Wat is stro waard?
1
Direct opgeven
voor blauwonderzoek
aardappelen
DE WAARDE VAN OPBRENGSTVERHOGING
Over de waarde van stro is al vrij veel geschreven, doch het onderwerp
blijft actueel. Onderstaand artikel is van J. Alblas, CA.R. Barendrecht en
ontleend aan het maandblad Bedrijfsvoorlichting
Tegenover de kosten voor hakselen staat een opbrengstverhogend effect op het volg-
gewas van gemiddeld 4 dat is bij 3000 bruto opbrengst voor bieten ongeveer 120
en bij aardappelen van ongeveer 6000, ca. 240 per ha. Als we voorzichtigheidshalve
aannemen dat de opbrengstverhoging f 120 per ha is, dat worden de kosten van hakselen
heel ruim teruggehaald. Per ton stro is de bruto-opbrengst 120 3,5 34,00.
Tabel 1. Kosten in guldens per ha en per ton stro bij de aangegeven methoden.
Ge- Totaal kosten, incl. arbeid
Werk- wichts-
Persen tuigen Arbeid verlies per ton bij stro-opbrengst
Methode p. hap. ha 2) p. ha3) p. ha l) per ha
3,5 t/ha 4 t/ha
A
80
80
23,-
20,—
B
80
90
170
49,—
43,—
D
80
45
10
135
39,—
34,-
C
80
45
30
30
170
49,—
43,-
Methode Kosten per ha
(tabel
Te derven Minimum opbrengst
opbrengst-
verhoging per ha per ton
Achter maaidorser 120 120 34
A 80 120 200 58
B 170 120 290 82
C 135 120 255 74
D 170 120 290 82
De keuze voor de akkerbouwer moet worden gemaakt tussen hakselen en verkopen
van het stro.
Verbranden brengt niets op.
Hakselen brengt 34,00 per ton op of 120 per ha.
De waarde van stro kan op verschillende manieren worden vastgestelde
a. de bemestingswaarde;
b. de waarde van opbrengstverhoging;
c. de handelswaarde.
Door deze diverse benaderingswijzen kunnen grote verschillen ontstaan in de waarde
die aan stro wordt toegekend. Beslissingen over „wat gaan we met het stro doen?" moe
ten altijd) worden vergeleken met de kosten die aan de stro-oogst vastzitten.
WAT KOST EEN HECTARE STRO?
De kosten van een hectare stro bestaan veelal uit de kosten van persen, verzamelen,
leden, transport en opslag.
We gaan in de berekening uit van 4 methoden van verzamelen:
A. Persen voor verkoper, laden voor rekening koper,
B. PeTsen en laden in handwerk voor rekening verkoper;
C. Persen, verzamelen met slede en laden met klauwvork voor rekening verkoper,
D. Persen, verzamelen met slede, op klamp zetten met klauwvork op het perceel voor
rekening van verkoper.
De opbrengst schatten we diH jaar op 3,5 k 4 ton tarwestro per ha.
DE BEMESTINGSWAARDE VAN STRO
Naast het persen en verkopen staan nog twee wijzen van stro ruimen:
a. hakselen en benutten als organische stof;
b. verbranden.
Indien we kiezen voor hakselen brengen we bij 3,5 ton vers stro/ha ongeveer 3000 kg
droge organische stof in de grond. Bij een stelpost van 3 ct per kg droge org. stof en de
waarden van fosfaat en kali komen we aan die volgende berekening:
3000 kg organische stof k 3 et/kg 90,00
8 kg P2O5 k 1,25/kg 10,00
50 kg K20 0,40/kg 20,00
Bruto bemestingswaarde f 120,00
Kosten van strohakselen 50,00
Netto bemestingswaarde per ha f 70,00
Dat is per ton stro 70,00 3,5 20,00.
De stelpost van 3 ct zal sterk kunnen verschillen. Slempgevoelige gronden zijn dank
baarder voor organische stoftoevoer dan een goed kalkrijke, lichte kleigrond.
Bij verbranding gaan alle organische stof van het stro plus de stoppel verloren, met
het risico dat in buurpercelen ook schade ontstaat. De minerale delen fosfaat, kali
e.d. blijven als as over, maar liggen op stroken. Als u deze zomer een lucifer "bij het
stro houdt, geeft u zo wie zo 90,00 (org. stof) aari de vlammen prijs. Van gunstige
effecten van het stro-onderwerken zult u dan ook niet profiteren.
Vaak is reeds gebleken dat de stroprijzen in de oogsttijd laag zijn en in de winter
periode hoog. Omdat ook lage winterprijzen voorkomen is de akkerbouwer niet altijd
geneigd, het stro te persen en op te slaan, omdat zijn kosten niet altijd bij verkoop terug
komen.
Tabel 2. Minimumprijs voor de akkerbouwer bij verkoop van het stro (opbrengst 3,5 t/ha)
J) Persen door loonwerker;
2) Nieuwwaarde klauwvork 4500, jaarkosten 900, bij 20 ha stro 45;
3) Arbeid k 10 per uur, bij gebruik van eigen arbeid komt hiervoor bij verkoop een
deel terug. Bij D vervoer op perceel met klauwvork 1 man op klamp;
4) Gewichtsverlies ca. 15 in het bedrag is ook renteverlies berekend 15 voor
afdekplastic.
DE HANDELSWAARDE
Met deze waarde heeft de akkerbouwer, maar. ook de veehouder, te doen. Doordat stro
een produkt voor de vrije markt is, wordt de prijs bepaald door vraag en aanbod. Dus
door de stro-vragende veehouder en de stro-aanbiedendie akkerbouwer. Tussen deze par
tijen staat vaak de fouragehandelaar; de persoon die het stro koopt en verkoopt. Hij
maakt de kosten voor het transport, welke vaak extra hoog zijn doordat hij geen retour
vracht heeft.
Zoals bekend, is in 1972 met het praktijkonderzoek
gericht op het voorkomen van blauw in consumptieaard
appelen een begin gemaakt. Zowel in 1972 als in 1973
zijn in het zuidwestelijk zeekleigebied echter betrekkelijk
weinig monsters voor het onderzoek op blauwgevoelig-
heid aangeboden. Globaal kan worden aangenomen dat
in beide jaren hoogstens 5 a 6 van de aardappeltelers
aan bedoeld onderzoek hebben deelgenomen.
De voorlopige resultaten van het onderzoek in 1972
zijn reeds vorig jaar in verschillende landbouwbladen
gepubliceerd. Het definitieve rapport komt over enige
tijd beschikbaar. De voorlopige resultaten van oogst 1973
zijn bekend en zijn reeds gepubliceerd.
Uit het reeds genoemde percentage aardappeltelers
dat aan het onderzoek deelneemt, blijkt echter dat het
onderzoek nog niet is aangeslagen. Dat is jammer! Wij
zijn ervan overtuigd dat over niet al te lange tijd de aard
appel naar kwaliteit zal worden uitbetaald. Een ander
kan worden afgeleid uit het feit dat alle grotere collec
terende bedrijven het onderzoek op „blauw" en „bescha
diging", „bakkwaliteit" enz. zelf ter hand nemen.
Beschadiging en blauw zijn gebreken die de reputatie
en daardoor de afzet en de prijsvorming van onze aard
appelen veel kwaad doen. Vooral wanneer de afzet moei
lijk is, zullen partijen met een mindere kwaliteit moei-
lyk te plaatsen zijn.
Met passende teeltmaatregelen kan de blauwgevoelig-
heid van de aardappel wel ten dele worden teruggedron
gen, maar hiermee valt niet alles te bereiken. Door de
juiste aanstelling van rooimachine, transporteur, enz. kan
beschadiging tot een minimum worden beperkt.
Welnu, ook voor de oogst 1974 wordt U in de gelegen
heid gesteld Uw aardappelen op „blauwgevoeligheid" te
laten beoordelen. Het onderzoek vindt plaats in het re
gionale laboratorium gevestigd bij de Stichting Keurings
dienst Delta Nederland van de N.A.K. Uitvoering van
één en ander is in grote lijnen als volgt:
Het onderzoek vindt plaats volgens de zogenaamde
schudmethode van het I.B.V.L. In de periode tussen dood
spuiten van het gewas en het rooien neemt de teler zelf
een monster. Het vervoer van bedoelde monsters naar
het centrale punt laboratorium zal door mijn dienst
nader geregeld worden.
De schudmethode brengt de blauwgevoeligheid aan
het licht. Geef U daarom nog op voor dit onderzoek;
daartoe bestaat de gelegenheid tot 10 augustus aJs.
Na de noodzakelijke bewerkingen en beoordeling van
het monster wordt de uitslag, vergezeld van een gericht
advies, aan de teler meegedeeld .De uitslag is strikt per
soonlijk gericht.
De richtlijnen voor de monstername worden na opgave
aan U verstrekt.
DE KOSTEN
De kosten bedragen f 20,per monster -f- B.T.W. Op
percelen met uniforme grond is één monster per 2 a 3
ha voldoende. Bij aanzienlijke bodemverschillen zijn meer
monsters gewenst.
Telers die contractuele of andeer bindingen hebben
met collecterende bedrijven die eveneens zijn uitgerust
met dezelfde apparatuur kunnen hun aardappelen des
gewenst daar laten onderzoeken op het voorkomen van
blauw.
De belangstellende teler wordt dringend verzocht zijn
Opgave tot uiterlijk 12 augustus aan:
Consulentschap voor de Akkerbouw en de Rundvee
houderij, Hoefslag 2 te Barendrecht.
Consulentschap voor de Akkerbouw en de Rundvee
houderij, Landbouwcentrum, Westsingel 58 te Goes.
Consulentschap voor de Akkerbouw en de Rundvee
houderij, Postbus 54 te Zevenbergen.
Denk niet, als U reeds één jaar aan het onderzoek mee
deed, dat dit voldoende is. U moet elk jaar de blauwge
voeligheid kennen, temeer daar er jaar- en perceelsver-
schillen zijn.
Ook aardappeltelers in Midden- en Oost-Brabant kun
nen aan het kwaliteitsonderzoek deelnemen. Deze kun
nen zich opgeven bij hun bedrijfsvoorlichter akkerbouw.
Wegens plaatsgebrek is dit artikel vorige week niet op
genomen. Daardoor is de tijd voor opgave (12 aug.) erg
kort geworden.