13
verstelbare bodem die uit profielstaal is ge
maakt. Het geheel levert een bijdrage tot
beter werk terwijl volgens de fabrikant
die kiembeschadiging niet is toegenomen.
Van Gruse werd een nieuwe tweerijer ge-
toont met centrale aandrijving en een voor-
raadbak met een inhoud van 400 kg. Twee
van deze machines kunnen eventueel wor
den samengebouwd tot een vierrijer. Hassia
toonde de gehele serie twee en vierrijige
pootmachines die in diverse uitvoeringen
leverbaar zijn. 'Lerebours heeft het vinger
systeem verbeterd o.a. door toepassing van
kunststofklemmen en platen om de vulze-
kerheid te vergroten.
OOGSTMACHINES VOOR
AARDAPPELEN EN SUIKERBIETEN
Nieuw zijn de tweerijige zelfrijder van
Grimme en van Weichel/Hagedorn beide
met verzamelbak. Beide zijn prototypen die
waarschijnlijk nog niet in de praktijk hebben
gewerkt. De Grimme was uitgerust met een
zescylinder motor die de pomp aandrijft voor
o.a. de hydrostatische aandrijving van de
grote achterwielen. Het rooigedeelte wordt
door dezelfde motor mechanisch aangedre
ven. De tweerijer van Hagedorn was gebouwd
in en aan een Weichel-Porter werktuigtrek
ker. Deze laatste is voorzien van vier even-
grote wielen die met een spoorbreedte van
2,50 m niet geschikt lijkt voor een rijenaf-
stand van 75 cm.
ZAAI- EN POOTMACHINES
gend de bekende merken te zien met een
opvallend veelvuldige toepassing van de
Gandy apparatuur. Van Modet was er een
nieuwe pneumatisch werkende granulaat-
strooier voor opbouw op bijv. zaaimachines.
Evenals bij de kunstmeststrooier van dit
merk is de dosering mechanisch en het
transport pneumatisch.
WEIDE BOUWWF.RKTUIGEN
LANDBOUWCIRKELMAAIERS
Bij Claas stond een nieuwe getrokken
maaier met drie trommels en een werkbreed-
te van 2,40 m. De beide buitenste elementen
draaien tegen elkaar in. Het element aan de
binnenzijde draait naar links, zodat het gras
van drie trommels op één, zij het vrij breed
zwad komt. Bij Fahr stonden twee nieuwe
machines. De KM 25 FI wordt vóór aan de
Deutz Intrac bevestigd en heeft een werk-
breedte van 2,10 m. Lie KM 22C met twee
trommels en een werkbreedte van 1,65 m is
nu uitgerust met twee metalen kneusrollen.
Fel la levert nu naast de bekende machines
met trommels twee typen met maaischijven.
De FSM 165 heeft vier maaischijven en een
werkbreedte van 1,65 m een de FSM 240
heeft zes maaischijven en een werkbreedte
van 2,40 m.
(Zie verder pag. 14)
Bij de bietenrooiers toonde Kleine een
nieuwe eenrijer met twee verzamelbakken
voor resp. bieten en koppen en blad. In dit
type 10000 is een bladhakselaar opgenomen
waarmee naar keuze fijn of grof gehakseld
kan worden.
Tweerijige getrokken bietenrooiers met
verzamelbak waren er van Kleine, Rational,
Rustica, Schmotzer en Thyregod. De Kleine
8000 heeft reeds in ons land gewerkt; de
Rustica is nieuw met een geheel hydrauli
sche aandrijving terwijl de Schmotzer Euro-
mat nu zowel met als zonder bladverzame-
ling getoond werd.
De zelfrijdende tweerijige Stöll wordt ge
heel hydrostatisch aangedreven en heeft nu
een motorvermogen van 148 pk, een gewicht
van 6900 kg en een bakinhoud van vijf ton.
Drierijige zelf rijders waren er van Herriau
en Rustica; de laatste met aangedreven rooi-
scharen, een bakinhoud van zes ton, hydro
statische aandrijving en een motorvermogen
van 170 pk.
Nieuw bij de zesrijers was een prototype
van Schmotzer (de eerste Duitse zesrijer'
met koppen voorop de trekkdr en aanbouw
voorraadrooier. De kopper wordt door loop
wielen aangedreven, de bladafvoerketting
door een hydromotor. Deze koppen zal nog
worden voorzien van een automatische be
sturing, een afvoertransporteur en zo moge
lijk een bladhakselaar. De bekende Moreau
kopper was nu voorzien van een blakhakse-
laar/blazer hetgeen voor de loofwinning in
teressant is omdat het volume van koppen
en blad door hakselen aanzienlijk wordt ver
kleind.
KUNSTMEST. EN
GRANULAATSTROOIERS
Ajmazone brengt een nieuwe pneumatische
kunstmeststrooier. Een getrokken machine
met een bakinhoud van 2000 kg en hydrau
lisch in- en uitklapbare strooiarmen waarbij
de dosering mechanisch en het transport
pneumatisch geschiedt. De werkbreedte is
12 m (met 16 verdelers). De Accord pneu
matische strooier werd getoond met een
schuimmairkeur. Diadem toonde een nieuwe
aanbouwkettingstrooier waarbij de aandrij
ving van het strooisysteem door het achter
wiel van de trekker geschiedt Daardoor is
de dosering onafhankelijk van de rijsnelheid.
Bij de granulaatstrooiers waren overwe-
3-rijige Mengele maïs/gras hakselaar. Grote Wright Rain regenautomaat, werkbreedte 90 m.
Waltherscheid snelkoppeling voor werktuigenaftakas.
Gehl oprolpers.
lijker bediening. Nieuwe tandvormen wer
den ontwikkeld bij Schmotzer en Niemeijer
waarbij opvallende overeenkomsten waren te
zien. Aan een veertand was in beide gevallen
een mes gemonteerd waarmee de toplaag
kan worden losgemaakt. Bij de combinatie-
werktuigen wordt steeds meer hydrauliek
toegepast zowel voor de bediening als voor
het transport. Eggen met verende banden
maken opgang op lichtere gronden, even
tueel met stenen, en voor een mogelijk hoge
re rijsnelheid. De werkbreedten variëren van
ongeveer 2,50 m tot 15 m; dit is voor trek
kers van ca. 50 tot 300 pk.
Verder waren er verschillende zaaifrezen
en combinaties van cultivatoren met zaai
machines, een ruimer gebouwde messeneg
de Hankmo 116, die ook hydraulisch opklap
baar is. Nieuwe zware freesmachines zagen
we o.m. bij Krone en Eberhaxüt.
Op de tentoonstelling stonden tien merken
pneumatische en zeven merken mechanische
precisiezaaimachines. Sommige typen wor
den in licentie gebouwd. Vrijwel alle syste
men zijn in ons land wel bekend. Nieuw was
een twaalfrijige Saxonia met centrale, hy
draulische aandrijving en schuinliggende
zaaischijven waarbij de zaden met perslucht
wordien uitgeworpen. Deze machine had een
vaste rijenafstand van 45 cm. De Monosem
Pneumatic is op verschillende punten ver
beterd. Kleine introduceerde de Unicorn
Pilot, een hulpstuk aan de trekker dat bij
het zaaien gleuven in de grond trekt voor
besturing van de later volgende schoffel-
machine. Dit principe is overigens reeds
jarenlang 'bekend (o.a. van Ventski) en kan
enige betekenis hebben bij (achter) aanbouw-
schoffelmachines, op hellende terreinen en
voor sneller en nauwkeuriger werken. Nok-
kenradzaaimachines waren er tot 6 m werk
breedte of door koppeling van 2 machines
tot 8 m. Bij Amazone en Hassia werden
traploze aandrijvingen getoond. Bijna alle
fabrieken geven een rijsnelheid aan tot 20
km/u.!
Bij de pootmachines is de Cramer SD, met
dubbele rij grote lepels, verder verbeterd en
de Cramer MD, met vier rijen poterbakjes
per element, gewijzigd. Bij de laatste wor
den nu stalen kettingen en bakjes inplaats
van kunststof toegepast. De aandrijving is
verbeterd in combinatie met een in hoogte
Lerebours transporteur met flexibele band in een kunststof buis.
transportwiel worden benut. Bij enkele rond
gaande ploegen was hydraulische breedte
stelling toegepast. Nieuw waren risters van
kunststof bij Eberhardt en Gassner. Deze zijn
ca. 20 mm dik en beogen vooral de trek
kracht te verminderen.
Bij de zware, diepcultivatoren waren geen
nieuwe ontwiklrelingen. De zaaibedcombina-
tie nemen in aantal en in soorten nog steeds
toe. Door een groot aantal fabrieken werden
talloze typen getoond. Ook hierbij is duide
lijk sprake van perfectionering en gemakke-
