Het feest
van de
Kerstengel
In dit Kerstnummer o.m.
IN een hoekje op de zolder van een groot oud huis lag de
kerstengel. Hij lag er al zo lang, dat je bijna niet meer kon
zien, dat het een kerstengel was. Zijn zilveren gazen vleugeltjes
l
waren gebroken, zijn zijden hemdje was gescheurd en smoezelig
en de gouden ster op zijn voorhoofd was dof en verbleekt. Toch
kon de engel zich nog heel goed herinneren, dat hij eens het
mooiste versiersel van de kerstboom was geweest. Dat was in
de tijd, dat er nog kinderstemmen en vrolijk kindergelach weer
klonken door het grote huis. Als de kerstboom versierd moest
worden, kibbelden de kinderen wie de kerstengel mocht ophan
gen aan het mooiste plekje van de groene boom. Maar de kinde
ren waren groot geworden en uitgetrokken in de wijde wereld.
Nu waren er alleen nog de oude man en de oude vrouw in het
huis. Zij lachten niet meer, zij waren oud en treurig en met kerst
mis hadden zij geen lust meer om een kerstboom te versieren.
„Vertel nog eens van vroeger", bedelden soms de andere oude
dingen, die op zolder lagen. En dan vertelde de kerstengel over
de mooiste dagen van het jaar: van de liederen en het pianospel
van de vrouw, die nu oud en zuchtend door het huis ging. En van
het kleine meisje met de gouden haren en de blauwe ogen.
„Als zij lachte", zei de kerstengel, „was het of je kleine klokjes
hoorde tinkelen. Maar zij ging het eerste weg. Aan de arm van
een knappe jongeman. Naar een heel ver land en zij is nooit terug
gekomen. Ach, kon ik nog maar één keer zo'n kerstfeest beleven".
En dan zweeg hij en zuchtte zo diep, dat alle andere oude din
gen er verdrietig van werden.
MAAR op een dag het was in de winter en sneeuw be
dekte het kleine zolderraam kwamen de oude man en
de oude vrouw naar boven. En hun gezichten stonden tevreden
en gelukkig.
„Dat ze nu met kerstmis komen", zei de oude vrouw. „Man,
dan moeten we weer een kerstboom versieren, net zoals vroe
ger. Laten we eens kijken of we nog versiersels hebben voor de
boom".
Zij deed een zaklantaarn aan en ging zoekend rond. „Och, kijk
nu eens. Daar hebben we onze oude kerstengel nog. Maar wat
ziet hij eruit!"
Zij tilde de engel uit de doos en bekeek hem liefkozend.
„Maar ik kan je nog wel opknappen, hoor", zei ze. „Jij hoort
in de boom, nu onze lieveling terugkomt met man en kinderen.
Ik zal nieuwe vleugels voor je maken en een nieuw hemdje. En
je ster zullen we opnieuw vergulden".
En zo kwam de kerstengel voor het eerst na lange jaren weer
in de huiskamer. De oude vrouw zuchtte niet langer: haar ogen
stonden weer jong en vrolijk, toen zij een nieuw hemdje naaide en
heel voorzichtig nieuwe vleugeltjes knipte voor de engel. En de
oude man liep weer als in zijn jonge jaren en hij had het druk
met het opzetten van de grote, groene boom.
Pagina
3
Voor de vrouw
4
Kerstverhaal: De jongen uit de herberg
5
De donkere dagien voor kerstmis met De
6/7
Oude boerderijen in Zeeland. De Hofstede
„Heuvelhof" te Baarsdorp
8/9
Onze Kerstpuzzel
10
11
Agenda, mededelingen enz
12
Aanpassing lonen agrarische C.A.O.'s
13
Uit de praktijk
15/17
18/19
21
21
eneen speciale „Samenwerkingsbijlage
van 16 pagina's
EINDELIJK was de engel klaar en de oude man klom op een
stoel om hem weer, net als vroeger, aan het mooiste plekje
van de boom te hangen.
„Morgen", zeiden ze tot elkaar met stralende ogen. „Morgen
komen ze".
De volgende dag was het kerstmis. En toen de kerkklokken het
begin van de kerstdienst inluidden, ging de bel. Zo vlug ze kon
den liepen de oude man en de oude vrouw naar voren.
„Kinderen", riepen ze en ze breidden hun armen uit om ze alle
maal tegelijk aan het hart te drukken.
„Vrolijk kerstfeest, vader en moeder. Vorlijk kerstfeest, oma
en opa!" riepen de bezoekers.
„Oh", riepen de twee kinderen, toen ze in de huiskamer kwa
men. „Een kerstboom".
„Met onze eigen kerstengel", zei het kleine meisje *van vroe
ger, dat nu een lieve, jonge vrouw was geworden. „Dat jullie die
hebben bewaard. Ik heb er onze kleintjes zo vaak van verteld".
En de engel zag tranen in haar ogen.
„Dag lieve kerstengel", zei een klein meisje met gouden ha
ren en blauwe ogen. Je bent precies zoals mamma het ons heeft
verteld".
En toen voelde de kerstengel zijn hartje zo zwaar worden van
geluk, dat de tak waaraan hij hing afbrak. En hij viel op de grond
in duizend stukken.
Ze schrokken er allemaal van en de kinderen begonnen te hui
len.
Toen hun tranen weer waren opgedroogd, zei het kleine meisje
tegen haar broertje: „Morgen zullen we de kerstengel begraven.
'Onder de mooiste boom van de tuin".
En zo gebeurde het en ieder voorjaar bloeit op dat plekje een
bloem met een gouden hartje ter herinnering aan de gouden ster
op het voorhoofd van de kerstengel.
RITA LAMPERS.