Hoe bouw ik een schuur op andermans grond i HET zij, vermeld), dat een zakelijk recht in principe ver erft bij overlijden. De rechten en verplichtingen van het erfpachtcontract gaan dus over op de erfgenamen. Hoe is het gesteld met de financiering? Financiering olie-aankoop glastuinders 15 SOCIAAL ECONOMISCHE VOORLICHTING DEEL II TN deel I hebben we kennis kunnen nemen van de mogelijkheid om volgens de huidige Pachtwet (me thode I) een schuur te bouwen of een verbouwing te reali seren. Methode II gaf aan in welke gevallen men een stukje grond van de verpachter kan kopen of op een eigendomsperceel een schuur kan plaatsen terwijl de overige grond gepacht wordt. In dit artikel worden weer andere manieren behandeld en we zullen ontdekken dat het in wezen nog maar om één methode gaat. De volgende week gaan we nader in op methode IV het recht van opstal en besluiten dan het geheel met een korte samenvatting. METHODE III. HET ERFPACHTSRECHT ff\E Erfpachtsovereenkomst is de overeenkomst waarbij men het volle genot heeft van een andermans toebe horend onroerend goed, onder de verplichting om aan de eigenaar een zgn. Canon te betalen als tegenprestatie voor dat genot. We moeten hier gelijk het onderscheid maken: a. erfpacht van complete landbouwbedrijven (we gaan hier •niet verder op in). b. een klein huisperceel in erfpacht uitgegeven, waarop de betreffende ondernemer dan een schuur kan wegzetten. FINANCIERING EN FISCALE ASPECTEN Men kan zich voorstellen dat de bestaande verpachte ge bouwen in erfpacht worden uitgegeven met een voldoende huisperceel zodat mogelijkheden tot uitbreiding aanwezig blijven. Het erfpachtrecht wordt middels een notariële akte verleden en gevestigd door inschrijving in de openbare regis ters ten hypotheekkantore. Voor bestaande objecten is men naast de transportkosten ook overdrachtsbelasting ad. 5 van de werkelijke waarde verschuldigd. MEDEWERKING EIGENAAR NODIG HE1 ontstaan van een erfpachtcontract is sterk afhanke lijk van de medewerking van de (blote) eigenaar. Als de verpaohter er niets voor voelt om zijn medewerking aan een erfpachtcontract te verlenen dan is er geen enkele in stelling of wet die hem hiertoe zal dwingen. BETALINGEN VAN BELASTINGEN EN ONDERHOUD e.d. jyE erfpachter is gehouden om alle bestaande en toekom stige belastingen voor zijn rekening te nemen. Ook het onderhoud komt in tegenstelling bij, de situatie zoals die Js bij verpachting, volledig op kosten van de érfpachter. Te vens komen voor zijn rekening de kosten van de brand- en stormschadeverzekering. In vele gevallen zal er een hy potheek op het erfpachtrecht worden gevestigd om de finan ciering rond te krijgen. CONTRACTDUUR EN VERLENGINGSWIJZE IJE contractduur is minimaal 26 jaar, daar men anders onder de werking van de Pachtwet zou vallen. In dien lande toestaan er contracten van 26 jaar, de Staatsdomeinen hebben contracten van 40 jaar en ook contracten die eeuwig voortduren zijn bekend. Uitermate verstandig is het om een verlengingsclausule op te nemen, zodat bijvoorbeeld het contract na 26 jaar telkenmale met 6 jaar kan worden ver lengd. In het voorgaande hebben we gezien, dat dit zakelijk recht een „Regelend Recht" is d,w.z. partijen hebben een belang rijke vrijheid hoe zij een aantal zaken willen regelen. EINDE VAN HET ERFPACHTRECHT/VERGOEDING |N enkele gevallen zal tot beëindiging van de overeen komst worden overgegaan: na beëindiging van de contractduur indien niet tot verlenging wordt overgegaan. na wanprestatie, bijv. doordat de erfpachter gedurende 5 jaar of meer de canon niet voldoet of de koeienstal voor caravanopslag of iets diergelijks gaat gebruiken. bij het beëindigen van de pachtverhouding, als het erf pachtcontract alleen voor één of meerdere gebouwen verleend is. als er zich een calamiteit voordoet. Stel de erfpachter wordt invalide of overlijdt en er is geen directe opvolger. In dat geval zit er niets anders op dan het erfpachtcon tract te doen beëindigen. KOPPELING ERFPACHT MET DE PACHT ^E schuur kan niet los gezöen worden van de grond. Van daar, dat een oplossing kan worden gezocht in de kop peling van het erfpachtcontract met de pacht van de bijbe horende grond en de oude gebouwen. We kennen in Oost- Brabant een erfpachtcontract waarin deze koppeling is ver wezenlijkt. Stel dat de pachter zijn pacht moet opzeggen of dat de verpachter via de daarvoor geëigende wegen de pacht doet eindigen, dan is het o.i. reëel dat de verpachter de schuur op erfpachtgrond overneemt tegen de dan geldende agrarische gebruikswaarde. Een ander en voor zich sprekend voorbeeld is het volgende: De erfpachter c.q. pachter over lijdt, bereikt de leeftijd van 65 jaar of is als gevolg van ziekte of van invaliditeit niet meer in staat, het gepachte op behoorlijke wijze te exploiteren, dan kunnen overeen- komsting art. 49 van de Pachtwet, de hierna te noemen per sonen in de plaatsstelling vragen: zijn echtgenote, of een of meer zijner bloedverwanten in de rechte lijn. een of meer zijner pleegkinderen. een of meer van de mede-erfpachters. een of meer van dezen gezamenlijk. We zien dat de bedrijfsopvolger dus steeds het erfpacht contract in handen blijft houden zonder dat anderen kwaad kunnen. BESTEMMINGSVERANDERINGEN TER BEOORDELING AAN DE BLOTE EIGENAAR VOORLEGGEN ERFBEPLANTING SERVITUUT Iemand bouwt of een ligboxenstal of een machineloods, miaar wil daar over enkele jaren konijnen in gaan fokken of oud ijzer in opbergen. Afgezien van de 'bestemmingsvoor schriften van de zijde van de gemeente hoeft de verpachter hiermee geen genoegen te nemen. Als bijvoorbeeld het inte rieur van de bestaande schuur over enkele jaren moet wor den gewijzigd, dan zal daarvoor opnieuw toestemming no- dvg zijn van de blote eigenaar. Het geeft ni. voor deze con sequenties met name als hij verplicht wordt gesteld de ge bouwen t.z.t. over te nemen. Een ander punt is een goede afspraak over de erfbeplanting, welke steeds belangrijker wordt. Nog weer een ander punt is de bereikbaarheid van de stal naar de openbare weg. Als de schuur niet gelijk aan de openbare weg ligt, zal men over de tussen gelegen ge pachte grond, een „servituut" of erfdienstbaarheid moeten opnemen bij notariële akte. Het „Recht van overpad" zoals het ook wel wordt genoemd is dan noodzakelijk, zodat de erfpachter of zijjn opvolger t.z.t. steeds de schuur vanaf de openbare weg kan bereiken. Gelet moet worden op een vol doende brede rijstrook, zodat men ook met brede machines kan passeren. A. M. VERBRUGGE. Een zeer belangrijk punt is de vergoeding bij (vroegtijdige) beëindiging. Als de erfpachter zijn bedrijf verlaat kan hij volgens de wet worden gedwongen om de door hem ge stichte opstallen te laten verwijderen. Beter is het op schrift te stellen, dat bij, beëindiging, zeker als het een vroegtijdige beëindiging betreft, de verpachter een reële vergoeding be taalt. De waardebepaling kan bijv. door drie 'beëdigde taxa teurs geschieden op basis van de agrarische gebruikswaarde van de opstal in relatie tot de bedrijfsoppervlakte. Hierop zijn veel varianten mogelijk. Ook dient de aandacht geves tigd te worden op een goede regeling van de verschillende kennisgevingen wederzijds. De financiering van een nieuwe schuur op erfpaohtbasis is geen eenvoudige zaak. Alles zal afhangen van het erf pachtcontract. Belangrijk is bijvoorbeeld, dat het contract na 26 jaar verlengd kan worden zo mogelijk zelf automa tisch. Daarnaast speelt de mogelijkheid van een vergoeding naar bedrijfswaarde gedurende de contractduur een belang rijke rol. Zo zal soms een overlijdensrisicoverzekering wor den verlangd. Een bank wenst altijd zoveel mogelijk zeker heid te hebben en derhalve zo min mogelijk risico te lopen. Kortom het ds niet van te voren te bepalen hoeveel krediet een bank op een erfpachtcontract voor de financiering van de schuur zal verlenen. De financiering moet dus vooraf terdege worden besproken met die directeur van een bank of de credit-adviseur, voordat met de aanvang, van de bouw wordt begonnen. Een ander punt is de fiscus. Stel dat een contract 26 jaar duurt, dan is het zaak om de fiscale afschrij ving zeker niet langer te stellen. In de praktijk moet om economische redenen naar een nog veel kortere afschrij vingsperiode worden gestreefd. Overleg met de 'boekhouder is derhalve onontbeerlijk. ARBITRAGE IS VAN GROOT BELANG yyAAR mensen zijn, zijn er af en toe geschillen. Het valt nooit te voorzien, vandaar dat men in een dergelijk •geval terug moet kunnen vallen op derdien die als wijze man nen een bindende uitspraak moeten doen. Als één van de partijen of diens erfgenaam van oordeel is, dat hij te kort wordt gedaan, dan moet dat kenbaar gemaakt worden. Elk der partijen, en zo ze die niet binnen bepaalde tijdi doen, de kantonrechter zal een deskundige aanwijzen, die weer een superarbiter zal aanwijzen, die gezamenlijk moeten recht spreken naar billijkheid. Zoals bekend kunnen glastuinders voor de aankoop van olie gebruik maken van een financieringsregeling. Deze regeling heeft betrekking op de ten behoeve van het glastuinbouwbedrijf geleverde olie tot en met 30 sep tember 1974. In verband met het verstrijken van september dienen de tuinders, die reeds op deze regeling een beroep de den, zich tot de Districtbureauhouder D.B.H.) te wen den onder overlegging van de nota's en leveringsbon nen over het derde kwartaal (en eventueel nog over het tweede kwartaal). De tuinders, die tot dusverre geen ge bruik van deze financieringsregeling maakten, dienen eveneens ten spoedigste contact op te nemen met de D.B.H. Het is noodzakelijk daarbij de rekeningen en leve ringsbonnen over de hierna vermelde periodes mee te brengen, omdat aan de hand daarvan het te lenen be drag moet worden vastgesteld. Hierbij gelden de volgen de normen: voor zware olie: f 30,per ton geleverd in de periode 1 maart t/m 31 juli 1974 en 50,per ton geleverd in de periode 1 augustus t/m 30 september 1974; voor lichte olie: f 30,per 1000 I. geleverd in de periode 1 januari t/m 31 juli 1974 en f 50,per 1000 I. ge leverd in de periode 1 augustus t/m 30 september 1974. De tuinder ontvangt na zijn bezoek aan de D.B.H. be richt over de hoogte van het bedrag, dat hij bij zijn bank in de vorm van een lening kan opnemen. Het Rijk heeft zich verbonden deze lening te garanderen en betaalt een deel van de rente. Indien de financiële uitkomsten van de glastuinbouw in 1974 daartoe aanleiding geven zal de aflossing van de lening voor rekening van het Rijk ko men. De tuinder zal dan_echter moeten kunnen aantonen, dat hij de zojuist bedoelde lening bij zijn bank heeft ge sloten.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1974 | | pagina 15