LANDBOUWTREKKERS
Modern van vorm
en techniek
°y°4dnah
47-105 PK
(5 types)
$avi sti,j
BASF
ZON FORDTAUNUS
Geen redenen en
mogelijkheden invoering
inkomenstoeslagen
WIE REKENT KOOPT FORD
Bavistin
zet voetziekte
in granen
de voet dwars
Met oogvlekkenziekte valt niet te spotten. Het gevolg
van deze aantasting is verminderde toevoer van water
en mineralen, hetgeen later zgn. witarigheid veroor
zaakt. Na legering gaat het onkruid het gewas over
woekeren wat oogsten met de maaidorser bemoeilijkt.
Oogstverliezen van 20-30% en meer behoren niet
tot de uitzonderingen. Bavistin is een probaat middel
tegen voeiziekte. Bavistin bevat BCM en wordt gespo
ten als 15 a 20% van de planten zijn aangetast. In de
praktijk zijn goede resultaten bereikt in combinatie
met Cycocel Extra voor het verstevigen van de halm
basis en in combinatie met MCPA tegen akkerdistels.
Vraag informatie: BASF Nederland B.V.,
Afdeling Landbouw, Kadestraat 1, Postbus 1019,
Arnhem. Tel.: 085-71 71 71.
9) §ibël
.neviëte'
(Vervolg van pagina 1)
TOESLAGSTELSELS
IN het rapport worden achtereenvolgens de ver
schillende vormen van toeslagstelsels behan
deld en toegelicht. In het bijzonder het stelsel van
direkte inkomenstoeslagen (D.I.T.-stelsel) is aan een
kritische toetsing onderworpen.
De achtergrond van het D.I.T.-stelsel is dat een
prijsbeleid op basis van „genormaliseerde" wereld
marktprijzen het mogelijk zou maken de agrarische
produktie in West-Europa, zowel naar omvang als
naar samenstelling, beter af te stemmen op de pro
duktie- en afzetmogelijkheden in de wereld en te
gelijkertijd een bevredigende inkomensontwikke
ling in de Westeuropese landbouw te verwezenlijken.
Om dit doel te bereiken zou het E.E.G.-prijspeil
om te beginnen met 20 moeten worden verlaagd
en na verloop van tijd op het genormaliseerde we
reldmarktprijspeil moeten worden vastgesteld. Ten
einde de hieruit voor de agrarische producent voort
vloeiende inkomensverliezen op te vangen, zouden
inkomenstoeslagen moeten worden verleend. Deze
toeslagen zouden aan de persoon van de agrarische
ondernemer gebonden zijn en een tijdelijk karak
ter hebben. Na maximaal 20 jaar zullen er geen
toeslagen meer worden gegeven en zou de land
bouw, met behulp van een daartoe strekkend struc
tuurbeleid, zodanig gemoderniseerd moeten zijn, dat
er geen toeslagen meer nodig zijn.
Naast de stelsels van vervangende inkomenstoe
slagen heeft de commissie aandacht aan stekels van
aanvullende inkomenstoeslagen besteed. Bij dit stel
sel wordt het huidige prijsbeleid intact gelaten, maar
aangevuld met voor bepaalde gebieden geldende
toeslagen.
Ten slotte heeft de commissie zgn. produktgebon-
den toeslagen de zgn. „deficiency payments", zoals
bijv. in Engeland wordt toegepast, in haar beschou
wingen betrokken.
WAAROM GEEN INKOMENSTOESLAGEN
IIET rapport komt na afweging van het voor en
tegen van de verschillende vormen van toesla
gen tot de volgende overwegingen:
Gelet op met name de onder invloed van allerlei
factoren steeds wisselende verhouding tussen het
aanbod van en de vraag naar landbouwproduk-
ten (inclusief de behoefte aan voedselhulp in de
ontwikkelingslanden) in de wereld, moet het
voeren van een prijsbeleid op basis van „genor
maliseerde wereldmarktprijzen" een niet te ver
wezenlijken opgave worden geacht.
Van een stelsel van vervangende inkomenstoesla
gen mag in het algemeen geen beter resultaat ten
aanzien van de omvang en de samenstelling van
de agrarische produktie worden verwacht, zodat
daardoor ook een belangrijk grotere afzetmoge
lijkheden voor derde landen worden geschapen.
Voor het terugdringen van de produktie-uitbrei-
ding in de ontwikkelde wereld zou, zo dit in de
toekomst nodig mocht blijken, aan geheel andere
instrumenten moeten worden gedacht, bijv. aan
het (tijdelijk) uit de produktie nemen van gron
den.
Een aantal specifieke bezwaren die handel en
industrie tegen het huidige beleid inbrengen
worden door een toeslagstelsel van het D.I.T
type niet opgelost, maar kunnen voor een groti
of kleiner deel dor vereenvoudigingen in het hu.\
dige stelsel worden opgevangen.
Ook individuele inkomensverschillen binnen de
landbouw vormen geen deugdelijk argument ten
gunste van stelsels van vervangende inkomens
toeslagen:
inkomensnivellering is in deze stelsels slechts
een bijkomend element gedurende hun be
perkte looptijd;
de bestaande beleidsinstrumenten (belasting-
politiek, ontwikkelings- en saneringsregelin
gen) bieden als regel voldoende mogelijkhe
den om in te groot geachte inkomensverschil
len in te grijpen.
De visie van prof. Van Riemsdijk op de toekom
stige structuur van de landbouw is niet verenig
baar met op verschillen in kwaliteiten van onder
nemers, in produktie-omstandigheden, e.d. berus
tende variaties in de landbouwproduktiestruc-
tuur, noch met een gevarieerde ruimtelijke struc
tuur. Ook gaet zij voorbij aan de grote structu
rele veanderingen en de sterke toename van de
produktiviteit die zich onder het E.E.G.-beleid,
zoals dat nu reeds jaren functioneert, in vele land
bouwgebieden hebben voorgedaan. Ernstig moet
worden betwijfeld of een naar het D.I.T.-model
gemoderniseerde landbouw beter in staat zal zijn
de doelstelingen van marktevenwicht en een be
vredigende agrarische inkomensvorming te ver
wezenlijken.
De methode die prof. Van Riemsdijk heeft uitge
werkt om zijn structuur visie te verwezenlijken,
stuit op overwegende bezwaren, daar zij
de handelingsvrijheid van de individuele on
dernemers op een ernstige wijze zou beper
ken en een te grote invloed op de sector-ont
wikkeling en de bedrijfsontwikkeling zou toe
kennen aan beleidsinstanties;
(Zie verder pag. 17)
COMFORMIDABE
Luxe en comfort.
Keuze aan modellen
aangepast aan uw
eisen, uw budget