Pootaardappelteelt na 1973 [III] MM WINTERTARWE geeft meer dan men verwacht Zorg voor goede ontwatering van uw land 7 Deze keer zou ik de bijzondere aandacht willen vra gen voor de specialisatie die we zullen moeten toepas sen in d.e Nederlandse omstandigheden, ook bij de pootaardappelteelt. We moeten de kosten beteugelen. We moeten risico's bepedken! We moeten zekerheden bij de afzet bewerkstelligen. Wij hebben nu eenmaal te maken met betrekkelijk kleine bedrijven wat betreft de oppervlakte per bedrijf. Daar kan maar weinig aan veranderd worden. Het is daarom beslist noodzakelijk dat er in de akkerbouw niet te veel gewassen per bedrijf geteeld worden. Op die manier kan in ieder geval binnen een verantwoord bouwplan een maximale oppervlakte per gewas bereikt worden.. Dat is nodig in verband met investeringen: met meer doel-'gerioht werken. In het algemeen om zich meer speciaal op een gewas te kunnen toeleggen. Om daarmee uiteraard te bereiiken dat een optimaal finan cieel resultaat behaald wordt. DE AARDAPPELTEELT Binnen de aardappelteelt zal meer en meer de con sumptie- resp. de fabrieksaardappel op het ene bedrijf geteeld moeten worden en de pootaardappel op het an dere 'bedrijf. Onze bedrijven zijn nu éénmaal in het al gemeen te klein om poot- en consumptie-aardappelen op één bedrijf met succes te kunnen telen. Maar boven dien worden de eisen die aan elk van genoemde produk- ten gesteld worden zo specifiek, dat het in veel geval len niet verantwoord is om ze naast elkaar te verbou wen. Uiteraard denk ik daarbij vooral aan de hoge eisen die aan pootgoed gesteld worden. Er is 'grote aandacht nodig voor het uitgangsmateriaal, waaruit de poot- aardappel voor de markt geproduceerd wordt. In veibahd met die aandacht, maar ook in verband met de klimatologische verschillen en verschil in om standigheden vande bodem is een „integratie vorm" aan te bevelen. De S-teelt op het ene bedrijf, de SE- en E- teelt op het andere en tenslotte de teelt van gecertifi ceerde materiaal (A, B en C) op het derde bedrijf. Een integratie tussen de 3 catagoriën kan stimulerend, maar vooral kostenbesparend werken. En dat laatste is bij zonder nodig. Vooral in een jaar als dit, waarin we wat Verwend worden met hoge prijzen, zullen we ons moeten dwingen om aandacht aan die kosten te blijven schen ken. DE KOSTEN De pootaardappel is een vrij produkt, dat concurre rend moet staan op de wereldmarkt. We moeten in kwa liteit en prijs opboksen tegen landen als Frankrijk, Schotland en de Scandinavische landen, maar ook tegen b.V. Polen en Canada. Onze huidige kwaliteit is op een zeer hoog niveau gekomen. Met name onze huidige knol kwaliteit dwingt veel respect af in de we-eld! En daarmee kunnen we heus wel uit de voeten! Maar aan onze kosten moet een halt worden toegeroepen. We gaan beslist naar een grens toe waardoor we te duur worden voor de afnemers, öf niet interessant voor de Neder landse verbouwer. En natuurlijk wijst iedereen naar het loodje! De „opcenten" van het loodje zijn hier en daa* hoog. Daar wordt veel aandacht aan geschonken! Maar de individuele teler, groepen van telers, en ook de handelaar kan binnen zijn bedrijf nog veel tot stand brengen, waardoor de kosten aanmerkelijk kunnen wor den teruggebracht/ Meer gespecialiceerd pootgoed be drijven; minder rassen per bedrijf; een integratie vorm tussen de catagoriën bedrijven; los transport (bespa ring 2 =/100 kg!). De funktie van de handel acht ik hierbij bijzonder ignoot! De handelaar zal de tussenpersoon moeten blij ven, hij zal de stimulator van bovengenoemde punten moeten worden! Z'n eigen profijt komt vooral tot uiting bij het ontstaan van grotere eenheden, waardoor alle mogelijke besparingen mogelijk zijn bij transport, op slag, administratie en vult u zelf maar in. DE RISICO'S BEPERKEN Wanneer we naar bovengenoemde specialisatie gaan, worden automatisch de risico's meer beperkt. De teelt van poot- en consumptie-aardappelen naast elkaar brengt nu éénmaal ten aanzien van het overbrengen van ziekten extra risico's met zich mee. Ziekten voorko mend in gewas en knol, hoe sporadisch ook, kunnen ge makkelijk met b.v. werktuigen worden overgebracht. Het gebruik van gas of poeder bij de bewaring van consumptie-aardapelen, kan enorme risico's in zich dra gen voor pootaardappelen, ook al worden die in andere ruimten opgeslagen. Denkt u maar eens aan verplaats bare ventilatoren, lattenroosters of andere apparatuur die wisselend gebruikt wordt. Uiteraard zijn er ook bijzondere risico's die indivi dueel niet te dragen zijn öf in 't geheel niet te voorzien zijn. Een voorbeeld diaarvan is de confrontatie met de Phoma. Een nauwgezette Nederlandse aanpak, betekent strenge maatregelen. En dat betekent tevens: gemeen schappelijk dragen! Het zal misschien in de nabij e toekomst in deze snel ontwikkelde wereld nog wel vaker voorkomen, dat we gemeenschappelijk bijzondere risico's gaan dragen. Daarvoor zullen we in goed overleg ons gemeenschappe lijk fonds kunnen inschakelen. Ons algemeen pootgoed- belang, kan dat vereisen. Bepaalde milieu-vraagstukken met name zullen wel eens tot gemeenschappelijke risi co's kunnen gaan behoren. ZEKERHEID BIJ DE AFZET We hebben in de loop van de jaren een prachtige af zet opgebouwd. Voor het binnenland is al ruim 150.000 ton nodig.. De export heeft de 300.000 ton overschreden. Aan beide markten moet veel aandacht besteed worden. aribo De Propaganda Stichting Pootaardappelen richt zich met name op de export en is in staat gebleken om onze export prachtig te spreiden over een groot aantal landen in de wereld. Dat betekent tevens gespreid risico in verband met economische en politieke crises. Maar dat betekent ook, dat er gedurende een groter gedeelte van het seizoen pootaardappelen verstuurd moeten worden! Dat betekent spreiding, een groter nut van outillage als sorteermachines, opslagplaatsen enz. Maar wordt er wel voldoende aandacht geschonken aan onze thuismarkt, aan ons eigen land? Ik dacht dat het een taak van de handel zou kunnen, zijn om daar nog meer aandacht aan te besteden. Een goede bedie ning van de consumptie- nesp. fabrieksteler zou wel eens snel veel mogelijkheden kunnen bieden! De kosten van het bewerken van de Nederlandse markt zijn aanmer kelijk lager dan van de export markt. De bestemmingsteler van aardappelen zal meer pro fijt kunnen trekken van het NAK-gekeurd pootgoed. Vele landen in de wereld pnofiteren daar van! In deze is een vergelijking te trekken met roomboter en margarine! De roomboter sturen we de grens over en de goedkopere margarine houden we zelf. De Nederlandse consumptieteler en ook de fabrieks teler zal veel meer profijt moeten trekken van het echte Nederlandse poot'goed! Swifterband A. VERMEER NIEUWE LANDBOUWMINISTER WEET ER WEL „EEN FLUIT" VAN „Ik wil niet meewerken aan een beeldvorming dat ik er geen ene fluit van afweet, alhoewel voorlopig wel blijft staan dat ik geen specifieke landbouwdeskundige ben. Wel pretendeer ik enige bestuurlijke ervaring, enig fi nancieel inzicht en enigy{i)olitiek benul te hebben". Met deze woorden introduceerde mr. A. van der Stee zich zelf maandag bij de pers in zijn nieuwe hoedanigheid van minister van landbouw. Hij herinnerde eraan dat hij als staatssecretaris in het kabinet-Biesheuvel al veel met landbouwzaken bezig was geweest: ruilverkaveling, land inrichting, revaluatieprobleem, marktbeleid bijvoorbeeld, al bezag hij die dan uit een financiële invalshoek. „Er is bijna geen zaak in Nederland die niet op financieel niveau uitgebreid bekeken wordt. Het jaar 1973 zal de geschiedenis in gaan als een vrij droog jaar. Het is echter een bekend feit dat, in het algemeen, een te nat jaar meer schade geeft dan een te droog jaar. Toch ziet men dat er eerder voorzieningen wor den getroffen tegen droogte schade (beregenen) dan tegen schade ten ge volge van wateroverlast. Het opheffen van schade ten gevol ge van wateroverlast is voor sommige bedrijven wel eens wat moeilijk. Voor een goede detailontwatering is men in veel gevallen afhankelijk van het Waterschap, de Gemeente of de bu C.A.R. - Tilburg ren. Maar in heel veel gevallen is met W. LEMBEEK wat goede wil tot een oplossing te komen. Hierover meer dit artikel. OOK DRAINAGE IS EEN GOED HULPMIDDEL ,|TEN goede ontwatering is te bereiken door middel van goede sloten zo nodig aangevuld met drainage of greppels. Drainage iswel wat duurder in aanleg, maar vraagt minder onderhoud dan sloten en greppels. Verder is gedrai neerd land gemakkelijker mechanisch te bewerken dan per celen met greppels en sloten. Dit betekent dat men niet te snel voor de kosten van drainage moet terugschrikken. Het is vanzelfsprekend dat bij goede kavelsloten de afras tering op voldoende afstand moet worden geplaatst. Ieder ontwaterignssysteem vraagt verder regelmatig onderhoud, maar dan is de werking ook optimaal. De moderne ondernemer zal in de toekomst steeds sterker de betekenis van een goede ontwatering op zijn bedrijfsvoe ring gaan merken. DE ONTWATERING WORDT STEEDS BELANGRIJKER QM een gunstig inkomen te behalen, ziet men op;onze moderne bedrijven een intensieve veebezetting. Een intensieve veebezetting gaat gepaard met een grote mest- produktie. Deze grote mestproduktie brengt met zich mee dat het land als het ware het gehele jaar berijdbaar moet zijn. De eisen die aan de draagkracht van het land gesteld worden nemen dus steeds toe. Ook voor een goede exploita tie van de grond voor akkerbouw is een goede ontwatering noodzakelijk. Te natte grond zal in het voorjaar altijd te laat zaaiklaar gemaakt kunnen worden en is moeilijk berijd baar. Vooral bij de oogst van rooi vruchten (aardappelen - bieten) is een goede berijkbaaiheidi van de grond zeer be langrijk. De machines worden immers steeds zwaarder en zullen onder bijna alle omstandigheden op het land moeten komen. De percelen moeten kort na regenrijke dagen weer bereden kunnen worden. Dit alles tezamen is een reden dat wij van mening zijn dat de ontwatering steeds belangrijker wordt. Men moet niet alleen denken aan ontwatering en af voer van water. Maar in de toekomst moet men meer naar waterbeheersing. Dit houdt in dat in een natte periode het overtollige water snel wordt afgevoerd en dat in een droge periode het water wordt vastgehouden door middel van stuwen. GOEDE SLOTEN ZIJN NOODZAKELIJK Voor een goede waterbeheersing zijn voldoende diepte en goed onderhouden sloten nodig van ca. 1.20 meter diep, met in de zandgebieden een talud van 1 1.5 en in de klei 1:1. Zeer veel loonbedrijven beschikken over apparatuur om de sloten in prima staat te brengen. In gebieden waar dit mo gelijk is b.v. polders en de wat lager gelegen gronden, moet men streven naar slootwaterpercelen van 80 tot 100 cm beneden maaiveld in de zomer en zo laag mogelijk in de winter. Bij aanhoudende droogte kan men het water tijdelijk zelfs nog wat hoger opstuwen, waardoor beregening uit de sloten nog mogelijk is. Maar zodra de droogteperiode voor bij is direkt het peil weer laten zakken. Door middel van goede stuwen is dat mogelijk. Het is bekend dat goed ont waterde gronden minder last hebben van verdroging dan gronden die slecht ontwaterd zijn. Het op juiste hoogte hand haven van de grondwaterstand door middel van de sloot- waterstand is zeer moeilijk. Men zou dan op plaatsen sloot- afstanden van 10 m krijgen. DE VOCHTVOORZIENING BLIJFT BELANGRIJK bnoc - CAKTOREN van meer invloed op de vochtvoorziening zijn: 1. De grondsoort. Humusarm zand kan veel minder vocht vasthouden dan wat lemig humus-houdend zand. 2. De bewortelingsdiepte. Naar mate de beworteling dieper gaat, zullen de planten bij een gelijke hoeveelheid be schikbaar vocht over meer water kunnen beschikken dan bij een geringe bewortelingsdiepte. Gronden die diep doorworteld worden, vallen mee wat hun beperking i.v.m. de vochtvoorziening betreft. Bij te hoge grond waterstand is de wortelontwikkeling beperkt als gevolg van luchtgebrek. Bij grasland komt er nog bij dat door beweiding op natte grond de bovengrond tot 20 cm diepte zeer dicht kan worden. Dit houdt in dat hierdoor juist de grote poriën in de grond die een belangrijke bij drage in de luchtvoorziening leveren verdwijnen met als gevolg een slechte luchtvoorziening. Verder komt op dergelijke percelen na een regenbui veelvuldig piasvor ming voor. Door zo'n sloot kan het water niet weg.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1973 | | pagina 7