Accijnsvoorstellen en krantenste
Appelprijzen verder gedaald
Teelt en afzet
van graszaad
Landbouwaktualiteiten
1973
19
DE benzinedistributie lijkt min of meer een lachertje
te worden. Wie het wil kan in de grensstreken
blijkbaar niet zoveel benzine krijgen als hij nodig acht,
mits hij maar bereid is er wat extra voor te betalen. Vele
pomphouders blijken erg vernuftig op dit gebied. Wat
meer dan de sinds 1 januari geldende prijs van 87,7 cent
voor de super-benzine. Waar het echter niet bij zal blij
ven, want de oliemaatschappijen hebben de minister al
weer om een nieuwe verhoging gevraagd van circa 10
cent per liter en de verwachting is dat de prijs in de
loop van dit jaar nog we! minstens een kwart hoger zal
komen te liggen.
Dat tikt vooral aardig aan voor 's rijks kas. Circa twee
derde van de prijs is immers accijns. Krijgt de regering
nu 58,7 cent van elke liter super, wanneer de prijs straks
op 97 cent komt wordt dat al circa 64 cent en bij f 1,20
krijgt de staat er minstens 80 cent van. Bovendien ver
hoogd met het b.t.w.-percentage. Dat is natuurlijk lach
wekkend in verhouding tot de produktieprijs, die op circa
11 cent ligt.
Om de inflatoire werking tegen te gaan zou het toch
redelijk zijn wanneer de regering bij de stijgende olie
prijzen zou besluiten tot een verlaging van de accijns.
Dat is ook waar de Opec-landen, de olieproducerende
staten, op aandringen. Het is hen en begrijpelijk
een doorn in het oog dat de regeringen van de oliever-
bruikende landen door hun belastingsysteem veel meer
op de olie en benzine verdienen dan zij ooit voor hun
produkt kunnen maken. De produkten uit die oliever-
werkende landen stijgen er immers ook beduidend door
in prijs, produkten die ook de olieprodukten nodig heb
ben, waardoor hun ekonomie dus wordt benadeeld.
A FGEZIEN hiervan zou het zeker voor onze eigen
ekonomie nuttig zijn wanneer de regering nu eens
niet tot verhoging doch tot 'n flinke verlaging van de olie-
en benzineaccijns zou besluiten. Dat zou tot matiging
van de prijzen van vele produkten leiden, dus ook tot
minder loonkostenstijging en bijdragen tot vermindering
van de werkloosheid. Maar we vrezen dat zeker deze
regering zal denken: „het hemd is nader dan de rok".
We hebben meer inkomsten hard nodig om ons beleid te
kunnen handhaven en te bekostigen en de stijgende olie
prijs reikt ons daartoe automatisch de hand. Ingrijpende
bezuinigingen staan niet op het program, integendeel.
Men blijft dat koebeest dus wel melkenven laat iedere
autobezitter, van de kleine tot de grote man (vrouw),
steeds meer meebetalen in de bodemloze put van 's rijks
uitgaven.
Zo gaat het rijk ook weer eens twee miljoen bijdragen
in het jaartekort van het dagblad De Tijd. Nu is die twee
miljoen natuurlijk een habbekrats in het licht van de be
groting van circa vijftig miljard. Het bezwaar tegen deze
door ons allen te bekostigen uitgave geldt dan ook niet
dat bedrag doch het principe. Men wil een zo groot mo
gelijke gevarieerdheid van de publicteitsmedia behou
den. Maar maakt het Nederlandse volk eigenlijk niet zelf
uit wat men wil lezen? Dit avondblad is tot in de zestiger
jaren een redelijk draaiend bedrijf geweest, met een op
lage van ruim honderdduizend. Toen dat abonneebestand
Op de fruitveilingen zijn vorige week de appelprij
zen gedaald tot een ongekend laag niveau. De vraag was
zo gering, dat het toch niet zo grote aanbod alleen te
plaatsen was tegen extreem lage prijzen.
Het gold voor vrijwel alle rassen, maar wel het meest
voor de minste kwaliteiten. Een groot deel van het
aanbod kon alleen worden geplaatst met een industriële
bestemming en ook hiervan daalde de prijs.
Vorige week werd voor het industriefruit rond 20 ct
per kg betaald. Cox's Orange Pippin neemt nog altijd
een belangrijke plaats in bij de appelaanvoeren en zal
dat voorlopig blijven doen. De beste kwaliteiten noteer
den in de grote maten tot rond en soms iets boven 70
ot per kg, maar de maat 05/70 mm mm klasse I kwam
op 40-46 ct per kg en de maat 60/66 mm deed rond en
iets boven 30 ct. Klasse H kwaliteit was 510 ct per kg
goedkoper.
Ook met de afzet van Goudireinette was het somber
gesteld. De grote maten klasse I kwaliteit kwamen vo
rige week niet verder dan 35 ct per kg en de maat 65/75
mm bleef «hangen op plm. 27 ct per kg. Klasse II kwali
teit van dit ras noteerde in de grote maten rond 30 ct
per kg en voor de maat 65/76 mm tussen 20 en 25 ct.
(Vervolg van pag. 7)
Van de na de oorlog aanwezige vele kleine bedrijven,
die zich met graszaad bezig hielden, zijn nu nog 8 gras
zaadfirma's over, welke over goede afzetkontakten be
schikken. De oude soorten zijn verdwenen. Er zijn ras-
senlijsten ontstaan, waarin alle goede rassen voorkomen.
Thans streeft men naar een gemeenschappelijke markt
voor zaaizaden in de EG, met daarbij een EG-rassenlijst.
Op deze lijst zouden 40 van de graszaadrassen uit Ne
derland afkomstig zijn. De invoer voor grassen is, op
wat invoerrechten, na vrij mits het om erkende rassen
gaat.
Wat de concurrentiepositie van Nederland ten opzich
te van Denemarken en de USA betreft, stelde de heer
Van der Have dat vooral de hogere graanprijzen in beide
landen betekenen dat de graszaadteelt aanzienlijk meer
concurrentie van de graanteelt zal ondervinden. Neder
land heeft daarbij een gunstig klimaat voor graszaad-
(Vervolg van pag. 9)
MESTVARKENS HOUDEN ALS NEVENTAK OP EEN
AKKERBOUWBEDRIJF
CW.M. BACKX, bedrijfsvoorlichter varkenshouderij bij het
C.V.P. te Tilburg
De varkenshouderij kan, alnaar de omstandigheden in be
drijf en gezin en persoonlijke belangstelling daartoe aanlei
ding geven, mits goed opgezet, de noodzakelijke aanvulling
van het arbeidsinkomen leveren. Van groot belang hierbij
is dat de ondernemer een goed inzicht heeft in de technische
resultaten.
De mest kan op een akkerbouwbedrijf zeer goed tot
waarde worden gebracht. Een moeilijkheid hierbij is, dat
dieze niet het gehele jaar door op het bouwland kan wor
den aangewend, zodat een toereikende opslagcapaciteit
gewenst is.
De varkensmesterij vraagt grote investeringen. Bij een
hoog percentage eigen vermogen bieden de banken over
het algemeen voldoende mogelijkheden om hiervoor een
lening af te sluiten. Wanneer dit niet het geval mocht
zijn, is er altijd nog de mogelijkheid om gebruik te maken
van het Borgstellingsfonds voor de Landbouw. Financie
ring door belanghebbende industrieën zal in het alge
meen afgeraden moeten worden. Een bedrijf met 330
varkens gemiddeld betekent een arbeidsinkomen van ca.
7.500,per jaar. Bij een arbeidsbehoefte van 825 man
uren per jaar is dit een uurbeloning van 9,
teelt. De heer Van der Have meende dan ook, dat wan
neer we onze rassen in de gaten houden, de graszaadteelt
bijzonder goede perspectieven biedt.
De heer Van der Have was het er mee eens dat de
boer er recht op heeft te weten wat een ras kan opbren
gen, maar om via de proefbedrijven tot exacte gegevené
te komen leek hem te duur. Naar zijn mening moeten we
dan ook naar meer efficiënte methoden toe om rassen
met elkaar te kunnen vergelijken. De heer Van der Have
achte de door de graszaadcommissie verzamelde op-
brengstgegevens niet direkt bruikbaar om daar vergelij
kingen op te baseren. Wel vond hij het zinvol om na te
gaan hoe de lagere opbrengsten ontstaan zijn. Hij vond
het daarbij nuttig om in de toekomst tot een zo goed
mogelijke samenwerking tussen de verschillende instan
ties te komen om zodoende een zo optimaal mogelijk
beeld te krijgen.
DISCUSSIE
MADAT de heer L. N. Bax een uitvoerige toelichting
cp het rapport van de graszaadcommissie had ge
geven, werden 's middags in discussiegroepen een vijftal
vragen behandeld. Uit deze discussie en het navolgende
forum kwam onder meer naar voren dat men in meer
derheid voorstander was van het oprichten van een pro-
ducentengoepering. In eerste instantie zou daarbij het
werk van deze groepering vooral op een betere begelei
ding van de teelt gericht moeten worden.
GEWASBESCHERMING VARIA
A. MULDERS en P. VERHAGE, specialisten plantenziekten
resp. te Zevenbergen en Goes en C. J. GOVERS, bedrijfs
voorlichter akkerbouw te Aardenburg
Behandeld worden o.m.
bestrijding van duist in wintertarwe in het voorjaar
Voorlopig wordit nog geadviseerd om op reeds in het
najaar bespoten percelen bij opnieuw optreden van duist,
in het voorjaar op grond boven 30 afsl. Eptapur Spe
ciaal en op lichtere grond Gesaran te gebruiken.
chemische onkruidbestrijding in aardappelen na opkomst
Degene die zijn aardappelen vroeg poot en wegens de
lage bodemtemperatuur niet direkt aanaardt, loopt het
risico dat hij geen chemische onkruidbestrijding meer
kan uitvoeren. Gaat hij wel direkt aanaarden dan is er
kans op een minder vlotte opkomst. Het is dan ook de
vraag of bij vroeg poten de voordelen opwegen tegen de
nadelen. Voor degene die de nadelen duidelijk ziet, is er
«maar één advies: Geduld hebben tot de grond en de tem
peratuur van dien aard zijln dat het poten en de opbouw
van de ruggen achter elkaar uitgevoerd kunnen worden.
kweekbestrijding op percelen bestemd voor maisteelt
Rhizotoniabestrijding bij het poten van aardappelen
voor het ontsmetten van pootgoed werd voorjaar 1973
het middel Dithane M 45 (manoozeb) goedgekeurd voor
toepassing op pootgoed bestemd voor consumptieteelt.
Per 1000 kg pootaardappelen is 3 kg van het middel
nodig. 'De kosten aan middel bedragen dan f 45,per
ha. Er moet worden gezorgd voor een goede verdeling
van het middel. Om dit te bereiken, dient men het poeder
tijdens het vullen van de voorraadbak van de pootmachi-
ne over de poters te strooien.
BIF.TENROOIEN, INDIVIDUEEL OF IN SAMENWERKING?
Ing. T. T. MIEDEMA, specialist landbouwwerktuigen en
arbeidsmethoden te Goes
Deze bijdrage had uitstekend in ons „Samenwerkings-
nummer" gepast! Algemeen kan worden gesteld, dat bij een
gezamenlijk aangeschafte machine de onderlinge binding
strikter is dan bij gezamenlijk aanbieden van werk. Er is
veel kans, dat een kleinere groep langer eensgezind blijft
dan een grotere. De keuze van omvang van de combinatie
wat ging teruglopen, werd de wat behoudende redaktio-
nele formule van de krant van lieverlede gewijzigd in
een meer progressieve. Daarmee vertrouwde men nieuwe,
de wat progressiever ingestelde lezers te kunnen win
nen. Het tegendeel gebeurde, het abonneebestand holde
achteruit en bedraagt op dit moment circa 65.000.
JsJA een aanvankelijk zelfstandig bestaan was het blad
al een uitgave geworden van de VNU, die er in
middels al ruim 25 miljoen op heeft toegelegd, dus de
uitgave dan ook wilde stoppen. Een paar jaar geleden
werd nog een grote aktie gevoerd om het aantal abon
nees weer op te vijzelen. Na een aanvankelijk sukses
is die toename echter weer als sneeuw voor de zon
verdwenen. Het nieuwe lezersbestand waar men op gok
te is vermoedelijk al lang overgestapt op de links inge
stelde Volkskrant, waardoor er voor De Tijd, juist met
zijn nieuwe formule, weinig aanhang meer overblijft on
der ons katholieke volksdeel. Dat is een tijdsverschijn
sel.
Golden Delicious igaat eveneens een steeds belangrij
ker plaats innemen in het totale aanvoerbeeld. Ook uit
de gewone koelcel moet thans in een wat sneller tempo
worden geruimd vanwege de kwaliteit. Goede kwalitei
ten met een voldoende groene kleur deden tot iets bo
ven 40 ct per kg, maar eind vorige week deed de klasse
II met een igele kleur tot hoogstens 26 ct per kg. Een
gunstige uitzondering op dit sombere afzetverhaal maakt
de Winston. Hiervan deden de grote maten nog tussen
66 en 75 ct per kg, terwijl de maat 65/70 mm klasse I
werd verkocht voor 45-50 ct.
Ook de peren konden zich niet onttrekken aan de al
gemeen zwakkere tendens op de fruitmarkt. Doyenné
du Cornice hield zich aanvankelijk «redelijk op een prijs
tot 1,25 per kg voor de goede kwaliteiten, maar later
volgde een daling tot rond en iets beneden 1 per kg.
Conference werd in toenemende mate aangeboden. Voor
al van de grote maten was de prijs zwakker. Hiervoor
werd tussen de 85 en 90 ct per kg betaald. Ete klasse I
55/60 mm werd voor 78-80 ct per kg verkocht. Al deze
prijzen lagen 5-10 ct per kg beneden het niveau van
enkele weken geleden. Het best hield zich de kleine Hd
maat, waarvoor tot 73 ct per kg werd betaald.
Unaniem waren de aanwezigen van mening dat ge
streefd dient te worden naar meer uniformiteit in de
handelsvoorwaarden. Daarbij vroeg men zich af of de
ATVL-voorwaarden nog wel altijd bij de tijd zijn «en
of niet iedere teler over deze voorwaarden dient te be
schikken.
Omtrent het al of niet handhaven van garantieprijzen
was de vergadering van mening dat garantieprijzen voor
een langjarige teelt als graszaad zeker verantwoord zijn.
Deze garantieprijzen mogen evenwel niet als lakmiddel
door de firma's worden gehanteerd.
Uitvoerig werd gediscusieerd over de teelt begeleiding.
Duidelijk kwam daarbij naar voren dat uiteindelijk altijd
de boer voor de teelt verantwoordelijk blijft en dan ook
zelf beslissingen moet kunnen nemen. «Het is dan ook
noodzakelijk dat de teeltbegeleiding vanuit de firma's
er meer op gericht wordt de boer zelf meer inzicht in
de teelt als zodanig te geven. Wat het beschikbaar zijn
van voldoende vergelijkende opbrengstgegevens betreft,
was de konklusie dat hieraan in de komende tijd zeker
meer gedaan dient te worden. Daarbij gaat het dan niet
alleen om de hoogte van de opbrengsten, maar zeker ook
om de verschillen in opbrengstzekerheid die tussen de
verschillende rassen worden waargenomen. Immers de
omstandigheden zijn geen enke jaar ideaal en iedere te
ler, ook al is hij ervaren, maakt elk jaar wel eens een
foute beoordeling. Het is van groot belang dat dit dan niet
direkt tot aanzienlijke opbrengstdervingen leidt.
Tot zover de belangrijkste passages uit 'het uitvoerig
verslag van kringsecretaris J. L. van Gorsel.
lijkt dan ook zo uit te vallen, dat het gunstiger is, bij een
beperkte omvang samen een passend) werktuig aan te schaf
fen en bij een grote oppervlakte deze gezamenlijk aan de
loonwerker aan te bieden.
Na de opkomst van de zesrijige Franse systemen zien we
nu de opkomst van enkele drierijige machines, die met hun
beperkte investering en relatief hoge capaciteit zeer aan
trekkelijke machines lijken voor een samenwerkingsvorm
van beperkte omvang.
DE VOEDERVOORZENING BIJ UITBREIDING VAN HET
AANTAL MELKKOEIEN
J. G. A. MIES, specialist voedervoorziening te Zevenbergen
Op bedrijven waar een ligboxenstal gebouwd wordt, vindt
vrijwel altijd een belangrijke uitbreiding van het aantal melk
koeien plaats. De oppervlakte grond blijft echter meestal
gelijk, zodat de veebezetting per ha toeneemt. Het is duide
lijk, dat in deze nieuwe situatie zwaardere eisen aan de voe
dervoorziening worden gesteld.
Snijmais vraagt weinig arbeid ten opzichte van voeder
winning van grasland.
Hoe hoger het saldo is van het gewas, dat plaats moet
maken voor een voedergewas, hoe hoger de zetmeel-
waardeprijs wordt.
Snijmais geeft een hoge zetmeelwaarde-opbrengst, maar
de lage eiwitopbrengst in vergelijking met grasland, is
vooral bij hoge krachtvoerprijzen van gToot belang. Hier
door wordt de zetmeelwaardeprijs van snijmais zelfs
hoger dan van grasland. Bij lage eiwitprijzen geldt dit
uiteraard niet.
Bij de in dit artikel gesteldeprijzen van aan te kopen
ruwvoeders blijkt, dat produkten zoals bietenstaartjes,
suikerbietenblad, graszaadstro en snijmais (aangekocht)
in zetmeelwaardeprijs lager of vergelijkbaar zijn met het
eigen gewonnen ruwvoer. Ook dit wordt echter sterk be-
invloed door de prijs van het eiwit (ƒ1,per kg vre).
Tenslotte vermelden wij nog een bijdrage over „De moge
lijkheden tot verbetering van de positie van het ca. 30 ha
groot akkerbouwbedrijf door samenwerking en melkvee-
houderij" door de heren J. Scheele en R. C. C. de Bruyckere
en „Het Graslandgebruiksplan'* door R. v. d. Meer.