De maand juli op het Xi-VtE zuid-westelijk akkerbouwbedrijf AKKERBOUW 8 GRASZAAD 1 M. A. DE HOND en De uitzonderlijke weersomstandigheden de droogte hebben er dit jaar grotendeels voor gezorgd dat ook nu nog een minder rooskleurig beeld van de stand der gewassen te zien is. De vele moeilijkheden bij de op komst, het optreden van veel aardappelopslag, de niet altijd gunstige werking van de bodemherbiciden, groeistag- natie door de langdurige droogte bij verschillende gewassen resulteren in lage opbrengstverwachtingen. Dit geldt vooral op de zwaardere gronden. De regens van de eerste helft van juni waren zeer welkom, maar zullen de reeds bestaande mankementen niet kunnen herstellen. De gewasverzorging blijft deze maand de aandacht vragen en afhankelijk van het bouwplan staan in deze maand ook de eerste oogstwerkzaamheden al weer voor de deur. Met name de oogst van graszaad, karwij, koolzaad, conservenerwten en vlas. Allemaal gewassen, waarbij droog, zonnig weer nodig is voor het verkrijgen van een goed kwaliteitsprodukt. Dit geldt ook in de hooibouw. In de andere gewassen zal de nodige zorg nog besteed moeten worden aan ziekten- en eventuele insectenbestrijding. SUIKERBIETEN De luisbestrijding van de bieten loopt niet alleen van gebied tot gebied, maar ook van perceel tot perceel sterk uiteen. Over het algemeen hebben wij te maken met een zware bezetting, waarbij opvalt dat vooral de groene perzikbladluis dit jaar bijzonder actief is. Rond 20 juni waren sommige percelen zelfs aan een derde bespuiting toe, een situatie die wij sinds 1-959 niet meer hebben meegemaakt. In vorige jaren was een behandeling na 1 juli zelden meer rendabel. Op het moment dat wij dit schrijven (20 juni) valt nog moeilijk te voorspellen hoe de komende weken een en ander zich zal ontwikkelen, maar wij me nen er goed aan te doen u het volgende te adviseren: Belangrijk is verder, dat vroege schieters tijdig en af doende vernietigd worden. Dit kan het beste gebeuren door de bloeistengel in de grond af te steken. Uitgetrok ken en tussen de rijen gelegde bieten kunnen namelijk onder vochtige omstandigheden weer doorgroeien en dan toch nog zaad vormen. AARDAPPELEN In dit gewas moeten we door een aantal factoren veel aandacht besteden aan de phytophthora-bestrijding. Ten eerste vanwege het feit dat er dit jaar veel aardappelop slag in allerlei gewassen voorkomt. Deze opslag kan een infectiebron vormen voor „het kwaad". Verder is het nodig om het loof op aardappelafvalhopen grondig dood te spuiten en daarna de zaak af te dekken ihet zwart plastic, daar op die afvalhopen veelal het eerst phytoph- thora optreedt. De oogst van dit gewas doet een beroep op uw vak manschap! Het gaat hierbij om de hoogstmogelijke kwantiteit en kwaliteit. Bij te vroeg maaien valt de op brengst tegen door het te lage 1000-korrelgewicht. Bij te laat maaien wordt de kans op uitval verhoogd. Overleg met de teeltdeskundige van de betrokken graszaadfirma is gewenst. Maaidorsen van stam begint steeds meer in gang te vinden. Denk er hierbij om, dat zo snel mogelijk drogen noodzakelijk is. Zelf drogen kan alleen in aard appelbewaarplaatsen, waar niet met kiemremmingsmid- delen gewerkt is, dit met het oog op kiembeschadiging. Bij zwadmaaien zorgen dat het zwad zo luchtig moge lijk komt te liggen. Blijft het graszaad niet liggen voor een volgend oogstjaar, dan zo vlug mogelijk licht frezen en later nog eens wat 'dieper. Inzaai van een groenbe- mester, b.v. wikken tussen beide genoemde werkingen, kan aanbevolen worden. Jong graszaad van onder een dekvrucht zo snel mogelijk een eerste N-gift meegeven. De hoogte van de gift kan variëren naar gelang soort gras en aard van de dekvrucht: globaal na erwten 40 kg N, na vlas 60 kg N en na granen 70 kg N. Gebleken is, dat het tijdstip van toediening een grotere invloed heeft op de opbrengst dan de hoeveelheid. Hoe vroeger hoe beter. Het jonge gewas kan dan eerder en beter een che mische onkruidbestrijding verdragen. KARWIJ Als de knoppen een bruine tint vertonen en de eerste randen door zachtjes kloppen afvallen, wordt het tijd om met de oogst te beginnen. Bij te vroeg maaien zijn er te veel groene zaden, die krimpen. Het gewas droogt moei lijker en er kan schimmel optreden. Bij te laat maaien is er meer kans op zaadverlies. Overwegend wordt zwadmaaien toegepast. Hoog stop pelen is van belang. Dit komt de droging en zaadkwali teit ten goede. ERWTEN Bij dit gewas komt de bestrijding van de erwtenpeul- boorder aan de orde. 't Tijdstip wordt aangegeven als de onderste peulen aan de rand van het perceel beginnen te zwellen. Een tweede bespuiting, na een week ongeveer, is meestal op zijn plaats. Middelen zijn: parathion, dia- zinon of Gardona. Bij Mangaangebrek (kwade harten) geen afwijking bij de planten, behoudens een lichte geelverkleuring van de onderste bladeren, waarvan de nerven groen blijven kan 15 kg Mangaansulfaat worden toegepast. Voor Vernietig de vroege schieters tijdig. Dit voorkomt narig- Wanneer het vlas voldoende droog is, moet geschelfd of geiiiiterd worden. Dit heid bij 't oogsten van de bieten. voorkomt kwaliteits-achteruitgang. Houdt, zeker tot half juli, uw bietenperceel onder controle. Let hierbij met name op de aanwezigheid van de groene perzikbladluis. Deze houdt zich vooral op in de hartblaadjes. Wat verspreiding van de virus van de vergelings- ziekte betreft lopen de holstaande en lat percelen de meeste risico's. Luister naar de radioberichten. Hierin zal ook wor den meegedeeld wanneer de zomervlucht begint en een bestrijding dus geen zin meer heeft. Bij meerdere keren spuiten verdient het aanbeve ling de fosfor esters zoals Systox R, thiometon en di- methoaat af te wisselen met Pirimor. Late percelen en percelen met een holle stand zijn het meest kwetsbaar. Vorige maand zijn veelal de nodige maatregelen genomen, doch snelle groei van de planten en bepaalde resistentie waren niet afdoende, zodat het niet bij een eenmalige bespuiting met een systemisch middel kon blijven. Het aantal luizen bleef zich ver meerderen. Een extra behandeling was nodig. Om ge noemde redenen kwam het duurdere middel Pirimor. Dit middel is weinig gevaarlijk voor mens en dier en spaart de nuttige insecten, zoals lieveheersbeestjes. Een nevenvoordeel van dit middel is, dat ook voor systemi- sche middelen resistente luizen gedood worden. Dose ring: per ha V2 kg Pirimor spuitpoeder. In juli is een bespuiting vrijwel alleen op zijn plaats op zer late percelen of in die percelen, waar het gewas een holle stand vertoont. Normaliter wordt de meeste zekerheid verkregen als in deze maand de bespuitingen tegen „het kwaad" vol gens een bepaald schema (bijvoorbeeld 1 x per week) worden uitgevoerd. Bij veel regen kort na een bespuiting en daarna een gunstig weertype voor deze ziekte, moet een extra be spuiting ingelast worden. Tijdens de kritieke perioden en bij snelle loofontwikkeling dienen de bespuitingen frequenter te worden uitgevoerd. Het beste is nu maneb- verbindingen toe te passen, omdat anders de kans op knolinfectie toeneemt. In laat ontwikkelde aardappelen kan een luisbestrijding in juli wellicht nog zinvol zijn. Beslist niet „uit gewoonte" bij de phytophthorabestrij- ding er elke keer wat parathion bijdoen. Met het oog op resistentie verdient bij een luisbestrijding in juli wel licht het middel Pirimor de voorkeur. GRANEN Wat de bestrijding van bladluizen betreft blijft het uitgangspunt dat een bestrijding pas wordt geadviseerd, indien er minstens 10 luizen per' halm aanwezig zijn. Be spuitingen na het melkrijpheidsstadium of wel korter dan 4 a 5 weken voor de oogst hebben geen zin meer. Eventueel toe te passen middelen zijn o.a. dimethoaat, formotion en ook Pirimor. Tot op heden was de luisbe strijding vrijwel nergens van dien aard dat er gespoten zou moeten worden. gelijktijdige bestrijding van peulboorder en kwade har ten, kan bij de tweede bespuiting mangaansulfaat ge mengd worden met parathion-spuitpoeder. VLAS Dit gewas heeft dit jaar op veel plaatsen opkomst- en groeimoeilijkheden gehad en zal dientengevolge over het algemeen zijn lengte niet halen. Bij voorkeur wordt het gewas bij volle rijpheid getrokken (stengels voor minstens de helft opgeschoond en geel van kleur). Niet te grote bossen maken en zo snel mogelijk in hokken zetten. Wanneer het product voldoende droog is, moet het geschelfd of geruiterd worden om verkleuring tegen te gaan. Deze traditionele oogstmethode vraagt veel ar beid, die duur en veelal niet meer beschikbaar is. Een afwijkende arbeidsbesparende oogstmethode die hier en daar wordt toegepast, bestaat uit het op zwaden leggen in een iets rijper stadium, na 4a 5 dagen keren, waarna het, althans bij gunstig weer, na een dag of twee geperst wordt. UIEN Bij dit gewas vraagt de meeldauwbestrijding en de bladvlekkenziekte nu de meeste aandacht. De bespui tingen moeten om de 7 a 10 dagen herhaald worden tot

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1974 | | pagina 8