„I^ATEN we dan gaan scrabbelen", stelde hij wat wan hopig voor. 7 deden zij nog meer, brachten zij kleur en afwisseling in hun leven en zo ja, hoé? „Als jij vast de televisie aanzet, dan maak ik onderhand een bakje koffie", zei z'n vrouw, terwijl ze hem de natte theedoek uit handen nam. Hij knikte en liep de kamer bin nen, draaide aan de knop van het tv-toestel en schoof hun stoelen wat dichterbij. De omroepster verscheen in het beeld en kondigde een kwis aan. „Jij vertelde toch dat er een film zou komen?" zei z'n vrouw, die juist binnenkwam met de koffie. „Is het vandaag dan geen donderdag?" „Nee, het is pas dinsdiag, dat weet je toch wel?" Hij haalde zijn schouders op. „Dan heb ik mij kennelijk vergist." Zwijgend dronken zij hun koffie, terwijl ze was lusteloos naar het scherm staarden. „Zullen we de televisie dan maar weer uitdraaien?" opper de de man. Zijn vrouw keek hem aan met een blik waarin een men geling van verbazing en ergernis besloten lag. „Uitdraaien? Hoe zo?" „Ik dacht dat je niet van een kwis hield en bovendien lijkt het mij voor de verandering wel weer eens iets anders." Zij tnok onverschillig haar schouders op. „Ach, als jij iets beters te doen weet." „We zouden bijvoorbeeld wat kunnen praten", suggereer de hij op weinig overtuigende toon. „Praten!" lachte zijn vrouw schamper. „En waarover zou je dan willen praten?" Dat was inderdaad de vraag, dacht hij somber. Wanneer zij: sprak was het in het algemeen over de stijgende prijzen, de nieuwe gordijnen van de buurvrouw of de pijn in haar rug. Hij liet, haar dan maar zo'n beetje haar gang gaan, zon der er enige aandacht aan te schenken, evenals zij hém in het luchtledige liet kletsen, als hij sprak over zijn politieke voorkeur of wekelijks biljartavondje. Hun enige gemeen schappelijke interesse bestond uit het al dan niet uitblijven van post van hun kinderen, en, zodra deze arriveerde, het gezamenlijk uitspellen van de brieven. „Met z'n tweeën zeker? Nee hoor, daar vind ik niets aan. Ja vroeger..." Verlangend staarde zij voor zich uit en haar stem kreeg een dromerige klank. „Toen, ja.met de kinde ren. Weet je nog hoe gezellig dat was? Zo herinner ik mij nog een keer dat..." „Vroeger is nu niet meer!" onderbrak hij haar op zo'n barse toon, dat hij er zelf van schrok. Om zichzelf een hou ding te geven, liep hij naar het televisietoestel en draaide de knop om. „Je kunt de tijd niet terugdraaien. We moeten eindelijk eens leren in het hier en nu te leven", hernam hij op vriendelijker toon. „De goede aspekten gaan inzien van het feit dat wij nu alleen samen zijn. Genieten van onze vrij heid, onze ruimere financiën. Wij rijn maar al te zeer ge neigd alleen op dié herinneringen te teren, die mooi en goed rijn en de omstandigheden, die ons vaak zo zwaar vielen, uit het oog te verliezen." „Ik ben soms zo bang..." sprak ze nauwelijks verstaan baar. „Dat weet ik, dat gevoel ik toch immers ook?" Hij kwam uit zijn stoel overeind, schoof deze aan bij die van rijn vrouw en nam haar handen in de zijne. „Vooral in die weken dat het Kerstfeest naderbij komt. Hoezeer gaan je gedachten dan niet terug naar die vervlogen dagen, dat wij met het hele gezin rondom de kerstboom stonden geschaard om al die mooie liederen te zingen. De geur van dennenaalden, de warme intimiteit van het kaarslicht, blijde kindersnoetjes, ganzenbord en chocolademelk... Wij mogen ons echter niet te veel vastleggen aan die voorbije, unieke momenten. Wél kunnen wij dankbaarheid voelen, dat wij ze hebben mogen meemaken." Hij keek vol liefde naar het gerimpelde gezicht van zijn vrouw. „Het is een feit", peinsde zij hardop. „Wij hebben ons zozeer ver diept in onze mooie herinneringen, dat wij geen aandacht schonken aan de vele mogelijkheden dlie wij hebben gekre gen sinds de kinderen het huis hebben verlaten. Weet je, misschien zouden wij..." „Ja?" moedigde hij haar aan de zin te voltooien» „Ach, ik daoht zo dat wij misschien tóch weieens een kijkje kondien gaan nemen in die nieuwe bejaardensocië teit..." Ze lachte verlegen en keek hem onzeker aan. „Weet je.ik vond dat eigenlijk altijd iets voor oude mensen." „En niets voor ons", vulde hij haar grinnekend aan, ter wijl hij een arm om haar hals sloeg. „Ouwetje", kon hij niet nalaten er nog plagerig aan toe te voegen. JTNIGE weken later, op een mooie zonnige wintermiddag, schreef rij de volgende brief aan haar dochter: „Lieve Annie, Je vader en ik waren blij te horen dat Pieter het zo „naar zijn zin heeft in zijn nieuwe betrekking. Wij hopen dat Jody weer helemaal is opgeknapt van „de mazelen. Ik kan mij levendig voorstellen dat het jou „ook behoorlijk heeft uitgeput. Ik weet maar al te goed „wat het is wanneer de kleintjes zo ziek zijn. Toen jij en „Karei achtereenvolgens de mazelen kregen, ben ik dag „en nacht in touw geweest en was in vier weken tijd ruim „4 kilo afgevallen! Het weer is hier wat guur en wisselvallig, maar wat „'.vil je anders voor deze tijd van het jaar! Ik heb de laat ste tijd vrijwel geen last van mijn rug en zal ik je eens „wat verklappen?Je moeder gaat sinds een paar we- „ken naar de bejaardengymnastiek (ja, lach maar gerust „hoor!). Aanvankelijk zag ik er erg tegenop; al die vreem- „de mensen die ik daar zou ontmoeten, maar het is me „ontzettend meegevallen en dat niet alleen: ik heb er zelfs veel plezier in. De oudste dame van ons groepje is „83 jaar. Als je haar echter ziet, schat je haar niet ouder „dan 70, zo kranig is ze nog (ze heeft overigens een prach- „tig gevoel voor humor). Verder heb ik kennisgemaakt „met een heel aardige vrouw en je vader en ik zijn al twee „keer bij haar en haar man op bezoek geweest (urenlang „kunnen die twee mannen bomen over de politiek!) Moet je je voorstellen: ze wonen nota bene hier drie „huizen vandaan en wij hadden elkaar nog nooit ontmoet. En nu nog een nieuwtje, dat ik voor het laatst bewaard „heb: je vader en ik gaan met de Kerstdagen op „honey- „moon" (zo zeggen ze dat toch bij jullie?). In al die jaren „dat wij getrouwd zijn, zijn wij nog nooit eens saampjes „op vakantie geweest. In onze jeugdjaren ivas er zoiets „niet bij, iedere cent die je overhield legde je opzij voor „je uitzetZodra je dan getrouwd was, kondigde zich al „gauw het eerste kindje aan en had je wel iets anders aan „je hoofd dan huwelijksreizen. Enfin. Nu gaan wij dan „écht vakantie vieren. Vorige week kwamen de folders in huis die je vader „had aangevraagd. De keuze was niet moeilijk: wij hebben „voor een verzorgde reis naar Wenen gekozen. Daar gr^" „wij natuurlijk de Opera bezoeken! Eerlijk gezegd ben „ik wel een beetje nerveus. Voor het eerst van ons leven „gaan wij nu naar het buitenland en dat ook nog per vlieg- tuig Wel, lieve schat, 'ik ga deze brief nu beëindigen. Ik „hoop dat jullie heel fijne Kerstdagen zult hebben. Heel veel liefs voor jullie en de kinderen van je vader „en mij, JE MOEDER. P.S. Zodra wij in Wenen arriveren, sturen wij jullie „een mooie kaart!" MAROESJA ADAM SE. groeide.op de eik die aan de poort van het Wahalla stond. En nu komt de maretak op 100 verschillende bomen voor, maar bijzonder zeldzaam op eiken. Er is indertijd een hele bekvechterij opgebouwd over de vraag of die oude Noren wel ooit de maretak gezien hadden. Maar het 'be wijs werd geleverd, toen men inderdaad maretakken op eiken vond en toen bleek dat de plant zich tot ver in Noorwegen heeft verbreid. Onze 17de-eeuwse kruidkun dige Lobelius zegt er dit van: „Maretakken die op d'eyc- ken wassen (groeien) zijn d'alierbeste (namelijk om er een geneeskrachtige drank van te maken), maar se wor den soo selden ghevonden, dat se nauwe aen den duysend- sten eyekeboom ghesien worden" (op één van de dui zend). Maar dat is nog te ruim geschat: we moeten ve^l méér dan duizend eiken 'bezien eer we er één vinden met maretakken. In ons land is er slechts één ontdekt, in En geland zeven en in Duitsland drie. In België, Frankrijk en de Skandinavische landen zijn ze nooit geteld, voorzo ver wij weten. GENEESKRACHT )J>U de oude Kelten was de maretak op de eik eveneens een hoog vereerde gast. Zes dagen na de kortste dag (dus rond 27 december) klauterde een opperpriester in een mooi wit gewaad, de boom in, al of niet met behulp van een ladder. Met een gouden sikkel sneed hij de eiken- maretak af en ving die op in zijn kleed. Dat de goede man zijn nek niet brak, mag een wonder heten, maar het ging er om dat de plant de grond niet raakte. Uit dankbaarheid voor het lukken van deze circustoer offerde men aan de goden terstond twee witte stieren. Zonde van het koste lijke rundvlees, maar uit de maretak (of uit haar bessen) werd een drankje gebrouwen, dat de moeite waard was. Het genas_ n.l. een hele reeks ziekten, maar slechts van één soort, te weten die welke men door betovering had opgelopen, zoals pest, kanker, vallende ziekte en beten van adders, vergiftigingen en krampen.'Tegelijk maakte het sapje de Keltische dames vruchtbaar. Daar kunt u nu wel om lachen, maar het geloof aan de geneeskracht is tot onze tijd blijven bestaan. U vindt het alle eeuwen door terug. Nog in 1720 schrijft een autori teit als IBoerhaave het sapje voor als het beste geneesmid del tegen vallende ziekte. Onze kruidendokter Van de Moosdijk had dit eens moeten weteni. Hij had de plant stellig opgenomen in zijn apotheek, maar was dan geen miljonair geworden aangezien de plant zeldzaam is. KWEEK |>IJ de Grieken en Romeinen speelde de plant eveneens een grote rol. Daar was de maretak een soort tover staf, gewijd aan Persefonee, de godin der onderwereld, die er allerlei grapjes mee uithaalde. Ln ons land heeft prof. dr Hugo de Vries (de man van de mutatietheorie) zich met de plant bezig gehouden. Hij zag dat rond kerstfeest grote hoeveelheden maretak uit Frankrijk werden aange voerd. De Vries heeft nagegaan of men de plant ook kwe ken kon. Hij smeerde dus de bessen uit op ruwe takken. Die moeten namelijk spleten hebben, zodat het zaad bij vochtig weer wortel kan schieten. Ook maakte hij wond jes in de bast om de woekerplant gelegenheid te geven in het levende hout door te dringen. De boom heeft daar nauwelijks hinder van. Maar dat alles mislukte. Tot De Vries op zekere dag tot de gedachte kwam soort bij soort te houden. Dat wil zeggen: bessen van een maretak di'e op appel gegroeid is, moet men uitsmeren op appelbomen, die van populieren op populieren enz. En nu lukte de teelt wel degelijk, vooral toen men ze uitsmeerde op een jarig lot en het beschermde tegen vogels. De maretak is dus gespecialiseerd. Zonder dat wij plantkundige verschillen kunnenl zien, schijnen er appel soorten, populierensoorten enz. te bestaan. Een verklaring daarvan is nooit gevonden. Mocht u maretak willen kwe ken, dan kunt u er niettemin uw winst mee doen. De grond is wit, de nevel wit, De wolken, waar nog sneeuw in zit, Zijn wit, dat zacht vergrijzelt. Het fijngetakt geboomte zit, Met witte rijp beijzeld. De wind houdt zich behoedzaam stil, Dat niet het minste takgetril 't Kristallen kunstwerk breke, De klank zelfs van mijn schreden wil Zich in de sneeuw versteken. De grond is wit, de nevel wit, Wat zwijgend toverland is dit? Wat hemel loop ik onder? Ik vouw de handen en aanbid Dit grootse, stille wonder. Jacqueline E. van der Waals

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1973 | | pagina 7