<5Luid - (§eiuid Onder redaktie van: H. A. HARDERWIJK Beste leden! PEN jaar is weer voorbij geraasd. Een jaar met veel veranderingen voor de PJZ. Ik denk even aan het vernieuwd Hoofdbestuur, het uitgebreide Dagelijks Be stuur en de voorzitters-verwisseling. Jullie begrijpen wel dat dit voor mij een grote stap was om de voorzittersfunk- tie van de heer Flip van de Hoek over te nemen. Ik wil bij deze een dank uitbrengen aan onze secretaris, de heer Harderwijk, voor al het werk dat hij in 1973 voor de PJZ heeft gedaan. Als ik een visie mag geven voor 1974, dacht ik dat we een goede start maken met onze toneelwedstrijd waar voor we een record aan afdelingen hebben die mee doen ondanks de oliecrisis. Een crisis die naar mijn oordeel nog niet is opgelost. Ik hoop dat onze vereniging niet te veel last zal ondervinden van deze toestand, al zal het een moeilijke tijd worden. Ik denk even aan het grote werkgebied van de PJZ. Ik zou willen adviseren zoveel mogelijk met elkaar mee te rijden naar jullie afdelingsbijeenkomsten. Kan het niet meer met de auto, ga dan op de fiets. Het is gezond en gezellig met een groepje. Op mijn programma staat dat ik alle afdelingen zou bezoeken, maar jullie begrijpen dat het moeilijk zal zijn om met de benzinedistributie overal te kunnen komen. Ik vraag jullie begrip hiervoor. Voor 1974 staat op het programma veel aan training te gaan doen van leden en bestuursleden. We zijn van mening dat daaraan in het verleden te weinig aandacht is besteed. Dit is zeer belangrijk voor het bestuur ien ook voor jezelf. Laat deze kans niet voorbij gaan! Ik wil bij deze jullie allemaal gelukwensen voor 1974. Ik hoop dat jullie allemaal een goed jaar zullen hebben, zowel in het werk als op school en veel succes in de afdelingen! De Voorzitter, IZAK HAARTSEN. DESTLUREN", d.wz samen met anderen in ons geval de plattelandsjongeren een doel formuleren en een strategie ontwikkelen, waarlangs je het gestelde doel tracht te (bereiken, is nooit gemakkelijk geweest. Een iruim aanbod Van alktiviteiten, gevarieerdere ledensamenstelling, grotere mobiliteit van de leden, sterkere konkurrentie van andere vormen van jeugd- en jongerenwerk op plaatselijk niveau (veelal ook nog ge leid door beroepskrachten), maken het besturen etr op •dit moment niet gemakkelijker op! Elke PJZ-afdeling heeft op dit moment in meer of mindere mate met één of meerdere faktoren te ma ken. Het is dan ook geen wonder, dat steeds meer be stuursleden zich gaan afvragen wat hun taak is en wat de taak van hun afdeling is en hoe ze daar het beste op kunnen inspelen. Wanneer je als bestuurslid op dit punt bent aangeland, dan heb je het moeilijkste gedeelte ach ter de rug. Je hebt dan namelijk ontdekt en erkend, dat er allerlei veranderingen/ontwikkelingen aan de gang zijn en dat die ontwikkelingen hun invloed uitoefenen op jezelf, je leden, je afdeling. Dat betekent bovendien, dat je wensen veranderen. De oude aktiviteiten, de oude vorm van vergaderen, enz. spreken niet meer zo aan! npSSTOUESCLEDBN' in dit stadium sluiten zich niet af, maar stellen zich positief op tegenover de vloed golf van nieuwe ideeën. Men is bereid erover te praten met elkaar en samen naar oplossingen te zoeken. Bestu ren, die dit stadium nog niet bereikt hebben, houden veelal de boot af. Een diskussie wordt gemeden „In onze afdeling speelt zoiets niet!") of men beschouwt ze als een aanval („Dan kunnen we de afdeling wel opdoe ken!") op of doorbreking van het oude vertrouwde beeld van een platte lands jongerenafdeling. In de prak tijk zie je dan ook, dat dergelijke afdelingen zich sterk op zichzelf gaan concentreren versterking van het iso lement). Men organiseert enkel voor de eigen leden. De uitstraling naar buiten, dus de public relations, de leden werving, is vrijwel nihil. In een dergelijke sfeer blijken nieuwe ideeën, enz. en die zijn er gegarandeerd ook in die groep wel! weinig of geen kans krijgen naar buiten te breken. De groep komt in de kurketrekker- beweging terecht, die jammer genoeg niet naar boven gaat, maar naar beneden. De ideeënrijkdom, de vaart, de speelsheid verdwijnen met de week. DESTUURSINSTRUKTJLEDAGEN, besturenweekends, kringkaderbijeenkomsten en afdelingsibezoeken zijn opgezet met de bedoeling dergelijke problemen met el kaar te bespreken. Hebben andere afdelingen dezelfde ervaringen? Hoe is hun reactie geweest? Is hun sugges tie bruikbaar voor onze afdeling? Vanuit dergelijke diskussies kom je vroeg of laat van zelf tot de meer konkrete punten als: opzet afdelings avond, samenstelling aktiviteitenprogramma, bestuur en leden of samen verantwoordelijk, enz. In een dergelijke situatie ervaar je als bestuurslid maar al te vaak, dat het je ontbreekt aan voldoende technische vaardigheden, zoals b.v. het leden van een digkussie/gespreksgroep, het voeren van een eenvoudige, maar overzichtelijke admi nistratie, of het doorgeven van informatie naar de leden. Wanneer je met elkaar een dergelijke behoefte kon- stateert, dan pas kun je er konkreet aan gaan werken door de opzet van een aantal gerichte trainingen, b.v. kursussen „Geprek voeren gesprek leiden". Je kunt dan samen afsoreken of de opzet provinciaal of regionaal moet plaatsvfifden. Je komt dan met elkaar tot de opzet van een stuk verantwoorde kadertraining. Een training, waarvoor je als bestuurslid enige moeite moet doen, maar waarvan hoogstwaarschijnlijk het re sultaat is, dat je in je afdeling makkelijker en soepeler funktioneert. VOOR jezelf betekent dat: prettiger en vlotter wer- ken, tegen minder teleurstellingen aanlopen. Het resultaat daarvan kan zijn: een afdeling, die soepeler, ongedwongener draait en waarin ieder lid zijn/haar ideeën en vaardigheden kwijt kan. Problemen als „Wie zorgt voor de uitvoering?" spelen in een dergelijke afde ling veel minder. In de: gelijke afdelingen is het meestal ook niet alleen het bestuur dat organiseert. De groep bestuur plus leden organiseren en zijn samen verant woordelijk. Dan blijkt, dat de nieuwe zekerheden zeker zo goed zijn als de oude, die men eerst zo moeilijk kon loslaten. Dan blijkt, dat een „.klinisch dode afdeling" wel degelijk in staat is tot een kurketrekkerbeweging naar boven. De praktijk bewijst het. Vereiste is, dat bestuur en leden zich willen verdiepen in het vraagstuk! Dat ze van derden geen panklare op lossingen moeten verwachten, maar dat ze die zelf moe ten vinden (uiteraard met behulp van derden)! Dat ze, wanneer men tot bepaalde konklusies komt, er zich voor willen inzetten! IfON de bestuursinstruktiedag 1972 door onvoldoende "■interesse niet doorgaan, die van 1973 op 15 decem ber j.'l. in „De Korenbeurs" te Bergen op Zoom mocht rekenen op de belangstelling van 36 afdelingsbestuurs leden! Een ontwikkeling waar we enorm blij mee zijn. Als we dan kijken naar de dingen, die er die dag uitge rold zijn, dan geloof ik, dat we in de lift zitten en dat de bestuursleden die die dag aanwezig waren dat ook zo ervaren hebben. Niet alleen omdat er fijn gepraat is, maar omdat ze een aantal praktische tips meegekregen hebben, waarmee ze in de afdeling aan het werk kun nen! JONGEREN KUNNEN WERKEN IN CANADA I I Ook in 1974 bestaat weer de mogelijkheid om een stage in Canada te doen. De eerste groep vertrekt in april. De tweede groep in juli. De minimum duur van de stage is zes maanden. Minimum leeftijd 18 jaar. Het is een geweldige kans om iets te zien en mee te maken van het boer zijn in Canada. Alle inlichtingen worden ver strekt op voorlichtingsbijeenkomsten die o.m. worden gehouden op dinsdag 15 januari 1974, om 14 uur, in „De Coehoorn te Arnhem (bij station N.S.); op-woensdag 16 januari 1974, om 14 uur in de Boerenleenbank te Eind hoven (Fellenoord 15); óp vrijdag 25 januari 1974, in hotel Monopole te Amersfoort (t.o. station N.S.). Voor nadere inlichtingen kun je ook terecht bij de Plattelands Jongeren Gemeenschap Nederland, Prins Mauritsplein 23, Den Haag, telef. 70512541, vragen naar Joke Kil. STAGEMOGELIJKHEID IN SAMENWERKING MET DE UNIVERSITEIT VAN MINNESOTA In april 1974 begint weer het stageprogramma, dat door de Stichting Uitwisseling wordt georganiseerd in samenwerking met de Universiteit van Minnesota. Om dat vóór 1 februari 1974 de opgaven bekend moeten zijn, wordt nu reeds extra aandacht gevraagd voor deze mo gelijkheid. Eerst wordt er 9 maanden gewerkt op een bedrijf, dat door de Universiteit uitgezocht is en waarvoor zij ook verantwoordelijk is. Daarna wordt er gedurende 3 maan den een kursus gehouden op de Universiteit in St. Paul/ Minneapolis (Minnesota). De kosten voor deze kursus worden door de stagiaire zelf tijdens de eerste 9 maan den verdiend. Uit een spaarsysteem blijft er dan ook nog wat zakgeld over. Na 12 maanden ten slotte mag men nog 6 maanden blijven. Deze periode wordt door velen benut door te werken of te „trekken". Na 1% jaar in de V.S. geweest te zijn, moet men weer naar Nederland terugkeren! Om mee te kunnen doen, moet je minstens 21 en hoog stens 29 jaar oud zijn. Als vooropleiding voor- deze stage geldt een bewijs, dat de middelbare en/of hogere Land- of Tuinbouwschool is gevolgd. WAT ZIJN DE KOSTEN? Deze bestaan uit de reiskosten van Amsterdam naar St Paul/Minneapolis. De stagiaire zal dit zelf moeten betalen. Voor scholieren of oud-scholieren (zij, die wil len vertrekken in het jaar, volgend op dat, waarin de school werd afgemaakt) zijn goedkope reismogelijkhe den per vliegtuig. Men kan volstaan met een enkele reis, wanneer men na de 12 maanden nog 6 maanden langer blijft en zodoende de terugreis kan verdienen. De bemiddelingskosten bedragen 125,Er kunnen in 1974 kandidaten meedoen, er is veel belangstelling. Dus haast je! Opgave vóór 1 februari 1974 bij: Stichting Uitwisse ling, Postbus 97, Bergen (N.-H.), tel. 022083101/4541. VOORLICHTINGSBIJEENKOMSTEN OVER STAGES IN HET BUITENLAND Ook dit winterseizoen zullen weer op diverse plaatsen in het land voorlichtingsbijeenkomsten worden gehouden over de mogelijkheden om in het buitenland voor kor tere of langere tijd stage te doen. Van deze bijeenkom sten, die allemaal dichtbij een N.S. station worden ge houden, zodat men de plaats per openbaar vervoer ge makkelijk kan bereiken, vermelden wij: zaterdag 12 januari te Amersfoort in hotel „Mono pole", Stationsplein 6, aanvang 10.30 uur en woensdag 16 januari te Eindhoven in de Rabo-bank (Fellenoord), aanvang 14.00 uur. Op deze bijeenkomsten zal voorlichting gegeven wor den over de verschillende stagemogelijkheden, terwijl ook ruim gelegenheid geboden zal worden om vragen te stellen. DE „VIERWEEKSE 1974" UNIEKE KURSUS VOOR JONGEREN Een unieke kursus: vier weken lang vorming voor jon geren tussen 18 en 30 jaar. Over allerlei zaken die met deze samenleving te maken hebben. Jongens, meisjes, plattelanders en niet-plattelanders, iedereen is welkom op de vierweekse die plaatsvindt van 7 januari tot en met 2 februari 1974 op de volkshogescholen in Bakke- veen (Fr.) en Bergen (N.-H.) De kursus wordt opgezet in samenwerking met plattelandsjongeren-, plattelands vrouwen- en landbouworganisaties. Vier weken is een hele tijd. Het betekent dat jongeren de kans krijgen zich intensief te verdiepen in de proble men waar ze in het dagelijks leven tegenop lopen. Er varing opdoen in het omgaan met mensen. Positie dur ven kiezen, meer zelfvertrouwen krijgen. De werkwijze is erop gericht dat de deelnemers zelf aktief bezig zijn. Bezig zijn met onderwerpen als: -r- gezin en samenleving krant, radio en TV boer(in) en toekomst politieke vraagstukken, enz. Het programma is natuurlijk afwisselend. De jongeren praten niet alleen. Ze trekken erop uit in de omgeving van de volkshogescholen (bijv. zelf interviews maken). En daartussen door: wandelen muziek, volksdansen kreatief spel sport, en nog veel meer. Nadere inlichtingen kunt u krijgen van de heer ir D. Eveleens, kursusleider bij de volkshogeschool „Allaards- oog" te Bakkeveen, tel. 05169241. KURSUS „JONGEREN EN LANDBOUWBELEID" In de kursus van 14 t/m 19 januari 1974 wordt hoofd zakelijk aandacht besteed aan: Rentesubsidies, sociale aspekten van financieringsvraagstukken, koöperaties, gebondenheid aan het bedrijf, afzet, energievoorziening. Bij het beoek aan Brussel ('16 en 17 januari) zal nader worden ingegaan op relaties tussen de genoemde kon krete landbouwzaken en het E.E.G.-landlbouwbeleid. In de kursus van 4 t/m 9 februari wordt nader inge gaan op de vraag: Hoe en door wie komen beslissingen tot stand over beleidszaken die belangrijk zijn voor de jonge agrariërs en hoe spreken jongeren hierin mee? Deze vragen zullen in Bergen worden toegespitst op het 'beleid betreffende de Nederlandse Ruimte, b.v. uitbrei ding van steden en dorpen, streekplannen, rekreatie, enz. In Brussel (7 en 8 februari) wordt hierbij nadere aandacht besteed aan het E.E.G.landbouwbeleid. De kosten bedragen voor leden 65,en voor niet- leden 125, Inlichtingen en opgaven: bij de provinciale sekretaria- ten van de plattelandsjongerenorganisaties of bij C.P.J., Stationsweg 65, Ede, tel. 0838011485 K.P.J., Scheveningseweg 46, Den Haag, tel. 070514191 P.J.G.N., Prins Mauritsplein 23, Den Haag, 070512541 KONFERENTIE IN BELGIE Van 18 tot en met 22 februari wordt in Heikruis bij Brussel een konferentie gehouden met als onderwerp „De toekomst van de jonge boer: het Familiebedrijf". De deelnemerskosten bedragen 50,Er kunnen twee leden van de P.J.G.N. deelnemen. UITWISSELINGEN De regio Alblasserwaard wil graag uitwisselen met een afdeling in Gelderland of Utrecht. Data en program ma in nader overleg vast te stellen. Heb je belangstel ling neem dan kontakt op met mej. A. van Balen, Laar- weg 5, Herwijnen, tel. 034512256. AMERIKA Via het Maatschappelijk Advies- en Inlichtingenburo (MAI) bestaat in de zomer van 1974 de mogelijkheid om 3 maanden naar Amerika te gaan. Deze mogelijkheid is bestemd voor jongeren tussen 20 en 30 jaar. Je werkt daar 2 maanden als leider in een jeugdkamp en bent 1 maand vrij om in Amerika rond te kijken. 'De totale kosten bedragen 155,Nadere inlichtingen bij het M.A.I., Mauritsweg 5859, Rotterdam, 010il47780. Verder bestaat de mogelijkheid om tijdens de zomer maanden 7 weken als „student-helper" in een Ameri kaans gezin te verblijven. Voor nadere informaties kun je ook bij het M.A.I. terecht.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1974 | | pagina 15