Leverbotziekte-
behandelingsadvies
Minimummelkprijs
alsnog omhoog
Succes voor onderwijzer hoefsmid Jan Kurz te Serooskerke (W.)
6
VOORSPELLING LEVERBOTBESTRIJDING
VOOR NAJAAR EN WINTER 1974/1975,
VASTGESTELD OP 25 SEPTEMBER 1974
Stichting „Gezondheidsdienst
voor Dieren in Zeeland"
Goes.
V
Door de droogte in april en mei zijn veel van de overwin
terde leverbotslakjes afgestorven. Hoewel er in Juni wat
meer regen viel bleef het nog vrij kond. Pas in juli bij veel
regen en oplopende temperaturen werden op veel plaatsen
de slakjes talrijker. Hun ontwikkeling werd echter door de
droogte in augustus op de meeste plaatsen weer afgeremd
en de besmettingsgraad van de slakjes bleef over het alge
meen laag.
IN de PJ.C. lazen we een artikeltje gewijd aan onze
vriend Kurz, die op onze Nationale in iDen Bosch op
de eerste prijs beslag legde in de Afdeling „Hoefbeslag" en
dit in altijd felle concurrentie. Dient daarbij nog te worden
opgemerkt, dat dit werd behaald tnet het beslag van Due
K 2714 (3e op tal voor het kampioenschap) van Iz. de Buck
(Wz) ook al uit Serooskerkq.
Hoe hij deze mooie resultaten heeft kunnen bereiken
schrijven we o.m. toe aan zijn liefde voor het paard in
't algemeen en zijn grondige kennis hiervan. We ontmoeten
hem dan ook regelmatig op onze keuringen al of niet ge
wapend met een dure knoert van een camera een hobby
die hij ook volledig beheerst en waaraan je ook niet hoeft
te beginnen zonder paardenkennis.
Als vakman staat hij dus met Ibeide benen op de grond en
door zijn werk steeds midden in het paardengebeuren en
wat daarmee samenhangt.
Uit het onderzoek van de levers van slachtlammeren is
gebleken dat het aantal aangetaste levers zeer laag is en de
aantasting meestal zo gering dat zij onbetekenend is.
BEHANDELINGSADVIES:
Omdat voorjaarsbesmettingen van enige omvang prak
tisch niet zijn voorgekomen is er geen reden om nu reeds
tot algemene behandeling over te gaan. Op bedrijven, waar
in vorige jaren leverbot aanwezig was, zijn infecties van
betekenis zo zij zullen plaatsvinden pas in de komen
de maanden te verwachten. Daarom is het beter de behan
deling tot een later tijdstip uit te stellen.
RUNDEREN:
Over het algemeen zal behandeling van de volwassen run
deren niet nodig zijn en kan worden volstaan met één enkele
behandeling van het jongvee (pinken en kalveren) in januari.
SCHAPEN:
Ook hier zal over het algemeen één behandeling voldoen
de zijn, en wel bi december.
Op bedrijven of in gebieden waar door bijzondere om
standigheden de besmettingskans van het vee boven het
landelijk gemiddelde ligt, zal mogelijk meer moeten worden
behandeld. De plaatselijk deskundige dierenarts of de Ge
zondheidsdienst voor Dieren kan dit het beste beoordelen.
Daar op dit ogenblik nog niet precies vaststaat hoe de
leverbottoestand zich in de komende maanden zal ontwik
kelen, geldt het voorgaande behandelingsadvies als voor
lopig. In de maand december zal aan de hand van de dan
bekende gegevens opnieuw een mededeling volgen.
^LS rondrijdend], dus mobiel hoefsmid, voor „Cebeco"
is hij' overal te consulteren. Door de nog steeds toe
nemende belangstelling met name in de rijseetor, kan hij
al dit werk al niet meer alleen aan. Verder is hij „een man
aan een paard", met hem nemen ze geen loopje en is dit
dikwijls ook noodzakelijk met een soms minimale hulp bijv.
„de klandizie".
Toen er nog volop zware paarden waren en in Zeeland
verschillende hoefsmeden die het vak grondig beheersten,
zo bijv. de Schiemans in Axel, Steyaert in Sasput en de al
vlug tot een fabriek van hoefijzers uitgroeiende zaak van
de ook als hengstenhouder en opfokker algemeen gekende
Honoré Kerkhaert van Stoppeldijk.
Allemaal waren het all-round paardenmensen en we kun
nen daar vriend Kurz zo bijschuiven en de Zeeuwse fokker-
cliënten hopen dan ook nog lang van zijn grote „pedicure"-
verdiensten gebruik te kunnen maken.
„PAERDENVRIEND".
|N het meningsverschil tussen het Produktschap voor
Zuivel en de ministers van Landbouw en Economische
Zaken over de toelaatbare verhoging van de minimumprijs
voor verpakte yolle melk is het Produktschap deze keer als
overwinnaar uit de bus gekomen. De minimumprijs voor
verpakte volle melk is per 15 oktober alsnog met 6 cent om
hoog gegaan en overeenkomstig het tyq&luit van het Produkt
schap op 83 cent per liter vastgesteld. Een en ander heeft
nogal wat deining veroorzaakt en tot wederzijdse verwijten
aanleiding gegeven
De ministers zeggen dat bij het Produktschap kennelijk
de bereidheid ontbreekt om zich te beperken tot de aanvan
kelijk ook door het Bestuur voorziene 5 cent. Bij het weder
om onthouden van dld ministeriële goedkeuring aan deze ver
ordening dreigde de situatie te ontstaan dat een bepaalde
groepering uit de detailhandel in een onevenredig moeilijke
positie zou geraken. Vandaar dat de bewindslieden zich
thans verplicht achten de verordening goed te keuren. Er
wordt aan toegevoegd dat dje ministers zich zullen beraden
over de wijze waarop thans tot vaststelling van de mini
mumprijs voor volle melk wordt gekomen om een herhaling,
van de moeilijkheden zoals die zich nu hebben voorgedaan,
te voorkomen.
|JE voorzitter van het Produktschap ir. B. van Dam vindt
de ministers van Economische Zaken en Landbouw
maar slechte verliezers. Vorige week onthielden zij, zich be
roepend op het algemeen belang, hun goedkeuring aan de
verordening waarin het produktschap voor zuivel tot de ver
hoging met zes cent besloot. Woensdag (9 oktober) besloot
het bestuur unaniem opnieuw tot de verhoging met zes cent.
De ministers zeggen nu dat de moeilijke positie van de melk-
detailhandel hen heeft doen besluiten alsnog akkoord te gaan
met die zes cent. Na de derde september, toen het produkt
schap een bespreking had met het ministerie van economi
sche zaken, hadden zij echter al tot een verhoging van de
maximumprijs met drie cent kunnen besluiten en het pro
duktschap had dan op 18 september (een normale vergader
datum, nu waren er twee extra bestuursvergaderingen nodig)
de minimum prijs al kunnen verhogen. De nieuwe maximum
en minimumprijzen hadden op 26 september tegelijk in kun
nen gaan. Het produktschap voor zuivel wijst dan ook met
nadruk de verantwoordelijkheid van de hand voor de ver
warde en onaanvaardbare situatie die daarna in de con-
sumptiemelksector is ontstaan. De schuld voor het feit dat
op de dag waarop de fabrieken de prijs waartegen zij de
melk afleveren mogen verhogen met drie cent per liter, niet
gelijktijdig een verhoging van de minimumprijs voor ver
pakte volle melk van kracht is geworden, ligt naar de op
vatting van het produktschap geheel bij besluitloosheid van
de ministers van landbouw en van economische zaken!
Zoals bekend kan het bestuur van het produktschap voor
zuivel, oi> grond van de bij Koninklijk Besluit verleende be
voegdheid, een minimumprijs vaststellen voor verpakte volle
melk. Het is politiek gezien dom van een minister om zo'n
bestuur tegen de haren in te strijken, zo vindt Ir. Van Dam.
GEEN MAATREGELEN VOOR VARKENSSECTOR
OEVERLOZE DISCUSSIE OVER AFSLACHTEN
LICHTER GEWICHT IN
PRODUKTSCHAP VOOR VEE EN VLEES
De openbare bestuursvergadering van het Produktschap
voofl Vee en Vlees die woensdag 9 oktober in Rijswijk is ge
houden stond vooral iin het teken van oeverloze discussies
die gehouden zijn met betrekking tot het afslachten van var
kens op lichter gewicht.
Hoewel voorzitter ir. G. A. Meyer er weinig moeite voor
gedaan heeft om te verbergen dat hij deze affaire wel door
middel van dwingende voorschriften i.e. Verordeningen zou
willen regelen, was de animo daarvoor in het bestuur be
paald niet groot.
Zoals de situatie thans is, wordt de uitbetalingsprijzen
aan de mesters van de over te nemen varkens gekoppeld
aan een gewichtsgrens van 70/87 kg. Voorheen was dat
75/90 kg. Gezien het ai te ruime aanbod aan varkensvlees
wilde men dit geleidelijk terugbrengen tot 70/85 kg. Men is
daar niet in geslaagd en is blijven steken op 70/87 kg, waar
bij het zelfs de vraag is of ook deze gewidhtsgrenzen nog
gehandhaafd kunnen worden
Voorzatter Meyer had graag gezien dat de gewichtsgren-
zen gesteld werden op 70/85 kg. Hij meende dat hij daardoor
met meer recht zal kunnen pleiten voor maatregelen op
regerings- resp. E.E.G.-niveau. In de vergadering kwam dui
delijk naar voren dat het effect van de maatregel echter
maar zeer beperkt is. Het Nederlandse aanbod in de totale
varkensproduktie in de EG is maar bescheiden en. elders in
de EG voelt men weinig of niets voor dergelijke ingrijpende
maatregelen. Vooral van de zijde van de handel werd daar
voor een duidelijk afwijzend standpunt naar voren gebracht.
Men stelt van die kant dat men moet leveren dat wat de
markt vraagt Daar had men vooral kritiek op de hoge kor
tingen voor zwaardere varkens, die tot 30 cent per kg kan
oplopen Daarbij komt dat in het westen nu eenmaal een
goede vraag is naar een wat zwaarder varken.
Het westen is een zeker tekortgebied en aanvoer uit an
dere „overschofgebieden kost extra, zo lang nog de „nade
re keuring" volgens art. 8 vafn kracht is. De kosten daarvan
zijn te becijferen op wel 15 cent per kg, akius stelde de heer
Loefs. Om tot een regeling te komen zou een soort Egalisa-
tiekas moeten worden opgericht, waaruit toeslagen zouden
kunnen worden betaald op varkens, die op lichtgewicht zou
den worden afgeleverd. Deze Egalisatiekas zou op basis van
50/50 met de overheid „gevoed" moeten worden, waarbij
de vraag is hoe de verdeling van de op te brengen bedragen
tot stand moet komen. Var^ veehouderszij de is de vrees ge
uit dat de lasten daarvan alleen op de producenten zullen
drukken
TELEURGESTELD
Voorzitter Meyer maakte gewag van de teleurstellende
resultaten die zijn bespreking met de D.G. van de Landbouw
ir. A. de Zeeuw gehad hebben. Van regeringszijde is aange
voerd, dat men interventie op de varkensmarkt zo lang m<>
gelijk dient te vermijden en er op gewezen dat de situatie
op de varkensmarkt weer wat aan het opklaren is. Boven
dien zou de politieke sfeer in Brussel bepaald ongeschikt
zijn om met interventie-voorstellen aan te komen, aldus de
D.G.
De heer F. W. Mikkers merkte in dit verband op dat in
derdaad wel van enige opklaring sprake is, doch dat bij een
kostprijs van 3,60 en een marktprijs van 3,00 men nog
bepaald niet van een aanvaardbare marktsituatie kan spre
ken!
MARKTSITUATIE
Bij de bespreking valn de marktsituatie maakt de secreta
ris F. Bikker melding van omvangrijke uitvoeren van leven
de en geslachte varkens alsook van varkensvlees.
De heer Loefs verwachtte dat de vrij vaste tendens die
de afgelopen week de varkensmarkt kenmerkte zich de ko
mende weken nog wel zal aanhouden. Opgemerkt werd dat
de Amerikaanse hammenmarkt iets vaster was, mede door
dat ook de 'Denen trachten hogere prijzen te maken op die
markt. De heer Loefs wees er op dat de Britse markt voor
„Backs" vast is. Een afslachten op lichter gewicht zou deze
overigens vrij beperkte afzet ten goede kunnen komen
Voor slachtvee blijven de prijzen op laag niveau. De Ne
derlandse gemiddelde marktprijs ligt op goed 80 va>n de
oriëntatieprijs. Uit de veestapel werden in september onge
veer 44 meeir runderen aangevoerd op de 9 grote vee
markten dan vorig jaar. In het Comité van Beheer zal wor
den voorgesteld ook B-koeien voor interventie in aanmer
king te doen komen. Dat zal enige extra steun aan de slacht-
veemarkt kunnen geven.
Overigens verwacht men in EEG-kringen te Brussel ten
aanzien van de rundvleesmarkt dlat van een zekere ontspan
ning en een licht prijsherstel pas in het 2e halfjaar 1975
sprake zal zijo%
STERKE UITBREIDING RUNDVEESTAPEL IN NEDERLAND EN IN DE PARTNERLANDEN
In een commentaar op de uitkomsten van de meitellingen
stelt het Produktschap voor Vee en Vlees vast dat in 1972
en 1973 de rundveehouders in Nederland en in de omliggen
de landen de rundveestapel sterk hebben uitgebreid. Ener
zijds heeft men dat gedaan door de uitstoot te verminderen,
anderzijds door meer jongvee te laten dekken en afkalven.
Dit vond plaats onder aanmoediging van de gunstige gras-
groei en een bevredigende zuivelpositie.
Daarnaast werd door de hoge slachtveeprijzen het houden
van vleesvee gestimuleerd. Daardoor waren er in mei 94.000
jonge vleesdieren meer dan vorig jaar, een toeneming met
43 Dit betreft vrijwel geheel mannelijk mestvee.
Er werden in mei ruim 300.000 stuks rundvee of 6 meer
geteld dan een jaar geleden. Hoewel ook in de melkveehou
derij de afstand tussen kosten en opbrengsten kleiner is
geworden heeft de rundveehouderij niet die sterke finan
ciële terugslag gekregen vergeleken met b.v. de varkens
houderij.
Daardoor breidde de melkveestapel zich uit met 85.000
dieren of 4 In het oogstjaar 1973/'74 werden 136.000 of
33 meer slachtkoeien afgeleverd dan in 1972/'73; 542.000
stuks tegenover 406.000 stuks. In 1972 en 1973 is het aanbod
van slachtrunderen in elk van deze jaren rond de 109.000
stuks lager geweest dan bij de toenmalige omvang van de
veestapel verwacht had mogen worden.
Bij een veestapel van de huidige omvang behoort een uit
stoot van ongeveer 87.000 slachtrunderen, te weten 26
van de melkveestapel in mei, dat is rond 570.000 stuks als
mede een 300.000 stuks jongvee.
In de afgelopen jaren werden er als het ware ongeveer
200.000 stuks „opgespaard". Daarvan zullen er naar schat
ting in het lopende jaar ongeveer 60.000 worden aangeboden
boven het normale aanbod van rond 870.000. De rest van
het „gespaarde" veebestand: zal goeddeels in 1975 boven het
normale aanbod vrijkomen, zodat ook in 1975 met een vrij
wel gelijk aanbod als in 1974 te: rekenen is.
MESTKALVEREN
Het aantal mestkalveren was hoger dan vorig jaar. De
produktie gaat door ondanks een aanzienlijke daling van de
prijzen van. de mestkalveren.
De terugslag ondervonden daarvan vooral de prijzen van-
de nuohtere kalveren die sinds het begin van het jaar rond
100 tot 200 per dier lager waren. In 1972 en 1973 is de
produktie wat verminderd doordat er toen meer stierkalve
ren voor de rundvleesproduktie bestemd werden en meer
vaarskalveren voor de fokkerij dan gewoonlijk.
VARKENSHOUDERIJ
In mei was de varkensstapel bijna 300.000 stuks of bijna
5 groter dan vorig jaar. Het aanbod aan slachtrijpe var
kens is voor het le halfjaar 4 en voor het 2e halfjaar
11 hoger geraamd dan vorig jaar. In het 3e kwartaal was
de aanvoer 13 groter, terwijl voor het 4e kwartaal ook
aanmerkelijk meer slachtvarkens aan de markt zullen komen
dan vorig jaar, zo ook in de eerste helft van 1975.
Het aantal dekkingen bedroeg in augustus 122 duizend,
waarvan 22 duizend betrekking hebben op jonge zeugen.
In juni 1975 wordt op basis hiervan een aanbod van slacht
varkens verwacht van rond 900 duizend stuks. Het gereali
seerde aanbod van slachtvarkens in juni 1974 bedroeg 820
duizend stuks. Voorlopige uitkomsten wijzen uit dat er in
augustus 1974 970 duizend slachtvarkens werden aange
boden. v. d. W.