t
9
KOOLZAAD
De tweede helft van augustus is de beste tijd om kool
zaad te zaaien. Latere zaai geeft vaak een te geringe
ontwikkeling voor de winter en een lagere opbrengst.
Het ras Marcus is productiever dan Rapol. De hoeveel
heid zaaizaad varieert van 6 tot 9 kg/ha. De zaaizaad
ontsmetting dient te geschieden met 50 gram AAlindan-
Inkrusta per kg zaad tegen schimmels en koolzaadaard-
vlo. Ongeveer twee weken na opkomst zal een bespui
ting tegen de koolzaadaardvlo over het gewas toegepast
moeten worden niet 2 1 Parathion 25 of 1 1 fenitro-
thion 50
Bij inzaai in een schrale stoppel bijvoorbeeld granen,
verdient een najaarsbemesting 40 a 60 kg N aanbeveling.
De chemische onkruidbestrijding direct na het zaaien
tegen duist en wilde haver is mogelijk met 10 a 15 kg
TCA/ha. Toevoegen van 0,5 kg Simazin geeft onder niet
te droge omstandigheden een goede doding van de breed-
bladige onkruiden. Veel regen kort na deze bespuiting
geeft vooral op lichtere gronden kans op schade. Simazin
kan ook na opkomst als het gewas 3 a 5 blaadjes heeft
toegepast worden en geeft dan minder risico. De doding
van muur verloopt dan traag en kamille wordt minder
goed bestreden. Ook kan in koolzaad 2 a 2V2 kg Treflan/
ha gebruikt Worden. Dit middel dient echter voor het
zaaien 5 a 10 cm ingewerkt te worden. De bestrijding
van duist, straatgras en muur is goed. Kamille en her
derstasje worden onvoldoende bestreden. Het middel
Lasso, dosering 5 1/ha, werkt behalve tegen grassen ook
vrij goed tegen breedbladige onkruiden.
Het middel Kerb, dosering 12 kg/ha kan na half ok
tober toegepast worden en geeft een goede werking te
gen grassen en graanopslag, bestrijdt muur vry goed
doch neemt geen kamille mee.
EERSTEJAARS GRASZAAD
Dit jaar ingezaaid graszaad, dat pas onder de dek vrucht
vandaan komt, dient direct een N-bemesting te krijgen.
Op de langzaam groeiende grassen als veldbeemd en
roodzwenk is het vroege tijdstip van een N-bemesting
van grotere invloed da-; de hoeveelheid. Na dekvrucht
granen de N-bemesting 30 kg hoger nemen dan na
vlas of erwten. Gerstopslag kan omstreeks eind augus
tus/begin september bestreden worden met 4 1 Prebe-
tox 1 1 Citowett. Tarwe-opslag bestrijden in oktober
met TCA. Vlakgroeiende zaadonkruiden kunnen in
augustus bestreden worden met DNOC.
TWEEDEJAARS PERCELEN
Deze vragen in augustus weinig zorg. Er is een moge
lijkheid om in plaats van later de hergroei te maaien,
deze in de tweede helft van augustus af te branden met
baar is om er regelmatig mee door te gaan. Vroege stop
pels zoals karwij, graszaad, vlas en erwten, lenen zich
hiervoor beter dan de latere graanstoppels. Voor zaad
onkruiden verdient bewerken met de triltandcultivator
de voorkeur, daar deze een sterke verkruimeling van de
grond geeft waardoor de kieming van zaadonkruiden
wordt bevorderd.
Voor de bestrijding van wortelonkruiden dient de
grond grover weggelegd te worden om beter te kunnen
uitdrogen. Hiervoor is de cultivator met vaste of stug-
verende tanden het meest geschikte werktuig.
Grasgroenbemesting leent zich uitstekend voor de che
mische bestrijding van klein hoefblad. Dit dient te ge
schieden met 5 1 2-4 D/ha zodra de blaadjes van klein
hoefblad een doorsnele van 6 cm hebben. In percelen
klaver en wikken kan men altijd nog de plekken waar
klein hoefblad voorkomt, behandelen met 2-4 D. Beter
een kale plek dan uitbreiding van dit hardnekkig on
kruid!
Tegen kweek dient een intensieve grondbewerking in
augustus en september de voorkeur. Het effect van che
mische middelen op het oude gras dat aanwezig is nadat
de dekvrucht geruimd is, valt immers vaak tegen. TCA
werkt vooral via de wortels, het beste effect bereikt men
als na een flinke grondbewerking er veel wortels bloot
liggen fliè goed geraakt kunnen worden en dan onder
niet al te droge omstandigheden zowel wat grond als het
weer betreft.
Dalapon en amitrol worden vooral door het blad opge
nomen. Het beste resultaat krijgt men als na een grond
bewerking de kweek opnieuw weer flink blad gevormd
heeft en het weer en de grond aan de vochtige kant zijn.
Op een graanstoppel vindt er zelden meer een voldoen
de bovengrondse ontwikkeling plaats om nog met dala
pon te spuiten. Amitrol is op zijn plaats waar naast kweek
ook klein hoefblad voorkomt.
KALIBEMESTING VOOR AARDAPPELEN
IN DE NAZOMER
Nu de aardappelen nog volop staan te groeien en onze
gedachten geheel in beslag genomen worden door de
oogst en de overige gewassen van 1974 zal toch in vele
gevallen thans reeds bekend zijn op welke percelen in
1975 aardappels verbouwd zullen worden. Elders in dit
artikel is reeds gewezen op de kwaliteitsbevordering van
aardappelen o.a. door het onderzoek op "blauwgevoelig-
heid. Om deze reden is het gewenst nu reeds te atten
deren op het strooien van kali voor aardappelen voor
oogst 1975 direct na het ruimen van de hoofdgewassen.
Uit onderzoek van de laatste jaren is n.l. gebleken dat
de kalivoorziening één van de factoren vormt welke van
invloed zijn op de blauwgevoeligheid van de aardappel.
Om deze reden is het kaliadvies ook enigszins verhoogd.
Bovendien is het mogelijk de kaügiften welke .bij een
Alles is beter dan verbranden! Bijvoorbeeld "het stro
hakselen, waardoor U een grote hoeveelheid zo nood
zakelijke organische stof in de grond brengt.
tot 500 kg K2O per ha hetwelk betekent 500 tot 800 kg
k-60 per ha.
Vooral bij kaligetallen lager dan 20 zijn de .giften zo
danig dat hiervoor in het voorjaar moeilijk nog passen
de N P-f-KofP K mengmeststoffen te verkrijgen
zijn. Wil men deze methodiek van bemesting toepassen
dan zal men de kali in de vorm van K-60 in de nazomer
of herfst moeten uitstrooien, aangezien door deze grote
hoeveelheid in het voorjaar de kans op zoutschade te
grcot wordt. Ook het strooien over de vorst in de winter
brengt vaak problemen mee.
Op vele goed ontwaterde zavel en kleigronden (boven
17 slib) verdient het aanbeveling de kali -direct 11a
het ruimen van de oogst te strooien.
Deze werkwijze past na de graanoogst op vele bedrij
ven goed, verdient bemesting-technisch aanbevëlipg -en
is economisch aantrekkelijk.
GRASLAND EN VOEDERWINNING
Dank zij de regen in juni en juli staat het grasland
nu weer mooi groen. De reeds gestrooide stikstof kan -nu
Steeds meer akkerbouwers gaan er toe over de kalibemesting voor aardappelen in
het volgende seizoen in de nazomer reeds toe te dienen.
Bij een zware veebezetting per ha grasland dient men een hoeveelheid ruwvoer, bij
voorbeeld een kuil bietekoppen achter de hand te hebben voor tijdig bijvoederen.
een loofbrander. Dit is vooral van belang op de goed
volgelopen veldbeemdpercelen.
In vergelijking met maaien zijn er opbrengstverho
gingen behaald van 20 a 40 Het grootste effect geven
de beste zodevormende rassen Veldbeemd als Delft en
Baron. Bij Prato is het niet nodig. Voor deze toepassing
moet er uiteraard een loofbrander beschikbaar zijn. De
methode van branden is de eerste maal 400 a 500 1
olie/ha en voor een tweede keer met 300 a 400 I/ha na
één week.
GROENBEMESTING
De van Wder de dekvrucht vrijgekomen grasgroenbe
mesting dient direct 4060 kg N/ha te krijgen. Te hoge
'N-giften zijn om twee redenen ongewenst n.l. te veel N:
belemmert een diepe beworteling welke van uiter
mate betekenis is voor het poriënvolume van de
grond;
geeft een grote hoeveelheid groene massa die meer
moeilijkheden bij het inploegen veroorzaakt;
geeft een grote hoeveelheid groene massa die te veel
vrije N voor de vertering vraagt, welke vaak gedu
rende, de groei aan het volgende gewas onttrokken
wordt.
In open land kunnen in de eerste helft augustus wik
ken en Alexandrijnse klaver gezaaid worden, terwijl
Italiaans en Westerwolds raaigras nog tot begin septem
ber gezaaid kunnen worden. De laatstgenoemde gewas
sen vragen minstens 60 kg/ha.
ONKRUID IN DE STOPPEL
Mechanische bestrijding heeft alleen zin als er vroeg
mee kan worden begonnen en er voldoende tijd beschik-
bepaald bouwplan (b.v. aardappelen - graan - suiker
bieten - graan) nodig zijn, op te tellen en deze totale
gift aan aardappelen te geven. Hierbij wordt er vanuit
gegaan dat de kalibemesting voor een periode van vier
jaar aan aardappelen wordt gegeven.
De aardappelen kunnen bij deze methodiek van be
mesten profiteren van een ruime kalivoorziening en la
ten voldoende voorraad achter voor de gewassen bieten
en granen, welke vrij gemakkelijk kali opnemen en een
minder grote behoefte hebben. Wanneer echter ook an
dere kalibehoeftige gewassen zoals uien, stambonen en
groentegewassen in het bouwplan voorkomen moet ook
aan deze gewassen nog een kaligift gegeven worden. Op
lichte gronden met minder dan 17 afslibbaar, is het
in verband met de kans op spoeling wel gewenst de kali
gift wat te spreiden, b.v. van de totale gift aan aard
appelen en !4 aan bieten.
Uitgaande van het bovengenoemde bouwplan V* aard
appelen, M bieten, 2A graan) en toediening van de to
tale kaligift voor deze 4 jaar aan aardappelen zullen bij
de onderstaande kalicijfers de volgende kaligiften ver
strekt moeten worden.
Kaligetal Advies in kg KüO/ha
<11 1000
11—12 870
13—15 700
16—20 500
21—26 310
27—34 160
>34 110
Daar 70 van de kleigronden in Zeeland een kali
getal tussen de 16 en 26 hebben, dus waardering goed
tot vrij hoog, zal de kalibemesting bij deze bouwplan
bemesting voor de meeste bedrijven variëren van 310
zijn werk doen. Voor beweiding is momenteel Afdoen
de gras aanwezig. Zo het zich nu laat aanzien zou pp
de meeste bedrijven in augustus nog gras gemaaid kun
nen worden voor wintervoer. De voorraad wifïtervoer
is op de meeste bedrijven nog niet voldoende.
Nu is het nog mogelijk een stoppelgewas te telen. De
bedrijven die momenteel over onvoldoende ruwvoer be
schikken dienen daartoe de gelegenheid aan te grijpen.
Tot half augustus gezaaid kunnen de volgende stoppel-
gewassen dit najaar nog een leuke opbrengst geven:
Italiaans raaigras, stoppelknollen, bladkool, bladram-
me.nas, zomerkoolzaad en mergkool. Deze gewassen kun
nen nog zo'n 1000 a 2000 ZW/ha opbrengen. Het is het
overwegen waard om nog een van bovenstaande gewas
sen te proberen, want de bietenkoppen zullen dit najaar
schaars en vrij duur zijn bij aankoop.
GRASLANDVERNIEUWING
In de afgelopen maanden waren de jonge graslanden
beter in groei dan de oude. De oude graslanden vertoon
den ^aadstengels, zonder voldoende ondergras. Nu na de
regen is het de juiste tijd om te besluiten oud en ver
sleten grasland te vernieuwen.
Over het werken met dalapon tegen kweek en het ge
bruik van de overtopfrees zijn reeds verschillende publi-
katies verschenen. Voor nadere inlichtingen kunt U al
tijd terecht bij Uw bedrijfsvoorlichter.
Zo het zich nu laat aanzien is de maand augustus dit
jaar uitermate geschikt om grasland te vernieuwen. Er
zal namelijk voldoende vocht zijn om goed te frezen en
een vlotte opkomst van het zaad te verkrijgen. Boven
dien zal er voldoende gras zijn voor de koeien om te wei
den, waardoor het minder bezwaarlijk is een perceel
enkele maanden uit de roulatie te nemen.