Rond de Schelde Vroeg zaaien - Regel en uitzonderingen Arbeidsinkomen in de landbouw steeds verder onder druk Aardappelen poten, maar ook nog rooien 5 Terwijl we begin maart deze regels vanuit WALCHE REN schrijven, is de periode met lichte vorst en over dag stralend weer, alweer voorbij. De laatste dagen van februari droogde het flink. Op Walcheren was de regen- hoeveelheid in deze maand niet hoog, ruim 20 mm. Er is dan ook begonnen met het zaaien van zomertarwe. Een aantal percelen waren bewerkbaar met de kultiva- tor. Het zaaien gebeurt met de centrifugaal kunstmest strooier. Voor het zaaien van andere gewassen was het nog aan de vroege kant en voorai de onbekwaamheid van de ondergrond weerhield de meeste boeren nog om bijv. vlas of erwten te zaaien. Hoewel het vorig jaar zo was, dat degene die maar vroeg gezaaid had (wie zei daar knoeien), nog de beste opkomst te zien gaf, moe ten we dit toch niet als regel beschouwen. En kunnen zich ook omstandigheden voordoen waarbij de trekker- sporen er in het gewas een heel groeiseizoen van getui gen, dat er bij de inzaai en de voorafgaande bewerkin gen iets mis geweest is. Op de percelen waar de struk- tuur nog veel te wensen overlaat, vooral wat het diepe re gedeelte van de bouwvoor betreft, zullen daarom toch wel» voorzichtig te werk moeten gaan. Ook zullen we het aantal bewerkingen zoveel mogelijk moeten combineren, teneinde het aantal sporen zo gering mogelijk te doen Door de nachtvorstjes is ook op ZUID-BEVELAND de grond bovenop wel aardig opgeknapt. De grond is wat opgedroogd en valt bij het bewerken goed uitéén. Het is wel zo, dat men bij de bewerkingen moet trachten zo oppervlakkig mogelijk te blijven. Onderin deugt er nog niet veel van. Zeker niet op die percelen waar men veel modder en water heeft ondergeploegd. Ondanks dat is er in de maand februari toch al heel wat gezaaid, zoals zomertarwe, zomergerst erwten, vlas en uien', evenzo zijn er al plantuitjes geplant. Aan de andere kant staat echter dat er toch nog heel wat werk moet gebeuren dat anders al in het najaar geschiedt. Daarbij speelt het aardappelrooien en het zaaiklaar maken van de daardoor nog vrij komende grond de voornaamste rol. Het rooien van de aardappels vordert regelmatig. Gedurende de laatste week bleek de grond al aanmerkelijk beter te werken en te zeven. In het algemeen is de vorstschade nog vrijwel nihil. Daar tegenover staat dat de vorst veel te licht is geweest om de bovenliggende en bovenge brachte knollen voldoende te laten bevriezen. Ondanks dat al meerdere jaren verteld wordt, dat we in het zuidwesten aan ons maximum van de bietenteelt zitten, wordt aan de hand van de oppervlakten opgege ven voor de zaadleveranties toch nog gerekend op een toename met enkele procenten. Omdat vele aardappelte lers nog geen pootgoed hadden besteld, terwijl de poot- goedprijzen steeds hoger worden, ziet het er nu naar uit dat de oppervlakte aardappelen wel eens wat geringer zou kunnen worden als eerst werd verwacht. Steeds meer valt te beluisteren dat men op de bedrijven bijna iedere dag opnieuw te maken krijgt met kostenverho gingen. De waardering voor de vastgestelde prijzen wordt steeds geringer. Worden, op welke wijze dan ook, geen betere prijsmaatregelen verkregen, dan zou het er voor vele bedrijven wel eens erg somber uit kunnen gaan zien. Op meerdere piaatsen wordt danig gerekend om na te gaan boe de werkelijke kosten voor 1975 zijn en welke opbrengstprijzen hierbij zouden moeten behoren om een aanvaardbaar, met andere beroepen vergelijkbaar arbeidsloon voor de ondernemer mogelijk te maken. Alleen, rekenen en vergelijken, is niet genoeg. De kostprijs zal ook betaald moeten worden! Deze week zagen we op THOLEN en ST. PHILIPS- LAND aan de ene kant van de dijk aardappelen rooien en aan de andere kant aardappelen poten! Je moet dan bijna de kalender gaan raadplegenom te weten in welk seizoen we zitten! Toch zijn er bij ons eind februari nog heel wat aardappelen gerooid en het ging nog rede .ijk goed ook. Als we goed weer houden tot het moment dat u dit leest, dan zullen de meeste aardappelen in onze streek wel gerooid zijn. Het zijn uiteraard alleen nog die percelen waar nog geen of weinig waterrot in voor komt. De rest is reeds uitgekultivatord, in de hoop dat ze zouden bevriezen. Dit is slechts aan de bovenkant gebeurd, zodat we nog veel uitloop verwachten en met alle nare gevolgen vandien! De nu gerooide aardappelen worden veelal direkt afgevoerd naar de zetmeelfabriek. Men heeft dan ook geen droog-, sorteer- en uitvalkosten meer, zodat het verschil met de huidige marktprijzen betrekkelijk gering is en de rooikosten tenminste be taald worden. De prijzen zijn over de gehele linie slecht en we zien een jaar van hard werken onder slechte om standigheden dan ook beloond met een slecht, helemaal geen, of een negatief inkomen. We bemerken dan ook overal een opstandige sfeer en terecht naar-onze mening! Donderdag 27 februari j.l. hield onze kring haar al gemene vergadering. Door het goede weer was de op komst maar matig. Jammer, want het was een interes sante vergadering. Ons kringbestuur had gemeend in deze vergadering de diverse scholen, militaire onderde len als ook de plaatselijke coördinatoren een blijk van waardering te overhandigen in de vorm van een ge- denktegel, voor hun inzet tijdens de oogsthulp 1974. Een goede gedachte, die gezien het aantal aanwezige militairen en vertegenwoordigers van scholen, zeker in de smaak is geval.en! In deze vergadering hebben we ook onze nieuwe voorzitter kunnen beluisteren. Een gedegen en interresant betoog waaruit wel bleek dat men in de top van onze organisatie het konflikt niet uit de weg zal gaan als dat nodig blijkt en er geen andere mogelijkheden meer zijn. Tholen en Sint Fhilipsland staan achter u! Terwijl er nog gewerkt wordt om aardappeloogst 1974 van het land te krijgen, blijkt men alweer zo hier en daar bezig te zijn met aardappelpootgoed van de vroege rassen in de grond te doen! zijn. Door de lichte vorst die we een aantal dagen heb ben gehad, is de struktuur van de grond in de bovenste centimeters, nu mooi kruimelig. Vooral op de vlakgeplocg- de grond moet het wel mogelijk zijn daar een redelijk goed zaaibed te maken. In ons gebied verandert er op enkele bedrijven nogal wat. De me.kveestapel wordt opgeruimd en er komt mestvee in de plaats of het grasland wordt grotendeels gescheurd. Anderzijds zijn er ook bedrijven" waar de melkveestapel nog wordt uitgebreid, o.a. met het oog op de aanschaf van een melktank. Het afschaffen van de melkbussen gaat zijn schaduwen steeds scherpen vooruit werpen. Het tijdstip waarop een keuze moet wor den gemaakt, komt steeds dichter bij! Er is nog tijd voor bezinning! De financiering zal de komende maanden op veel bedrijven wel eens zorgen baren, niet alleen op de landbouwbedrijven, maar ook bij de loonwerkers. Het is een publiek geheim dat verschil.ende kollega's nog in het krijt staan bij een loonwerker. Dit is geen gezonde zaak. Het gaat niet aan de loonwerker te gebruiken als financier voor de eigen financiële problemen. Ook de loonwerker werkt doorgaans met duur vreemd geld en moet ook aan zijn verplichtingen voldoen. Voor bewezen diensten die meer dan drie maanden geleden zijn uit gevoerd, dienen we onze betalingen toch wel op een re delijke termijn na te komen! UITVOERING AARDAPPELKNOLZIEKTEN- VERORDENING ZUID-WEST NEDERLAND OPGESCHORT TOT VOORJAAR 1976 TN verband met de risico's van de gevreesde aard- appelknolziekte Phoma werd voor de provincies Zuid-Holland, Zeeland en Noord-Brabant, voorzover lig gend binnen het keuringsgebied Delta-Nederland, de zgn. Aardappelknolziekte-verordening ingesteld. Door allerlei omstandigheden blij'kt er onvoldoende vooroverleg en publiciteit aan het in werking treden van deze verorde ning te zijn besteed. In verband hiermee hebben de Gewestelijke Raden voor Zeeland, Zuid-Holland en Noord-Brabant dan ook besloten om de bovengenoemde verplichting voor de ge bruikers van eigen geteeld pootgoed voor dit voorjaar op te schorten tot het jaar 1976. ^E regeling houdt in het kort in, dat elke teler ver plicht is om voor de aardappelteelt pootgoed te gebruiken, dat op de een of andere wijze is onderzocht op het voorkomen van Phoma. Pootgoed dat door de N.A.K. is goedgekeurd, voldoet automatisch aan deze eis; het is daarom van belang de certificaten van aangekocht pootgoed te bewaren! Wanneer men in het voorjaar 1976 niet-N.A.K.-gekeurd pootgoed wenst uit te planten, zal dit materiaal dus eerst moeten worden onderzocht. Uitplant van dit materiaal mag pas plaatsvinden na een gunstige uitslag van de Keuringsdienst. De duur van het onderzoek bedraagt on geveer 10 weken, zodat bemonstering (door de Keurings dienst) en onderzoek het best in het najaar uitgevoerd 'kunnen worden. Indien men in 1975 op eigen bedrijf zelf pootgoed voortbrengt, bestemd voor de consumptieteelt in 1976, dan kan het najaarsonderzoek vervangen worden door onderzoek van het uitgangsmateriaal dat in 1975 de grond in gaat! Een verzoek tot bemonstering van dit ma teriaal dient in dat geval eveneens te worden gericht aan de Keuringsdienst Delta-Nederland te Goes (tel.: 01100 4710) en wel vóór het planten. ONTHEFFING VRUCHTWISSELINGSVOORSCHRIFTEN AARDAPPELTEELT IN VERBAND MET STRUCTUURBEDERF MOGELIJK Als gevolg van de slechte weersomstandigheden in de afgelopen maanden, hebben veel zavel- en kleigron den te lijden gehad van structuurbederf. Het gevolg kan zijn dat bepaalde percelen in 1975 niet bruikbaar zijn voor het in het bouwplan geplande gewas. Het kan ook voor komen dat bepaalde percelen juist zeer geschikt zijn voor de aardappelteelt, maar op grond van de vruchtwisse- lingsvoorschriften hiervoor niet in aanmerking komen. In dringende gevallen kan men een met redenen om kleed verzoek om ontheffing van deze vruchtwisselings- voorschriften indienen. Opgemerkt zij, dat deze regeling uitsluitend betrekking heeft op het jaar 1975. Formulieren hiertoe zijn verkrijgbaar bij de gewestelijke raden van he? Landbouwschap. Het is weer maart en dan krijgt de boer weer een an der gevoel in de benen. Gewapend met een heleboel plannen stapt hij zijn land nog eens over om te zien welk schema straks het beste past bij elk perceel en bij elk gewas. De moeilijkste periode is voor de boer wel het voorjaar, omdat men pas achteraf weet wat men goed of fout heeft gedaan. Vooral het samenstel len van het bemestings- en het spuitplan eist veel denk en rekenwerk. Dankzij de opgedane ervaring en de goe de voorlichting krijgen we echter steeds meer houvast om in deze goed in de roos te kunnen schieten. Min of meer blijft het echter toch een gok, omdat we niet alle omstandigheden in de hand hebben, want ook Moeder Natuur speelt er een heel grote rol in mee. Verder wordt onze bedrijfsvoering steeds meer en meer een „one-man-show", waarbij een teveel aan onkruid niet meer past en waardoor we genoodzaakt worden om de chemische onkruidbestrijding aan de basis op de scherp te van de snede toe te passen. Alle bestrij dingen na op komst maken het geheel weer duurder en vragen ook weer extra zorg. In alles moet ons streven er op gericht zijn om topopbrengsten van een uitmuntende kwaliteit te oogsten en ook dan nog ziet onze toekomst er niet rooskleurig uit. Zoals uit de harde akkerbouwcijfers uit het rapport van Noord-Beveland blijkt, moeten we toch wel reke ning houden met een grote toename van de bedragen welke gemoeid zijn met de exploitatie van een bedrijf en tevens van de jaarlijkse afname van het arbeids inkomen van de ondernemer. Een goede boekhouding is de spiegel van het bedrijf en we kunnen nooit genoeg daarin kijken. Noodgedwongen gaat de ondernemer met slechts een luttel bedrag aan arbeidsinkomen zijn af schrijvingen consumeren en het is bekend wat dat op den duur voor noodlottige gevolgen kan hebben. Het is daarom in het rapport goed gestexd, dat de bedrijven wat de mechanisatie betreft modern moet blijven en daarvoor zullen ruime investeringen noodzakelijk zijn. In alles begint het er op te lijken, dat we op een soort keerpunt zijn beland. Ook voor de loonwerkers zijn de investeringen niet meer bij te benen en vooral hoort men de klacht dat er zelfs met de maaidorsers geen droog brood meer te verdienen is! Een logisch gevolg is, dat deze machines niet meer worden vernieuwd, maar slechts met wat noodreparaties in stand worden gehouden. Op den duur heeft dit zijn consequenties, want goede machines zijn een onmisbare schakel in de moderne bedrijfsvoering. Overduide.ijk blijkt uit het verslag van de studiedag suikerbietenteelt van Tholen en Sint Philipsland, dat grotere rooimachines het goed koopste werk leveren Samenwerking van de telers en loonwerkers is voor dit systeem een eerste vereiste en het is bijzonder goed te noemen dat jonge mensen ge zamenlijk aan tafel zijn gaan zitten en berekeningen hebben gemaakt van hun bedrijfsvoering. Op deze wijze begrijpt men elkaar ook beter en leert men ook veel van elkander. Voor ons is het ook van belang deze rap porten niet zonder meer voor kennisgeving aan te ne men, doch ook voor onszelf eens uit te rekenen wat onze eigen mechanisatie kost en ons geheie bedrijf eens te spiegelen aan hun harde cijfers. Kennis is ons beste wapen zodat later niemand kan zeggen: „Vergeef het hun, want ze weten niet wat ze doen!"

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1975 | | pagina 5