VEEHOUDERIJ. maiasoorten, wanneer de kolven bijna rijp zijn, door paarden, varkens en vee met graagte verslonden wor den in groene toestand. Dus eventueel kunnen ze ook hiervoor benut worden. De beste tijd van zaaien is laatste week April tot 10 Mei. Ir. C. KOOPMAN. MOTORWIEDMACHINE. Het vorige jaar was er in de provincie Zeeland vrij veel belangstelling voor de wiedmachine met opge- bouwden motor. De demonstratie met een motorwied machine in de Bathpolders vanwege de Werktuigen- commissie der Z. L. M. heeft dit voldoende aangetoond. Wy laten hieronder een afbeelding volgen van een motorwiedmachine die in Groningen is gecon strueerd. i)E WAARDE VAN INLANDSCH KLAVERZAAD TEGENOVER BUITENLANDSCH ZAAD EN DE RICHTING W AARIN DE NEDERLANDSCHE KLAVERZAADTEELT ZICH IN DE TOEKOMST DIENT TE ONTWIKKELEN. Over het bovengenoemde onderwerp heeft de heer Janssen te Roosendaal een inleiding gehouden voor de Vereeniging van Oud-leerlingen van Landbouwonder- wijsinrichtingen in de Hoeksche Waard. Aan het verslag van deze inleiding, opgenomen in het Hollandsch Landbouwblad, ontleenen wij het na volgende: De klaver speelt, zoowel op de klei- als op de zand gronden, een voorname rol. Op het gebied van de teel* van klaverzaad, doch vooral van den handel er in, bs- staan zulke uitzonderlijke toestanden, dat beiden de volle belangstelling verdienen van den N. A. K., die in Nederland de controle op de teelt van en den handel in zaaizaden uitoefent. Het klaverareaal in Nederland bedraagt c.a. 30.000 *ha. waarvan c.a. 25.000 ha roode- en 5.000 witte kla ger. Wanneer voor roode klaver 15 en voor witte kla ver 10 kg zaaizaad per ha wordt gebruikt, dan wordt jaarlijks 425.000 kg onvermengd klaverzaad aan den bodem toevertrouwd. Rekening houdende met de andere factoren, kan men veilig aannemen, dat de jaarlijksche klaverzaad be hoefte in Nederland bedraagt 600 700 ton. Aangezien verschillende streken in ons land klaver zaad telen voor eigen gebruik, kan men de behoefte aan klaverzaad niet berekenen uit het verschil tus- schen den in- en uitvoer van klaverzaad. Een goed overzicht van de inlandsche klaverzaadproductie is niet mogelijk als gevolg van de uiterst verwrongen toe standen op het gebied van den handel *in klaverzaad. Het blijkt dan ook, dat verreweg het grootste deel van v/at als „inlandsch" zaad verkocht wordt zaad is van buitenlandsche oorsprong. Aan inlandsch zaad wordt jaarlijks goedgekeurd c.a,. 40.000 kg. Stelt men dit cijfer tegenover de behoefte van zeker 600.000 kg, dan moet het restant dus 90 worden geïmporteerd. Vanaf 1922 tot en met 1934 was de invoer van klaver zaad gemiddeld 705 ton grooter dan de uitvoer; dit is dan het nationale tekort aan klaverzaad. Het ingevoer de klaverzaad komt hoofdzakelijk uit Polen en daar naast ook uit eenige andere landen. Een merkwaardig feit is hierbij, dat, klaverzaad wordt betrokken uit landen waaruit ons land geen andere zaaizaden invoert Ook wordt nog slechts een klein gedeelte van het in landsche zaad met certificaat en plombe verhandeld De N. A. K. tracht het gebruik van goedgekeurd in landsch zaad te bevorderen; thans kan echter nog veel te weinig goedgekeurd inlandsch zaad worden aange boden. De meest gewenschte toestand zal zijn, dat men, zooals reeds bij vrijwel alle andere landbouw gewassen is geschied, uit de landrassen stammen tracht te selecteeren. die onafhankelijk van een bepaald areaal kunnen worden vermeerderd en gekeurd. Hie*- moet nog veel te bereiken zijn. Bij proefnemingen met „Roosendaalsch klaverzaad" uit den handel naast echt inlandsch zaad zijn geweldige verschillen naar voren gekomen. Gebleken is, dat de klaver, die uit echt inlandsch zaad opgroeit veel beter is. 'In de practijk blijkt maar steeds weer, dat degenen die „echt Roosendaalsch zaad", zonder certificaat koch ten in werkelijkheid zaad van buitenlandsche afkomst ontvingen. Dit is een zeer te betreuren toestand, te meer omdat van officieele zijde, de landbouwers er voortdurend op worden attent gemaakt welke wantoe standen er op dit gebied heerschen. Met het klaverzaad loopt men in een kring rond. Doordat het buitenlandsche zaad onder bedriegelijke benaming goedkoop wordt aangeboden, blijft de inland sche teelt van klaverzaad kwijnen en omdat de aange boden hoeveelheid inlandsch zaad zoo klein is, blijft een belangrijke invoer van buitenlandsch klaverzaad noodzakelijk. De meeste landbouwers leeren daardoor het verschil in opbrengst en wintervastheid tusschen het inlandsche en buitenlandsche zaad nooit kennen. De vraag naar inlandsch zaad met certificaat en plombe blijft gering, omdat de handel onder dezelfde benaming zaad zonder certificaat en plombe aanbiedt, dat veel goedkooper is. Daardoor is voor de kleine hoe veelheid goedgekeurd inlandsch zaad nauwelijks een afzetgebied te vinden. Verbetering van den klaverzaadhandel zou niet al leen in het belang der klaververbouwers zijn, doch zou bovendien zeer welkom zijn voor de klaverzaad telers in Noord-Brabant en Limburg. Wanneer de kla- verzaaateelt loonend kan worden gemaakt, kan ook aan verhooging van het peil dezer cultuur worden ge werkt. Een mogelijkheid om aan den huidigen toestand een einde te maken is het uitvaardigen van een wettelijk voorschrift, dat inlandsch zaad slechts uitsluitend met certificaat mag worden verhandeld. Een andere mo gelijkheid is het kleuren van klaverzaad bij invoer. Bovendien zouden dan, bij een behoorlijke controle, zaden van voor het Nederlandsehe klimaat ongeschikte herkomst geweerd kunnen worden, of afwijkend worden gekleurd. Verplichte vermelding van het land van her komst op facturen, labels en in de prijscouranten is eveneens te overwegen. Afbeelding van een motorwiedmachine, geconstrueerd door den heer Klunder te Houwelzijl. (Cliché Gr. L.bl.) NLTTIGE WENKEN BIJ DE KEUZE VAN HET UIT TE ZAAIEN VOEDERBIETENZAAD. ni. Door den onvermoeiden arbeid van het Instituut van Plantenveredeling in de laas'te 7 jaren op het gebied van rassen vergelijking, door de objectieve vastlegging en publiceering van de resultaten der jaarlijksche wed strijden ter vergelijking van het productievermogen van binnen- en buitenlandsche voederbietenrassen (welke resultaten men kort Vermeld vindt in de jaar lijks verschijnende Beschrijvende Rassenlijst van het Instituut voor Plantenteelt, verkrijgbaar bij de N.V. Leiter Nijpels, Maastricht 0,25. en meer uitgebreid in No. 2 en No. 2B van de NaCoVoboekjes, verkrijg baar bij de N.V. Zuid-Nederlandsche Drukkerij, 's-Her- togenbosch 0,25 en 0,20 per stuk) is het voor den verbouwer van voederbietenzaad in de laatste jaren veel gemakkelijker geworden eene keuze te doen uit de vele in den handel aangeboden bietenrassen en selecties. Het is juist de continuïteit dezer voorlichting, gebaseerd op jaarlijks opnieuw aangezette vergelijkende rassen- proeven met het handelszaad van de verschillende kweekers, welke zoo'n groote waarde geeft aan dit systeem van adviesverleening bij een kruisbestuivend gewas, dat zoo spoedig terug kan loopen in waarde volle eigenschappen en dat alleen door onafgebroken selectie-arbeid op peil kan worden gehouden of verbeterd. De bietenverbouwer zal om te beginnen moeten kiezen of hij aan een ras met hoog drogestofgehalte (samen gaand met hoog suiker- en eiwitgehalte) de voorkeur geeft, dan wel aan een hooger opbrengst leverend ge was met lager drogestofgehalte. De Rassenlijst merkt daaromtrent het volgende op: „in het algemeen vol doen de bieten met laag drogestofgehalte het best op lichtere gronden en komen de bieten met hoog gehalte op betere grondi.n in drogestofopbrengst bovenaan". Teneinde hierbij r,Jt keuze te vergemakkelijken, deelt de Rassenlijst ,*pe aanbevolen rassen in 4 gehalte- groepen in, nl. Groep No. 18. Diepwortelende bieten voor zwaardere gronden met hoog drogestofgehalte. Groep No. 16, meerendeels diepwortelende bieten met vrij hoog drogestofgehalte, Groep No. 14, minder diep wortelende bieten met iets lager drogestofgehalte, Groep No. 12, ondiep wortelende bieten met laag drogestofgehalte en hooge opbrengst. De verbouwer zal moeten uitmaken in hoeverre hij overwegend belang heeft bij gemakkelijke of moeilijke rooibaarheid, afhangende van ondieper of dieper wor telen en van den vorm der bieten. Is eenmaal de groep gekozen, dan blijft over de keuze der daarin voor komende rassen, welke keuze wederom vergemakkelijkt wordt door een korte doch nauwkeurige beschrijving van elk ras in de Rassenlijst en van de onderlinge ver houdingen in opbrengst in eene serie achtereenvolgende jaren. Het zal den opmerkzamen lezer van de Rassenlijst opgevallen zijn, dat daarin niet alleen inlandsche rassen genoemd en aanbevolen worden, doch eveneens, zij het dan ook minder talrijk, diverse buitenlandsche rassen. De Directeur van het Instituut van Veredeling van Landbouwgewassen heeft zich daarbij op het ruime, mijns inziens vanzelfsprekende standpunt gesteld, dat de Nederlandsehe landbouwer niet aangewezen behoort te zijn op eene keuze uit uitsluitend inlandsche produc ten, doch dat eveneens het beste uit het buitenland op veilige wijze behoort te worden beschikbaar gesteld. In dit verband zij er echter hier onmiddellijk op ge wezen, dat bij de aangezette vergelijkende rassenproeven gelukkig in het algemeen de ervaring is opgedaan, dat de beste Nederlandsehe selecties niet ten achter staan bij de meest bekende buitenlandsche. De jaarlijks te houden wedstrijden en de mogelijk heid in de toekomst van gecontroleerden import zullen er voor kunnen zorgen, dat eventueel opduikende bui tenlandsche succesrassen niet aan onze aandacht ont snappen zullen en desgewenscht onder het bereik van onze landbouwers zullen kunnen komen. Bovendien zal de mogelijkheid van gecontroleerden import een prijs- regelende invloed hebben en al te groote prijs schom melingen kunnen voorkomen. Het bestaansrecht van den gecontroleerden import van bietenzaad dient dan ook te worden erkend al mag het ook een gezond stand punt van den kooper mogen worden genoemd om de voorkeur te geven aan het inlandsch geteelde gecontro leerde zaad, indien dit minstens even goede kwaliteiten bezit en niet duurder is in aanschaf. Heeft de kooper tenslotte zijn keuze gevestigd op een bepaald ras, dan vindt hij in de Rassenlijst tevens de naam en het adres van den kweeker, importeur of ver meerderaar, terwijl opneming in de Rassenlijst alreeds controle van de N.A.K. over het selectiebedrijf en over het af te leveren product inhoudt, omdat aan alle in de Rassenlijst genoemde voederbietenzaadkweekbedrijven de verplichting is opgelegd het zaad slechts in geplom beerde toestand te verhandelen. Door samenwerking van het Instituut v. Veredeling v. Landbouwgewassen, de N.A.K. en het Rijksproef station voor Zaadcontröle zal op deze wijze een goed georganiseerde bietenzaaddistributie tot stand komen, waarbij de kooper slechts de adviezen van de Rassen lijst heeft op te volgen en zich uitsluitend te beperken tot aankoop van zaad onder N.A.K.-plombe. Door het afslaan van alle offerten, betrekking hebbend op >onge- contróleerd bietenzaad, zal hij krachtig kunnen mede werken om in den kortst mogelijken tijd hier te lande tot stand te brengen wat in Denemarken al vanzelf sprekend schijnt te zijn, nl. dat alléén de beste rassen een behoorlijk afzetgebied kunnen vinden. W. J. FRANCK, Dir. R. P. v. Z. In mijn artikel over het aanknopen van voeder bietenzaad getiteld: „Koopt uitsluitend voederbieten zaad van gewaarborgde herkomst en kwaliteit, en dus koopt uitsluitend te velde gekeurd en op partij goedge keurd voederbietenzaad", wordt in de slotalinea ten on rechte een advies gegeven aan de voederbietenzaadver- bouwers. Bedoeld werden natuurlijk de voederbieten verbouwers. MOND- EN KLAUWZEER. Gedurende de we eik van 512 April 1936 kwamen in Nederland geen gevallen van mond- en klauwzeer voor. In de week van 12 tot en met 18 April is in het ambtsgebied van den Inspecteur van den Veeartsenij- kundigen Dienst te Bred'a, geen mond- en klauwzeer geconstateerd. VERPLICHTE STIERENKEURINGEN. We kennen in Zeeland sedert vele jaren de ver plichte hengstenkeuringen. Zij bedoelen te zijn een steun aan de houders van betere hengsten en tevens een middel ter verbetering van de paard enstapel. Sedert ongeveer e'en jaar is in Zeeland ook het hou den van dekbokken gereglementeerd. Van verplichte stierenkeuringen wa3 ruim 30 jaar geleiden reeds eenmaal sprake. Er is toen echter niets van gelkomen. Dit vraagstuk is thans weer aan de orde gesteld door de Kring West Ze euw3ch-Vlaand er: n van de Vereeniging ter verbetering van het Rundvee in Zeeland. De vereeniging plaatste het op de agenda van haar op Vrijdag 8 Mei te Goes te houden algememe vergadering. Het is van belang dat deze vergadering door zooveel mogelijk leden bezocht wordt. Ik wil trachten door een objectieve beschouwing duidelijk te maiken wat de beteekenis van verplichte stierenkeuringen kan zyn. De verplichte stierenkeuringen zijp in drie provin cies, n.l. Noord-Brabant, Limburg en Gelderland, in gevoerd. In Limburg reeds sedert 1890. De verplichte stierenkeuringen zjjn geregeld by Provinciaal- en niet bij Rijksreglement.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1975 | | pagina 9