MET MAN EN MACHT!
i
van landbouw, tuinbouw en veeteelt in zeeland en noord-brabant
maatschappij tot bevordering
ONS COMMENTAAR
AFGELOPEN zaterdag 26 oktober is er intensief over-
leg geweest met de minister van landbouw en het
D.B. van het Landbouwschap over de wijze waarop de
Zuid-Westelijke landbouw geholpen kan worden bij het
binnenhalen van de oogst. Dit overleg vond plaats tijdens
de bezoeken die door het D.B. van het Landbouwschap
aan Zeeuws-Vlaanderen en door minister Van der Stee
aan Zuid-Beveland en Walcheren werden gebracht.
Op wel zeer overtuigende wijze heeft men zich vooral
in Zeeuws-Vlaanderen en Walcheren kunnen overtuigen
van de uitgesproken noodsituatie waarin de Zeeuwse
akkerbouw dit najaar is komen te verkeren. Immers zelfs
bij een langdurige weersverbetering moet gevreesd wor
den dat lang niet alles meer geoogst kan worden en dat
bovendien nogal wat produkten nog nauwelijks enige
waarde vertegenwoordigen door aanzienlijke kwaliteits
verslechtering. Dat geldt dan vooral voor de bruine bo
nen en uien, maar in sommige streken waar percelen
onder water hebben gestaan ook voor de aardappelen.
Nu is dan ook reeds als vaststaand feit aan te nemen
dat vele ondernemers een zware financiële strop zuilen
hebben.
Hoewel natuurlijk alle aandacht in de eerste plaats
gericht moet zijn om nog zoveel mogelijk aardappelen,
uien, suikerbieten, gladiolen, knolselderij e.d. binnen ie
halen, is daarnaast een financiële regeling voor de zwaar
gedupeerde bedrijven dringend noodzakelijk. Het is im
mers onaanvaardbaar indien bedrijven, als gevolg van
deze uitzonderlijke weersomstandigheden, zouden moe
ten ophouden te bestaan. In de komende dagen zal met
kracht een eenvoudige (renteloze) voorschotsregeling
voor alle bedrijven die door deze bijzondere omstandig
heden in moeilijkheden komen of waarvan de weerstand
zwaar wordt aangetast, bepleit worden.
INZET EXTRA MACHINES
QEDURENDE afgelopen week is de aktie om extra
oogstmachines van elders in te schakelen op gang
gekomen. Wanneer wij dit schrijven is reeds bekend dat
er in ieder geval een extra contingent oogstwerktuigen
en bediendend personeel beschikbaar komt. De gewes
telijke raad van het landbouwschap in Zeeland en het
secretariaat van de drie Zuid-Westelijke landbouworgani
saties zullen verder voor de toewijzing van de beschik
bare machines van de diverse regio's in Zeeland, West-
Brabant en Zuidhollandse eilanden zorg dragen.
Wij dachten dat het in de huidige omstandigheden van
groot belang is dat er zoveel mogelijk extra oogstcapaci-
teit (dus ook transport, boxenvullers e.d.) wordt ingezet.
Immers ook al beschikt men individueel in theorie over
voldoende oogstcapaciteit, het is nu zaak om alles er zo
snel mogelijk uit te krijgen wanneer de weersomstandig
heden dat mogelijk maken. Door de organisaties wordt
er daarbij naar gestreefd dat de oogstmachines en het
betreffende personeel wordt ingezet tegen normaal loon
werktarief. D.w.z. dat men slechts betaalt voor elke ha
die daadwerkelijk geoogst wordt en dat de kosten van
verletdagen, reizen etc. voor rekening van het Ministerie
van Landbouw komen.
Hoe groot de achterstand in werk is blijkt nog eens
uit onderstaand overzicht van het aantal ha's der diverse
gewassen die per 28 oktober nog geoogst moeten wor
den. De tussen haakjes geplaatste cijfers geven daarbij
het percentage van de totaal verbouwde oppervlakte van
de betreffende gewassen aan dat nog geoogst moet wor
den.
aardappelen uien suikerbieten
Oost Zeeuws-VI. 1850 (65%) 550 (90%) 4300 (90%)
West Zeeuws-VI. 1500 (85%) 550 (85%) 2800 (75%)
Walcheren 550 (65%) 500 (80%) 1800 (75%)
Noord-Beveland 850 (75%) 150 (85%) 1100 (80%)
Zuid-Beveland 2100 (70%) 450 (65%) 3200 (70%)
Schouwen-Duiv. 1200 (45%) 700 (90%) 2000 (75%)
Tholen/St. Ph.l. 1050 (50%) 300 (90%) 1300 (80%)
West-Brabant 4000 (60%) 380 (80%) 5500 (60%)
Voorts moeten met name in Zeeuws-Vlaanderen en
Walcheren nog ca. 4700 ha bruine bonen geoogst wor
den. Een deel hiervan zit nog in de grond of ligt op zwad
en moet praktisch als verloren worden beschouwd!
Ook het aeraal gladiolen (750 ha), knolselderij (550 ha)
en witlof (250 ha) in Zeeland en West-Brabant moet nog
praktisch geheel geoogst worden.
Vooral in die gebieden waar er langdurig water op het
land heeft gestaan, moet gevreesd worden dat de kwa
liteit der produkten dusdanig geleden heeft dat in som
mige gevallen oogsten geen zin meer heeft.
Ook het komende oogstjaar zal ongetwijfeld door de
huidige situatie beïnvloed worden. Enerzijds door struc-
tuurbederf van de grond, anderzijds doordat er tot op
heden nog slechts sporadisch een perceel wintertarwe
is ingezaaid en velen ongetwijfeld in de komende maan
den hun bouwplan zullen moeten aanpassen.
Ook in de andere E.G.-landen (met name Frankrijk en
België) heeft men zeer ernstig van het natte weer te lij
den. Zo zitten er ook daar nog zeer veel aardappelen in
de grond, gaat de maisoogst uitzonderlijk grote proble
men geven en is er een grote achterstand bij de bieten
campagne opgelopen.
Overigens blijkt ook in midden Zuid-Holland en Noord-
Holland nog 60 a 80 van de aardappelen in de grond
te zitten. In het noorden en oosten van ons land beperkt
het areaal consumptieaardappelen, wat nog in de grond
zit, 'zich tot 10 a 15% van het totaal. Wel liggen in de
IJsselmeerpolders nog zeer veel uien op het land.
E.G.-BESLUITEN
"TJE precaire oogstsituatie brengt met zich mee dat de
aandacht wat is afgeleid van de markt- en prijs
politiek in Brussel en het Zelfstandigenbeleid in Den
Haag. Wij willen hier toch een paar opmerkingen over
maken.
In de eerste plaats zijn er vorige week in Brussel enige
belangrijke besluiten over het suikerbeleid voor de ko
mende jaren genomen.
Zo is het quotum A-suiker (z.g. vette suiker) belang
rijk uitgebreid. Voor de hele E.G. van 7,8 miljoen: naar
ruim 9,1 miljoen ton en voor Nederland van 550 naar
690.000 ton 25%). Voor dit A-quotum geldt zoals
bekend de volle minimum-garantieprijs. Voorts is besloten
dat voor het seizoen 1975/1976 ook voor het B-quotum
(halfvette bieten) de volle garantieprijs zal gelden. Aan
gezien alleen al het nieuwe A-quotum bijna de volle Ne
derlandse produktie dekt mag er dan ook vanuit gegaan
worden dat voor het komende seizoen tenminste de volle
(Zie verder pagina 3.)
VRIJDAG 1 NOVEMBER 1974
62e Jaargang - No. 3255
land- en
tuinbouwblad
Minister van Landbouw mr. A. van der Stee begeleid door een uitgebreid gezelschap heeft zich vorige week zaterdagmiddag persoon
lijk op de hoogte gesteld van de zorgwekkende situatie in de land- en tuinbouw. Na bezoek aan een bedrijf op Zuid-Beveland werd de
nog veel hopelozer toestand op het akkerbouwbedrijf van de heer A. Lampert Biggekerke bekeken. Met een rit op een landbouw-
wagen door modderige percelen kreeg de minister de indruk van harde werkelijkheid waarmee de landbouw nu al weken lang te kam
pen heeft zonder uitzicht op direkte verbetering, want depressies met regenbuien blijven elkaar nog steeds opvolgen!
In dit nummer o.m.:
O.V.M.-verzekeringen -
De ziektekosten
verzekering Pagina 3
Over: Praters en
doeners Pagina 4
Wateroverlast en
leveringsplicht
contractteelt Pagina 5
9K Praten over de
Rijksgroepsregeling
Zelfstandigen Pagina 5
Oplossingen voor de
problematiek van de
bedrijfsbeëindiging en de
beroepsovergang
Pagina 6/12
De teelt van
veldbeemd onder
wintertarwe Pagina 7
De maand november
op het zuidwestelijk
landbouwbedrijf
Pagina 8/9
Jfr Tuinbouwklanken enz.
Pagina 11/12
zlm