Conservering van grasproducten KORTE WENKEN 9 JAC. BOGERS, C-RA. - Tilburg E kwaliteit en de hoeveelheid van het gewonnen ruwvoer van het grasland heeft een belangrijke invloed op de wintervoeding. Gras gemaaid in een jong groeistadium (voor het doorschieten tot begin van door schieten) heeft een hoge voederwaarde aan zetmeel en eiwit. Vooral dit eiwit is belangrijk naast het voeren van snijmais, omdat het eiwitgehalte hiervan laag is. Het maaien in jong groeistadium heeft nog andere voordelen. 1. De kwaliteit van het grasland blijft beter op peil. 2. Men krijgt een snellere nagroei na het maaien. 3. Men beschikt over meer goed wintergras, waaruit hoge melkproduktie kan worden verkregen. 4. Een goede voederwinning geeft besparing op kracht voer. 5. Het tijdig beginnen met maaien geeft een betere ar beidsverdeling. Maaien in te oud groeistadium, te diep maaien en een lange veldperiode vernielen het grasland en bevorderen een sterke uitbreiding van de kweek, met gevolg hoge kosten aan graslandverbetering en lagere opbrengsten van het grasland. Stel het maaiapparatuur af op 5 cm maaihoogte. Door de snijmaisteelt wordt op sommige bedrijven min der aandacht besteed aan de opbrengsten van het gras land, omdat men meent voldoende wintervoer via snij mais te kunnen winnen, met het gevolg lagere opbreng sten van het grasland. De voordelen van de snijmais teelt gaat hierdoor weer gedeeltelijk verloren. Bij het persen van hooi heeft men een lange veldperiode met hogere verliezen, bovendien komt nogal eens schimmel vorming voor, zodat deze methode van conservering minder aantrekkelijk is. Maaikneuzen is een goede methode van inkuilen, bezwaar van deze methode is dat gekneusd moet worden in een ouder groeistadium, waardoor de beweiding minder goed verloopt en de grasmat meer beschadigd wordt. METHODE VAN WERKEN TIJDENS DE VELDPERIODE bij voorkeur een droog gewas. Schud tijdens het maaien of direct daarna en herhaal dit schudden dagelijks een tweemaal, zodat een snelle en regelmatige Hooi toren met spreidapparatuur en automatisch losmechanisme via de centrale ven til atieschacht verder afgelegen percelen bij de boerderij in dan kan de veldhakselaar wel voordelen bieden. De kuil moet enigszins rond opgezet worden zodat de grond er op blijft. Bij een gronddek van 10—>15 cm gebruikt men plastic van 0.15 mm. Dit mag zowel zwart als doorzichtige plastic zijn. De plastic wordt 10 cm diep in de grond gegraven. Gebruikt men geen grond', gebruik dan dubbel plastic. Het eerste zeil wordt direct na het kuilen op de kuil gebracht. Wanneer de kuil bijgezakt is trekt men 'het zeil goed strak, waarna het tweede zeil op de kuil gebracht wordt. De plastic 1015 cm in de grond graven. Gebruik hierbij zwarte plas tic of zwart witte. Doorschijnend plastic is niet weerbe- stendig. Ter bescherming tegen windschade, kan men ge wapende plastic stroken gebruiken waaraan zakjes zand hangen of autobanden. Deze kuilen moeten wekelijks ge controleerd worden of beschadiging van die plastic voor komt. Wanneer men inkuilt in een gleufsilo moet men er voor zorgen dat de silo aan de kanten gevuld is tot iets boven de silowand; doet men dit niet, dan treden later lekken op waardoor kuilverlies optreedt. Dus goed aanrijden langs de silowand. pAKJESKUIL. Bij het persen van voordroogkuil streeft men naar een iets droger product, omdat de pakken anders te zwaar zijn, met het gevolg een iets langere veld periode. Bij het kuilen met pakjes treden over het algemeen meer verliezen op tijdens het bewaren dan bij rijkuilen. Op gemerkt moet worden dat enkele boeren deze inkuilmethode is dat er een kleinere oppervlakte grond nodig is, omdat goed in de hand hebben, doch op verschillende bedrijven valt deze methode van kuilen tegen. Voordeel van deze methode men gemiddeld wat hogere kuilen krijgt, en de kuilen aan het eind steeds weer open gemaakt kunnen worden waar door er weer tegen aan gekuild kan worden. Het afdekken met grond is wat moeilijker omdat de kan ten meestal steiler zijn dan bij rijkuilen. Daarom is het wel gewenst om dubbel plastic te gebruiken. Bij het opbrengen van de grond moet men er aan denken dat de plastic goed tegen de pakjes gedrukt zit, anders kan beschadiging van de plastic optreden. Met het afdekken zander grond neemt men dezelfde werkwijze als bij de rijkuilen. U OOIPERSEN. Bij het persen van hooi krijgt men een langere veldperiode dan bij voordroogkuil en hooi- ventilatie waardoor meer verliezen en weerrisico's optreden. Het hooi moet goed droog zijn voordat men gaat persen. Te vodhtig geperst hooi kan beter gekuild worden dan in de schuur gebracht worden, omdat dan te veel broei en schim mel optreed. Dit geeft grote verliezen en onsmakelijk voer. Bij ongunstige weersomstandigheden is het beter over te schakelen van hooien op kuilen. HOOIYENTHATIE AAN WELKE METHODE VAN CONSERVERING GEEFT MEN DE VOORKEUR QVER het algemeen kan men aan de voordroogkuil de voorkeur geven, omdat men in het voorjaar met het inkuilen vroeg kan beginnen 8 mei) en omdat deze methode van inkuilen een zeer korte veldperiode heeft, om dat men met 40 droge stof kan inkuilen Hét geeft de minste verliezen aan voederwaarde en er blijft goed gras land achter. Hooiventilatie is ook een goede methode; de veldperiode is echter langer omdat pas bij 65 droge stof ingeschuurd kan worden Hierdoor is het weerrisico groter en treden er meer verliezen op. Door de uitbreiding van de snijmaisteelt is de hoeveelheid die gemaaid kan worden van het grasland op verschillende bedrijven te gering voor hooiventilatie. Bij kleine partijen hood is deze methode te duur. C.A.R. Zevenbergen AKKERBOUW BROUWGERSTRASSEN zijn in het algemeen zeer vat baar voor meeldauw. Wanneer in het gewas het 3e blad van boven voor 1015 met schimmel-pluis iü bedekt, kan een bespuiting met een meeldauwbestrijdingsmiddel noodzakelijk zijn. Onder droge omstandigheden is het aan te bevelen reeds tot een bespuiting over te gaan zodra op het derde blad van boven schimmelpluis voorkomt. Mid delen tegen meeldauw in gerst zijn: Caliocin (0,75 l per ha) en Milgo E, Asepta Funginex en Imugan alle tegen 1 liter per ha. Alle middelen kunnen gemengd met M.C.P.A. en M.C.P.P. worden verspoten. ALLEEN wanneer er kort voor het in de aar komen van wintertarwe meeldauw van betekenis voorkomt, is een bestrijding ekonomisch verantwoord. Laat optredende meeldauw, die het vlagblad en de aar aantast, veroorzaakt bij tarwe de meeste schade. Met een eventuele meeldauw bestrijding kan daarom dan ook beter gewacht worden tot het laatste blad is gevormd. Naast de middelen die in gerst worden gebruiht is tevens spuitzwavel toegelaten, die gekombineerd met een uitvloeier verspoten moet wor den (5 kg spuitzwavel) 0,1 liter uitvloeier per ha). droging verkregen wordt. Hierdoor wordt de lengte van de veldperiode sterk beperkt. Gebruik een goede schudder b.v. een cirkel- of trommelschudder. DE VOORDROOGMETHODE JJIJKUILEN. Bij 40 droge stof kan ingekuild worden met een opraapwagen of veldhakselaar. Bij de op- raapwagen 'bij voorkeur 3 messen gebruiken, de verdeling op de kuil geeft hierdoor een grote arbeidsverlichting, ter wijl bovendien het vastrijden beter verloopt. Vanaf de eerste wagen wordt die kuil goed aangedrukt, doet men dit niet dan krijgt men later moeilijkheden. Het kuilen met een veld hakselaar geeft kuiltechnisch geen voordelen ten opzichte van die opraapwagen en de kosten zijn hoger. Kuilt men van VEEL SUIKERBIETEN zijn dit jaar erg onregelmatig opgekomen en vertonen een holle stand. Komen er per ha minder dan 90.000 bietenplantplaatsen voor, dan mogen deze niet worden gedund. Alle planten binnen 10 cm rij worden geteld voor een plantplaats. Het dunnen van de plantplaatsen is wel toegestaan. In regelmatig opgekomen hieten, met meer dan 100.000 plantplaatsen per ha, ver dient het bij handdunnen aanbeveling te streven naar 70.000 planten per ha. Bij 50 cm rijenafstand staan er dan na het dunnen 35 planten per 10 m rij. AARDAPPELEN DREIGEN ALS OPSLAG één van de lastigste onkruiden op het akkerbouwbedrijf te worden. Zelfs in gewassen met aardappelen als voor-voorvrucht komt hier en daar veel aardappelopslag voor. Chemisch is de aardappelopslag in de gewassen niet te bestrijden. Om de aardappelopslag de baas te worden, moeten we be ginnen met bij het rooien zo weinig mggelijk krielaardap- pelen op het land achter te laten, kleigrond niet te ploe gen maar in één gang 20 cm diep te woelen en op lichte zavel met ploegen te wachten totdat de aardappelen zijn bevroren. SOMMIGE MENSEN hebben de verkeerde gewoonte door b.v. eerst een auto te kopen en pas hierna om advies te vragen of het betreffende merk goed voldoet. Dezelfde fouten worden soms gemaakt bij het aanwenden van be strijdingsmiddelen. Eerst wanneer er moeilijkheden zijn ontstaan, gaat men de gebruiksaanwijzing nauwkeurig lezen. Veel teleurstellingen en ongelukken zijn te voor- glJ hooiventilatie mag ingeschuurdi worden met een droge stof gehalte van 65 droge stof. In het voorjaar wanneer het grootste gedeelte van het hooi gewon nen wordt, moet in het begin dag en nacht worden geventi leerd. Ventileert nïen dan onvoldoende, dan zakt het hooi te vast ineen, zodat daarna onvoldoende lucht door dit hooi gaat met het gevolg dat toch schimmel kan optreden. Bij hooiventilatie heeft men een peilstok met thermometer nodiig om regelmatig de temperatuur op te nemen; aan de hand hiervan kan dan later het aantal draaiuren per dag bepaald worden. Een goede voederwinning van het grasland geeft grote voordelen. Het geeft hogere opbrengsten, een betere bewei ding en grasland van goede kwaliteit. De hogere opbreng sten van het grasland kunnen een belangrijke besparing geven op de aankoop van krachtvoer, dat thans vrij duur is. komen door voordat u een bestrijdingsmiddel gaat ver spuiten de gebruiksaanwijzing op de verpakking aandach tig te bestuderen en hiernaar te handelen. VEEHOUDERIJ HET HANDBOEK VOOR DE RUNDVEEHOUDERIJ is verschenen. Dit boek bevat een uitgebreid aantal ge gevens over de zaken welke met de rundveehouderij U maken hebben, zoals bemesting, voederwinning, fokkerij gezondheidszorg, melkwinning, bouwmaterialen, werktui gen, financiering, belasting enz. Dit boek is verkrijgbaai bij het Proefstation voor de Rundveehouderij, Bornse- steeg 45 te Wageningen ad. f 15,(giro 2307421). ACHTERUITGANG- VAN DE KWALITEIT van hei grasbestand heeft vergaande invloed op de bedrijfsresul taten. Als U achteruitgang konstateert wordt het hoog tijc de bedrijfsvoering te herzien. Het steeds sneller gaar scheuren en herinzaaien is niet de beste oplossing. Dt graslandgebruikstechniek moet zodanig zijn dat het gras bestand op peil blijft. VOOR HET VERBETEREN van de botanische samen stelling moet tot herinzaai besloten worden als er minder dan 5 Engels raaigras in voorkomt of als er minder dan 30 goede grassen in voorkomen of als er te veel onge wenste plantesoorten in staan welke niet of moeilijk selek- tief te bestrijden zijn zoals kweékgras, bent, heermoes e.d. VOORSTEL INVOEREN PACHTERSSTEMRECHT BIJ WIJZIGINGEN RUILVERKAVELINGSWET 1954 De minister van landbouw heeft mede namens zijn ambt genoten van justitie en financiën een memorie van ant woord bij de Tweede Kamer der Staten Generaal inge diend. Bij deze memorie naar aanleiding van het voor lopige verslag, dat de Vaste Commissie voor Landbouw en Visserij betreffende het ontwerp tot wijziging van de Ruilvericavelingswet 154 opmaakte, is onder meer een nota van wijzigingen gevoegd. Hierin wordt voorgesteld daartoe geregistreerde pachters deel te laten nemen aan de stemming over een ruilverkaveling. „MILGO" E TEGEN MEELDAUW IN GERST EN TARWE ICI heeft een nieuw bestrijdingsmiddel tegen meel dauw in gerst en tarwe op de markt gebracht. Het be treft hier een spuitmiddel onder de naam „Milgo" E. Het bevat het systemische schimmelbestrijdingsmiddel ethi- rimol, het actieve bestanddeel van het zaadbehandelings- middel „Milstem". Wanneer zaadbehandeling om de een of andere reden niet wordt toegepast, is „Milgo" E doeltreffend toe te passen in het vroege groeistadium van gerst. Bij tarwe NIEUW VOORLICHTINGSBOEKJE OVER ONKRUIDBESTRIJDING IN LAND- EN TUINBOUW ICI heeft een overzichtelijk voorlichtingsboekje laten verschijnen over haar produkten „Gramoxone" en „Reg- loneDe talloze toepassingen van deze produkten, die in een aantal gevallen reeds lang bestaande werkmethoden zal een bespuiting van „Milgo" E de voorkeur verdie nen in een laat groeistadium, om de bovenste bladeren meeldauwvrij te houden. „Milgo"'E bevat speciale uitvloeiers voor een optimale bevochtiging -van het blad; wordt snel door de plant op genomen; is zacht voor het gewas en beschadigt daar door de planten niet. Uit proefnemingen in diverse Westeuropese landen is gebleken, dat met „Milgo" E gemiddeld 10 opbrengst verhoging wordt bereikt. soms belangrijk hebben veranderd en verbeterd, vroegen om een gemakkelijk leesbaar en duidelijk overzicht. De eigenschappen van de dipyridijlprodukten worden door middel van vele kleurenfoto's en verklarende tekst hel der uiteengezet. Een handleiding, waarvan iedere land en tuinbouwer veel gemak heeft. Het boekje is verkrijg baar bij ICI Holland B.V. - tel. (010) 140122.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1974 | | pagina 9