Ervaringen
met het buitenvoeren van
rundvee
MECHANISATIE-
NIEUWS
Universele schaar .Snips"
Chemisch borgmiddel voor schroefverbindingen
9
J. J. SOGERS
C. R. A. Tilburg
Het buitenvoeren van melkkoeien heeft de laatste ja
ren steeds meer belangstelling gekregen, omdat de bouw
kosten van deze ligboxen goedkoper zijn dan ligboxen-
stallen met binnenvoedering. Thans zijn in het C.R.A.
Tilburg 53 van deze stallen in gebruik.
In het verleden is door proeven reeds bewezen dat
de melkproduktie even goed kan zijn bij buiten- als bij
binnenvoeren. Van 10 bedrijven is via de deelboekhou-
ding de melkproduktie per koe per jaar bekend. Deze
melkgift loopt uiteen van 4.720 tot 5.577 kg melk met een
gemiddelde van 5.100 kg melk. Bij de vergelijkbare be
drijven was de gemiddelde produktie 5.044 kg melk per
koe per jaar.
De resultaten met buitenvoedering zijn even goed als
die van het binnen voeren. De melkproduktie van beide
groepen is sterk afhankelijk van de beweiding in de zo
mer (goed of slecht). Een goede voeding in de winter
is van belang. De kwaliteit van het ruwvoer en hoogte
van de krachtvoergift zijn hierbij eveneens van groot be
lang.
HET BUITENVOEREN AAN HET VOERHEK
De laatste jaren zijn er met buitenvoeren weinig pro
blemen geweest, omdat er zeer zachte winters voor
kwamen. Bij droog weer zijn er geen problemen, doch
bij regenachtig weer of sneeuwval kan de opname van
ruwvoer verlaagd worden. Daarom moet onder deze om
standigheden extra krachtvoer verstrekt worden in de
melkstal. Bij ongunstige weersomstandigheden is het
gewenst het kuilvoer, dat in voorraad voor het voerhek
is opgeslagen, af te dekken met plastic; dit bevordert
de opname van ruwvoer.
BUITENVOEDERING VAN VOORDROOGKUH. AAN
VOERHEK EN ZELFVOEDERING VAN SNUMAIS IN
SLEUFSILO
De laatste jaren neemt het aantal sleuf silo's waar
snijmais wordt ingekuild en zelf voedering wordt toe
gepast toe. Bij deze methode hebben de weersomstan
digheden minder invloed op de opname van het ruw
voer dan bij de eerstgenoemde methode. De snijmais
wordt niet verder blootgemaakt als noodzakelijk is, zo
dat het bovenste gedeelte van de snijmais niet in kan
regenen. Het voeren van snijmais via zelf voedering
vraagt belangrijk minder arbeid. Bij deze methode van
de zelfvoedering van snijmais in een sleufsilo met daar
naast het binnenvoeren van voordroog neemt toe.
ZELFVOEDERING VAN VOORDROOG EN SNIJMAIS
IN EEN SLEUFSILO
Op een drietal bedrijven is men deze winter begon
nen met zelfvoedering van voordroog- en snijmaiskuil.
Deze methode van werken vraagt zeer weinig werk. Het
voorgedroogde gras wordt gehakseld en met een achter-
drager op de kuil gebracht. Op twee 'bedrijven is het
vrij droge gras te kort gehakseld, zodat wat kort ma
teriaal voorkomt dat niet door de koeien wordt opge-
voeren moet men echter voorkomen dat niet te veel
snijmais wordt opgenomen, zodat nog minstens 4 kg
voordroogkuil wordt opgenomen. Op bedrijven waar de
droogstaande en melkgevende koeien bijeen lopen zal
men de snijmaisopname nog verder moeten bijwerken,
omdat anders de droogstaande koeien te vet worden wat
een ongunstige invloed heeft op de melkproduktie van
de volgende lactatieperiode. Ook voor koeien met een
lage melkproduktie is te veel snijmais nadelig. Indien
mogelijk worden de droogstaande koeien afzonderlijk
opgesteld; deze kunnen dan de snijmais uit de sleufsilo
opnemen tijdens het melken van de andere koeien. Ook
nomen. Bij wat langer hakselen kunnen deze verliezen
beperkt worden. Tevens mag het voorgedroogd gras
niet te droog zijn. Met deze methode van voeren zijn
nog weinig ervaringen opgedaan doch de eerste indruk
ken zijn goed. De melkproduktie is op deze bedrijven
goed tot zeer goed. Gezien de ervaringen met buiten
voeren in de praktijk zal deze methode meer ingang
vinden, omdat zelfvoedering een vrij grote arbeidsbespa
ring geeft ten opzichte van het voeren aan het voerhek.
Bij nieuwbouw is het gewenst rekening te houden met
de mogelijkheid om de koeien in groepen te kunnen in
delen.
Nieuw op de Nederlandse markt is de „Snips" schaar,
die alles knipt en afkomstig is uit Nieuw Zeeland. Deze
schaar is gemaakt van een speciaal soort staal met een
hardheid van 75 RC. Van alles kan er mee geknipt wor
den, papier, touw, rubber, textiel, kunstvezels, plastic,
linoleum, karton, dun blik, in de tuin voor de snoei
(mits niet te zware takken), wildschaar, enz. Bijzonder
goed bruikbaar in huishouding en werkplaats. De schaar
is bot en stomp, ook wat betreft de snij kanten en
daardoor voor kinderen niet gevaarlijk. De handvaten
zijn van kunststof. De snijschaar kost 14,50 en is ver
krijgbaar in ijzerwinkels, „Doe het zelf'-zaken, enz. en
o.m. in het winkelcentrum Lokerse van Damme te
's-Gravenpolder, 's-Gravenstraat 24
Nagenoeg elke schroefverbinding dient goed geborgd
te worden. In het ene geval omdat lostrillen grote
schade en/of gevaar kan opleveren, in het andere geval
omdat het slechts ongemakken kan veroorzaken. Steeds
is echter een borging vereist. De laatste jaren worden
naast de mechanische borgingen steeds meer chemische
borgmiddelen toegepast met het voordeel het snelle en
eenvoudige aanbrengen en het niet gebonden zijn aan
de diameter van de bout of schroef. Sinds kort is op de
Nederlandse markt een nieuw middel Knipping VC 3
verkrijgbaar voor het borgen van een groot aantal ver
schillende typen schroefverbindingen. Het betreft een
harsachtig produkt, dat gedeeltelijk bestaat uit organi
sche bestanddelen en een vaste verbinding mogelijk
maakt met bijna alle metaaloppervlakken. Belangrijk is
daarbij de elasticiteit van het borgmiddel, die lostrillen
voorkomt.
Het nieuwe materiaal wordt geleverd in één stan
daarduitvoering. Geen nevenuitvoeringen zijn benodigd.
De levering geschiedt in een flacon met spuitstuk. Een
belangrijk voordeel is dat het produkt slechts éénmaal
behoeft te worden aangebracht en zijn werking behoudt
ook bij regelmatig vast- en losdraaien van schroef of
moer etc. De schroefdraad moet daarvoor over een leng
te die 1,5 x de diameter ervan worden behandeld. Voor
het boorgat zelf is geen bijzondere reiniging noodzake
lijk. Het aanwezig zijn van olie op het metaaloppervlak
van de schroefdraad vormt geen bezwaar.
Bij temperatuurvariaties van '54 graden tot +121
graden Celcius is een onbegrensd hergebruik mogelijk
voor zover het normale schroefdraadverbindingen be
treft. Bij temperatuurverlies van +121 graden tot 287
graden Celcius is slechts een beperkt hergebruik in dit
temperatuurbereik mogelijk; evenwel een uitstekende
borging van schroef, moer of schroefbout is gegaran
deerd onder verschillende bedrijfsomstandigheden en
temperatuurwisselingen tot deze max. grens.
Het borgmiddel wordt niet aangepast door gebruike
lijke oplosmiddelen, zuren en basen. De bestanddelen,
die het produkt de nodige viscositeit verlenen, worden
door de meeste oplosmiddelen op koolwaterstofbasis aan
getast en opgelost. Dit geldt in het bijzonder t.a.v. ace-
ton, tolueen, trichlooretheen, benzine etc. Minerale oliën
(korte koolstofketen) tasten het borgmiddel echer nau
welijks aan.
Tot zeer hoge drukken (uit proefnemingen blijkt wel
tot 420 kg/cm2) blijft een uitstekende borging gehand
haafd, zelfs bij aanwezigheid van de meeste actieve op
losmiddelen met uitzondering uiteraard van de reeds
genoemde. Wanneer de temperatuur niet extreem hoog
is en dit geldt ook voor de druk (82 graden C. en 2 kg/
cm2) dan is het borgmiddel bijzonder werkzaam wan
neer het cylindrische schroefdraad betreft, zoals wel
aanwezig in de koelwatermantels van motorblokken.
Van groot praktisch voordeel is bovendien dat het
middel alle werkzame eigenschappen behoudt bij tem
peraturen voor zover die de 104 graden C. niet over
schrijden. Het materiaal waaruit de schroefverbinding
bestaat speelt geen rol. Het produkt is bruikbaar voor
zowel houtschroeven als buisdraad, voorts allerlei moe
ren. Kunststof wordt thans beproefd. De gebruiksmo
gelijkheden ook bijv. in de huishouding zijn praktisch
onbegrensd. De afbeelding toont een flacon borgmiddel
met een aantal te borgen bouten en moeren.