Rond de
Schelde
Het werk van 1974 raakt eindelijk op zijn eind
Bouwplanbeslissingen moeten
nu worden genomen
Hoge temperaturen - weerrecords voor de derde maal gebroken
t
De werkzaamheden die eigenlijk nog op rekening
van 1974 gebracht mogen worden beginnen nu eindelijk
op een eind te geraken. Er zijn de laatste weken toch
nogal wat aardapelen in de WESTHOEK gerooid.
Wanneer het percentage geschat zou moeten worden,
dat er nu nog in staat, dan schatten wij dit op minder
dan 5 Alle goede voornemens ten spijt is er toch
meer geploegd dan aanvankelijk de bedoeling was. Ieder
had goede voornemens om de cultivator het werk te
laten doen. Het weer lokte echter zo, dat we de ploeg
toch maar zijn werk hebben laten doen. Of het goed
geweest is, wat we gedaan hebben? Het jaar 1975 zal
het ons wel leren. Veel hangt af wat het weer zal doen.
In 1956 begon de winter pas op 31 januari en toen
hebben we er nog flink van langs gekregen ook. Wan
neer we dit schrijven ziet het er niet naar uit. dat de
vorst plannen heeft. Neen, integendeel wanneer we de
natuur aanschouwen, lijkt het wel of we in de maand
maart zitten. In de tuin zie je gewoon dingen die je op
deze tijd van het jaar aan de Rivièra >öok kan
aanschouwen. Ook de weiden staan er voor om de koeien
alvast maar naar buiten te doen. Andere gewassen, zoals
karwij, zijn al druk doende om uit te lopen. De meesten
hebben dit gewas al een onkruid bespuiting gegeven.
De voorbereidingen voor 1975 zijn in volle gang. Een
rustperiode kennen we deze keer nauwelijks. Ons
zaaiplan nadert zijn voltooiing of is reeds klaar. Hier
en daar ter elfder ure nog een kleine verschuiving, maar
de hoofdzaken zijn wel geregeld. De indruk is wel, dat
de bieten dit jaar goed aan hun trekken zullen komen.
Zomergerst zal ook wei in grote oppervlakten te voor
schijn komen. Wordt de aardappelteelt wat ingekrom
pen? En gaan groene erwten na de uitbreiding van deze
teelt in 1974, ook weer in 1975 een ruimere plaats in
ons areaal innemen? We dachten van wel. Het jaar
1974 heeft ons, naast veel zorgen, ook wel wat geleerd.
Wat het ons heeft geleerd behoeft niet te betekenen dat
we dat allemaal in 1975 waar moeten maken! Maar we
doen er wel goed aan er de komende jaren rekening
mee te houden! Iedereen werkt tegenwoordig met meer
jarenplannen, de landbouw zal zich (jaarbij moeter
aansluiten. We weten ook, dat meerjarenplannen meest
al een financieële kant hebben en deze kant kan de
uitvoering wel eens vertragen, zeker na het rampjaai
1974!
We worden nog steeds verrast door bijzondere weers
omstandigheden Ook op WALCHEREN leven we, wat
o.a. de temperatuur betreft, voor hartje winter ver bo
ven onze stand! De helft van de winter, althans op de
kalender is al weer voorbij. Vriezend weer hebben we
nog niet gehad. We hopen daar nog steeds op en alle
kansen zijn daarvoor nog aanwezig. Toch ziet het er,
gezien het huidige weertype, niet naar uit dat we op
korte termijn vorst krijgen. Maar het kan snel verande
ren!
Met de samenstelling van ons bouwplan worden we
nu weer volop geconfronteerd. Het zaad voor de suiker
bieten moet besteld worden en ook andere voorberei
dingen moeten weer worden getroffen. We zouden het
liefst de te nemen beslissingen nog maar een poosje
uitstellen. Er is dan misschien wat meer bekend om
trent struktuur van de grond. De kwaliteit van het
zaaibed is immers mede van invloed op de gewassen-
keuze. De te verwachten struktuur van de grond is nu
nog één groot vraagteken. Op de studiedag in Goes heb
ben we gehoord, dat vooral de beslissingen die in het
voorjaar ten aanzien van de gewassenteelt in zijn alge
meenheid worden genomen, van grote invloed zijn op
het uiteindelijk bedrijfsresultaat. De invloed van deze
beslissingen speelt vooral een rol bij de hoogte van de
kg-opbrengsten. We kunnen echter niet blijven uitstel
len met het nemen van beslissingen, want in ons vak
is ook het tijdig nemen van beslissingen van groot
belang!
Op het ogenblik wordt de uitbreiding van de suiker
bietenteelt nogal „gepropageerd". Voor ons gebied zit
er naar onze mening geen grote uitbreiding meer in.
We zitten al verschillende jaren met ruim 2600 ha bie
ten op maar 9.000 ha akkerbouw. Meer dan 25 van
het Walcherse bouwplan bestaat dus uit bieten! Op een
aanzienlijk aantal bedreven zijn er blijkens het aal-
tjesonderzoek nogal wat percelen licht tot matig en
soms zwaar besmet met het bietenaaltje. Dit is, dachten
wij toch wel een beperkende faktor. Vooral bij een ma
tige besmetting kunnen we ons geen grote afwijkingen
van de vruchtwisselings eisen permiteren. We hebben
er weinig aan, wanneer we door te veel bietenverbouw
met matige kg-opbrengsten genoegen moeten nemen.
Het financieel resultaat valt dan erg tegen. Een ha-
opbrengst van 40 ton brengt vrijwel dezelfde kosten
mee als een opbrengst van 50 toil! Het zachte weer
heeft ook gunstige aspekten voor de veehouderij. De
voederbehoefte is wat minder dan bij erg koud weer.
De grasgroei is zelfs al op gang gekomen. Afgelopen,
weekend zagen we een aantal runderen in de wei!
Gezien het geringe aantal aanvragen voor de R.Z.-re-
geling, thans 10 op Walcheren, zou de conclussie ge
trokken kunnen worden, dat het met de likwiditeit op
onze bedrijven nog niet zo slecht ia. Mogelijk is er toch
Oogst 1974 diepe sporen in hJet slik!
„Maar het hart vol van is, loopt de mond van over!",
zegt het spreekwoord. Welnu het is logisch dat ieder
op Tholen en St. Philip
op THOLEN en ST.-PHJLIPSLAND nog steeds spreekt
over de winter die we thans beleven en waarin vrijwel
allen het nog steeds druk hebben op hun bedrijf. De
laatste twee weken zjjn er nogal wat aardappelen ge
rooid onder beslist gunstiger omstandigheden dan toen
nog wat terughoudendheid. Ook de mentaliteit speelt
een rol. De Walcherse ondernemer zal, wanneer hij het
zelf nog enigszins kan breien, niet zo vlug een beroep
doen op dergelijke regelingen. Toch vrezen we dat er
nog wel likwiditeitsproblemen zullen komen. De kos
ten zijn weer erg gestegen en stijgen nog steeds. Men
onderschatte dit niet!
de hulpakties plaats vonden van scholieren, vrijwilli
gers en militairen.
Het klimaat was bepaald mild om aardappelen te
rooien, met temperaturen tot royaal boven de 10 graden!
Na de extreem droge en de extreem natte periode van
1974 lijkt het er op dat we een januarimaand 1975 igaan
beleven met extreem hoge temperaturen! Zo konstate
ren wij dat straks wellicht binnen een kort tijdsbestek
allerlei weerrecords gaan worden gebroken! Doorgaans
leveren al die recordsverbeteringen de agrariër niet
zo heel veel rendement op. Zo ook nu dachten wij!
Want helaas moet worden gesteld, dat naar mate er
meer aardappelen uit de grond komen, de prijs verder
bergafwaarts gaat. Dat geldt al evenzeer voor de uien,
waarvan er overigens in onze kring, voor zover ons be
kend, niets meer worden binnen gehaald. We hopen
allen thans op een goede vorstperiode zonder sneeuw,
want dat hebben onze akkers toch wel heel hard nodig!
Het jaar 1974 heeft diepe en brede sporen achter gela
ten en het zal niet meevallen deze voor 1975 en verdere
jaren goed uit te wissen. En toch is dit heel 'hard nodig,
want anders zien de toekomstperspektieven er voor de
akkerbouwers en de gemengde bedrijven bepaald niet
rooskleurig uit. Want niet alleen hebben de akkers veel
geleden, ook de werktuigen hebben het zwaar te ver
duren gehad, zodat herstel, en hier en daar zelfs nood
zakelijke vernieuwing, eveneens extra kosten met zich
mee zullen brengen.
Over de prijsontwikkeling van de produkten die we
in 1975 hopen te oogsten, kan alleen voor de suiker
bieten een optimistisch geluid klinken, alhoewel ook
hier de kostenfaktoren een flink stuk van de meerop
brengst zullen gaan afromen. Tevens zitten wij hier in
het zuidwesten al jaren aan een relatief groÖt areaal
bieten, zodat de uitbreiding van de teelt nooit spekta-
kulair kan zijn.
Hier komt nog bij dat vele aardappelpercelen die voor
bieten bestemd zijn er momenteel nog steeds niet erg
hoopvol uitzien.
Overigens is het toch wel een goed idee om de jaar
lijkse studiedag in ons gebied ditmaal helemaal te wij
den aan de suikerbietenteelt. De studiedag vindt plaats
op donderdag 6 februari a.s. in Haestinge te St Maar
tensdijk. Naast een tweetal sprekers zal de kleine stu
diecommissie samengesteld uit bietentelers, loonwer
kers een transportondernemer en een vertegenwoordi
ger van 'net I.R.S., haar rapport uitbrengen over de
mechanisatie en het transport van de bieten!
Deze studiedag die nu al voor de Se keer wordt ge
houden, is jaarlijks zeer interessant als gevolg van de
goede voorbereiding die er aan voorafgaat en het bij
de tijdse onderwerp dat behandeld wordt. In diverse
discussiegroepen die onder leiding staan van te voren
geinstrueerde discussieleiders komen de verschillende
aspecten meestal heel goed tot uiting. Gaarne wekken
wij u dan ook op ook dit jaar deze dag weer mee te
maken!
Hoge temperaturen en zacht weer zijn het beeld van
alle dag in deze winter. In de bloementuin lijkt het al
voorjaar. De heesters botten uit en de bolgewassen staan
er allen eveni fris bij. Op de akkers rennen de hazeni
al achter elkaar aan en ook de iboer lijkt door het kli
maat van slag te zijn geraakt, want de ene dag zaait hij
wintertarwe en de andere da!g reeds zomertarwe. Het is
opvallend hoe snel de gezaaide wintertarwe kiemt en
boven de grond staat. De natuur heeft schijnbaar iets
goed te maken en doet dit in de ruimste zin des woords,
want op het geploegde land staat reeds ongekend veel
zaadonkruid! Een leraar van de spuiteursus zou het niet
mooier kunnen wensen voor een praktische les voor zijn
leerlingen. De 'boer bekijkt dat echter door een geheel
andere bril en zou niets liever wensen dan dat hij zeer
spoedig een lichte voorbewerking met de cultivator zou
kunnen uitvoeren.
Waar onkruid staat kan geen goed gewas groeien, dus
moeten we er wat aan doen. Wel moeten we dit zo goed
koop mogelijk doen, maar dat ligt in onze aard. Ook in
„Den Haag' groeit het begrip zuinigheid nu de prijzen
van de grondstoffen zo drastisch stijgen. De boer onder
vindt dit ook aan de lijve, maar moet tevens met lede
ogen toezien, dat in het afgelopen jaar de prijzen van
de landbouwprodukten in vergelijking met andere pro
dukten het minste zijn gestegen. Zulke jaaroverzichten
vertonen wel een heel scheve verhouding.
Buiten zijn taak voor het gezin en het bedrijf heeft de
boer tevens de zorg voor het landschap en daarom kun
nen we hem in eerste instantie wel onder de milieube
schermers rekenen. Deskundigen hebben dat nu ook in
gezien en hebben berekend, dat volledige bescherming
van de boerenstand nodig is wil men zich verzekeren
van het voortbestaan van deze belangrijke bevolkings
groep.
Ook op de studiedag in Goes werd in deze geest ge
sproken over de „sociaal economische positie van de
agrarische ondernemer 1975". Deze positie is niet los te
zien van die van de ondernemers in de overige secto
ren. Ook in de landbouwsector is de laatste jaren veel
veranderd. Hoe het er in 1985 uit zal zien hangt veel
van ons zelf af. Hier moeten we zelf ook wat aan doen.
De ondernemer anno 1975 verkeert in een verdedigende
positie en ligt niet meer zo erg ten prooi aan de scherpe
kritiek als voorheen.
In de inleiding over de bedrijfsfinanciering hebben
we kunnen beluisteren, dat het voor de eigenaars-bedrij
ven nog mogelijk is om arm te leven en rijk te ster
ven Aan het eind van de rit komen de cijfers op tafel
en dan valt de verzilvering van de eigendommen in de
regel nog wel mee. Voor de jonge bedrijfsopvolger ligt
het juist anders Hij moet starten met hoge cijfers en zal
daarbij een weloverwogen keuze moeten maken op welke
wijze hij met de bank in zee gaat. Geld len-m is meestal
wel mogelijk, maar aflossen blijft 'een grotere opgave.
Bij vergelijkende onderzoekingen op overeenkomstige
akkerbouwbedrijven bleken verschillen in beslissen en
handelen van de boeren grote verschillen in bedrijfs
resultaat te veroorzaken. Een boer is bij het uitoefenen
van zijn taak erg natuurgebonden en mede daardoor valt
het op, dat hij juist zo heel veel en telkens weer andere
beslissingen moet nemen. Zo zijn er ieder jaargetijde
weer andere zaken aan de orde en ook op technisch en
economisch gebied moet hij goed bij de tijd zijn en te
vens snel kunnen aanpassen aan de vele veranderingen.
De goede moderne boer mag nooit helemaal tevreden
over zichzelf zijn. Steeds waarnemingen doen en zoe
ken naar fouten op zijn eigen bedrijf moet immer zijn
streven zijn. Volgens de inleider zoekt d-e minder goede
boer de fouten juist elders, dus is te veel naar de buur
man kijken beslist fout.
Een soort duizendpoot welke in een achturige-werkdag
alleen maar goede beslissingen neemt is het goede pa
troon van de boer van de toekomst. Het is goed, dat er
op zo'n studiedag in deze geest wordt gediscussieerd Mis
schien kunnen we er in clubverband nog wel eens dieper
op in gaan om zo van eikaars fouten nog wat te leren. De
mogelijkheid om ervaring op te doen is gering, want
in een boerenbedrijf zijn de omstandigheden meestal ieder
jaar anders. Het zijn vragen die de aandacht behoeven
omdat gebleken is dat door een nog betere toepassing
van bestaande kennis en inzichten in de landbouw tot
een inkomensverbetering gekomen kan worden!