NIEUWE
HOOP
VOOR
EUROPA
Weinig begrip bij
E.G.-Kommissie voor
problemen glastuinbouw
HOOFDBESTUUR VERGADERDE
4
ir C. S. KNOTTNERUS
A NDERS dan in andere jaren, als de politieke bedrij-
vigheid meestal tegen de zomer afneemt, is het dit
jaar een en al aktie. De Verenigde Staten en Europa pro
beren gezamenlijk of in concurrentie goede vriendjes te
worden met olieleverende landen. Ook de overige grond
stoffen, waaronder veel landbouwprodukten, hebben
ruimschoots de aandacht van de politici. Onder deze om
standigheden blijkt het bijzonder moeilijk de E.E.G.-land-
bouwpolitiek doelmatig voort te zetten. Het heeft er zelfs
op geleken dat het einde nabij was.
Zoals meestal komen dan toch verschillende mensen
tot het inzicht dat zij bezig zijn een kant op te gaan die zij
niet willen. Ze gaan zich inspannen om vooreerst te red
den wat er te redden valt om daarna te proberen weer in
het goede spoor te komen. Niet dat dit laatste al duidelijk
te zien is, integendeel, de organisatie van de gemeen
schappelijke markt is nog steeds in disorder.
VASTE GELDWAARDEVERHOUDING NOODZAKELIJK
XAAAR wel is het zo dat de nieuwe regeringsleiders in
Frankrijk en in de Bondsrepubliek een nieuwe
koers varen. En dat nu is bijzonder belangrijk. Het is n.l.
bekend dat beiden zeer intelligente mensen zijn die het
verband tussen de landbouwpolitiek en de economische
en monetaire politiek zeker zullen onderkennen en daar
van ook al blijk hebben gegeven. Het meest belangrijke
punt in deze hele materie is wel de handhaving van vaste
pariteiten tussen de verschillende munteenheden en met
name die tussen de Franse franc en de D-mark. Alleen als
dat gelukt, zal er een Verenigd Europa bestaan en anders
niet. Maar dat kan alleen lukken als de economische poli
tiek van beide regeringen duidelijk op elkaar wordt afge
stemd. Dan is ook te verwachten dat de Benelux en De
nemarken zich hierbij uit puur eigen belang overigens
zullen aansluiten. Voor het Verenigd Koninkrijk en de
Ierse republiek blijft er dan geen andere mogelijkheid dan
het ook te doen.
LES VAN ITAUË
TTALIË zou met een dergelijke constructie alleen mee
kunnen doen als de overige landen het toestaan. En
dat zal wel alleen gebeuren als het onder curatele wordt
geplaatst. Aan dit laatste is men overigens al begonnen.
De Europese Commissie is druk bezig het vrije goederen
verkeer tussen Italië en overig Europa te herstellen. Ze
geeft aan welke maatregelen die Italiaanse regering daar
toe moet nemen. Dat gaat natuurlijk nog niet zo vlot. Italië
is niet zo maar bereid de rol van onmondig kind te aan
vaarden. Zo moet men het natuurlijk ook niet voorstellen,
want dan wil het niet! Toch zal het geen andere keus heb
ben. Overigens hebben de eenzijdige Italiaanse maatrege
len ons in Nederland nog eens duidelijk aangetoond wat
ons te wachten zou staan als de Europese gemeenschap
pelijke marki werkelijk in elkaar stort.
Ik hoop dat dit vooral ook tot de Nederlandse regering
en de overige bedrijfssectoren is doorgedrongen. Ook wij
zelf zullen er de consequenties uit moeten trekken dat
eenzijdige nationale maatregelen de afbrokkeling van de
E.E.G. in de hand werken. Die zullen alleen in uiterste
noodzaak mogen worden getroffen.
FEL COPA-PROTEST
TEGEN ENERGIEVOORSTELLEN
De Europese Kommissie heeft zich vorige week uitgespro
ken over de benadering van de energieproblemen van de
glastuinbouw in de Gemeenschap. Dat gebeurde in de vorm
van een Memorandum aan de lidstaten. Dit Memorandum
toont dermate weinig begrip voor de problemen van de glas
tuinbouw, dat de Europese landbouworganisaties, verenigd
in het C.O.P.A., onmiddellijk fel hebben geprotesteerd. Om
dat uiteraard ook de Nederlandse glastuinbouw nauw be
trokken is bij deze materie, wordt onderstaand nader inge
gaan op de standpunten van de Kommissie en van het
C.OJP.A.
BESLUIT MINISTERRAAD AANLEIDING
Aanleiding voor de opstelling van het Memorandum
was het besluit van de E.G.-Ministerraad van 23 maart,
dat vóór 1 juni j.I. de invloëd van de overheidsmaatrege
len op het terrein van de energie nagegaan zou moeten
worden. Over het resultaat van deze studie en de voor
stellen van de Kommissie naar aanleiding hiervan zou
de Ministerraad vóór 30 juni een besluit willen nemen.
De bedoeling van dit besluit was met name om grote
verschillen in konkurrentiepositie tussen de tuinders in
de lidstaten, als gevolg van nationale steunmaatregelen,
te voorkomen of weg te werken. De Copa-Vakgroep en
Fruit, waarin ook de Nederlandse organisaties vertegen
woordigd zijn, was het deze doelstelling eens. Daarom
werd bij de Europese Kommissie onlangs voorgesteld,
de oliestokende tuinders via een aflopende E.G.-steun-
maatregel te helpen zich aan te passen. Die steun zou
moeten beginnen met 60 van de door de oliekrisis
veroorzaakte prijsstijging en zou in zes jaar moeten wor
den afgebouwd. Tegelijkertijd zou volgens het C.O.P.A.
de kommunautaire preferentie versterkt moeten worden
om te voorkomen, dat de noodzakelijke marktprijsstij
ging wordt verhinderd door importen uit derde landen.
Tenslotte bepleitte het C.O.P.A. hulp van de Gemeen
schap voor het onderzoek naar energiebesparende me
thoden.
KWETSENDE TOON MEMORANDUM
De Europese Kommissie heeft zich van dit Copa-stand-
punt weinig aangetrokken. In het nu gepresenteerde
Memorandum wordt erkend dat groepen gebruikers in
een moeilijke situatie zijn geraakt met name de glas
tuinbouw en de visserij.
Gekonstateert wordt, dat verschillende lidstaten
daarom nationale hulpmaatregelen hebben getroffen, die
kunnen leiden tot nieuwe verstoringen in de gemeen
schappelijke mankt. Daarom zouden deze maatregelen
kort moeten duren en aan strenge voorwaarden moeten
worden gebonden. Gesproken wordt over een maximale
looptijd van 1 jaar. Uiterlijk zouden ze moeten aflopen
op 30 juni' 1975. Maximaal zou het halve prijsverschil
vergoed mogen worden. Als voorwaarden worden onge
veer dezelfde genoemd die de Nederlandse Minister
van Landbouw hanteert; een grote aandeel energiekos
ten in de totale kosten, het niet kunnen doorberekenen
ep het dreigen van ernstige sociaal-economische proble
men bij het verdwijnen van de bedrijven.
Het meest kwetsende voor de glastuinbouw is echter
de toon waarop in het Memorandum over deze bedrijfs
tak wordt gesproken. Het zou volgens de Kommissie in
strijd met de gemeenschappelijke belangen zijn, om het
voortbestaan van een bedrijfstak middels permanente
hulpmaatregelen te bewerkstelligen, die drijft op goed
kope energie en energie verspilt!
Het is met name deze uitlating die in de Copa-Vak
groep tot grote verontwaardiging heeft geleid. Alle de
legaties waren het erover eens, dat deze toon ronduit
schandalig genoemd kan worden.
COPA-RESOLUTIE
De Copa-Vakgroep heeft daarom een resolutie aan
genomen waarin zij deze onrechtvaardige veroordeling
van de glastuinbouw weigert te aanvaarden. Met na
druk wordt gewezen op de grote ekonomische en sociale
betekenis van deze sektor en op de miljarden guldens
die erin geïnvesteerd zijn. Het zou in niemands belang
zijn, ook niet van de konsument, om deze bedrijfstak
te laten vallen.
„Met het oog hierop en gelet op de dringende nood
zaak om de handhaving van de glastuinbouw in Europa
te verzekeren, dringt de Vakgroep er met klem op aan,
dat de autoriteiten van de Gemeenschap rekening hou
den met de voorstellen van het bedrijfsleven, zoals die
eerder naar voren zijn gebracht en die betrekking heb
ben op bepaalde tijdelijke steunmaatregelen, te verlenen
aan glastuinders om hen in staat te stellen, een moeilijke
periode te overbruggen en hen voldoende tijd te geven
om zich aan de nieuwe omstandigheden aan te passen",
aldus het slot van de resolutie.
Het residium van het Copa heeft deze resolutie vrij
dag j.I. ongewijzigd overgenomen en voorgelegd aan de
Kommissie en de Ministerraad. Daarbij is gevraagd om
een spoedig gesprek met beide organen.
KONKLUSIES
De eerifte konklusie van dit artikel kan zijn, dat de
E.G.-Kommissie met dit memorandum bar weinig be
grip heeft getoond voor de grote problemen waar de
glastuinbouw mee te maken heeft gekregen. In de twee
de plaats kan gekonkludeerd worden, dat weer gebleken
is, dat het samenwerkingsorgaan van de Europese Land
bouworganisaties, het C.O.P.A., snel en slagvaardig de
belangen van boeren en tuinders kan verdedigen.
Dat is trouwens ook noodzakelijk, want de houding
van de Kommissie zal „omgeturnd" moeten worden
door de nationale regeringen en het Europees Parlement.
Ook in Nederland zal zo gauw mogelijk zekerheid ver
kregen moeten worden over de vraag hoe onze rege
ring over de Kommissie-voorstellen denkt.
In de derde plaats kan gekonkludeerd worden, dat het
blijkbaar in Brussel even noodzakelijk is als in Den
Haag dat het bedrijfsleven zelf voldoende vertrouwen
in het voortbestaan van de glastuinbouw demonstreert
en dat ook over weet te brengen. Het centrale punt
hierbij is, dat de glastuinbouw deze „hobbel" kan nemen
mits er voldoende tijd is voor de aanpassing van de
markt en de bedrijven.
VAN DER VEEN.
(Vervolg van pagina 1)
de bedrijfsuitkomsten worden slechts op pachtbasis
berekend.
bij de ramingen van het inkomen over het lopende
jaar wordt niet tijdig een herziening gepubliceerd, in
dien de werkelijke prijs- en inkomensontwikkeling
sterk blijkt af te wijken. Daardoor is het mogelijk dat
de overheid nog met inkomensgegevens werkt voor
1973/74 die gebaseerd zijn op reeds lang achterhaal
de prijzen der produkten.
Dit heeft ertoe geleid dat, mede op basis van deze on
volledige gegevens, door het ministerie van Landbouw
in :èaar voorlichting aan het parlement een volkoimm ver
tekend beeld van de werkelijke inkomenspositie van de
landbouw is gegeven!
Besloten werd via het Landbouwschap aan te dringen
op herziening op korte termijn van een aantal uitgangs
punten, waarop de LE.I.-berekeningen zijn gebaseerd,
zodat in de toekomst gesproken kan worden van werke
lijke representatieve inkomensberekeningen en ramin
gen. Tevens zal het Landbouwschap worden gevraagd er
bij de minister op aan te dringen in de komende land
bouwbegroting onzorgvuldig gebruik van deze L.E.I.-ge-
gevens te vermijden,
AKKERBOUW
TN zijn akkerbouwoverzicht besteedde voorzitter J. B.
Becu met name aandacht aan de positie van de tar
we en de suiker in Europees verband. Hij konstateerde
dat het E.G.-beleid voor tarwe het afgelopen seizoen ver
onder de maat is gebleven. Blijkens recente uitspraken
van ondermeer E.G.-commissaris Lardinois moet gekon-
stateerd worden dat er bij de Commissie wel bijzonder
weinig begrip bestaat voor de situatie, waarin de praktijk
zich bevindt.
Gevreesd moet worden dat de prijs voor de tarwe dan
ook doorlopend onder druk zal blijven staan en nauwe
lijks boven het interventieniveau zal weten uit te komen.
Herinvoering van een denaturatiepremie, gekoppeld aan
een soepel exportbeleid blijkt de enige kans om tot een
acceptabele prijsvorming te komen.
Absoluut onaanvaardbaar noemde de heer Becu de
voorstellen van de Commissie om de C-suiker zo nodig
als A-suiker te behandelen via het opleggen van een ho
ge exportheffing. Slechts bij voldoende voorraden zou
de export van C-suiker dan weer zonder heffing vrijge
laten kunrten worden.
De heer Becu was van mening dat of de C-süiker vol
ledig vrij het hele seizoen door geëxporteerd moet kun
nen worden óf volledig, maar dan ook voor het hele sei
zoen als A-suiker behandeld moet worden.
Ongetwijfeld zal, gezien ook de reacties vanuit Frank
rijk, het laatste woord over de C-suiker nog wel niet ge
zegd zijn.
Voorts was de heer Becu van mening dat de Europese
Commissie, na het totstandkomen van een overeenkomst
tussen de suikerproducenten in de E.G. en gemenebest-
landen, toch wel erg ongeloofwaardig zou handelen in
dien ze haar plannen om de bietsuikerproduktie in te
krimpen weer ter tafel zou brengen.
VEEHOUDERIJ
T^E heer P. Lous deelde in het veehouderij-overzicht
mee dat de rundvleesprijzen zowel van vet- als ge-
bruiksvee slecht zijn, hetgeen zijn oorzaak vindt in de
krappe grasgroei en de grote bezetting op de bedrijven
waardoor de aanvoer op de markten groot is. De E.E.G.-
commissie heeft hiertegen een aantal maatregelen ge
nomen, zoals de verscherping van het invoerregime en
exportrestituties op levend vee en vers vlees, hetgeen
de afzet van interventievlees ten goede komï.
De varkensprijzen zijn op het ogenblik zeer laag en er
worden dan ook grote verliezen geleden. Door middel
van exportrestitutie op levende varkens naar derde lan
den wil men hiertegen maatregelen nemen.
Voorts deelde de heer Lous mee dat ten aanzien van
de veewet een wijziging in voorbereiding is, waarbij on
der, meer een andere vergoedingsregeling bij overname
van een verdachte bedrijfsveestapel wordt voorgesteld.
Met het Landbouwschap is over de uitgangspunten over
leg gepleegd.
De wetswijziging is noodzakelijk geworden ten gevol
ge van het ontstaan van een toenemend aantal zeer
grootschalige veehouderijbedrijven. Bij overname van de
veestapel van een dergelijk bedrijf komen overheid en
bedrijfsleven voor het uitkeren van hoge vergoedingen te
staan. In de huidige zin van de veewet dragen immers
overheid en bedrijfsleven het volle risico in geval van het
uitbreken van een besmettelijke ziekte. Het is de bedoe
ling dat in de toekomst ook de eigenaar van het vee me
de een deel van het risico draagt. Het voorstel tot wets
wijziging zal nog dit jaar bij de Tweede Kamer worden in
gediend.
De prijs van de vette lammeren is ook slecht. Indien
een interventieprijs vastgesteld zou kunnen worden zou
wellicht een bodem in de markt gelegd kunnen worden.
Betreffende de melkprijs kan de heer Lous meedelen
dat het voorschot vermoedelijk met 1 cent zal worden
verhoogd met terugwerkende kracht tot 1 januari 1974.
TUINBOUW
T}E heer M. J. Goud, voorzitter van de Tuinbouwcom-
missie, deelde in zijn overzicht mee dat de oogst
van verschillende kleinfruitprodukten op het ogenblik in
volle gang is. De aardbeien en frambozen hebben veel
van de droogte geleden en zijn dan ook overwegend
klein van stuk. De prijsontwikkeling moet onbevredigend
genoemd worden. De stand van de bessen is goed, hoe
wel door de lange bloeiperiode de trossen onregelmatig
zijn, vooral bij de rode bessen komen rijpe en onvol
groeide korrels op een tros voor. De bramen staan er
goed voor en beloven een goede oogst. Ook dit jaar
werd echter weer veel schade aangericht door de vo
gels. De oogstverwachting van de appel is matig, het
geen vooral een gevolg is van de hagel en nachtvorst.
De heer Goud acht het subsidiëren van een hagelpremie
wel op zijn plaats. De stand van de peren is goed; de
oogst is voor de meeste rassen veelbelovend. Ook voor
de morellen wordt een goede oogst verwacht.