HARDE AKTIES
Het zesrijige
bietenrooisysteem
5
INGEZONDEN
Deze week heeft men in de kranten kunnen lezen dat de
ElEG voor de import van vlees is gesloten. Dit op aandrin
gen van Frankrijk en België. De Nederlandse regering is
tenslotte ook akkoord gegaan nadat men er zich van had
overtuigd dat deze maatregel geen schadelijke gevolgen met
zich meebracht voor de ontwikkelingslanden. Met andere
woorden, het wel en wee van de bevolking van vreemd?
landen gaat de regering boven die van eigen boerenstand.
Men had er niet voor geschroomd, indien men dit nodig had
geacht, om een stukje ontwikkelingshulp te plegen over de
ruggen van de boeren.
Het voortrekken van een vreemde bevolking boven d
eigen boeren is een belediging voor de boerenstand en onf
wikkelingshulp verrichten op kosten van een kleine groef
is een groot onrecht.
En dan is er de droogte, en in het oosten van het land de
nachtvorst van dit voorjaar, die veel boeren in de grootste
zorgen heeft gébracht. Het schijnt zelfs dat dit de ZLO'*
met zorg heeft vervuld, want men heeft de dir. generaa1
van de landbouw, ir. De Zeeuw uitgenodigd om zich op at
hoogte te stellen van de gevolgen van de droogte. Het za'.
dan ook voor veel boeren een pak van het hart zijn dat nu
ook ir. De Zeeuw van die gevolgen van de droogte op de
hoogte is?
Na deze misschien negatieve gedachten over onze stands-
organisaties wil ik wel toegeven dat men daar nog zo v-'
standig is dat men inziet dat nachtvorst en droogte tot de
normale bedrijfsrisico's dienen te behoren, maar dat door
de te lage prijzen van de afgelopen jaren men dit niet meer
kan opvangen. Steeds wordt het duidelijker dat de te lage
prijzen de oorzaak zijn van de huidige moeilijkheden in de
landbouw. Optrekken van de prijzen, niet met enkele pro
centen maar minstens met 20 tot 30 is noodzakelijk.
Hoe er met de boer van vandaag wordt gesold blijkt uit het
feit dat men nu ijskoud diegenen die door de droogte in
moeilijkheden zijn gekomen naar de Rijksgroepsregeling
Zelfstandigen verwijst, wat hetzelfde is als dat men 50 jaar
geleden een arbeider die jaren keihard had gewerkt maar
op den duur versleten raakte, maar in het „armenhuis"
stopte. Zoals men nu erkent dat diit geen manier van doen
was, zo is het nu niet menselijk om hardwerkende menser,
laar dit „armenhuis" voor zelfstandigen te verwijzen.
Bovendien zou een directe uitkering aan die bedrijven die
met die droogteschade kampen meten met twee maten wor
den ten opzichte van de bedrijven op de lichtere gronden die
nu niet zoveel schade hebben geleden maar die in normale
jaren ook niet de topopbrengsi;en kennen die op de zware
gronden voorkomen. Dus nogmaals, ook vanuit dit oogpunt
bekeken is een forse verhoging van de prijzen voor de land-
bouwprodukten de enige oplossing.
Hoe dit nu te bereiken? Het is gebleken dat de voorman
nen van de standsorganisaties nog steeds denken dat ze met
praten wel wat zullen bereiken. Dit ligt hen nou eenmaal
ook gemakkelijker omdat dit meestal gepaard gaat
niet een goed glas en een flinke hap. Maar dit stadium
is nu wel duidelijk voorbij. Zij moeten nu voor de keus wor
den gesteld of helpen aan het organiseren van harde akties
of terugtreden. Deze akties zouden zeker ook door indivi
duele boeren kunnen worden georganiseerd maar het zou
veel beter zijn dat de standsorganisaties deze taak op zich
namen, ten eerste omdat het hun plicht is tegenover hun
ledep en ten tweede omdat zij over meer middelen en man
kracht beschikken om zoiets te organiseren. We moeten air-
boeren beseffen dat we onze organisatie desnoods hiertc
kunnen dwingen door een massaal opzeggen van ons lid
maatschap. De nood is thans zo hoog gestegen dat wie, ah
er in de toekomst een beroep wordt gedaan om mee te
aan harde akties, niet meedoet verraad pleegt aan zijn co
lega's, zijn gezin en zichzelf.
J. DE KRAKER, Axel.
Afb. 3. De Franquet rooier kan worden uitgerust met
bewegende rooischaren. De excentrische aandrijving
vindt plaats vanaf de op een frame gemonteerde as.
HET ONTBLADEREN
Met de ontbladeraar worden de bieten van het loof
ontdaan. Het door de as met klepels afgeslagen loof wordt
door een boven de klepelas liggende vijzel zijwaarts af
gevoerd. Door de poetser worden eventueel achtergeble
ven bladdelen verwijderd, terwijl de scalpeurs de bie
ten nakoppen. Met de Kuiken bietenrooimachine worden
de bieten met een maaibalk van blad ontdaan. Het blad
wordt eveneens met een vijzel zijwaarts afgevoerd. Aan
gezien de Franse machines rond rijden, komt hierbij het
loof van zes rijen in één langszwad, terwijl bij de Kui
ken, doordat deze heen en weer rijdt, het loof van twaalf
rijen in één langszwad komt te liggen.
Enkele merken ontbladeraars kunnen met een vijzel
of een transporteur worden uitgerust om het loof recht
streeks op een naastrijdende wagen te laden. Het in zwa
den liggende loof kan met een verspreider over het land
worden verdeeld.
Voor een goede werking van de ontbladeraar is het
van groot belang dat de stand van het gewas regelmatig
is. Dit geldt niet alleen voor de afstand in de rij, maar
vooral voor de hoogte van de bieten boven de grond en
de diameter van de bieten. Het is vrijwel onmogelijk
om in een onregelmatig gewas de ontbladeraar zo af te
stellen dat een hoog percentage juist gekopte bieten
wordt verkregen. Men dient-dan ook bij de beoordeling
van het kopwerk van een bepaalde machine rekening te
houden met de stand van het gewas.
De meeste machines worden zo afgesteld, dat een groot
HET LADEN
De laders van de verschillende merken wijken onder-
lirig nog al1 af in constructie. Enkele laders zijn uitgerust
met een opraapketting met daarboven een korte ketting,
een zeefrad en een transporteur, die de bieten in de wa
gen «brengt, iln plaats Van een zeefrad heeft één lader een
met rubber tanden voorziene reinigingsrol. Eén lader
heeft in plaats van een opraapketting, drie tegen elkaar
in .draaiende zeefraderen.
De intensiteit van het reinigen kan bij de met een
opraapketting uitgeruste machines worden ingesteld
door de snelheid van het zeefrad of de reinigingsrol te
variëren. Onder niet al te ongunstige omstandigheden
wordt door de lader ca. 50 van de aanklevende grond
van de bieten verwijderd. Bij hoge snelHëid van de rei
nigingsrol of het zeefrad kan veel breuk van punten op
treden.
DE CAPACITEIT
De netto-capaciteit wordt bepaald door de rijsnelheid,
waarmee gewerkt wordt. Onder niet al te extreme om
standigheden liggen de rij snelheden van de Franse ma
chines tussen 3,5 en ruim 4,1 km/h. Met de Kuiken bie
tenrooier liggen de rij snelheden tussen 1,8 en 2,4 km/h.
Een belangrijk voordeel van deze machine is echter dat
vooral onder slechte omstandigheden door de vier brede
voorwielen de structuur zeer weinig wordt bedorven.
De bruto-capaciteit van de Franse machines (de capa
citeit, inclusief het draaien en rijden op de kopakker,
het verhelpen van kleine storingen, bijstellen e.d.) be
draagt 0,6 tot 1,2 ha/h,l terwijl dit met de Kuiken rooier
tussen 0,4 en 0,66 ha/hl ligt. Wanneer voldoende opper
vlakte te rooien bieteji aanwezig is en als redelijke
sch-attinlg 200 rooiuren toeschikbaar zijn betekent dit dat
met een goede Franse machine ca. 250 ha per seizoen
kan worden gerooid. Enkele machines hebben in 1973
300 hia gerooid'. Dit is echter alleen dan mogelijk wan
neer de percelen voldoende groot zijn en weinig tijd
verloren gaat aan transport naar het volgende perceel.
VERLIEZEN
Bij het onderzoek is gebleken dat in een regelmatig
gewas bij een goed afgestelde machine de verliezen in
de grond nihil waren. Daar tegenover staat dat ook rooi-
"verliezen zijn behaald van Ca. 1750 kg per ha. Op dit
perceel bedroegen de verliezen op de grond bovendien
1200 kg per ha, hetgeen dus een totaalverlies opleverde
van bijna 3 t/ha. Men dient echter te bedenken bij het
beoordelen van dergelijke cijfers dat een verlies ca. 1
t/ha vrijwel niet te vermijden valt. Tijdens het laden
gaat n.l. een groot deel van de bieten met een diameter
kleiner dan de spijlenafstand in de machine verloren.
In principe horen deze bieten eigenlijk niet voor te ko
men, omdat deze bijna altijd als dubbelen zijn gegroeid.
Ook hier geldt dus weer dat de stand van het gewas
grote invloed heeft op de k^waliteit van het werk.
(Uit: ^Landbouwmechanisatie"
deel van de bieten slechts ondiep wordt gekopt, omdat
anders die bieten, die wat hoog boven de grond uitste
ken, te diep gekopt worden, hetgeen dan resulteert in
kopverlies. Uit metingen in de praktijk is gebleken dat
gemiddeld 4,5 koptarra werd verkregen wanneer
58,5 juist of bijna juist werd gekopt. Gemiddeld was
8,5 te diep gekopt, terwijl de rest van de bieten, voor
een groot deel de kleinere, nog een volledige kop bezat.
Bij een percentage koptarra van 3 was ca. 25 van
de bieten te diep gekopt, althans wanneer in een onregel
matig gewas werd gewerkt. Wanneer 1 cm dieper gekopt
wordt dan nodig is, gaat ca. 7 ton bieten per ha ver
loren! Bij 20 te diep gekopte bieten is dit uiteraard
1,4 ton per ha.
HET ROOIEN
Voor het rooien van de bieten zijn of kunnen de ma
chines op diverse wijze worden uitgerust, n.l. met zelf
zoekende rooischaren, met rooischijven of met rooischa
ren gecombineerd met iets schuin op de voortbewegings
richting staande glijsloffen, waardoor de biet iets om
zijn as gedraaid wordt, en met bewegende rooischaren
(afb. 3.) De Kuiken bietenrooier is uitgerust met klop
pers, die de biet eerst iets in de grond slaan, waarna
deze met vibratielichters wordt gerooid.
De onderling sterk verschillende rooisystemen zijn
ontwikkeld om het percentalge grondtarra te verminde
ren. Onder gelijke omstandigheden werd met schijven
enkele procenten minder grondtarra verkregen dan met
rooischaren. Losliggend blad werd door schijven gemak
kelijker verwerkt, waardoor minder verstoppingen op-
tradien. De bewegende roioscharen leken een gunstige in
vloed te hebben op het percentage grondtarra.
Afb. 1. Zelfrijdende Heériau, waarmee in één werkgang de bieten worden ontbla
derd, nagekopt en gerooid.
J. FLUIT
Instituut voor Mechanisatie,
Arbeid en Gebouwen.
Voor het machinaal rooien van suikerbieten zijn naast
de reeds vele jaren in gebruik zijnde een- en tweerijige
bietenrooimachines de drie- en zesrijige ten tonele ver
schenen. Van de laatstgenoemde groep nemen vooral de
zesrijige een belangrijke plaats in.
Deze machines zijn in diverse uitvoeringen leverbaar,
n.l. als driefasensysteem, waarbij de ontbladeraar met
calpeurs of nakoppers, de rooier en de lader elk afzon
derlijk door een trekker worden getrokken en aange-
deven. Sinds de komst van de zware wieltrekker is het
ook mogelijk geworden het ontbladeren en het rooien
te combineren door de ontbladeraar voor aan de trekker
en de rooier in de herinrichting te bevestigen. Op deze
wijze spaart men dus niet alleen één trekker uit, maar
ook één man. Deze combinatie, is ook als zelfrijdende
machine leverbaar. (Afb. 1.) Tenslote is ook een machine
leverbaar, waarbij het ontbladeren, het rooien en het
laden in één werkgang worden uitgevoerd. (Afb. 2.)
Afb. 2 Zelfrijdende Mor eau, die in één w erkgang de bieten ontbladert, nakopt, rooit
en laadt.