Weer nieuwe
onderzoekresultaten
van Waiboerhoeve
VEE EN VLEES
Slachtveeprijzen iets omhoogj
14
In een boekje van ca. 100 pagina's geeft het Proefsta
tion voor de Rundveehouderij een overzicht van het on
derzoek op de Waiboerhoeve over het jaar 1973 De
resultaten hebben betrekking op grasland en voederwin
ning, verregening van dunne mest, zomerstalvoedering
met voordroogkuil, effect van verschillende fokinrichtin-
gen me; melkvee, boxafscheidingen in melkveestallen,
rundvleesproduktie met stieren en kruislingvaarzen en
lamsvleesproduktie met veel krachtvoer. Tevens geeft
het verslag een complete opsomming van alle thans op
de Waiboerhoeve liggende onderzoekprojecten. Het ver
slag is geïllustreerd met foto's en tekeningen.
NIEUWE ONDERZOEKACCOMODATIE
TE LELYSTAD
In 1973 werd de Waiboerhoeve overgeplaatst van Mil-
lingen aan de Rijn naar Lelystad, waar op ruim 200 ha
grond een nieuwe proefboerderij werd gebouwd. Er staan
drie melkveestallen voor resp. 60, 120 en 180 koeien, een
stal voor de opfok van jongvee, een stal voor 300 vlees
stieren met opfokafdeling en een stal voor ca. 200 scha-
voor de latere sneden zelf meer stikstof is gestrooid.
Over de invloed van de zwaarte van de eerste snede
op de hergroei worden enige voorlopige resultaten ver
meld van een proef die in 1973 werd aangelegd. De her-
groei was lager naarmate de eerste snede zwaarder was
maar begin juli was er in de totale opbrengst per ha
toch weinig verschil. Het betreft hier nieuw grasland
op jonge zeeklei.
Bij een proef om de verliezen tijdens de veldperiode
na te gaan bleken deze zeer gering te zijn omdat het tij
dens de oogst scherp drogend weer was. Het gras, dat
als hooi werd geoogst, behoefde weinig te worden ge
schud en de veldperiode was erg kort. Door veel schud
den in droog materiaal nemen de droge-stofverliezen
sterk toe.
Na het maaien bleek een (langdurige) bedekking van
de stoppel en het berijden met machines een duidelijk
negatief effect te hebben op de hergroei, mede afhanke
lijk van de grondsoort en de weersomstandigheden. Na
der onderzoek op dit terrein is gewenst.
Poeven met verregening van met water verdunde mest
op grasland in de zomer geven de voorlopige indruk dat
dit weinig of geen nadeel zal opleveren voor de gras
opname door het vee, zowel bij beweiding als bij stal-
voedering. Dit onderzoek wordt voortgezet.
ERVARING ZOMERSTALVOEDERING
MET VOORDROOGKUIL ONGUNSTIG
Op een afdeling van de Waiboerhoeve te Millingen
werd in 1971 en 1972 zomerstalvoedering met voordroog
kuil toegepast. De belangrijkste nadelen waren: zeer veel
extra werk, moeilijke bedrijfsvoering tijdens de zomer
en hoge krachtvoerkosten. Met veel krachtvoer is er wel
een hoge melkproduktie mogelijk gebleken.
ROXAFSCHEIDINGEN
Er werden drie typen boxafscheidingen beproefd, op
hun praktische bruikbaarheid. Bij een keuze tussen de
bok met schoudersteun, de bok van de voerligbox en de
Engelse bok gaven de koeien duidelijk de voorkeur aan
de twee eerstgenoemde boven de Engelse bok.
RUNDVLEESPRODUKTIE MET STIEREN
De opfok van stierkalveren gedurende de eerste drie
maanden in eenlingboxen heeft goed voldaan. Bij een
proef met MRY-kalveren werden hoeveelheden kunst-
melkpoeder van 35 en 50 kg verdeeld over resp. 8 en 11
weken, met elkaar vergeleken. Bij de huidige prijsver
houdingen lijkt 50 kg in 11 weken financieel het beste
resultaat te geven.
Bij een voederproef met stieren in de laatste drie maan
den voor de slacht bleek o.a. dat stalvoedering met vers
gras in de zomer en snijmaiskuil in de winter, in beide
gevallen aangevuld met 3 a 4 kg krachtvoer, goede
perspectieven biedt. Gezorgd moet worden dat zowel het
verse gras als de snijmaiskuil van prima kwaliteit zijn.
Het verslag vermeldt voorts resultaten van vleespro-
duktieproeven met kruislingvaarzen van Charolais X
FiH. Een deel daarvan werd gust geslacht en een deel
werd geslacht nadat de dieren eerst een keer hadden
gekalfd. Van de afgekalfde dieren werd een deel als zoog
koe gebruikt. De kruislingen werden vergeleken met
een aantal zuivere FH-vaarzen. De Ch X FH-vaarzen
bereikten aanzienlijk hogere eindgewichten. Ook de
slacbteigenschappen ervan waren zeer gunstig. Bij de
zoogkoeienhouderij deden zich nogal wat problemen
voor.
<2 i
Gedeelte van de nieuwe C.R. Waiboerhoeve nabij Lelystad. Met deze installatie wordt de slang tijdens het beregenen automatisch op de haspel
gewonden waardoor ook de sproeier aan het eind van de slang automatisch wordt
verplaatst.
pen met lammeren. Een zwaar gemechaniseerd eenmans
bedrijf voor 120 koeien (met torensilo) is in opbouw. Af
gezien van de bedrijfsleiding (3 man) waren in 1973 op
de Waiboerhoeve 11 medewerkers voor de exploitatie en
5 medewerkers voor onderzoek en administratie aanwe
zig.
ONDERZOEK GRASLAND EN VOEDERWINNING
Voor het schatten van de opbrengst van gras op stam
is een eenvoudig instrument een meetschijf ont
wikkeld, waarmee goede resultaten werden verkregen.
Een foto van dit instrument is in het verslag opgenomen.
Uit bemestingsproeven met stikstof op grasland is ge
bleken dat de in het voorjaar gestrooide stikstof nogal
enige nawerking kan geven op de opbrengst van latere
sneden in de nazomer. Dit effect wordt minder naarmate
Wanneer door bepaalde bedrijfsomstandigheden geko
zen moet worden voor zomerstalvoedering in plaats van
beweiding, dan zal in het algemeen vers gras de voor
keur verdienen boven voordroogkuil.
STIERENKEUZE VAN GROOT BELANG VOOR
MELKPRODUKTIE VAN NAKOMELINGEN
Bij de selectieproef met de F!H,-melkveestapel van de
Waiboerhoeve werd de helft van de dieren geïnsemi-
neerd met sperma van FH-stieren met een hoge melk-
index en de andere helft met sperma van jonge FH-stie
ren met een goede bevleesdheid, maar waarvan nog geen
produktievererving bekend was. Het produktieverschil
van de nakomelingen (305-dagen lijsten) bedroeg gemid
deld 500 kg melk ten gunste van de stieren met een hoge
melkindex.
LAMSVLEESPRODUKTIE
In 1973 werd o.a. een proef genomen met ca. 70 rasn-
lammeren die na het spenen onbeperkt krachtvoer en
hooi ter beschikking kregen. De lammeren, die in de
open lucht op roosters van strekmetaal waren gehuisvest,
groeiden gem. 269 gram per dier per dag. Op. een leef
tijd van 137 dagen wogen ze gem. 42 kg en brachten
gem. 158,op. De voerkosten bedroegen gemiddeld
ƒ61,per dier. Voor de praktijk lijkt dit (nog) geen
aantrekkelijk systeem.
(Waiboerhoeve 1973. PR-publicatie nr. 3. Ver
krijgbaar door storting van 7,50 op giro 2307421
t.n.v. Proefstation voor deRundveehouderij te
Wageningen, met vermelding van „Waiboer
hoeve".)
In de week tot 2 augustus zijn de gemiddelde marktprijzen
voor slachtvee in de EG en in Nederland iets gestegen ten
opzichte van voorgaande week. In de EG kwam de markt
prijs op 87,65 van de oriëntatieprijs, in Nederland op
81,8 In deze tijd van het jaar kan een verbetering van de
prijzen doorgaans niet verwacht worden. De situatie in de
sektor blijft evenwel moeilijk. Er mag dan wel een belang
rijk kwantum rundvlees naar de Sovjets verkocht zijn er
blijft nog een behoorlijk „overschot", dat mogelijk volgend
jaar in een „tekort" kan verkeren. Wij hebben het woord
„tekort" tussen aanhalingstekens geplaatst, omdat van een
werkelijk tekort in feite geen sprake is geweest in de EG.
In de week tot 26 juli werd 309 ton rundvlees uitgevoerd
en werd 231 ton vers/gekoeld en 434 ton bevroren vlees in
gevoerd. Uit Hongarije kwamen voor het veredelingsverkeer
nog een 115 runderen binnen.
Overzicht prijsverloop: EG-gemiddelde 290,97 (289,62);
Nederland ƒ271,50 (270,53); België 295,60 (293,40); Luxem
burg 295,42 (297,50); Duitsland 288,32 (288,44); Frankrijk
312,43 (311,57); Italië ƒ288,55 (284,90); Denemarken
254,81 (249,21); Ierland 259,00 (255,47); Engeland 287,03
(286,72).
KALVERPRIJZEN
In de week tot 2 augustus is de gemiddelde marktprijs in
Nederland voor slachtvarkens belangrijk gestegen, terwijl de
gemiddelde EG-prijs slechts weinig steeg. De prijsvaststel
ling is geconstateerd op een moment diat de kalfsvleesafzet
naar Italië nog niet zo goed als geblokkeerd was. In de week
tot 26 juli werd 2259 ton kalfsvlees uitgevoerd, alsmede
1130 mestkalveren, waarvan 867 naar Italië en 163 naar
Duitsland, waarheen nog 40 slachtkalveren en 1400 nuchte
re kalveren worden afgeleverd. Er kwamen 151 nuchtere
kalveren binnen, 128 uit België en 23 uit Duitsland.
Overzicht prijsverloop: EG-gemiddelde 396,53 (395,14);
Nederland 384,13 (365,68); België 342,18 (367,32); Luxem
burg 419,20 (420,85); Duitsland 414,62 (417,42); Frank
rijk ƒ451,20 (453,07);, Italië ƒ422,69 (424,54); Ierland
ƒ252,89 (244,55); Denemarken ƒ283,71 (297,17); Engeland
373,89 (363,88).
WOLVEE
Bij zeer ruim aanbod, vooral in schapen, was de wolvee
markt goed prijshoudend. De handel werd redelijk genoemd.
Sneek noteerde voor vette lammeren 7,007,50 en vette
schapen 3,504,00 (onv.); weidelammeren 100180 (80
130). Purmerend: weidelammeren ƒ110145 (110150);
vette schapen 120140 (onver.). Leiden: vette lammeren
140185 (onver.); vette schapen 120175 (onver.).
BIGGENPRUZEN
Het Landbouwschap gaf een richtprijs uit voor biggen van
22 kg van 54,85 voor de week tot 3 aug. (54,90) met een
meer/mindierprijs van 1,75 per kg voor zwaardere/ lichtere
biggen binnen het traject van 1727 kg. De richtprijs in het
zuiden was 57,55 (57,75).
VARKENSPRIJZEN ONVERANDERD
De NOB (Boxtel) en de inkooporganisaties HOVA (Cuyk)
en VAKO (Oss) hebben per 2 augustus de uitbetalingsprijzen
aan de mesters voor de in de week tot 9 augustus over te
nemen varkens niet gewijzigd.
Voor geslachte varkens van 75/90 kg, kl. I betaalt men af-
mesterij 2,60 per kg. Voor varkens van de kl. E geldt een
toeslag van 5 cent per kg, voor varkens van de kl. II, EI en
IV gelden kortingen van 15, 25 en 30 cent per kg. Voor var
kens van 91/100 kg geldt een korting van 2 cent per kg
voor elk kg boven de 90.
In de week tot 28 juli werden ongeveer 170.000 varkens
geslacht, 5000 meer dan voorgaande week.
In die week tot 2 augustus werden 16.522 levende en
36.962 geslachte varkens uitgevoerd. Naar Duitsland gingen
resp. 7166 en 21.611 stuks, naar Frankrijk resp. 3759 en
10.609; Italië 1018 en 4662 en Luxemburg 80 geslachte. Aan
varkensvlees in stukken werd 1336 ton uitgevoerd, alsmede
410 ton buikspek en 54 ton ander spek.
(Zie verder volgende pagina.)