Rundvlees produktie in Italië Wenken voor de rundveehouderij Schooltuin R.M.L.S Schoondiike 9 flAAR het produceren van rundvlees in V Italië met uitsluitend vo-edergranen, door de graanpolitiek van de E.E.G. in de zestiger jaren ter bescherming van de graanproduktie van hun partners, niet meer rendabel was, is men overge schakeld op de verbouw van kolf- en snijmais. De laatste jaren heeft een grote uit breiding plaats gevonden van gespeciali seerde rundvleesbedrijven met een om vang variërend van'500 tot 7.000 stuks stie ren per bedrijf. Het is dan ook niet verwonderlijk, dat ini een gedeelte van de Povlakte 60 van de oppervlakte wordt beteeld met mais. De oogsttijd ligt ruim een maand vroeger dan in ons land en geeft een opbrengst van 8.000 a 9.000 kg ZW per ha en het droge stof gehalte ligt tussen 30 en 35 "Wat 'betreft de kolfmais, deze geeft een opbrengst van 10 a 30 ton per ha met een droge stof gehalte van 65 a 70 rr inkuilen geschiedt zowel in toren- silo's, rijkuilen als in sleufsilo's Het meest gebruikte en nog steeds in belang toenemende opslagsysteem van snijmais is de rijkuil, welke is voorzien van een be tonplaat en van zijkanten die bestaan uit grondwallen. In deze kuilen wordt de mais tot 5 m en nog hoger opgestapeld en afgedekt met plastik folie, verzwaard met autobanden en in sommige gevallen ook wel met een laagje grond. Ook zijn er be drijven welke 60 a 70 ha gerst verbouwen. De oppervlakte gerst wordt in de maand mei/juni gehakseld en ingekuild, waarna weer mais wordt ingezaaid, welke in het najaar groen wordt gehakseld bij een dro ge stofgehalte van circa 17 en wordt vers vervoederd. TVE U.-S. Feed Grains Council te Rotterdam, welke zich ten doel stelt de mar- keting van voedergranen en alles wat hiermee samenhangt ondermeer het stimuleren van de rundvleesproduktie in de E.E.G. organiseerde een studie- exkursie in samenwerking met het Landbouw Economisch Instituut. Aan deze exkursie werd deelgenomen door 19 landbouwers (akkerbouwers) uit de provincies Limburg, Noord-Brabant, Zeeland en Overijssel. Deze deelnemers zijn niet alleen akkerbouwers, maar tevens naar Nederlandse begrippen grote rundvleesproducenten (60250 stuks). Dat de deelnemers in grote mate zijn geïnteresseerd in de rundvleesproduktie blijkt niet alleen uit hun deelname aan deze exkeursie, maar ook uit het feit dat zij alle gegevens van hun bedrijf ter beschikking stellen aan het L. E. I. voor onder zoek. De exkursie vond plaats van 28 t/m 30 april 1974. Er werd gereisd per vliegtuig AmsterdamMilaan en vandaar per bus over een afstand van 160 km naar Vero na. In Verona werden de deelnemers opgewacht door de vice-direkteur van de U. S. Feed Grains Council te Rome, de heer Bruno Biseo, die de begeleiding van deze groep op zich nam en tevens fungeerde als tolk. De bezochte bedrijven zijn alle gelegen in de Povlakte, welke een oppervlakte heeft van 75.000 km2, waar van 50.000 km2 zeer vruchtbare kleigrond. Het vastelandklimaat veroorzaakt gro te verschillen tussen dag en nacht, winter en zomer. Uit het laagland verheffen zich enkele vulkanische gebieden, waaronder het heuvelland van Monferrato, dat zeer bekend is om zijn wijn. Het zeer drukke pro gramma dat moest worden afgewerkt, was wat de begeleiding betreft in zeer goede handen. Van de vijf vleesproducerende bedrijven welke werden bezocht was 1 coöperatie en waren vier partikuliere bedrijven. In Italië heeft de laatste jaren een grote uitbreiding plaatsgevonden van gespecialiseerde rundvleesbe drijven met een omvang variërend van 500 tot 7000 stuks stieren per bedrijf. Bij het zien van deze bedrijven krijgt men toch de indruk dat men in Italië gaat in de richting van een industriële vleesproduktie. De op de bedrijven aanwezige dieren wor den voor 95 geïmporteerd, als kalf danwel als pink. Mais is een hoofdbestanddeel in het rantsoen dat aan de vleesstieren wordt ver strekt. De mais wordt ingekuild in toren silo's, rijkuilen of sleufsilo's, waar bij de inkuilverliezen niet hoger zijn dan 1 Op alle bedrijven wordt voorraadvoedering toegepast. De mais wordt met mengwagens voor de dieren gebracht. De dieren zijn ondergebracht in verschillende typen stallen, maar zijn alle voorzien van roostervloe- ren. De voederkonversie is in de open stallen gelijk aan die in de geïsoleerde stallen. Over de financiële uitkomsten wordt in deze bijdrage niets ver meld. Dit is doelbewust achterwege gelaten omdat, gezien de zeer slech te financiële omstandigheden waar in Italië verkeert, hierover geen zinnig woord is te zeggen. Freesmachine waarmee de mais in de buikwagen wordt geladen. bedrijven zijn voor 95 uit diverse lan den geïmporteerd. Men ziet er dan ook verschillende rassen t.w. Limousin, Cha- rolais Fleckvieh, Simmenthaler, Pinzgau- er en het Nederlandse FH. Ze worden aangekocht als,kalf bij een gewicht van 60 a 80 kg en verder opgefokt tot een ge wicht van 180 a 200 kg en gaan dan naar de mestbedrijven. Ook komt het voor dat stierpinken bij een gewicht van 180 a 200 kg worden geïm porteerd, maar in verband met de hoge prijzen welke hiervoor moeten worden be taald, gaat men steeds meer over tot het Buikwagen met dwarstransporteur waarmee de mais voor het vee wordt gebracht. Interieur van een nieuwe ongeïsoleerde stal. Het voederen van de dieren geschiedt met een mengwagen waarin de mais met eiwitrijk krachtvoer en mineralen wordt gemengd en met "een daar aan bevestigde dwarstransporteur voor de dieren ge bracht. Het vullen van de mengwagen met mais en krachtvoer gaat geheel machinaal. Op al de bedrijven wordt voorraadvoede ring van snijmais toegepast. De dieren kunnen dus onbeperkt vreten. |VE gebouwen waarin de dieren zijn ge- huisvest zijn niet alle geïsoleerd. De nieuwste stallen zijn aan de voorzijde ge heel open, hebben een zeer lichte dak- konstruktie en zijn afgedekt met asbest golfplaten. De houten zijwanden aan de noordkant hebben een hoogte van 1.50 m* met daarboven afsluitbare luiken van plastiek folie. Het ene dakvlak ligt 0.50 m hoger dan het andere, waardoor een goede ventilatie wordt verkregen. De stallen zijn allen voorzien van roostervloeren en de vreetruimte is zeer smal. Men treft er boxen aan van 6 en 9 m diep met een vreetruimte van 3 a4 m. De ligruimte va rieert van 1,6 tot 2,0 m2 per dier. Aan gezien er slechts één mengsel wordt ver strekt (voorraadvoedering) geeft de be perkte vreetruimte geen moeilijkheden. Het opfokken van de kalveren vindt vaak plaats in oude bedrijfsgebouwen welke hiervoor zijn ingericht. De kalve ren staan met ca 10 stuks in boxen op stro. De nieuwste opfokstallen zijn geïso leerd en voorzien van mechanische venti latie. De kalveren staan 0,50 m boven het vloeroppervlak op houten roosters in boxen met 8 a 10 stuks. De mest wordt van on der de roosters uit weggespoten naar de mestkëlder. lYAAR de kalveren van de Italiaanse fokbedrijven minder goed geschikt zijn voor de roodvleesproduktie worden deze kalveren voor het overgrote deel aangewend voor de kalfsvleesproduktie. De aanwezige dieren op de bezochte zelf opfokken. Tijdens de opfok wordt over het algemeen genomen niet meer dan 25 kg melkpoeder verschaft krachtvoer en hooi en na vier weken wordt reeds snij mais aan het rantsoen toegevoegd. Het zij echter opgemerkt zoals hierboven reeds vermeld dat de kalveren worden aange voerd bij een gewicht van 60 a 80 kg. De dieren worden afhankelijk van het ras op de volgende gewichten verkocht: Franse op 600 kg, Duitse op 570 kg en Zwitserse op 500 kg. De groei per dag is resp. 1,11,0—1,0 kg. De verkoop ge schiedt via de normale handel per kg le vend gewicht tegen dagprijs waarbij het ras Limousin de hoogste prijs opbrengt. C.A.R. Barendrecht DE PER 1 JANUARI J.L. ingegane mogelijkheid om landbouwwerktuigen onder Algemene Handelsvoor- waarden Landbouwwerktuigen te kopen is ook van toe passing op melkmachines. Veehouders die nieuwe appara tuur moeten aanschaffen doen er dus verstandig aan ge bruik te maken van dit reglement om zich tegen even tuele teleurstellingen te beveiligen! Ook dit jaar is er voor belangstellenden weer gelegenheid onze schooltuin te bezoeken. De tuin biedt veel wetens waardigheden over planteziekten en hun bestrijding, alsmede BENUT OOK DE MOGELIJKHEID van een service abonnement dat de handel u biedt bij aankoop van melk- machine-apparatuur. Tegenover de grote belangen die bij het melken op spel staan uier gezondheid en melk- produktie betekenen de kosten voor het service-abon nement maar een luttel bedrag. over de onkruidbestrijding. Verschillende proeven op dit ge bied worden genomen. Daarnaast zijn van bijna alle voor komende gewassen de verschillende rassen aanwezig. Vooral de in Zeeuws-Vlaanderen voorkomende gewassen zijn na tuurlijk goed vertegenwoordigd. Al met al zult U enige in teressante uren in de schooltuin kunnen doorbrengen. De wnd. ddrekteur de heer A. P. de Roo is graag bereid excur sies in de tuin rond te leiden en toelichting te geven. Op de woensdagavonden is hij echter verhinderd. Overigens be hoeven de bezoeken niet op een avond te vallen, ook over dag is men welkom. Wel wordt het op prijsgesteld als te voren een afspraak wordt gemaakt. Het telefoonnummer van de school is 01173313, van de heer De Roo 01173257.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1974 | | pagina 9