Voorlichtingsdagen «Veiligheid in de landbouw"
UIT DE
PRAKTIJK
Regen dringend nodig!
Echte meeldauw in onze zomergerst
Aardappelmarkt in de EEG
Op donderdag 6 en vrijdag 7 juni a.s. worden in de
gebouwen van de Landbouwpraktijkschool te Schoon-
dijke voorlichtingsdagen georganiseerd op het gebied van
veiligheid in de landbouw. Deze voorlichtingsdagen wor
den georganiseerd door de studieclubs in Zeeuwsch-
Vlaanderen in samenwerking met de Arbeidsinspectie en
het C.A.R. te Goes. Op genoemde dagen zal vooral aan
dacht worden besteed aan het veilig werken en het voor
komen van ongevallen in de landbouw.
Enkele punten waarop de aandacht zal worden geves
tigd zijn:
goede afscherming van machines;
het gevaar van het werken aan draaiende machines;
remsystemen met luchtdruk en oliedruk op landbouw-
wagens;
verlichtings- en herkenningstekens op het langzaam
verkeer in de landbouw;
het gebruik van veiligheidscabines op trekkers, waar
bij tevens aan de lawaaidoofheid van de chauffeur
extra aandacht wordt besteed;
geluidswerende materialen en persoonlijke beschut
tingsmiddelen voor gebruik in lawaaierige cabines;
dia- en/of filmserie over veilig werken in de land
bouw.
Bovendien zal worden gedemonstreerd met enkele van
de genoemde remsystemen, het achteroverslaan van een
trekker met een veiligheidsbeugel, doorstroombegrenzer
op een kipwagen en geluidsmetingen in trekkercabines.
De voorlichtingsdagen zijn toegankelijk op donderdag
6 juni 's middags van 1317 uur en 's avonds van 19
21 uur en op vrijdag 7 juni 's middags van 1317 uur.
DEZE DAGEN ZIJN VOOR EEN IEDER TOEGANKELIJK I
Het aantal ongevallen in de land
bouw ie ieder jaar nog bijzonder
groot. Aan het veilig werken in de
landbouw kan nog bijzonder veel
worden gedaan. Laat daarom deze
gelegenheid niet voorbij gaan om u
voldoende te oriënteren omtrent het
voorkomen van ongevallen.
Vorige week maandag leek het er op dat we op ZUID-
BEVELAND regen van betekenis zouden krijgen, maar
al bij al is dat met een sisser afgelopen. West Zuid-Be
veland kreeg 8 tot 12 mm, meer naar het oosten werd
•het minder en daar viel plaatselijk slechts 4 mm. Al
met at was het vocht daarna weer snel verdwenen en
hebben we er voor «gewassen als bieten, uien en aard
appelen nog niet eens zoveel aan gehad!
Op dit moment kunnen we alleen zeggen dat de win
tertarwe er goed voorstaat. Verder is bij dit gewas er
nog de mogelijkheid om middels een overbemesting de
opbrengst nog gunstiig te beïnvloeden. Wel zijn er hier
en daar enkele percelen waar dit voorjaar de N te laat
of te weinig is gegeven.
Iedere dag wordt nu het verschil tussen de percelen
bieten met een goede en een slechte opkomst duidelijker
zichtbaar. Waar van een goede opkomst sprake is, zijn
er al heel wat gedund. Zelfs zijn er nog enkele perce
len met de Monomat gedund. Met dit warme weer groei
en de bieten goed. Op de zwaardere gronden en ook wel
op andere waar bij de voor j aars bewerking foutjes zijn
gemaakt of waar te ondiep is gezaaid, zijn er grote pro
blemen. Op deze percelen kan men wel enkele vroeg
gekomen bietenplantjes terugvinden, maar veel te wei
nig voor een voldoend aantal per ha. Nadien zijn er nog
jonge planten bijgekomen, maar todh dikwijls nog te
weinig. Jammer genoeg zou het aantal percelen met
minder dan 45000 planten per ha, wel eens te groot
kunnen blijken. Hoever we nog kunnen rekenen op op
komst van nu nog in de grond aanwezige zaadjes, wordt
de kans op kieming iedere dag toch kleiner! De waarde
van deze achteraankomers moeten we ook niet te hoog
aanslaan. Een bijkomend probleem is verder nog de on-
kruidbestrijdimg.
De aardappelen komen op de lichtere gronden in een
vlot tempo boven. Ook hier zien we op de zwaardere
gronden een vertraagde en wat minder regelmatige op
komst Een deel van de vlaspercelen staat er regelma
tig, goed en gezond voor. Andere percelen zijn onregel
matig opgekomen en 'geven door tweeërlei opkomst een
minder aantrekkelijk beeld te zien. Ook bij de erwten
en zomergranen zijn er percelen waar duidelijk tekort
komingen aan zijn. Het komt niet dikwijls voor dat we
bij deze gewassen te maken hebben met een zo onregel
matige opkomst. Geleidelijk aan wordt ook bij het gras
zaad zichtbaar dat dit ook geremd wordt door een ge
brek aan vocht.
AI met al komt het er op neer, dat, om van ons bouw
plan een redelijke opbrengst te kunnen verkrijgen, spoe
dig regen (liefst enkele dagen) hard nodig hebben. Valt
er zeer binnenkort geen regen, dan zal dit voor meer
dere bedrijven kwalijke financiële gevolgen kunnen
hebben.
Ook voor de veehouders is regen gewenst. Willen
deze naast voldoende gras voor het weidende vee ook
nog voldoende kuilgras, gedroogd gras of weidehooi voor
de aanstaande winter kunnen winnen.
EXCURSIEGIDS PROEFBOERDERIJEN 1974
De Stichting Bureau voor Gemeenschappelijke Dien
sten, Bornsesteeg 53 te Wageningen, heeft voor 1974
weer een nieuwe excursiegids van de vier proefboerde-
rijen, die het B.GD. in exploitatie heeft, samengesteld.
Het betreft de proefboerderijen „De Bouwing" te Rand
wijk; „Droevendaal" te Wageningen; „De Eest" te Na-
gele(N.O.P.) en „De Ossekampen" te Wageningen. .De
gids bevat de bedrijfsgegevens, bouw- en bemestingsplan
1974 en geeft een overzicht van de proeven die dit jaar
genomen worden van elk van de proefboerderijen. Be
zichtiging en rondgeleiding, mits een tijdige afspraak,
wordt gemaakt met de betreffende bedrijfsleider, bij
voorkeur op dinsdag. De excursiegids kan aangevraagd
worden bij «het Bureau, tel. 0837019020.
DROOGKOSTEN COÖP. GRASDROGERIJEN
GESTEGEN
Niettegenstaande een sterk verhoogde produktie van
ca 60.000 ton droog naar 75.000 ton droog van de bij de
Vereniging van Coöperatieve Grasdrogerijen in Neder
land aangesloten leden, is de gemiddelde kostprijs van
het drogen gestegen van 15,54 in 1972 tot 15,81 in
1973. Bij vergelijking van de cijfers van verschillende
bedrijven, blijkt dat bij sommige bedrijven de totale
kosten aanzienlijk gestegen zijn. Alhoewel onderlinge
vergelijking zonder meer (loondrogers, kwaliteit, enz.)
niet mogelijk is, zal het, aldus het jaarverslag, noodzake
lijk zijn grote aandacht aan de kostenbewaking te be
steden.
De milde winter en de warme, zonnige periode in de
laatste week van maart en de beide eerste weken van
april zijn gunstig geweest om de meeldauw een dreigen
de uitgangspositie te verschaffen. Met name op vroeg
gezaaide percelen zomergerst worden omstreeks half mei
vooral op de geile gedeelten reeds flinke infectiehaarden
gevonden. Voor de meeldauwgevoelige rassen moet met
ernstige schadekansen gerekend worden.
Controleer daarom Uw percelen met name op geile
plekken en op de lagere bladétages op het voorkomen
van de grijsbruine poederige meeldauwvlekken. Van de
goedgekeurde middelen heeft Calixin eveneens een dui
delijke curatieve werking op gele roest. Het middel kan
gemengd met MCPA en andere milde groeistoffen wor
den toegepast. Aldus schrijft ons BASF Nederland BV,
die tevens de volgende bijzonderheden over de meeldauw
situatie geeft.
De eerste ziektesymptomen van meeldauw verschijnen
op de bladeren als een witachtig pluis, dat naar de zo
mer toe bruinachtig-grijs verkleurt. In gerst kan meel
dauw zeer veel schade doen. De schimmel kan zich slechts
ontwikkelen op groene plantendelen en is zeer soort
specifiek, ze gaat dus niet over van gerst op tarwe of
graszaad.
Bij gunstige omstandigheden zoals o.a. een combinatie
van warm weer, een gewas dat lang nat blijft en snel
groeiend zacht bladweefsel kan dit er toe leiden, dat de
meeldauwaantasting in relatief korte tijd een epidemisch
karakter aanneemt.
VOORJAAR 1974
Aangezien meeldauw zich slechts kan vermenigvuldi
gen op groene plantendelen en de kieming der sporen
bij hogere temperaturen zeer snel verloopt is het duide
lijk, dat de kans op een flinke meeldauwaantasting tij
dens een warme periode sterk toeneemt.
De basis voor een nieuwe aantasting is in fëite reeds
gedurende het afgelopen jaar gelegd. Mede via de per
celen met graanopslag zijn met name diverse vroeg ge
zaaide percelen gerst reeds met meeldauw besmet. De
warme zonnige periode vanaf ca. 25 maart tot 12 april
is gunstig geweest voor een vroege ontwikkeling van
de meeldauw, maar de aanhoudende koude droge periode
vanaf goede vrijdag tot 12 mei heef de ontwikkeling af
geremd. De uitgangsvoorwaarden voor een snelle uitbrei
ding van meeldauw lijken momenteel aanwezig, nu de
weersomstandigheden een meer zomers karakter krij
gen.
VOERGERST EN BROUWGERST
Vooral in het Oosten en Zuiden van ons land lijken
de omstandigheden gunstig voor infectie. Behalve aan de
teelt van wintergerst moet dit worden toegeschreven
aan het ontbreken van de koele zeewind, waardoor de
temperaturen hier overdag in het algemeen hoger lig
gen en 's nachts lager, zodat eerder condensvorming op
treedt en het blad 's morgens langer nat blijft.
Voor de droogtegevoelige zand- en dalgronden komt
daarbij nog, dat de gewassen bij aanwezigheid van vol
doende bodem vocht en bodem warmte snel groeien, maar
bij afwezigheid van voldoende vocht ook snel verdro
gen. Een combinatie van meeldauw en droogte kan hier
snel tot bladverdorring leiden en zo tot rigoreuze schade
aanleiding geven. In het Oosten en Zuiden heeft men
zijn heil tegen meeldauw voornamelijk gezocht in de
verbouw van meeldauwresistente voergerstrassen. Deze
resistentie bleek het afgelopen jaar reeds op zeer veel
plaatsen te zijn doorbroken.
In 1974 zullen de schadekansen tengevolge van meel
dauw met name in de bovengenoemde gebieden waar
voornamelijk voergerst wordt geteeld niet mogen worden
onderschat.
In de zeekleigebieden ligt de situatie anders.
De klimatologische en bodemfactoren zijn hier minder
gunstig voor het optreden van schadelijke meeldauw.
Daarbij komt, dat de stikstofgiften in brouwgerst aan
merkelijk lager liggen dan in voergerst. Deze gunstige
omstandigheden hebben er toe geleid, dat zelfs meel
dauwgevoelige brouwgerstrassen zich in deze teeltge-
bieden kunnen handhaven. Men kan zich concentreren
op de verbouw van hoogwaardige brouwgerstrassen zon
der dat een snelle wisseing van het rassenassortiment
met meeldauwresistente of meeldauwtolerante eigen
schappen noodzakelijk is.
Er kan niet gezegd worden, dat meeldauw een perma
nente bedreiging oplevert, maar ook in deze teeltgebie-
den zijn op de vroeggezaaide percelen met meeldauw
gevoelige rassen reeds grote haarden met meeldauw
waargenomen. Vandaar het advies om uw gerstpercelen
met name op de geile gedeelten en het oudere blad regel
matig op het voorkomen van meeldauw te controleren.
De schimmel is herkenbaar aan de grijsbruine poeder
achtige vlekjes op het blad.
Op meeldauwgevoelige rassen zoals Zephyr, Delisa,
Volla en Berac dient een bestrijding te worden uitge
voerd zodra enkele meeldauwvlekjes op de hoger gele
gen bladeren worden waargenomen, terwijl op wat min
der gevoelige rassen zoals Mazurka, Julia, Drossel en
Valeta gewacht kan worden tot 10 a 15 van het 3e
blad (gerekend van boven) is aangetast. Van de toegela
ten middelen is Calixin eveneens goedgekeurd voor toe
passing in veldbeemd voor zaadwinning.
Verder heeft dit middel met sterk curatieve en syste-
mische eigenschappen eveneens een krachtige werking
op gele roest en een nevenwerking op strepenziekte;
menging met MCPA en andere milde groeistoffen (com
binaties) is mogelijk alsmede vliegtuigbespuiting. Aldus
het BASF-advies.
In België is voor frites-aardappelen no-g een goede
prijs te maken, namelijk rond 1819, terwijl voor de
35/50 mm mm Bintjes nog geen 10 te maken is door
de groothandel. Er gaan wat aardappelen in de sorte
ring 35/50 mm naar Nederland. Ruimer aanvoer van
Italiaanse aardappelen drukt de markt ook voor nieuwe
aardappelen. Het areaal vroege aardappelen in België is
wat groter dan vorig jaar.
Uit Arras (Frankrijk), de toonaangevende markt voor
Bintjes, wordt een prijs gemeld van 23,2524,50 Fr.
(rond 13ƒ15) voor Bintjes 35 mm opw., waarbij
men de idee heeft dat een verdere stijging wel zeer
moeilijk zal zijn. Dit Vooral door de verruiming van de
aanvoer van vroege aardappelen uit Spanje. Spanje
heeft een contigent van 15.000 ton, dat moet" worden
benut voor de 15de mei. De idee bestaat dat men het
gehele contingent niet heeft kunnen benutten.
Invoer uit Noord-(Afrika is mogelijk, voorzover de mi-v
nimumprijs dit niet al te zeer belemmert. Overigens
zouden Algerije en Tunesië nauwelijks in staat zijn be
hoorlijke hoeveelheden te leveren. Uit Engeland wordt
een iets vaster markt gemeld. Voor de voorraadhouders
is er de gunstige beslissing van de Potato-Board reste
rende heoveelheden oude oogst over te nemen, als com
pensatie voor verliezen die door de exportstop zouden
zijn geleden. Een eerste aanvoer uit Cypres is gemeld.
Voorts zijn aardappelen aanwezig uit Egypte, de Cana-
rische eilanden en Malta.
In Duitsland vertoonden de prijzen nogal sterke
schommelingen. Een aanvankelijk vaste oplopende markt
werd gevolgd door een duidelijk afbrokkelen van de
prijzen, voor Duitse zowel als voor Nederlandse aard
appelen. Oorzaak is mede de verruiming van de aanvoer
van vroege aardappelen uit Italië. De industrie koopt
nauwelijks meer, omdat elders voordeliger aangeboden
wordt. De aanvoer uit Italië wordt af en toe gehinderd
door blokkering van de wegen door stakende arbeiders
in het district Napels.