Groot worden is geen Haarlemmerolie Akkoord over de landbouwprijzen 1974/75 Melk- en Zuivel E.E.G. prijsbeleid beter dan verwacht H Drs. J. DIJKGRAAF. L.C.C. Goes. TA7E hebben helemaal niets tegen Haarlem en zelfs niets tegen het beproefde huismiddeltje haarlem merolie als het maar niet gebruikt wordt als een medi cament tegen alle kwalen. Zo hebben we ook niets tegen groot worden, als een vergrote schaal maar niet be schouwd wordt als de oplossing voor elke onderneming onder alle omstandigheden. Dat laatste gaat ons name lijk net iets te ver en soms zelfs veel te ver. Groot wor den in een groei-maatschappij gaat meestal slechts ten dele ten koste van anderen, omdat iedereen een stukje van de groeiruimte in beslag kan nemen. Groter worden in een maatschappij met een afgeplatte groei gaat eer der ten koste van anderen omdat de ruimte te beperkt wordt. Dan wordt het nemen van elkaar in plaats van opvullen van de vrij beschikbare ruimte op de markt van wege de expansie (toenemende vraag). We behoeven harde concurrentiestrijd niet altijd te schuwen, maar in een periode van afgeremde groei moe ten we ons inziens het groter willen worden wel extra goed overwegen. Zelfs als door inflatoire kostenstijgin gen een druk ontstaat op het rendement waardoor om- zetvergroting een noodzaak temeer lijkt. Als de hogere kosten doorberekend kunnen worden in de marktprijs zal de noodzaak geringer zijn, maar de prijsmaatregelen van de overheid spreken ook een hartig woordje mee. En die overheidsrem kan daardoor juist mede een stimu lans zijn om het qua afzet toch in de breedte te zoeken. VOORTBESTAAN TA/jJ schreven al eerder in deze kolommen, dat vele boeren en tuinders iets tegen groter worden heb ben waaronder eveneens leden van coöperaties. Meestal zijn ze wel van de economische en technische noodzaak overtuigd, maar desondanks zijn ze er niet erg gelukkig mee. Ze kunnen het doen en laten van die grotere coöpe raties niet meer overzien en voelen zich gedegradeerd tot nummers, die er maar een beetje bijhangen. Daar door blijven ze groei in twijfel trekken en behoren ze geenszins tot de fervente aanhangers van die groei. Een groei ,die al jaren lang door velen omhelsd wordt en waarvan sommigen zelfs wonderen verwachten. Welnu wonderen verwachten van groei lijkt een beetje overdre ven, maar groei is toch een belangrijke zaak. Zeker als we deze afzetten tegen het blijven voortbestaan van de onderneming of wat we dan wel noemen de continuïteit. De vraag is echter of er ook andere wegen zijn om de continuïteit te waarborgen. VINDINGRIJKHEID IJK, het zijn in de eerste plaats de mensen, die de onderneming waar moeten maken Het gaat aller eerst om goed geschoolde en vakbekwame mensen. Maar dat zeker niet alleen. Ook de inzet en vooral de vinding rijkheid zijn heel belangrijke faktoren gepaard met een beweeglijke opstelling. Vooruitzien en tijdig reageren op allerlei impulsen uit de maatschappij en de markt zijn zeker in deze tijd van het allergrootste belang. Zonder inventiviteit (vindingrijkheid) en creativiteit (scheppend vermogen) is het bijna niet meer mogelijk om een onder neming goed te leiden. Het klinkt langzamerhand nogal afgezaagd, maar het neemt niet weg, dat scheppend ver mogen juist de continuïteit in hoge mate dient. Nu mo gen we scheppend vermogen niet zonder meer gelijk stellen met groter worden. Groot worden heeft namelijk ongetwijfeld ook nadelen zoals logger worden, waardoor de stuwkracht weg ebt. Eén inventief mens, die goed kan organiseren is meer waard dan tien vakbekwame mensen sec. Waarom zou inventiviteit het monopolie zijn van de grote onderne ming? Leiders van ondernemingen die zo op groei uit zijn kunnen juist over weinig inventiviteit beschikken. Om het eens wat cru te zeggen: met veel geld achter de hand is het geen kunst om andere ondernemingen op te kopen. U moet ons goed begrijpen. Wij zeggen niet dat groei uit den boze is, maar het is niet de enige weg naar continuïteit. Bovendien inventieve mensen zit ten er overal. Zowel in grotere als kleinere ondernemin gen. KWALITEIT QNLANGS zei iemand, dat de coöperatie aan ader- verkalking leidt. Z'n opmerking sloeg vooral op het management, dat hij over het algemeen niet erg sterk vond. Wij hebben hier niet op geantwoord, omdat je met zo'n losse algemene opmerking moeilijk uit de voeten kunt. Het zal wel net zijn als overal in het bedrijfsleven, dat de kwaliteiten van het management uiteen lopen. Toch mogen we zo'n opmerking ter harte nemen in deze zin, dat het kiezen van goed management een zaak van eer ste orde is. Naast groei-specialisten zullen we ook aandacht moe ten besteden aan diepte zoekers om in een goed team verband groei in de breedte en inventiviteit in de diepte te combineren tot een evenwichtige continuïteitsbeleid. Want groei alleen is geen haarlemmerolie. (Vervolg van pag. 3.) Het Verenigd Koninkrijk is gemachtigd de prijsverho ging van de boter, nodig voor de jaarlijkse aanpassing in het kader van het Toetredingsverdrag, met een natio naal te verlenen consumentensubsidie van f 58,48 te com penseren. Interventieprijs mager melkpoeder per 100 kg Wordt voor Benelux en West-Duitsland 77 RE 264.88 Wordt voor overige lidstaten 79 RE 271,76 De Raad heeft de Commissie gemachtigd, de toeslagen op mager melkpoeder voor veevoederdoeleinden en op vloeibar e ondermelk binnen, bepaalde marges vast te stel len. Voor mager melkpoeder is deze marge bepaald tus sen 25 en 36 RE (ƒ89.44 en f 123,84) per 100 kg. De prijsverhouding tussen het melkvet en het melk- eiwit bedraagt thans 53,4 46,6. Als beginsel tot stabilisering van de zuivelmarkt heeft de Raad besloten dat ingeval de botervoorraad een uit zonderlijk ho~<* niveau bereikt, de Raad op voorstel van de Commissie nodige maatregelen zal treffen. De Raad besluit vóór 31 december 1974 over het uitslui tende gebruik van botervet en melkeiwitten bij de ver vaardiging en verkoop van zuivelprodukten in de Ge meenschap. VLEES Rundvleesoriëntatieprijs per 100 kg Wordt 96,50 RE ƒ331,96 Vóór 1 juli 1974 zal de Raad een nieuw invoerstelsel voor rundvlees vaststellen en het interventiesysteem eventueel wijzigen. Kalfsvleesoriëntatieprijs per 100 kg Wordt 113,— RE ƒ388,72 Varkensvleesbasisprijs per 100 kg Wordt 93,— RE ƒ319,92 Aan het Verenigd Koninkrijk is toegestaan dat de ver hoging van de oriëntatieprijs voor het rundvlees slechts voor een deel en wel met 6,3 7c tot 309,60 behoef te wor den ingevoerd. Voorts mag de nationaal gefinancierde producentensubsidie voor kalveren worden verhoogd en zal gedurende 4 maanden in dat land een geleidelijk af nemende nationale steun voor slachtvarkens mogen wor den verleend. Een steun die eveneens aan Ierland is toe gestaan. GRANEN De verhoging in de granensector resulteert in de vol gende prijzen. Richtprijs/ton Interventieprijs/ton Harde tarwe 182.83 RE, 628,94 166,83 RE. 573.90 Zachte tarwe 121.84 RE. ƒ419.13 110.03 RE, 378,50 GerSt 110.55 RE, ƒ380.29 96,60 RE, 332,30 Rogge 119,04 RE. ƒ409,50 101,84 RE, ƒ350,33 Mais 109.45 RE. ƒ375.51 89,46 RE. 307,74 Rijst (100 kg) 22,60 RE. 77.74 13.655 RE, 46,97 De gegarandeerde minimumprijs voor durum tarwe wordt 196,83 RE, 677,10 per ton. Voor Italië is besloten de huidige regeling ten aanzien van durum tarwe nog één jaar voort te zetten zij het met een beperktere producentensteun en met ingang van 1 augustus 1975 te vervangen door een nieuwe regeling waartoe de Raad vóór 1 april 1975 op voorstel van de Europese Commissie moet besluiten. SUIKER Minimumprijs suikerbieten a 16 suiker per ton Wordt 18,84 RE ƒ64,81 Halvette prijs suikerbieten per ton Wordt 11,08 RE ƒ38,12 Richtprijs witte suiker per 100 kg Wordt 26,55 RE ƒ91,33 Interventieprijs witte suiker per 100 kg Wordt 25,22 RE ƒ86,75 Het Verenigd Koninkrijk is toegestaan een aantal aan vullende prijsmaatregelen te treffen opdat de consumen tenprijs niet zal stijgen. KOOLZAAD Wordt Richtprijs/ton 219,00 RE, 753,36 Interventieprijs/ton 212,70 RE, ƒ731,69 ROOIREGELING VOOR APPELEN De Raad heeft besloten een nieuwe rooiregeling voor appelbomen in te stellen. De Europese Commissie zal deze regeling in een nader voorstel uitwerken. VLAS EN HENNEP De ha-toeslagen voor vlas en hennep worden met 10 RE verhoogd tot 160 RE 550,40 voor vlas 135 RE, 446,40 voor hennep OLIJFOLIE De huidige regeling voor olijfolie met een produktie- richtprijs per 100 kg van 137,17 RE is 471,81, zal voor Italië ongewijzigd worden gehandhaafd. Afgesproken is dat voor het produktiejaar 1975 een nieuwe regeling zal worden uitgewerkt, waartoe de Raad vóór 1 april 1975 op voorstel van de Europese Commissie moet besluiten. INVLOED OP DE CONSUMENTENPRIJS De direkte invloed van de prijsbeslissingen op de con sumentenprijzen zal naar te voorzien is van geen grote betekenis zijn en^ in de orde van grootte liggen van minder dan 1 van de kosten van levensonderhoud. De oorzaak hiervoor ligt in het feit dat voor de meeste pro- dukten de markt- en consumentenprijzen boven de nu vastgestelde E.E.G.-landbouwprijzen liggen. De prijzen van graanprodukten, varkensvlees en boter worden dan ook niet beïnvloed. De rundvleesprijs zal op langere ter mijn een lichte verhoging ondergaan. In de zuivelsector is voor consumptiemelk in de loop van dit jaar een prijsstijging van 8 7c (circa 3 cent per liter) uit hoofde van dit prijsbesluit te verwachten. De overige zuivelprodukten zullen gezien het huidige reeds hogere prijspeil van de genomen beslissingen geen di rekte invloed ondervinden. Suiker zal ingaande 1 juli a.s. 7 7c, ofwel 5 a 6 cent per kg duurder worden. ENERGIEBELEID De Raad heeft geconstateerd dat de concurrentiever storingen tussen de lidstaten ten gevolge van de energie crisis zich hebben toegespitst. De commissie is verzocht vóór 1 juni a.s. de in de lidstaten genomen maatregelen op dit terrein na te gaan, in het bijzonder wat de tuin bouw en de visserij aangaat. De Commissie heeft de be voegdheid, eventueel de nodige maatregelen te treffen. Aan de hand van het verslag van de Commissie, al dan niet met voorstellen vergezeld, zal de Raad vóór 1 juli een besluit over deze voorstellen nemen. ET r :,r bij de bespreking van de Brusselse 'be- tmelkprijs, hebbe n wij op het grote belang gt wezen van het vermijden van grote overschot- Jen Dat e 1 üjft onverkort gehandhaafd. Zonder de mm!iv.i krap' - v..r op de wereldmarkt zou het veel i r t.-A eest om tot overeenstemming te ko- a V bnri-v melkveehouders betekent de verb n- melkprijs met ca 8 ','r een niet onrede- 1 li ke rupc it ie voor de sterk gestegen kosten. Of het melkvee aders op peil kan blijven is lbter geer.:-, ns zeker, dat hangt van de marktontwik keling bij melk en vlees af. Vooral door de monetaire ontwikkelingen zal de weg van de EEG de komende ja ren zeker niet over rozen gaan, maar dat is met meerdere zaken het geval. De nu mogelijk gebleken EEG-beslis- sing vormt op zich zelf een groot tegenwicht tegen de onheilsprofetiën over het voortbestaan van de EEG, zo als die de laatste maanden te vaak hebben weerklonken. Aldus drs H. Schelhaas van de Kon. Ned. Zuivelbond FNZ als eerste reactie op het bereikte E.E.G.-accoord over het prijsbeleid voor de melk en de zuivelprodukten. Aan dit commentaar ontlenen wij het volgende: DE EEG-MELKRICHTPRIJS J\|E EEG-richtprijs voor de melk is met 8 7c verhoogd; het interventieprijsniveau, dat uiteindelijk de basis vormt voor de melkprijs voor de veehouders, met bijna 8 7c netto. In de drie voorgaande jaren was de verhoging van het interventieprijsniveau resp. 6, 8 en 4 7-Evenals toen, kan de conclusie dit jaar zijn, dat de Brusselse be sluiten over de melkprijs niet onbevredigend zijn. De verhoging van de melkprijs wordt dit jaar, evenals trou wens vorig jaar, geheel gerealiseerd via de interventie prijs van mager melkpoeder; deze is verhoogd met 13RE. Van deze 13 RE is 10 RE bedoeld als reële verhoging van de melkprijs dus de zojuist genoemde 7,9 7c. verhoging van het interventieprijsniveau en 3 RE als compensa tie voor de stijging van de verwerkingskosten. De hui dige marktprijs voor mager melkpoeder ligt reeds op het niveau van de nieuwe inleveringsprijs. Het negatief cor rectief op de mager melkpoederprijs voor de Benelux en West-Duitsland blijft helaas gehandhaafd. De boterprijs blijft onveranderd (1 RE ƒ3,44). De oorspronkelijke voorstellen van Lardinois kwamen ■neer op een verhoging van de richtprijs voor de melk van 4 7c, waarbij echter geen enkele compensatie werd gege ven voor de gestegen verwerkingskosten van de zuivel industrie. Dat zou geen enkele verhoging van de melk prijs voor de boer hebben betekend. De uiteindelijke be sluiten van de Raad van Landbouwministers zijn dus aanmerkelijk gunstiger. STERKE KOSTENSTIJGING JTITERAARD moet de verhoging van de melkprijs worden gezien tegen de achtergrond van de sterke algemene loco- en prijsstijging. Voor dit jaar wordt een stijging van de kosten van levensonderhoud verwacht van 10 a 12 '°/o; daarnaast zullen de kostenstijgingen op de boerderij zeer waarschijnlijk de inflatore produkti- viteitsverhoging belangrijk overtreffen. Dit alles komt er op neer, dat de verhoging van de melkprijs lang niet voldoende zal zijn om de stijging van de kosten van le- (Zie verder pag. 7.) 4

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1974 | | pagina 4