NOTULEN BUITENGEWONE ALGEMENE VERGADERING VERBIJSTERD! WAAR HET OM GAAT! 'NGEZONDEN 7 GEHOUDEN OP 30 SEPTEMBER 1974 TE 14.00 UUR IN DE „PRINS VAN ORANJE" TE GOES raad en met K.N.L.C. en overheid. Doch er is reeds op de ledenraadvergaderingen gewaarschuwd, dat er een veel hardere lijn moest worden gevolgd. Enkele maanden later bleek door de akties, die toen werden gevoerd, dat de waarschuwing terecht gegeven was. Wij zijn dan ook wat te laat geweest, aldus de heer Haartsen. Het is dan ook de hoogste tijd, dat onmiddellijk aan de verlangens tegemoet gekomen moet worden en dat bij niet-inwilliging van eisen, direct tot harde akties moet worden overgegaan. De heer Haartsen verwacht van maatregelen op belas tinggebied meer soelaas voor de boer dan van de ver schillende andere maatregelen. Hij acht het dreigement met geen belasting betalen ook gewenst, indien de re sultaten zouden tegenvallen. In de tweede plaats meent spreker, dat het noodzakelijk is voor 1976 van de rege ring te eisen, dat 5 jaar belastingvrijstelling wordt gege ven bij overname van gronden, dit in het bijzonder voor de toekomstige jonge boeren. Voorts acht spreker ge lijkstelling van de belastingdruk voor ongehuwden met die van gehuwden niet meer dan billijk, alsmede verho ging van het percentage van de rentesubsidie. De voorzitter zegt in antwoord op het gestelde van de heer Haartsen, dat in de komende maanden op belasting gebied veel naar voren zal worden gebracht en dat dit in grote trekken parallel loopt met de wensen van spre ker. Ten aanzien van de samenwerking met andere groe pen zegt de voorzitter, dat gestreefd zal worden samen te werken met groepen, die ongeveer gelijke belangen moeten behartigen als de boerenstand. In dit verband kan worden gedacht aan de middenstand en de kleinere industriële ondernemingen. Wel moet natuurlijk ook met middenstandsgroeperin gen overeenstemming kunnen worden bereikt, dat men het eens is met hetgeen zal worden bepleit en naar vo ren gebracht. Het is namelijk eerder voorgekomen, dat de landbouworganisatie en de middenstandsorganisaties tesamen bij de minister waren, doch dat daar bleek, dat de laatste het onderling niet eens waren en dan is men veel verder van huis! f)E voorzitter geeft hierna het woord aan de heer G. de Lint, Willemstad die op duidelijke wijze zijn on genoegen naar voren brengt, dat in de afgelopen maan den steeds maar weer gesproken wordt over steun en dit vooral in de pers. Doch het moet nu maar eens volko men duidelijk worden, dat de Nederlandse boer geen steun verlangt doch alleen maar zijn recht (applaus). Dit neemt niet weg, aldus de heer De Lint, dat we ook ons zelf veel te verwijten hebben. Wij hebben als land- en tuinbouw in Nederland nog nooit als een volkomen een heid kunnen optrekken. Het zou wel eens te wensen zijn als er eens een schrijven ging naar alle radio- en televisiesprekers over wat nu in feite een „boze boer" is. Als het Nederlandse publiek werkelijk eens met boze boeren te maken zou krijgen, dan zou men liever het dub bele voor de produkten over hebben! Wij hebben ais Nederlandse boeren in de 2e wereldoorlog gepoogd ieder het zijne te geven; we hebben de belofte gedaan aan de Nederlandse regering na de oorlog te zullen zorgen de voedselproduktie tegen redelijke prijzen zo spoedig mo gelijk weer op peil te brengen. De overheid zei toen, dat het de landbouw later zou worden vergoed. We horen nu, dat in de komende maanden veel zal worden geprobeerd, doch we zijn al maanden zonder veel resultaten bezig. Het is een dringende noodzaak de overheid cijfermatig te doen weten hoe belangrijk de Nederlandse landbouw voor de economie is. Het zou dan in feite niet nodig behoeven te zijn de wegen te blokke ren. De regering moet dan echter niet naar ontsnappings clausules gaan zoeken, want dan is het de plicht, dat deze gehele landbouw in volledige samenwerking laat zien wat in dit land mogelijk is (applaus). De voorzitter dankt de heer De Lint voor zijn woorden, die een grote steun voor het bestuur betekenen. De voorzitter doet hierna mededeling dat enkele schrif telijke vragen zijn ingediend, namelijk door de heer De Jong uit Hoek en de Afd. Oosterland der ZLM. De afdeling Oosterland stelt vragen over de mogelijk heden tot contingentering van de aardappelen. In het al gemeen moet worden aangenomen, aldus antwoordt de voorzitter, op deze vraag, dat contingentering van de aard- appelproduktie voor ons land niet voordelig geacht moet worden. Er zijn op dit moment weer teveel aardappelen, aldus de voorzitter, doch men moet voorshands nog maar aan nemen, dat geen regeling beter is, dan een regeling, die de mentaliteit in andere landen in aanmerking nemende wat opgaven en aanmeldingen betreft, toch voor Neder land ongunstiger zou blijken te zijn. De schriftelijke vragen van de heer De Jong zijn in feite reeds alle door de andere sprekers ook naar voren gebracht en door mij beantwoordt, aldus de voorzitter. Wat de C-suiker-kwestie betreft is de voorzitter het met de heer De Jong eens dat dit een drama is. Als men niet verder kijkt dan vandaag is men als akkerbouwer ge neigd te zeggen: „Stop maar met alle maatregelen; onze suiker en granen zullen op de wereldmarkt een dusda nige prijs opbrengen dat we het wel rooien". Maar, aldus de voorzitter, er kunnen andere tijden komen en wereld marktprijzen zijn grillig! Voor de maatregelen van Brussel met de C-suiker moe ten we konstateren dat ze daar betreffende deze kwestie niet met beide benen op de grond staan! Gezien het sui kertekort zou al onze suiker zonder meer A-suiker moe ten zijn. Ook in het C.O.P.A. is men het hierover eens en voert hierover op het ogenblik besprekingen. De heer Schlingemann wil tenslotte nog even terug komen op de uitlatingen van de heer Bevelander over de heer Knottnerus en wijst erop, dat men geen oordeel over iemand moet uitspreken als men daartoe niet be voegd is. Spreker zegt persoonlijk op de hoogte te zijn, wat de landbouwvoormannen in ,,de vuurlinie" presteren en men mag aannemen, dat dit voor menigeen veel te zwaar zou zijn. Het is vanzelfsprekend van uitermate groot belang, dat de landbouw zijn noden op zeer duidelijke wijze naar voren brengt en ook zijn eisen stelt, doch men moet toch bij dit alles niet vergeten, dat de landbouw niet het enige onderdeel van ons volk is en ook niet in de E.E.G. Het is dan ook zo, dat men degenen, die uiteindelijk beslis sen geen dingen voor de voeten moet werpen, die kant noch wal raken. Een regering, aldus de heer Schlinge mann kan alleen door een parlement op de vingers wor den getikt en daarin zitten de gekozenen. Als men daarin een meerderheid heeft, dan kan men verwachten, dat men krijgt wat men wil. Dit alleen geldt in een democratisch land, hetgeen wij met zijn allen toch het liefste willen behouden! De voorzitter meent te mogen concluderen, dat de pro blemen rondom de landbouw deze middag grondig zijn besproken, al zou men over details nog wel uren door kunnen gaan. Morgen, aldus de voorzitter is het hoofd bestuursvergadering van het K.N.L.C. De voorzitter vraagt of de vertegenwoordigers van de ZLM in dit bestuur de volgende opdracht van de Algemene Vergadering kunnen meekrijgen: ,,De algemene vergadering en het Hoofdbestuur der ZLM, op maandag 30 september te Goes in buitenge wone vergadering bijeen, konstateren dat: de in miljoenennota aangekondigde belastingmaatre gelen voor de land- en tuinbouw volstrekt ontoerei kend zijn; de E.G.-markt en prijsbesluiten onvoldoende tege moetkomen aan de COPA-eisen en bovendien zijn op geschort door het Westduitse veto. en dringen met klem aan de volgende maatregelen te eisen: VAN DEN HAAG: inwilliging van alle CLO-eisen op belastinggebied onmiddellijke verhoging van de b.t.w., indien de E.G.- besluiten deze week niet alsnog van kracht worden snelle invoering van subsidie voor jonge ondernemers bij bedrijfsovername VAN BRUSSEL: uitvoering van alle op 20 september genomen beslui ten- verhoging van de E.G.-landbouwprijzen voor 1975/ 76 op basis van de totale kostenstijging gedurende 1973 en 1974, waarbij alleen de in 1974 gerealiseerde prijsverhogingen afgetrokken mogen worden de komende jaren de produktiviteitsverhoging volle dig aan de boer laten INGEZONDEN zodanige marktmaatregelen dat ook voor granen en vlees de richtprijzen gemaakt kunnen worden De vergadering acht gerichte, harde akties geduren de het najaar noodzakelijk, indien niet op korte termijn aan deze eisen wordt tegemoet gekomen en dringt aan met onmiddellijke ingang in 3 C.L.O.-verband deze akties voor te bereiden". De vergadering betuigt met applaus haar instemming. SLUITING De voorzitter meent aan het eind van deze vergade ring te mogen concluderen, dat de leden ervan overtuigd zijn, dat het ZLM-bestuur zijn uiterste best doet in het belang van de land- en tuinbouw, doch dat daarbij be seft moet worden, dat wij ons voor een zware taak ge plaatst zien. De voorzitter besluit zijn woorden met de hoop uit te spreken, dat veel zal worden bereikt en dat spoedig een betere toekomst voor agrarisch Nederland zal kunnen aanbreken. i De actiegroep Oost Zeeuws-V laanderen heeft met verbijstering kennis genomen van de uitlatingen van de voorzitter van de P.J.Z., op de buitengewone alge mene ledenvergadering der ZLM van 30 september j.l. De opmerkingen die de heer Haartsen richtte tot de boeren in zaal betreffende hun leeftijd was zeer beledigend. De actiegroep Oost Zeeuws-V laanderen, waarin ook 4 PJ.Z.-leden vertegenwoordigd zijn, wei gert te geloven dat de P.J.Z.-leden deze mening van hun voorzitter onderschrijven. En distantieert zich dan ook van deze uitlatingen. DE AKTIEGROEP OOST ZEEUWS-VLA ANDEREN. Voorzitter van de P.J.Z. Izaak Haartsen tekent hierbij aan: Ik heb kennis genomen van het ingezonden stuk van de aktiegroep Oost Zeeuws-V laanderen, welke verbijsterd is over de uitlating van ondergetekende op de vergadering van 30 september j.l. over de leeftijd van de aanwezigen. Mijn kritiek naar mijn mening opbouwende) was, dat er zo weinig jongeren aanwezig waren in de leef tijd die voor overname staan van het bedrijf. Dit zijn de zoons van diegenen die aanwezig waren. Ik heb deze uitlating gedaan omdat ik reeds vele malen ben benaderd met de vraag Waarom wordt er door de jongeren zo weinig gedaan omtrent de toestand in de landbouw" akties opzetten). Dit wordt te samen met de standsorganisaties gedaan om naar onze mening te voorkomen dat afsplitsing plaats zal vinden. Dit be tekent dat de Algemene Vergadering ook voor de toe komstige landbouwers een vergadering was om infor maties in te winnen en zich te laten horen. Mijn konklusie was: Als ze niet (enigen wel) op de vergadering zijn, dan moeten ze ook niet tegen het be stuur trappen! Ik hoop dan ook dat de vele aanwezige ouders van de toekomstige landbouwers natuurlijk blijven komen naar de vergaderingen. Dit zijn tenslotte de mensen met de ervaring waar wij het van moeten leren. Maar ook, dat ze in de toekomst hun zoonlief ook eens mee nemen naar bijeenkomsten waar gepraat wordt over landbouwbeleid en alles wat daarbij hoort. Van onze hand wordt daaraan ook genoeg gedaan. Denk aan EVTO en agrarische gespreksgroepen, maar de belangstelling daarvoor is slechts gering. Ik ben overigens bijzonder blij dat er een reaktie is Ifinnen gekomen over deze zaak. Meestal hoor je ach ter je rug er over praten en wordt het niet rechtstreeks naar voren gebracht. Wel had ik de reactie van een of andere kring van de ZLM verwacht en niet van een aktiegroep. "QE kostenstijgingen in de akkerbouw zullen van 1 173 tot 1175 minstens f 600,per ha be dragen (arbeid: 25%, kunstmest: 70% enz. enz.). Kostenstijgingen tengevolge van economische fakto- ren, die buiten onze boereninvloed liggen (inflatie, energiecrisis). Kostenstijgingen, die in de akkerbouw niet meer zelfs niet voor een klein gedeelte op te vangen zijn door het tot voor enkele jaren met succes gehanteer de instrument van de arbeidsproduktiviteitsstijging. M.a.w.: alle produktiefaktoren worden momenteel op timaal en efficiënt benut. Kostenstijgingen tegenover gelijkblijvende en of da lende producenten-prijzen. Kostenstijgingen van f 600,per ha tegenover een gemiddeld bedrijfseconomisch netto-overschot per ha in het zuidwestelijk kleigebied (van oogstjaar 1969 t/m het goede oogstjaar 1972) van f 570,— per ha (L.E.I.)! HOE KUNNEN EN MOETEN DEZE KOSTENEXPLOSIES GOEDGEMAAKT WORDEN a. door 25% prijsverhoging van de „Brussel"-produk- ten (suikerbieten en granen voor de akkerbouw) hantering van de richtprijs als bodemprijs, indien het wereldmarktniveau zich boven de richtprijs beweegt. E.e.a. met ingang van 1175. b. door 8 b.t.w.-toeslag (maakt totaal b.t.w. 12 a 13 op alle produkten, gedurende 2 jaren, m.i.v. 1175. Immers: voor een gemiddeld akkerbouwplan met de helft „Brussel-produkten" graan en suikerbie- t) en de andere helft „vrije" produkten zal een 25 prijsverhoging voor graan en bieten ongeveer f 600, per ha betekenen voor de helft van de totale opper vlakte; dus f 300,per ha voor het gehele bedrijf. Een b.t.w.-toeslag van 8 voor alle produkten zal eveneens plus f 250,a f 300,per ha voor het ge hele bedrijf betekenen. c. halfjaarlijkse aanpassing van de E.E.G.-prijzen aan de werkelijke kostenstijgingen van alle produktiemidde- len (inclusief eigen arbeid), aan de hand van betere cijfers dan de nu in Nederland gehanteerde L.E.I.- normen. Met ingang van 1175 zullen in Den Haag zodanige fiscale maatregelen voor de Nederlandse boer en tuin der getroffen dienen te worden, dat discriminatie op be lastinggebied (dus concurentie-vervalsing) ten opzichte van de collega's in andere E.E.G.-landen volledig uitge schakeld wordt. (Frankrijk: belastingheffing middels een vast bedrag per ha. Duitsland: de Nederlandse boer draagt 10x zoveel bij aan de nationale schatkist dan de Duitse boer). (Zie verder pagina 11)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1974 | | pagina 7