Peulvruchten op een keerpunt? Recente veranderingen in de graszaadteelt en -markt 13 Ir. C. J. VAN DEN BERGH Cebeco-Handelsraad afd. Zaaizaden I-IET lijkt erop dat het dieptepunt in de teelt van droge peulvruchten achter ons ligt. Wat eens één van de belangrijkste gewassen in het Zuid-Weten was, leek zich niet te kunnen handhaven. Vooral de problemen bij de oogst, de vele natte zomers in de jaren zestig en de lage prijzen deden de belangstelling voor de teelt van peul vruchten, met name de groene erwten en schokkers steeds verder teruglopen. Het dieptepunt werd bereikt in 1973 met slechts 2.500 ha groene erwten en schokkers tezamen. Er is thans ech ter een opleving waar te nemen, vooral omdat het prijs niveau aanzienlijk is gestegen, vorig voorjaar zelfs tot het recordpeil van ƒ250,per 100 kg voor de groene erwten. Hoewel de prijzen met het beschikbaar komen van de nieuwe oogst een stuk zijn gedaald, moet toch gesteld worden dat de teelt van erwten een goed saldo kan opleveren als de prijs rond ƒ100,per 100 kg ligt," zoals thans het geval is. RASSENKEUZEN GROENE ERWTEN EN SCHOKKERS DR zijn de laatste jaren nogal wat veranderingen op- getreden in het rassenpakket. Het zo vertrouwde ras Rondo wordt steeds meer vervangen door Allround dat op het ogenblik het belangrijkste ras is. Allround is een matig strorijk ras, dat ter stimulering van de beginont- wikkeling wel graag een lichte stikstofgift ontvangt, voor al op gronden die geen zwaar gewas plegen te geven. Het ras is onvatbaar voor Amerikaanse vaatziekte en is wat minder gevoelig voor slecht oogstweer dan de andere rassen. Naast Allround is het nieuwe ras Finale, even eens gekweekt door Cebeco-Handelsraad, sterk in op komst. Het heeft een zeer goede* ziekteresistentie en is duidelijk produktievar dan de andere rassen. Het stro blijft nogal kort en bezit een goede stevigheid. Finale heeft een hoge peulaanzetting, wat gunstig is voor een gemechaniseerde oogst. Finale vraagt wat meer. zaaizaad per hectare dan Rondo en Allround. Het ras Dik Trom verliest enig terrein en Pauli wordt nog maar weinig verbouwd. Bij de schokkers blijft Maro voorlo pig het enige ras. Gemiddelde zaadopbrengst van de erwtenrassen Stro-arme Gemiddelde Stro-rijke gronden gronden gronden Finale 104 108 110 Rondt) 100 95 93 Dik Trom 96 96 192 Allround 103 100 100 Pauli 98 101 102 Maro 100 94 90 BRUINE BONEN EIGENLIJK hadden we dit artikel met het gewas bruine bonen moeten beginnen omdat sedert enkele jaren bruine bonen het belangrijkste peulvruchtenge was in Nederland is. In 1974 werd bijna 6.000 ha ver bouwd. Hieruit blijkt dat wanneer een gewas een goed financieel resultaat oplevert, de belangstelling ervoor blijft, ook al kan bijvoorbeeld de oogst niet volledig ge mechaniseerd worden. De slechte weersomstandigheden hebben dit najaar veel schade veroorzaakt, waardoor de kwaliteit van de bonen vaak onvoldoende tot slecht is. Dit heeft echter tot gevolg dat de prijzen hoog blijven. Over de rassenkeuze valt niet veel te zeggen. Nog steeds blijft Berna het enige ras. Er komt waarschijnlijk een nieuw ras onder de naam Narda. Er is echter nog geen zaaizaad voor de praktijk beschikbaar. KAPUCIJNERS T blijft een specifiek Nederlands consumptieprodukt. Derhalve kan het gewas kapucijners alleen voor binnenlands gebruik worden verbouwd. In het con sumptiepatroon voltrekken zich duidelijke wijzigingen. Naast de als droge erwt geoogste kapucijners is er een goede markt ontstaan voor groen geoogste kapucijners als conservenprodukt. De teelt van de droge kapucijners is tamelijk stabiel. De prijzen zijn de laatste paar jaar aanzienlijk beter dan daarvoor. Er is slechts één ras be schikbaar en wel Imposant. Het ras bezit een goede ziekteresistentie, is vrij weinig gevoelig voor slecht oogst weer en geeft zeer hoge opbrengsten. IS VERDERE TEELTUITBREIDING GEWENST WAT de groene erwten betreft achten wij een zekere uitbreiding verantwoord, zonder dat dit tot ernstige marktverstoring behoeft te leiden. Er zijn namelijk een aantal factoren in het spel, die een vergroting van de vraag naar plantaardige eiwitten voor menselijke con sumptie (zoals erwten en bonen) kunnen veroorzaken. Er wordt thans ook in E.E.G.-verband gesproken over mogelijkheden om de teelt van erwten middels een be paald subsidiesysteem te stimuleren (eiwitproduktie). Als vrije marktprodukt is voor de Nederlandse teelt de ontwikkeling in het buitenland natuurlijk van veel be lang. Nu bijvoorbeeld de Engelse en Deense boeren aan zienlijk hogere prijzen voor hun granen, krijgen zal bij hen de belangstelling voor peulvruchten in het bouwplan niet *zo snel groter worden. Daarentegen moet wel ern stig rekening worden gehouden met concurrentie uit Frankrijk. Bij de bruine bonen is het moeilijker te zeggen, waar het maximum areaal ligt. We hebben een gestadige uit breiding gekend met behoud van een behoorlijk prijs niveau. De afzetmogelijkheden ook naar het buitenland nemen eveneens toe; vandaar een vrij evenwichtige si tuatie. Een verdere gematigde uitbreiding van de teelt lijkt dan ook verantwoord. MOMMERSTEEG INTERNATIONAL BV ZAADTEELT EN ZAADHANDEL TE VLIJMEN T^E teelt van graszaden is geleidelijk goed ingebur- gerd. Vooral de teelt van fijne grassen heeft een vrij grote mate van continuïteit, die ten dele veroorzaakt wordt door tweede en derde oogsten. Nu wij steeds va ker zien dat onder wisselende omstandigheden uitge zaaid wordt, waarbij wij vooral denken aan de uitzaai onder wintertarwe is de mogelijkheid voor de akkerbou wers om bij een minder goed slagen van de uitzaai toch graszaad in hun bouwplan te behouden aanwezig, omdat in dat geval een liggend perceel voor tweede of derde oogst behouden kan worden. Hierbij stuiten wij al direkt op de noodzaak voor een optimale begeleiding van de teelt, en de grote belangen die de teler hierbij heeft. Te vaak zien wij dat de wens van telers om koncurre- rend te zijn bij de verkoop van de produkten van hun bedrijf hen doet besluiten om nieuwkomers in een ge bied toe te juichen omdat de garanties misschien iets gunstiger lijken te liggen. Wat op dat moment gewonnen wordt aan garantie gaat veelal verloren met de gebrek kige begeleiding, doordat de landbouwkundigen met een enkel perceel nooit dezelfde aandacht kunnen besteden aan de belangen van zijn relaties als landbouwkundigen met een gebied waar bij een grote ervaring en een in tensieve werkkring heeft opgebouwd. Het bouwplan stelt grote eisen aan de inventiviteit van de teler. Vooral is dit op te lossen door in overleg met de landbouwkundig adviseur de mogelijkheden van de verschillende soorten, maar vooral de verschillende ras sen te bezien. Het is van wezenlijk belang dat de werk zaamheden aan deze teelt passen in de op het bedrijf be staande mogelijkheden en bij voorkeur vallen in perioden dat er weinig andere werkzaamheden zijn. Wij hebben het achterliggende jaar nog eens goed kunnen zien hoe belangrijk een goede oogstspreiding is voor de teler. Overigens mag wel vastgesteld worden dat in de winter maanden de uren van graszaadtelers goed beloond wor den door de percelen nog eens door te lopen en de voor komende ongerechtigheden, te verwijderen. Wij stellen ook voor dat bij de uitzaai gezocht dient te worden naar een grotere rationalisatie en dat bij de bemesting de ervaring bij de diverse rassen een bijzonder grote rol speelt. Wij zijn in het achterliggende jaar duidelijk ge confronteerd met de noodzaak om op een groter aantal van deze factoren te gaan letten nu ieder van deze zaken veel geld zouden kosten, wanneer zij minder gunstig ge pland zijn. MA de oogst is het belangrijk om vast te stellen dat de teler een behoorlijk voorschot dient te ont vangen zo gauw de analyse van zijn partij van het R.P. v.Z. aanwezig is. Aan grote kosten die hij gemaakt heeft voor de verzorging en oogst wordt daarmee tegemoet ge komen in een stuk financiering van het gewas. Hiermee is geleidelijk door samenwerking met de Vertrouwens commissie een verbetering te konstateren die belangrijk voor de telers is vooral nu geld kostbaar is om hun liqui diteitspositie in evenwicht te houden. Tevens dient aan het kostenaspekt van een eerstejaars gewas tegemoet gekomen te worden door de mogelijk heid te onderzoeken, het perceel meerdere jaren te oogs ten. Bij een saldo berekening over een graszaadgewas komt naast opbrengend vermogen en prijs ook de bodemge zondheid en -structuur verbeterende waarde tot uitdruk king in betere bewerkbaarheid en hogere opbrengsten bij volgende gewassen. TIE laatste jaren wordt er door diverse studie-groepen en voorlichtingsdiensten praktijkonderzoek verricht naar opbrengsten van de diverse soorten en rassen gras zaad. Hieruit blijkt vooral de duidelijke opbrengstver- schillen per ras. Echter ook binnen een ras is er een enorm skala aan kg-opbrengsten te konstateren. Dit laatste zal voornamelijk toegeschreven moeten worden aan technische bekwaamheid van teler en adviseur met nadruk op de konsekwente uitvoering van de daarvoor geëigende werkzaamheden. Het is niet in het belang van de graszaadteelt, zeker niet van de akkerbouwende landbouwers dat er graszaad rassen in produktie blijven die een zeer povere produktie- capaciteit hebben. Wij dienen hier bij duidelijk de mo gelijkheden te onderzoeken aan de hand van de ervarin gen die met een aantal goede rassen over de jaren opge daan zijn. MU we dit schrijven lijkt de uitzaai van wintertarwe letterlijk en figuurlijk in 't water te vallen. Dit zal tot gevolg hebben dat er wat meer zomergranen en ande re zomervruchten gezaaid zullen worden. De mogelijkhe den om alsnog graszaad in te zaaien zijn daarom legio en het is raadzaam hierover op korte termijn met de land bouwkundig adviseur van een graszaadfirma van gedach ten te wisselen. DE AFZET TWEE grote veranderingen zien wij op ons afkomen wanneer wij denken aan de afzet van het Neder landse produkt. Allereerst zal op 1 januari 1975 de EEG- rassenlijst van kracht worden, waardoor het afzetgebied van Nederlandse produktie nog ruimer wordt dan voor heen. Hiemee is eigenlijk het paspoort verkregen voor de goede rassen met een grote produktie, om in ruime mate over de gehele EEG verkocht te kunnen worden. Hiernaast zien wij vanaf 1 juli 1976 de handel in Enge- Voor graszaadteelt hoeft niet extra geïnvesteerd te wor den. Het is belangrijk te weten of het produkt ook losge- stort afgeleverd kan worden. In het bouwplan is graszaad een welkom gewas i.v.m. zekerheid d.m.v. garanties, werkverdeling, structuur-verbeterende waarde en bij meerdere jaars arbeids-extensief. Bij het kweken van rassen komt steeds meer de nadruk te liggen op opbrengend vermogen. De graszaadopbreng sten zullen daarom met de komst van nieuwe rassen in stijgende lijn zijn. land beperkt worden tot gecertificeerd zaad. Nu de drei ging dat Engeland de EEG zal verlaten geleidelijk iets is afgezwakt kunnen wij dit als een positieve faktor aan vaarden. Zoals wij in Nederland de z.g. mengsels kennen in de weidebouw, zo heeft in Engeland de aanvullende rassenlijst een zeer duidelijke invloed op de gang van za ken in de handel. Deze'enorme markt wordt daarmee een groot afzetgebied voor ons Nederlandse produkt!

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1975 | | pagina 13