c]Door de <^Orouw
Huishoudelijke voorlichting
ten plattelande
21
onder redaktie van de
Bond van Plattelandsvrouwen
Voor Zeeland en Brabant:
Els Deurloo
Markt 1 Tholen Tel. 01660 - 504
CONSUMENTENINFORMATIE
KLEDING- EN NAAIADVEEZEN
KURSUSSEN
TENTOONSTELLINGEN
Voor ons ligt het jaarverslag van de Provinciale Com
missie voor Huishoudelijke Voorli hting ten Plattelande
in Zeeland over het jaar 1973, waarvan mevr. E. Zan-
dee-van Damme te Kloetinge het secretariaat vervult.
Daarin wordt o.m. een overzicht gegeven van de be
stuurssamenstelling, de samenstelling van de versohil-
lende streeksgewijze werkcommissies en een overzicht
van de in 1STC3 verrichte werkzaamheden Zeeland be
schikt voor deze voorlichting over een viertal leraressen.
Die verstrekken, ieder op haar gebied, informatie over
hushoudelijke zaken en verzorgen d.m.v. cursussen, in
leidingen en demonstraties, de nodige voorlichting. Cur
sussen over voeding en huishouden, tuin en bloemen,
stoelenbekleden, naaien, enz. zijn de bekenste. Bekend
zijn ook de spreekuren die in verschillende plaatsen in
Zeeland en Brabant gehouden worden, waarbij, de con
sumentenvoorlichting een belangrijk onderdeel vormt.
Hierover de volgende bijzonderheden:
CONSUMENTENVOORLICHTING
Voor de consument wordt door het steeds grotere
aanbod van artikelen de markt steeds ondoorzichtelijker
en daarom de keuze steeds moeilijker. Om een voor
beeld te noemen: er zijn 42 merken volautomatische was
machines met 195 types, 18 merken stofzuigers met 66
types; de supermarkt biedt alleen al een keus uit 2500
verschillende artikelen. Hiermede hangt samen dat het
beoordelen en vergelijken van prijzen en kwaliteit ook
steeds moeilijker wordt. Vergelijkend warenonderzoek,
etikettering, consumentenbond en andere objectieve
voorlichtingsinstanties kunnen daarbij echter hulp bie
den.
De Stichting Huishoudelijke Voorlichting ten Plattelan
de is één van de instanties die al enige jaren consumen
ten voorlichting geeft door middel van spreekuren. On
derwerpen, waar bijvoorbeeld voorlichting over gegeven
„De man is de mens, de vrouw is het mens."
N. N.
kan worden, zijn: voedselbereiding en levensmiddelen,
wasautomaten, droogtrommels, vaatwaamachines, keu
kenmachines, kooktoestellen, kleinere huishoudelijke ap
paraten, textiel, wasbehandeling, budgettering, verwar
ming, koelkasten en diepvriezers. Deze spreekuren, waar
tegen een kleine vergoeding 1 tot 2,50) adviezen
worden gegeven, worden gehouden te:
Goes: iedere dinsdag van 1012 uur en van 14»—16 u.
in het Landbouwcentrum, kamer 221, Westsingel
88, tel. 01100—6440.
Oostburg: iedere eerste woensdagmiddag van de
van 14116 uur in het Hervormd Kerkcentrum,
Kerkplein.
Zierikzee: iedere eerste donderdagmiddag van de
maand van 1416 uur in de Huishoudschool, Jan-
newekken 10, tel. 01110—2001.
Etten—Leur: iedere eerste en derde woensdag van de
maand van 9.3012 uur in „Huis ten Bosohi", Oude
(Bredaseweg 2.
Boxmeer: iedere eerste en derde donderdagmiddag van
de maand van 13.30>16.00 uur in „Het Haarhuis".
SPREEKUREN VOOR KLEDING- EN NAAIADVIEZEN
Deze worden gehouden te Goes, iedere donderdagmor
gen van 9.3012 uur in het Landbouwcentrum, kamer
221, Westsingel 56. Op deze spreekuren kan iedereen, die
moeilijkheden met het knippen, passen, naaien, enz. van
kledingsstukken heeft, advies krijgen. Er zal zoveel mo
gelijk gewerkt worden als op de diverse naaikursussen:
men krijigt advies en wordt geholpen, zodat men zelf
het probleem verder kan verhelpen. Er wordt per per
soon ten hoogste 30 minuten uitgetrokken, terwijl een
vergoeding wordt gevraagd van ƒ1,50 per persoon per
advies.
Doe er uw voordeel mee en maak gebruik van deze
vorm van voorlichting.
„Als er geen vrouwen waren, waar zouden man
nen dan met hun sores naar toe moeten!"
CARM1GGELT.
]\E hoogleraren dr. J. G. A: J. Hautvast en dr. J. H.
Koeman van de Landbouwhogeschool te Wage-
ningen hebben onlangs tijdens één en dezelfde acade
mische zitting hun inaugurele rede gehouden, beiden on
der het motto „Iedere hap een verkeerde stap?". Door
zo te doen wilden prof. Hautvast en prof. Koeman het
gemeenschappelijke deel van hun beider opdracht bena
drukken, het zoeken namelijk naar de normen waaraan
het voedselpakket moet voldoen. Dr. Hautvast werd in
september 1972 benoemd om de leer van de voeding en
de voedselbereiding te doceren. Hij werd de opvolger van
prof. dr. C. den Hartog. Zijn collega dr. Koeman werd
tezelfdertijd benoemd als hoogleraar in de toxicologie.
Volgens prof. Koeman, die als eerste zijn rede uitsprak,
heerst er grote bezorgdheid over de toeneming van che
mische stoffen in de menselijke voeding. Een antwoord
op de vraag hoe het staat met de toxicologische kwaliteit
van het voedsel is evenwel moeilijk te geven. Hoewel het
uitgebreide controle-systeem dat in ons land opgebouwd
is, redelijk functioneert, zijn er problemen. De Keurings
diensten van Waren constateren dat hier en daar de wet
telijk toegestane hoeveelheden chemische stoffen in het
voedsel overschreden worden.
Bij 3 tot 5 procent van de monsters van groenten en
fruit is dat bijvoorbeeld het geval. Toch meende dr. Koe
man dat er hierdoor nog geen reële bedreiging van de
gezondheid bestaat. De marges die voorgeschreven zijn,
zijn erg breed en tijdens de huishoudelijke bewerkin'g
van het voedsel nemen de gehaltes aan chemische ver
ontreiniging nog af.
IN enkele gevallen is intussen toch van een grenssitua-
tie sprake, aldus dr. Koeman. Hij noemde als voor
beeld het gebruik van conserveringsmiddelen, waarvan
weer het ongunstigste voorbeeld het sulfiet is. Dit is toe
gelaten voor vruchtendranken, jams, wijn, suiker en
vele andere produkten, maar het word illegaal gebruikt
als kleuringsmiddel voor gehakt, biefstuk-tartaar en
soepvlees. „Mocht iemand een dergelijke biefstuk-tartaar
treffen en dezelfde dag een aantal glazen wijn drinken,
dan bestaat de kans dat de „aanvaardbare dagelijkse op
neming" zeer dicht benaderd of overschreden wordt".
Omdat de laatste tijd steeds meer belangstelling ontstaat
voor kant-en-klaar maaltijden, frisdranken e.d. pleitte dr.
Koeman er dan ook voor dat het gebruik van conserve
ringsmiddelen kritischer bekeken gaat worden.
Prof. Koeman besloot zijn rede met te verwijzen naar
het maatschappelijk aspect van het gebruik van chemi
sche hulpstoffen in het voedsel. Er zitten in dat gebruik
risico's, zo stelde hij, maar slechte voedingsgewoonten
zijn veel erger. De laatste leiden geregeld tot de dood,
maar er is nog nooit geconstateerd dat normaal gebruik
van chemische hulpstoffen in het voedsel tot vergiftigin
gen heeft geleid. Men zou de mensen een duidelijk in
licht moeten geven in het gebruik van chemische hulp
stoffen in het voedsel. Wellicht zou dat ertoe kunnen
leden dat de minder belangrijke daaronder, zoals de
kleurstoffen, door het publiek gemeden gaan worden
zodat ze uit het voedingspakket kunnen verdwijnen.
Hulpstoffengebruik zal ten dele echter ook els noodzaak
geaccepteerd gaan worden, omdat er anders een tekort
aan vers voedsel ontstaat.
IIOEWEL de relatie tussen voedsel, voeding en ge-
zondheid de laatste tijd erg veel aandacht krijgt, zo
begon prof. Hautvast zijn rede, bestaan er nog maar wei
nig gegevens over. Men is bezorgd omdat de sterke in
druk bestaat dat de voedingsgewoonten de laatste de
cennia duidelijk verslechterd zijn, maar men heeft geen
harde kennis op basis waarvan de voedingsgewoonten
verbeterd kunnen worden.
Een groot deel van zijn rede besteedde prof. Hautvast
aan een uiteenzetting van de probleemsituatie rond de
hart- en vaatziekten. De onduidelijkheden die daar be
staan zag hij als vorobeeld van de onduidelijke situatie
die in het algemeen aanwezig is in de verhouding voe
dinggezondheid.
Uit onderzoek is gebleken, aldus dr. Hautvast, dat er
verband aanwezig is tussen de hoeveelheid vet en cho
lesterol die aanwezig is in het voedsel en het niveau van
het cholesterol in het bloed. Aangepaste voedingsmaat
regelen kunnen dit gehalte verlagen, maar of daardoor
het optreden van hart- en vaatziekten zal verminderen
is nog een grote vraag, want naast het cholesterol zijn
nog veel andere zaken op te sommen die tot hart- en
vaatziekten bijdragen: roken, overspanning, te weinig
lichaamsbeweging. De onlangs door de Voedingsraad ge
dane aanbevelingen met betrekking tot de voeding kun
nen pas over vijf a tien jaar hun preventieve waarde be
wijzen.
PIGENLIJK is over het optreden van hart- en vaat-
ziekten maai- één ding met zekerheid vastgesteld:
het is een typische ziekte van mensen in de welvarende
landen. Dat zou kunnen betekenen dat het niet alleen
zaak is de eetgewoonten in onze landen te herzien, maar
het totale leefpatroon. Een van de eerste dingen die aan
banden gelegd zouden moeten worden, aldus dr. Haut
vast, is de reclame voor voedingsmiddelen. Er zal in de
plaats daarvan meer gedaan moeten worden aan goede
voorlichting over de voeding en de overheid mag wel
eens duidelijk zeggen welke veilinghieidsmarges zij heeft
ingebouwd. Dringend noodzakelijk moeten overheid, be
drijfsleven en voedingsdeskundigen aan één tafel gaan
zitten om samen een nieuwe code te ontwerpen voor de
wijze waarop nog reclame voor voedings- en genotmid
delen gemaakt mag worden.
Het laatste deel van de rede van prof. Hautvast was
een sterk pleidooi voor meer onderzoek. Alleen op basis
van harde onderzoeksgegevens kan gewerkt worden aan
verbetering van de voedingsgewoonten als onderdeel van
een preventieve strijd voor een betere gezondheid. Hoe
ernstig de situatie althans op één front eruit ziet, toont
een onderzoek aan dat onder leiding van prof. Hautvast
uitgevoerd werd door de vakgroep Voeding van de Land
bouwhogeschool onder duizend Wageningse schoolkinde
ren in de leeftijd van 4 tot 12 jaar. Maar liefst een kwart
van deze kinderen bleek een cholesterogehalte te heb
ben van 200 mg% of meer, waardoor zij een vergroot
risico lopen straks een hartinfarct te kragen.
Prof. Hautvast vond dat soortgelijke onderzoeken ge
daan moeten worden naar overvoeding, de voeding van
bejaarden, de rol van de voeding bij bloedarmoede, de
voeding van gastarbeiders, de schoolmaaltijden („zoete
koeken en limonades"), de voeding van militairen en
zwangere vrouwen. Wil er een nationaal beleidsplan ko
men voor verbetering van de voedingsgewoonten, dan zal
al dit onderzoek gedaan moeten worden. Gelukkig, aldus
prof. Hautvast, leidt de LH-Wageningen nu volop men
sen op die hierbij een belangrijke rol kunnen spelen.