De teelt van droog te
oogsten groene erwten
9
C. J. GO VERS,
C.A.R. - Goes.
Gezien de prijs waarvoor de han
del nu al voor oogst 1974 contrac
ten voor de teelt van droog te oog
sten groene erwten wil afsluiten mo
gen we hoogstwaarschijnlijk wel re
kenen op ©en hogere prijs dan we
in de yoorgaande jaren hebben kun
nen maken. Wanneer dit gepaard
gaat met een kg-opbrengst van bijv.
3000 kg of meer per ha, dan zal het
resultaat aanmerkelijk beter zijn dan
we de laatste jaren gekend hebben.
In dit artikel worden teeltechniek en
rentabiliteit behandeld.
IN ons land is de laatste jaren de oppervlakte droog te
oogsten groene erwten sterk teruggelopen. In 1955
nam dit gewas nog een oppervlakte in van 40.000 ha, in 1965
20.000 ha en in 1973 slechts 2335 ha (waarvan 1280 ha in
Zeeland).
Voor de provincie Zeeland geven onderstaande cijfers de
zelfde lijn aan.
1961 - 10.000 ha 10 van de oppervlakte bouwland)
1963 - 12.000 ha
1965 - 9.000 ha
1970 - 6.300 ha
1971 - 4.100 ha
1972 - 1.450 ha
1973 - 1.280 ha 1,3 van de oppervlakte bouwland)
De volgende factoren hebben deze ontwikkeling beïnvloed:
1. De afnemende vraag; waardoor de prijs tot vorig jaar
vrij laag was (40 tot 70 ct/kg).
2. De lage kg-opbrengsten per ha van de laatste jaren.
3. De oogst is nog steeds arbeidsintensief, waardoor deze
teelt met de geringe arbeidsbezetting op de bedrijven
minder aantrekkelijk is.
Als pluspunten van dit gewas kunnen nog steeds genoemd
worden dat het een goede dekvrucht is voor karwij en gras
zaad en dat het tevens bijdraagt tot een ruimere vruchtwis
seling.
Als oorzaak van de afnemende kg-opbrengsten kunnen de
volgende punten worden genoemd:
minder juiste zaaizaadhoeveelheid;
vogelschade bij opkomst en afrijping;
ongunstig oogstweer (hetgeen de laatste jaren dikwijls is
voorgekomen) waardoor ook de kwaliteit zeer ongunstig
werd beïnvloed;
achteruitgang van de struktuur van de grond, omdat min
der aandacht wordt besteed aan de organische stofvoor-
ziening en omdat de grond bereden wordt met zwaardere
machines onder vaak vochtige omstandigheden. De ge
volgen kunnen zijn: meer voetziekten en vroegtijdig wor
telrat (o.a. fusarium);
sterke onkruidbezetting tussen de bloei en de oogsttijd.
Door de sterk gestegen kg-prijs voor de droge groene erwt
vorig jaar waar overigens zeer weinig telers van hebben
geprofiteerd is de belangstelling voor dit gewas weer
sterk toegenomen. Om deze reden worden in dit artikel
teetltechniek en rentabiliteit van dit gewas in kort bestek
weergegeven.
TEELTTECHNIEK
Op kleigrond dient in het najaar de grond vlak, vroeg en
zoveel mogelijk bij gunstige weersomstandigheden te wor
den geploegd. Op zandgrond wordt vaak pas vlak voor het
zaaien geploegd. Aangezien het zaad op de bezakte grond
gezaaid moet worden en de kunstmest tijdig moet worden
toegediend is deze werkwijze minder goed.
De erwt is niet kieskeurig wat de voorvrucht betreft. Zelfs
na bieten kunnen erwten worden gezaaid, mits het land' niet
is stukgereden bij de oogst. Het oxalaat uit ondergeploegd
bietenblad kan enige kiem- en groeiremming veroorzaken.
Het zaaiklaarmaken dient te geschieden als de grond vol
doende diep kan worden gezaaid n.l. 58 cm. Dit voorkomt
blootliggen van het zaad en geeft minder kans op schade
van bodèmherbiciden. In verband met het goed kunnen oog
sten (maaien) moet het zaaibed goed vlak liggen.
LS rassen worden voornamelijk Allround en Rondo
C.B. geteeld, waarbij laatstgenoemd ras steeds meer
veld moet ruimen voor de eerste. Het ras Finale is echter
eveneens een goed opbrengstgevend ras en bovendien nog
resistent tegen Amerikaanse vaatziekten, evenals Allround.
Pauli past beter op de strorijke gronden, waar Finale en
Allround het ook goed doen. Voor een uitvoeriger beschrij
ving van de rassen willen we verwijzen naar de 49e Rassen-
lijst voor landbouwgewassen 1974.
QE zaaizaadhoeveelheid loopt afhankelijk van ras en
strorijkdom van de grond uiteen van 150240 kg per
ha. De praktijk houdt hier onvoldoende rekening mee. Hoe
zwaarder de grond, hoe meer zaaizaad nodig is. Het zaai
zaad is dit jaar zeer duur; 3 gulden per kg.
Door toepassing van precisiezaaien kan de zaaizaadhoe
veelheid worden teruggebracht tot 110 130 kg per ha, al
naar gelang het aantal korrels per kg. Op enkele bedrijven
zijn de laatste jaren enige ervaringen opgedaan met precisie
zaaien van erwten. Bij een rijenafstand van 33 cm moeten
de zaden op 77,5 cm worden gelegd. Bij 37,5 cm rijaf
stand wat nauwer. Tegenover een besparing van 60 h 70 kg
zaaizaad staan de kosten van precisiezaaien.
Bij een normalisatie van 12,5 cm lijkt het beter op stro-
arme gronden (zware klei) een rijafstand van 25 cm aan te
houden.
|TEN bemesting met stikstof is normaal niet nodig. iEen
oogst van 3500 kg zaad en 2500 kg stro per ha ont
trekt aan de grond 170 kg N, 50 kg p2o5 en 100 kg KsO.
Aangezien de erwt een vlinderbloemig gewas is kan een be
mesting met bijvoorbeeld 400 kg 0 - 20 - 30 als voldoende
geacht worden.
D chemische onkruidbestrijding biedt in dit gewas vele
mogelijkheden. Vanaf de opkomst kan op een droog
gewas, doch een wat vochtige grond, reeds worden gespoten
met 46 kg Ivosit per ha. Meestal zal het dan nodig zijn,
om in een later stadium nog eens te spuiten met 7,512 1
DNPB per ha tegen breedbladiige onkruiden."Daar waar wil
de haver of duist wordt verwacht kan gespoten worden voor
het zaaien met 3,5 1 Avadex per ha, wat direct moet worden
ingewerkt.
Tegen zowel grasachtigen als breedbladige onkruiden zijn
vele middelen toegelaten, zoals Gesatop 50, Tribunil, Epta-
pur, Bladex en Topogard (nieuw) direct na het zaaien en
Camparol, Campagard, Afasit en Ivorin kort voor opkomst.
Deze laatste op genoemd tijdstip omdat zij reeds boven
staand onkruid kunnen doden. Laatstgenoemde 3 middelen
en Topogard geven de mogelijkheid om er zonder veel kans
op schade karwij onder te zaaien.
Onderzaai van graszaad bij gebruik van bodemherbicidien
is niet eenvoudig. Bladex werkt vrij kort zodat bij een tijdige
zaai van de erwten inzaaien van veldbeemd en roodzwenk
ongeveer 6 weken daarna wel zal kunnen.
P'NKELE veel voorkomende ziekten of plagen zijn: voet-
ziekten, erwtencystenaaltjeaantasting, vlekkenziek-
ten, kwade harten, bladrandkever, trips, erwtengalmug en
de erwtenpeulboorder. Voetziekten tredien vooral op bij on
gunstige groeiomstandigheden zoals slechte structuur en be
schadiging door een zware nachtvorst of bij het stuiven van
de grond.
Bij de bekende St. Jansziekte duurt het uitzieken van die
grond wel 1012 jaar. Een ieder kent wel deze pleksgewijze
aantasting, waarbij het gewas amper aan enige peulvorming
toekomt.
Om vlekkenziekte of Aschochyta tegen te gaan, moet een
gedl gewas worden voorkomen. Deze bruine vlekjes op blad,
stengels en later op het zaad komen vooral in natte jaren
voor. Er zijn nog geen chemische bestrijdingsmiddelen toe
gelaten.
Kwade harten is een gevolg van mangaangebrek wat zon
der meer op een kalkrijke grond verwacht kan worden. De
kwaliteit van deze, zowel voor zaaizaad als consumptie,
loopt sterk terug. Bestrijding is mogelijk door tijdens de
bloei 1 of 2 keer te spuiten met 15 kg mangaansulfaat per ha.
Tegen de bladrandkever kan wanneer vreterij wordt gecon
stateerd worden gespoten met parathion. Niet alleen de
kevers doch ook in een later stadium de larven ervan, welke
aan de wortels schade doen, zijn ongewenst.
Kort na opkomst kan het gewas worden aangetast door
Een arbeidsintensieve methode van oogsten, maar nog steeds
het meest bedrijfszeker.
Maaien geeft vaak wat meer verlies, doch minder grond in
het produkt. Afschoffelen geeft minder verlies en meer
grond. Ruiteren vraagt veel arbeid, doch geeft de minste
risico's. Hieraan dient zoveel mogelijk de voorkeur gegeven
te worden.
Zwaddorsen geeft indien dit geschiedt bij een te hoog
vochtgehalte meet beschadiging, kans op rimpeling van de
korrel, verlies van de fris-groene kleur door aanklevende
grond), schimmelvorming en verlaging van de kiemkracht.
Dit alles kan leiden tot de kwalificering „spliterwten". Bij
zwaddorsen moet men op een later tijdstip dorsen.
Om van stam te dorsen is een zeer vlakkp grandligging
en onkruidvrij land een eeTste vereiste. Het geteelde ras
dient veel stro te vormen en een hoge peulzetting te heb
ben. Een nauwe rijafstand verdient de voorkeur. Wachten
met dorsen tot het vochtgehalte beneden 15 20 is ge
daald
rentabiliteit
het telen van droog te oogsten groene erwten vraagt
veel zorg en nog steeds de nodige tijd voor de vele
werkzaamheden. Het saldo (geldopbrengst toegerekende
kosten) dient dan ook hoger te zijn dan van bijvoorbeeld
gerts, korrelmais of landverhuur.
Op zijn minst moet dit saldo met diat van een gewas win
tertarwe kunnen concurreren, waarop de volgende verge
lijking is gebaseerd.
Omdat arbeid op de bedrijven schaars is, wordt de nibthode
van zwadmaaien en daarna dorsen steeds meer toegepast.
de vroege akkertrips, later komt de erwtentrips welke de
knoppen aantast. Bestrijding kan geschieden met het mid
del parathion.
De erwtengalmug legt haar eitjes in de nog ongeopende
bloemknop. Later vreten de maden deze zodanig aan dat
peulaanzetting onmogelijk is. Deze galmug moet bestreden
worden voordat de eitjes worden gelegd. Vanaf 1 week voor
de bloei kan worden gespoten met parathion (DDT is voor
goed verboden). Bij warm en droog weer elke 3 4 dagen
deze bespuiting herhalen.
De erwtenpeulboorder veroorzaakt de zgn. wormstekig
heid De rups ervan dringt de peul en vervolgens het zaad
binnen. Er kan worden gespoten met parathion, diazinon
en Gardona. Spuiten als in de perceelsranden de peulen be
ginnen te zwellen. De 2e maal één week later.
^E oogst kan volgens verschillende methoden worden uit
gevoerd n.l.:
a. Maaien of afschoffelen - ruiteren - dorsen;
b. Maaien of afschoffelen - zwaddorsen;
c. Van stam dorsen.
Aan de onkruidbestrijding in erwten moet extra aandacht
worden besteed. Een onkruidbezetting als op bovenstaande
foto te zien is, bemoeilijkt de oogst en schaadt de kwaliteit
van het produkt.
Uitgegaan wordt van een geldopbrengst bij wintertarwe
van 2440,per ha, namelijk 5500 kg korrel a 40 ct/kg
en 4000 kg stro a 60,per ton. Bij 900,toegerekende
kosten (zaaizaad, kunstmest, ziekten- en onkruidbestrijding,
hagelverzekering, rente omlopend kapitaal en oogstkosten
bij loonwerk) wordt heit saldo 1540,Wanneer de erwten
éénzelfde saldo moeten opbrengen dan zal de geldopbrengst
van het gewas erwten per ha moeten zijn:
saldo wintertarwe 1540,
toegerekende kosten erwten 1130,—
geldopbrengst 2670,
Na aftrek van de stro-opbrengst a 140,per ha moet
de zaadopbrengst van de erwten zijn: 2670,140,
2530,—.
Deze opbrengst per ha kan verkregen worden bij de vol
gende kg-opbrengsten en de daarbij genoemde kg-prijzen:
1700 kg 1,50
2500 kg k f 1,—
3200 kg 0,80
4200 kg 0,60