VERZEKERINGSINSTELLINGEN VAN DE ZLM Er was eens. Concurrentie en ethiek iy PI Nederland heeft in ieder geval aan benzinedistributie gedaan, althans iedere legale autobezitter kreeg in de cember 1973 bonnen. Of er veel zijn ingeleverd is vers twee. De overgebleven bonnen zijn voor de verzamelaars. Vanuit verkeersveiligheidsoverwegingen bekeken heeft deze korte distributieperiode toch wel effect gesorteerd. Een ieder kreeg, althans privé, een schamel aantal bon nen. De kunst zou worden om met deze bonnen zo lang mogelijk toe te komen. De gepubliceerde staatjes over het verbruik van benzine bij verschillende snelheden wer den dan ook zeer ernstig genomen door het publiek. ledereen moest dat eens uitproberen met eigen auto. Het beroep van de regering om op snelwegen niet har der te rijden dan 100 km werd wonderlijk braaf opgevolgd. Men stond daar wat van te kijken; zo volgzaam zijn we toch niet. Maar iederéén was aan het kontroleren of de gepubliceerde cijfers voor zijn wagen wel kolpten. Intus sen mag de benzine weer wat rijkelijker gaan vloeien d.w.z. de bonnen zijn niet meer van belang. MAXIMUM SNELHEDEN Tegelijkertijd zal de regering trachten maximum snel heden verplicht te krijgen. Op de autosnelwegen mag dan niet sneller dan 100 km gereden worden: op de overige wegen 80 km en verder de bekende overdaad van bor den van 70 en 50 km. De factor benzine-gebrek per in dividu speelt nu niet meer en de vraag is nu of wij vol doende discipline kunnen opbrengen om ons aan de op gegeven snelheden te houden! Wat we een poosje vrijwillig gedaan hebben wordt nu verplicht. Dit betekent ook, dat het overtreden van de aangegeven snelheden nu strafbaar wordt. De aangekon digde maatregel is uit verkeersveiligheidsoverwegingen van groot belang. Uit de ons omringende landen, waar reeds maximum snelheden van kracht zijn, komen be richten binnen, dat het aantal doden bij verkeersonge vallen in de maand december drastisch is verminderd. Ook in Nederland zijn wel al cijfers bekend over de maand december (tijdens de vrijwillige beperkingsperiode). Mi nister Westerterp zal deze cijfers wel bekend maken tij dens de behandeling van zijn begroting van Verkeer en Waterstaat in de Kamer. Het gaat er nu om of de weggebruiker zich aan de snelheden zal houden en daarvoor zal o.i. helaas con trole nodig zijn. Overigens vinden wij het als verzeke raar maar jammer, dat de autoloze zondagen totaal zijn opgeheven. Het was zo heerlijk rustig en qua schade zette deze maatregel toch wel zoden aan de dijk. BROMFIETSVERZEKERING Zoals bekend lopen alle bromfietsverzekeringen af op 1 maart 1974. Dit is een vaste vervaldatum, welke geldt voor alle verzekeraars. Leden en begunstigers van de ZLM, die voor hun bromfietsen nog elders verzekerd zijn, krijgen derhalve per 1 maart a.s. de kans hun bromfiets Lij cnze O.V.M. te verzekeren. Voor de goede orde laten wij hieronder nog even onze bromfietstarieven volgen: W A.-dekking bromfiets ƒ24,per jaar; kaskodekking bromfiets ƒ4,per ƒ100,catalogus- waarde. Een zgn. all risksverzekering voor een bromfiets van ƒ1.000,kost derhalve 24,plus ƒ40,is ƒ64, Geen no-claimkorting en een eiaen risico van 50, per kaskoschadegeval. Onze tarieven zijn zeer voordelig, vandaar dat wij u op de mogelijkheid wijzen per 1 maart a.s. naar onze O.V.M. over te sluiten. U dient uw huidige verzekeraar dan wel op korte ter mijn te berichten, dat u op voortzetting van uw bromfiets verzekering na 1 maart 1974 geen prijs stelt. U voor komt dan. dat zij een hoop werk voor niets doen. VER. VOOR ZIEKENHUISVERPLEGING (Z.H.V.) De Vereniging voor Ziekenhuisverpleging ,,Zuid en Noord", afgekort Z.H.V. heeft met ingang van 1 februari 1974 een nieuwe telefoonlijn, t.w. 011003610. De oude telefoonnummers komen gelijktijdig te vervallen. Boven dien heeft de Z.H.V. een postbus geopend t.w. Postbus 16. Hebt u rekeningen voor de Z.H.V. dan kunt u deze eenvoudig adresseren aan Z.H.V., Postbus 16, Goes. Wilt u de Z.H.V. bellen dan vanaf heden 011003610. Noteert u deze nummers in uw telefoonklapper. Dank u. DE L. Drs. J. DIJKGRAAF. L.C.C. - Goes. TATE durven de titel amper boven dit artikeltje te schrij ven. In de eerste plaats omdat het een bijzonder moeilijk en ingewikkeld onderwerp is en ten tweede om dat het een bijna onmogelijke opgave is in enkele zin nen iets zuiniger over concurrentie en ethiek neer te schrijven. Zonder diepgaande studie en een uitgebreide weergave daarvan is er eigenlijk niet goed aan te be ginnen. Dat we het desalniettemin doen ligt meer aan de uitdaging enerzijds en de behoefte anderzijds. DE STERKEN WINNEN T) IE behoefte is terug te voeren tot de diep gewor- telde opvatting onder boeren en tuinders en beslist bij deze ondernemers niet alleen dat concur rentie een goed zaak is. Concurrentie onder elkaar wordt meestal minder positief gewaardeerd, maar concurren- onder leveranciers, aan- of afnemers van land- en tuin bouw des te meer. Overigens hangt onze gehele maat schappij van concurrentie of zo U wilt van competitie aan elkaar. En beslist niet uitsluitend in het bedrijfsleven. Denk bijvoorbeeld maar aan de sport en aan al die druk bekeken televisiespelletjes met bijbehorende prijzen- orgie. De competitie viert hoogtij en de sterken in onze samenleving staan daarom nog altijd heel hoog geno teerd. Ook in het bedrijfsleven. Zeker als daar voor land en tuinbouw tevens de coöperatie nog bijkomt. Een heer lijk onderwerp om de coöperatie eens te vergelijken met andere ondernemingsvormen! Prijs, kwaliteit, dienstverlening, wijze van behandeling zijn uitgelezen onderwerpen om na te gaan wie het 't beste doet. Daarmee zijn we dan volledig in het land van de concurrentie aangeland. Nu is ongetwijfeld de voornaamste eis, die aan een coöperatie gesteld moet worden een uitstekend concurrerend vermogen. Wat heb je nu in vredesnaam aan een coöperatie, die niet mee kan? Neen, zeg nu zelf, er wordt gecoöpereerd en dus risico gelopen om er beter van te worden. Zonder daft beter worden geen coöperatie. Desnoods kun je nog zeg gen er zeker niet minder van worden of er beter van wor den op langere termijn. Of je kunt praten over de coöpe ratie als waakhond op de markt, waarmee het verdedi gende karakter onderstreept wordt. Maar het econo- velen die zich afzetten tegen alles wat gericht is op het z'9- ONS OORDEEL WELNU daar zijn we het dan over eens! Maar nu komt de ethiek er bij of anders gezegd het waardeoor deel of het oordelen over het geoorloofd zijn van de con currentie op zich. En dan doelen we niet op eventuele kwalijke praktijken die bij competitie unnen insluipen, want die zullen we allemaal wel veroordelen. Neen we kunnen ons afvragen of elke vorm van concurrentie wel aanvaardbaar is. In onze samenleving zijn er namelijk velen die zich afzetten tegen ales wat gericht is op het streven naar meer en beter willen zijn dan anderen. Zij wijzen dan al snel het systeem als de schudige aan. Het kapitalisme als systeem is onafscheidelijk verbonden met prestatie en met het streven naar invloed of macht over onderen, waardoor het kleinere 'en het zwakkere in de verdrukking komt. Dat laatste nu wil bijna niemand, maar desondanks wordt er niet naar gehandeld. Onze ethiek is veelal een zondagsethiek een dag om te mijmeren over een betere wereld als we ons wat los voelen van de dingen van alledag. Maar 's maandags in het volle daglicht van de koude realiteit gaan we er weer keihard tegen aan! VOLHARDEN TATE zijn dus duidelijk tweeslachtig en kennelijk is ons gevoelsleven niet bestand tegen de strijd om het bestaan en daarmee van ons voortbestaan. Hebben de systeemaanklagers dan toch gelijk? Moeten we ons systeem ombouwen en daarmee etischer maken? Het lijkt goed ons daarop te blijven bezinnen in het besef, dat wat nu is niet verantwoord is en met de wetenschap dat we een lange weg hebben te gaan. Gelukkig zijn er mensen, die zich over deze problematiek bijzonder druk maken. Laten we dat waarderen en ze niet te snel als nieuwlichters, halfzachten of wereldvreemden aan de kant zetten. Wij hebben uieindelijk meer vertrouwen in een goede ethiek dan in een goede concurrentie. Voorlopig zullen ze elkaar nog wel blijven beconcurreren in het voordeel van de concurrentie, maar dat wil niet zeggen dat deze het bij het rechte eind heeft. Ethiek is meer dan concurrentie. Ze is van een hogere orde en daar om waard om ons mens zijn merkbaar te verrijken! Als buiten de bedrijfssfeer, bij de particuliere wonin gen, de controle op aftrekbare onderhoudskosten enz. niet door te voeren is, en het vermoeden bestaat dat er meer aan kosten wordt afgetrokken dan de wet toestaat, krij gen wij een forfaitaire regeling waardoor aan dit euvel (dat is het voor de fiscus), een einde komt. Huurwaarde en ontvangen huren Af: Geschonken aan kinderen L1OGE belastingen roepen bij veel mensen de wens op om er onder uit te komen! Of misschien is dat ook al bij lage belastingen het geval! De belastingwetten zijn als gevolg daarvan ook de neerslag van de strijd tussen de fiscus enerzijds en de belastingplichtige die tussen de mazen van de wet wil doorkruipen, anderzijdsDe fiscus neemt daarbij een sterke positie in. De wet wordt door de regering gemaakt. Als er ergens een wijde maas zit hebben de belastingbetalers meestal maar een korte tijd om daar doorheen te komen. Het net wordt snel weer nauwer gemaakt. Of om een andere fiscale beeldspraak te gebruiken: het lek wordt gedicht. De methoden die daarbij worden aangewend verschil len natuurlijk naar de aard van het probleem dat aan de orde is. In de bedrijfssfeer bleven vele jaren geleden in verband met overlijden van de ondernemer of met ontbin ding van een huwelijksgemeenschap, stille reserves soms gedeeltelijk buiten de belaste winst. De wet is toen gewij zigd. Er zijn een aantal bepalingen gemaakt om het lek te dichten. Af: Kosten en lasten Restant 14.727,— 13.515, 1.212,— 23.218,— )AT onze belastingwetten goed in elkaar zitten blijkt ook uit het feit dat er een aantal mensen zijn, die geen andere mogelijkheid zien om minder belasting te be talen dan over de grens te gaan wonen. Dat is een bewijs dat men geen effectieve middelen zag om aan de greep van de wet te ontkomen. Men moest zich dus elders gaan vestigen. Of dit altijd het gewenste resultaat heeft is ove rigens nog de vraag. Dat het verschijnsel van de belasting- vlucht de aandacht van de overheid heeft is daarentegen geen vraag, maar een zekerheid. Natuurlijk probeert iemand toch wel om constructies te vinden om belasting te besparen. Dat men meent iets te hebben gevonden, maar dat dit toch niet het geval blijkt te zijn leert het arrest van de Hoge Raad van 21 november 1973, dat in de Be slissingen en Belastingzaken van 14 januari werd gepu bliceerd. j E feiten zoals die uit het arrest blijken waren als- volgt. Een beoefenaar van een vrij beroep had 5 kin deren. Hij bezat een woonhuis met kantoor, dat hijzelf gebruikte, nog 5 andere huizen die hij verhuurde, een vordering op een dochter, groot f 30.000,(waarvan een rente moest worden betaald van 1 per jaar). Bovendien nog een aantal aandelen in verschillende naamloze ven nootschappen. Op 15 januari 1968 schonk de man bij notariële akte aan zijn vijf kinderen, die de schenking aannamen, de op brengst van de huizen, de vorderingen en de aandelen. In de aangifte inkomstenbelasting 1968 gaf hij de divi denden van de aandelen niet aan en de rente van de vor dering op de dochter evenmin. Van de onroerende goede ren werd. de opbrengst berekend alsvolgt: NEGATIEVE opbrengst onroerend goed 22.006, I iE inspecteur nam met de aangifte geen genoegen. Hij verhoogde 't aangegeven inkomen met de f 13.515, en voorts ook met de dividenden en de rente van de vor dering. De belanghebbende ging over de aanslag procederen. Succes had hij daarmee niet. Waarom niet? Omdat in de notariële akte van schenking alleen was opgenomen dat de genoemde toekomstige inkomsten over het jaar 1968 waren geschonken. Schenking alleen is echter niet vol doende. Als men een goed schenkt, moet men ook leveren. En dat was in het onderhavige geval niet gedaan. De huurders hadden van de hele schenking b.v. niets ge- merk. De schenking van de huurpenningen was niet aan hen medegedeeld, betekent zoals dat heet. Het Gerechtshof verklaarde dan ook dat een werkelij ke overdracht van het recht op de huur niet had plaatsge vonden en dat dit ook niet werkelijk was bedoeld. Er was hoogstens een recht van de kinderen tegenover de vader om van het inkomen, dat hij verwierf een deel aan hen af te staan. Maar dat is besteding van inkomen! Van aftrekbare kosten is geen sprake. Dit is een voorbeeld van de wijze waarop getracht wordt door het schrijven van een akte aan de heffing van belasting te ontkomen, zonder dat men de transactie waarop de akte betrekking heeft, ook werkelijk uitvoert. Wij komen dan in de sfeer van de schijnhandelingen. En daar houdt men geen reke ning mee. Dat kan ook niet, al vinden sommigen dat wel eens jammer, en bestaat er vermoedelijk niet altijd begrip voor de rechter die over deze geschillen moet oordelen. Dat brengt zijn werk echter mee. En niet alleen dat van rechters! PAAUWE

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1974 | | pagina 3