'tis boog tijd
voor do eerste
stikstofgift
op uw grasland
LANDBOUWSCHAP
kA^
In beweging vjMV?
blijven
I-JET in beweging blijven is zo een (on)heilig moe
ten geworden, ja tot aan verwordenheid toe. Vóór
de oorlog kwam in een bekend liedje de volgende zin
voor: ,,dat zou je wel willen dat wil iedereen, maar juist
het verlangen, dat houd je op de been". Welnu het liedje
van verlangen wordt nog altijd gezongen, zij het in iet
wat andere bewoordingen. Hoe dan ook, we willen op
CSV
VAN HET
Kruispunt van
veel wegen
Kostenstijging in praktijk onrustbarend
4
Drs. J DIJKGRAAF,
L.C.C. - Goes.
T")IT hoofdkopje duidt al aan, dat we met aktie, met
beweging van doen hebben. Ons bestaan is in
feite een en al dynamiek, in beweging zijn. Hoe onge
lukkig voelen we ons niet als we niet uit de voeten kun
nen met wat dan ook maar. Het niet vooruit kunnen frus
treert ons. We voelen ons belemmerd in ons mens zijn.
Zeker als alles om ons heen zich in een hoog tempo
voltrekt. Het decor wisselt met het uur, waardoor onze
eigen vertragingen des te sterker naar voren springen.
Vandaar dat gejaag om ook prestaties te leveren, want
achterblijven is wel het ergste geworden wat een mens
kan overkomen. En dan te weten, dat er zoveel achter
blijvers zijn om diverse redenen. Velen voelen zich be
slist niet gelukkig.
VERLANGEN
de been en daarmee in beweging blijven. Maar nu moe
ten we daarvoor gemotiveerd zijn. ledereen moet gemo
tiveerd zijn dat wil zeggen duidelijke redenen hebben
voor z'n gedragingen. Zo zeggen we, dat iemand goed
gemotiveerd is voor z'n werk als hij een juiste taakop
vatting heeft. Heeft hij die niet dan kan hij ook z'n werk
niet goed doen. Nu ligt het natuurlijk minder eenvoudig
als we hier neerschrijven. Ook motivatie is geen kwestie
van zwart of wit alleen. Hoe komen we aan onze motie
ven? Soms weten we zelf nauwelijks wat ons beweegt,
wat ons drijft. De achterliggende ,,in beweging zetters"
komen meermalen uit grote diepten naar boven of blij
ven geheel of grotendeels verborgen.
MOTIEVEN
ELD, macht, status, eer, invloed, vlucht (waaruit dan
ook), aanzien zijn zo een aantal bekende drijven
de krachten. De meesten zien er niet erg vleiend uit al
thans ze worden niet of niet meer hoog aangeslagen.
Integendeel ze worden als té ,,ik" gericht terzijde ge
schoven als zijnde verkeerde en onzuivere motieven.
Maar mensen die zich voor anderen inzetten zonder op
zichzelf te letten worden ook gewantrouwd. Dat is ge
woon té mooi om waar te zijn en aan verborgen bedoe
lingen of bijbedoelingen wordt dan niet getwijfeld. IJdel
heid hoort ook in het rijtje thuis. Toch zijn we hier niet
mee klaar. Belangeloze inzet behoort gelukkig nog geens
zins tot het verleden. In stilte wordt veel goeds gedaan.
Meer dan we denken. En hoeveel mensen zetten zich niet
in voor hun gemeenschap of hun groep in kleinere en
grotere verbanden.
VOOR ANDEREN
KTOEMEN we de bestuurders van organisaties, co-
operaties en vele andere instellingen. Ze worden
door hun collega's niet altijd gunstig beoordeeld, maar
desondanks zetten ze zich voor anderen in zonder dat
daar veel tegenover staat als direkt voordeel. Bestuurs
lid zijn is beslist geen lolletje in onze kritisch ingestelde
samenleving. Schouderklopjes zijn naar ons gevoel wat
al te schaars geworden. Toch is de voldoening over het
geen voor de gezamenlijke belangen verricht wordt nooit
weg te cijferen. Daar worden steeds weer mensen voor
Landbouwkundig Bureau
d«r Nederlandse Stikstofmeststoffen Industrie
Thorbeckelaan 360 - Den Haag - Telefoon (070) 25 4000
gevoi.aen. En we blijven ze hard nodig houden. Mensen,
die goed gemotiveerd in beweging blijven en dat doen
om voor anderen en zichzelf verantwoordelijkheid te dra
gen. Het betekent uit het stoeltje achter de kachel van
daan komen en het pad opgaan. Altijd opnieuw worden
mensen gegrepen door de gedachte zich met en voor
anderen te kunnen inzetten. Wel dan kunnen we de moed
erin houden. Mensen met inzet zijn doorgaans ook goed
gemotiveerd. Ze weten wat ze willen en zien het doel
van hun inspanningen duidelijk voor zich. Zolang zulke
mensen aantreden kunnen we doorgaan met in bewe
ging te blijven. Wel moeten we ernstig proberen ze goed
gemotiveerd te houden. Ik zie het niet meer zitten" moge
een leuk liedje zijn, maar mag nooit de harde werkelijk
heid worden! Dan blijven we beslist niet meer in bewe
ging. En dat mag niet gebeuren!
B. A. BOKMA
Afdeling Voorlichting
TUSSEN Keulen en Parijs ligt de weg naar Rome, is
ons in de kleuterjaren geleerd. Wat ouder gewor
den, leer je dat het niet zo eenvoudig is. Dan blijken er
vele wegen naar Rome te gaan, zoals het gezegde luidt.
In de organisatiewereld van de land- en tuinbouw zijn
er ook vele wegen. Hoe verschillend die ook mogen zijn,
zij hebben gemeenschappelijk dat de aanleg ontstond uit
de behoefte van een aantal mensen om gezamenlijk langs
die weg een bepaald doel te bereiken. In de loop der
jaren zijn wegen samengevoegd, opgebroken, verdwe
nen of is er een snelweg van gemaakt.
Zoals in een wegenstelsel gebruikelijk is, ontstonden
er kruispunten. Na de laatste were.doorlog is een heel
belangrijk kruispunt gebouwd in het wegenstelsel van de
land- en tuinbouworganisaties: het Landbouwschap. In
aansluiting op het kinderversje kun je zeggen dat de
agrarische weg naar Rome via het Landbouwschap leidt.
ZONDER SPELREGELS OPSTOPPINGEN
AP een kruispunt gelden bepaalde afspraken en spel-
regels waar ieder zich aan .te houden heeft, zeker
bij een grote drukte. Voor het Landbouwschap zijn deze
afspraken ook gemaakt. Dat hebben de belangrijkste
verkeersdeelnemers zelf gedaan met goedvinden van de
overheid.
Een heel belangrijke afspraak is, dat het Landbouw
schap een sterk samenwerkingsorgaan moet zijn van de
drie ondernemersorganisaties en de drie werknemers
organisaties in de land- en tuinbouw. Het betekent, dat
op het kruispunt niet het recht van de sterkste geldt,
maar dat met ieders belang rekening wordt gehouden,
dat ieder gelegenheid heeft zijn inbrëng te leveren,
waarna gezamenlijk een standpunt wordt bepaald. Met
dat standpunt verlaat men het kruispunt op weg naar
„huis", naar de collega-organisaties in de EG-landen,
naar de plaatselijke overheid of die in Den Haag of
Brussel.
De spelregels bieden de mogelijkheid aan de onder
nemingen in land- en tuinbouw hun wensen, verlangens
en eisen op tafel te leggen. Via de organisaties kunnen
zij hun inbreng leveren in de gespecialiseerde „vakgroe
pen" van het Landbouwschap zoals een hoofdafdeling
Akkerbouw, afdeling Pluimveehouderij, commissie Melk
veehouderij, Belastingcommissie en dergelijke. Natuur
lijk komt het voor dat op het kruispunt de meningen
weieens heftig verschillen. Door overleg wordt dan ge
probeerd een desastreuze botsing te vermijden.
WEL OVERWOGEN
DOOR deze afspraken lijkt het weieens, dat het ver
keer op het kruispunt minder snel en doeltreffend
wordt afgehandeld dan door anderen nodig wordt ge
oordeeld. Om dan meteen maar man en paard te noe
men (een uitdrukking stammend uit de tijd dat het ver-
Keer nog minder jachtig was): men verbaasde zich er
over, dat het Landbouwschap niet meteen fel reageerde
op de laatste Brusselse prijsbesluiten en op de relatie
nota landbouw en natuur- en landschapsbehoud.
De beeldspraak in deze aflevering van de Landbouw
schapsrubriek verder aanhoudend, veroorzaakt een
plotseling alarm op een kruispunt paniek, opstoppingen
en vertraging. De afspraken volgend heeft het Land
bouwschap deze zaken aan de organisaties voorgelegd.
In het geval van de Brusselse prijsbesluiten werd met
een na de bekendmaking nagegaan wat er precies beslo
ten was en hoe een en ander zou uitwerken op"de resul
taten van de Nederlandse agrarische ondernemingen. Al
dus van dokumentatie" voorzien, gingen de organisaties
zich langs eigen wegen beraden op hun standpunt om
daarna naar het Landbouwschap terug te keren en geza
menlijk verder te trekken. In dat verband past precies
een vergadering van de drie centrale landbouworganisa
ties op 19 februari j.l. over de landbouwprijzen, waar be
sloten werd in Landbouwschapsverband op zo kort mo
gelijke termijn voorsteden te formuleren en die aan de
minister van Landbouw voor te leggen.
KOST DE NODIGE TUD
IN het geval van de Relatienota wordt een soortgelijk
werkschema gevolgd. De organisaties, bijgestaan
door deskundigen, beoordelen deze nota. Er wordt over
gesproken in de vakgroepen van het Landbouwschap,
die bemand zijn met vertegenwoordigers uit de organisa
ties van het landbouwbedrijfsleven. Na veel wikken en
wegen bereikt het tenslotte het dagelijks bestuur en be
stuur van hel Landbouwschap.
Een dergelijke besluitvorming vergt enkele weken,
soms een of twee maanden. Het grote voordeel ervan is,
dat op deze wijze een zeer weloverwogen standpunt ont
staat waar de „tegenpartijen" niet schouderophalend aan
voorbij kunnen gaan.
Op deze wijze werkt het Landbouwschap als een be
langrijk kruispunt van veel organisatorische wegen in
agrarisch Nederland. De bijenhouder en de tuinder, de
akkerbouwer en de varkensmester, de werkgever en de
werknemer, de praktische boer en de wetenschapper, zij
allen ontmoeten elkaar op dat ene kruispunt.
(Vervolg van pagina 1)
dat wij ons afvragen of, indien via het Brusselse markt
en prijsregiem op korte termijn geen verbetering te ver
wachten valt, dan maar niet voor aanvullende nationale
maatregelen gepleit moet worden. Desnoods via toesla
gen zoals bijvoorbeeld nu bij vlas.
OPSTELLING C.L.O.'S
TA/IJ dachten dat de nu bekende gegevens omtrent
de kostenontwikkeling voor 1975 ook een belang
rijke rol dienen te spelen bij het opstellen van nieuwe
te formuleren eisen als aanvulling op de ontoereikende
Brusselse prijsbesluiten.
Het is dan ook een goede zaak dat in het 3 C.L.O.-over
leg van 19 februari j.l. daartoe duidelijk de mogelijkheid
is opgelaten. Overigens zijn we toch van mening dat de
nu gevolgde procedure om als georganiseerde landbouw
tot een hernieuwd standpunt en formulering van een aan
vullend eisenpakket te komen, een stap in de goede rich
ting is.
Op 19 februari zijn immers in een gezamenlijke ver
gadering, waarbij alle gewestelijke landbouworganisaties
aanwezig waren, de grote lijnen uitgestippeld en is be
sloten dat definitieve, nader gepreciseerde, eisen in de
komende tijd zullen worden opgesteld mede naar aan
leiding van het binnen de gewestelijke organisaties ge
voerde beraad. Daardoor moet het mogelijk zijn om meer
direkt de praktische situatie in de aanvullende voorstel
len te verwoorden. Zeker in dit stadium kunnen daarbij
de laatste bekende kostprijsberekeningen van het L.E.I.,
aangevuld en zonodig gecorrigeerd met regionale bere
keningen een goede basis vormen, waar de minister moei
lijk omheen kan.
De besluiten van het 3 C.L.O.-beraad komen in grote
lijnen op het volgende neer:
omstreeks 1 juni mede aan de hand van de laatste
gegevens omtrent de kostenontwikkeling zonodig een
eis tot tussentijdse prijsherziening opstellen.
direkt maatregelen eisen om het marktbeheer te ver
beteren, desnoods in nationaal verband.
voor 12 maart aanvullende eisen aan de Nederlandse
regering formuleren, waarbij naast een versnelde ver
betering van het sociale en fiscale klimaat, zeker ook
gedacht wordt aan maatregelen die direkt een inko
men verhogend effekt hebben.
Van verschillende zijden werd voorts tijdens dit over
leg gekonstateerd dat indien in de komende tijd de land
bouw èn in Brussel èn in Den Haag geen gehoor zou krij
gen, ongetwijfeld met nieuwe vormen van aktie rekening
moet worden gehouden.
Tegen deze achtergrond zou het een goede zaak zijn
inidïen ook onze regering tot het inzicht kwam dat de
theoretische berekeningen van Brussel onvoldoende in
de praktijk doorwerken om ook in de toekomst een ge
zonde land- en tuinbouw te kunnen behouden en dat een
daadwerkelijke verbeterig van de inkomensmogelijkhe
den niet langer op zich mag laten wachten!
LUTEIJN.