlakliggende grond de beste resul
taten bereikt worden. Ook dan is inwerken onmiddel
lijk na het toedienen van het middel én grondig eis. Dit
geldt zowel voor granulaat als voor de vloeibare vorm.
Eptam is duur, het gebruik lijkt zich dan ook in eer
ste instantie te lenen voor pleksgewijze toepassing of op
BEMESTING
i|\E eerste gegevens over de voorraden aan N in de
grond tot op dit moment zijn matig. De hoeveel
heden blijken uit de gegevens tot en met half januari
wat lager te liggen als in de laatste jaren. In verband
met de zachte winter zou de mineralisatie van de N in
de grond nog wel eens mee kunnen vallen. Let voor de
juiste gegevens op de mededelingen die hierover reeds
in het vorige nummer zijn opgenomen.
We hebben in 1974 een suikerbietenoogst gehad met
een laag suikergehalte. Laten we door de N-gift niet te
overdrijven trachten het suikergehalte wat gunstig te be-
invloeden. Geef dan ook niet meer dan 150 a 165 kg per
ha. Strooi ze zo vroeg mogelijk. Laat geven werkt sterk
op de bladvorming. Verder zal het nu door de hoge prij
zen niet meer interessant zijn om chilisalpeter te ge
bruiken; deze is zeer duur en zeker voor suikerbieten
veel te duur.
Voor aardappelen is het minder bezwaarlijk om meer
N te geven. Door de lange groeiperiode kan afhankelijk
van de voorvrucht en van de bestemming 180 tot 225 kg
N per ha gegeven worden. Deze kan dan ook rendabel
benut worden.
Op een groot aantal bedrijven is het er niet van ge
komen om in het afgelopen najaar tijdig kali en fosfaat
te strooien. Tracht dit thans zo vroeg mogelijk te doen.
Alleen als het wat inregent en later via grondbewerkin
gen door de grond gewerkt wordt en dan via het bodem-
vocht voor de dan nog jonge plantjes bereikbaar is kan
het zijn nut doen. Hoe slechter de sructuur is hoe nood
zakelijker het zal zijn om de kunstmest goed in te wer
ken.
De prijs van het fosfaat is in twee jaar tijds ongeveer
verdubbeld. Daardoor zal het zo zijn dat de laatste aan
vulling van fosfaat door de hoge prijs niet altijd meer
rendabel is. Een kleine beperking zou mogelijk zijn. Haal
echter geen grappen uit op percelen met slechte struc
tuur ,want daar hebben de jonge plantjes het verse fos
faat sneller en harder nodig dan op gezonde grond. De
prijs van de kali is eveneens wat gestegen, de invloed
op de kosten hiervan zal zeer beperkt blijven.
Op vele gronden is het noodzakelijk om regelmatig te
zorgen voor een aanvulling van de voorraad aan orga
nische stof in de grond. De mogelijkheden zijn daarvoor
via de verschillende groenbemesters als 12 tot 15 kg
Noordfranse rode klaver, 15 kg Engels raaigras of
20 a 25 kg Ialiaans raaigras. De Noordfranse rode klaver
moet vroeg gezaaid worden en kan dan zonodig een be
spuiting met MCPA goed verdragen.
Engels raaigras kan tegelijk met de zomergranen wor
den gezaaid, de bovengrondse ontwikkeling is wat be
perkt. Italiaans raaigras moet pas wat later in de dek-
vrucht worden gezaaid in verband met de kansen op
zaadvorming in de nazomer.
Bij een vrij hoge behoefte is het voor tarwe en haver
niet verantwoord alle N in één keer toe te dienen. Alleen
bij gerst zal noodgedwongen alle N in het voorjaar moe
ten worden gegeven. Toediening van een 2e gift is op
dit gewas niet gewenst.
ONTKRUIDBE STRIJDING
Vervuilde percelen! Als gevolg van het zachte weer
ziet men op tal van percelen zich een hoeveelheid zaad
onkruid ontwikkelen, waarvan men moet vrezen dat het
met een normale grondbewerking voor het zaaien, niet
of onvoldoende zal worden vernietigd. Maar al te ge
makkelijk is men dan genegen om er meer keren en
ook dieper in te gaan rijden. Voor de structuur zou dit
wel eens funest kunnen zijn.
Met Reglone en Gramoxone de laatste bij aanwezig
heid van grassen kan men tot enkele dagen voor het
zaaien vrijwel alle onkruid vernietigen. De methode om
eerst de grond te bewerken, dan te zaaien om vervol
gens kort voor de opkomst nog te spuiten onder het
motto „ik kan dan altijd nog zien of het nodig is" leidt
in de praktijk vaak tot teleurstellingen. Meestal zal men
dan toch de grondbewerking weer gaan afstemmen op
Suikerbieten blijken het na klaver beter te doen dan na
een grasgroenbemestingsgewas. Het is raadzaam bij de
keuze van een groenbemester reeds rekening te houden
met het daaropvolgende gewas.
de stroken langs de slootkanten. Ons inziens zou er bij
de kweekbestrijding juist wat de eerste rijen langs de
slootkanten betreft veel meer gebruik gemaakt kunnen
worden van Eptam. In zo'n geval is 0,10 per m2 gauw
verantwoord ook al is het dan een behandeling die in
feite 1.000,per ha aan middel kost. Maar wat zou
gospeeën rieken met de hand kosten per vierkante me
ter, vandaag aan de dag? En wat kost het als men de
kweek z'n gang laat gaan?
WINTERTARWE
IN het afgelopen „zaaiseizoen" zijn er in de winter
tarwe zeer weinig bodemherbiciden toegepast. Het
was veelal amper mogelijk om te zaaien, laat staan om
er dan ook nog eens met een spuitmachine overheen te
(Zie verder pag. 15)