KORTE WENKEN
Dalende tendens slachtveemarkt
li
Bij de bespreking van de marktsituatie heeft de heer J. J.
Koch van het Secretariaat van het Produktschap voor Vee
en Vlees als zijn mening uitgesproken dat de varkensprijzen
in de naaste toekomst goed zullen blijven. Hij kwam tot deze
uitspraak in de openbare bestuursvergadering die op 15
augustus in Rijswijk is gehouden. De betreffende advies
commissie had in een eerdere vergadering vastgesteld dat
de aanvoer van slachtrijpe varkens in juli oa. 100.000 stuks
bij de raming is achtergebleven.
Als oorzaken daarvan noemde men het warme weer in
die maand, alsmede de gewijzigde voedersamenstelling, die
tot een zekere vertraging in de groei leidde. Daardoor treedt
een verschuiving in de aflevering op. Men verwacht dan ook
dat in augustus de aanvoer weer zal overeenstemmen met
de eerder gemaakte prognose, namelijk een aanvoer van
980.000 stuks. Vastgesteld kan worden, aan de hand van de
gemiddelde gewichten bij aflevering, dat van een achterhou
den van varkens door de mesters geen sprake kan zijn.
LAGE DEKKINGSCIJFERS
In het eerste halfjaar is het aantal dekkingen ca. 2l/2
groter geweest dan in 1972. De heer S. Homburg wees erop
dat deze toeneming geheel is toe te schrijven aan een toe
neming in het le kwartaal. In het 2e kwartaal is het aantal
bij vorig jaar achtergebleven. Opmerkelijk daarbij is vooral
het achterblijven van de dekkingen van jonge zeugen. De
heer Homburg zag daarin een aanwijzing dat over enkele
maanden er in het geheel geen uitbreiding meer zal inzitten.
Hij betreurde dit, omdat naar zijn mening een matige uit
breiding van de varkensmesterij zeker verantwoord is. In
Duitsland namelijk rekent men op een zodanige uitbreiding
van die produktie, dat Duitsland in 1973 in nog sterker mate
als importeur zal optreden dan in 1972.
Voorts is er de sterk toenemende vraag in Japan, de lage
produktie in de Oostbloklanden, geheel toe te schrijven aan
een achterblijven van de mesterij in de Sowjet-Unie.
Van de zijde van de mesters werden de bekende argu
menten aangevoerd tegen een uitbreiding. Daar is de on
zekerheid ten aanzien van de voedersituatie, de milieukwes
tie en de gestegen prijzen van hokken etc.
Ir. G. A. Meyer was van mening, daarin ondersteund door
de heer Homburg, dat men in de toekomst hoe dan ook
steeds voldoende voer zal kunnen blijven betrekken, maar
dat men zich dient te baseren op hogere prijzen van het
voederpakket. Door de heer Griffioen werd ook nog aange
voerd dat de varkenspest ook een aantal fokbedrijven ge
troffen heeft. De heer J. de Veer betreurde het geringe aan
tal dekkingen dat hij, gegeven de huidige situatie, niet ge
heel kon begrijpen.
PRIJZEN
Zich baserend op een momentopname was de heer Hom
burg van mening dat de huidige varkensprijzen te hoog zijn,
gelet op de opbrengsten. Dat de prijzen wat te hoog zijn,
schreef de heer Homburg vooral toe aan het momenteel zeer
warme weer. Op een momentopname kan men echter geen
beleid bouwen, aldus de heer Homburg die nogmaals als
zijn overtuiging uitsprak dat de Nederlandse mesters goede
kansen hebben mits zij tot een bescheiden uitbreiding van
de produktie komen. Men moet de aanwezige kansen niet
laten passeren. Het was een teneur die vrij algemeen door
klonk in de discussies.
SLACHTVEE
De slachtveeprijzen blijven laag. De gemiddelde marktprijs
in Nederland is de laagste in de E.E.G. en bedraagt ca. 95
van de oriëntatieprijs. De gemiddelde E.E.G.-marktprijs ligt
nog op 104,32
In de E.E.G.-landen behoudens in Duitsland en Nederland
is de permanente interventie op gang gekomen. De aan
koopprijzen zijn afgeleid van 93 van de oriëntatieprijs.
Nog niet bekend of en in welke mate er vlees uit de markt
genomen is. In Nederland blijft men algemeen tegen inter
ventie. Het opgeslagen vlees moet eens uitgeslagen. Het
blijft boven de markt hangend, prijsdrukkend werken.
Mogelijk zal men nog kunnen overgaan tot facultatieve
interventie. Bij de discussies heeft de voorzitter als zijn
mening uitgesproken dat een op de uitstoot van de melkvee
stapel gebaseerde rundvleesproduktie weinig perspectief
biedt. Nederland is niet het eerst aangewezen land in de
E.E.G. dat geëigend is om te komen tot een specifieke rund
vleesproduktie, ondanks alle gesleuten. Daarbij komt dat
het sterk wisselend beleid in Brussel ook nog een tegenwer
kende faktor is. Overigens was de heer Meyer van mening
dat de gehele E.E.G. Rundvleesverordening nodig op de hel
ling moet.
v. d. W.
VOER GENOEG,
ZEGT PRODUKTSCH APS VOORZITTER
„We hoeven niet te vrezen dat er op een gegeven mo
ment helemaal geen voer voor het vee meer zal zijn,
maar duur zal het wel zijn". Voorzitter ir. G. A. Meyer
van het produktschap voor vee en vlees gaf die verze
kering in de woensdag gehouden bestuursvergadering.
'De beschikbare hoeveelheid voer is naar zijn mening ab
soluut voldoende om de vleesproduktie te onderhouden
en er de noodzakelijke uitbreiding aan te geven. Voor
Nederland zou gezien de marktomstandigheden een uit
breiding van de varkensproduktie met vier, vijf of zes
procent verantwoord zijn.
PLUIMVEEHOUDERIJ-EXPORT
RUIM 20 PROCENT GROTER
In het eerste half jaar van 1973 is de waarde van de uit
voer van de Nederlandse pluimveehouderij ten opzichte van
de periode januarijuli 1972 met 21,7 procent toegenomen
tot bijna 528,8 miljoen.
De uitvoer van consumptie-eieren steeg met 20,9 procent
tot 678,8 miljoen stuks ter waarde van 96 miljoen 23,4
procent).
De hoeveelheid geëxporteerd geslacht pluimvee daalde
met 2,4 procent tot 108 miljoen kilo, maar de exportwaarde
nam toe met 14,8 procent tot 318 miljoen.
De export van broedeieren steeg met 38,6 procent tot
69,7 miljoen stuks, die van eiprodukten met 16,2 procent tot
10,4 miljoen kilo en die van levende slachtkuikens met 58,5
procent tot 4,9 miljoen stuks. De uitvoer van bereidingen
van pluimvee, van conserven en van eendagskuikens nam
toe met respectievelijk 513,9 procent, 23 procent en 16,7
procent.
C.A.R. - Zevenbergen
Akkerbouw
IN DE KOMENDE WEKEN wordt weer veel gebruik
gemaakt van allerlei oogstmachines, die bij nonchalant
gebruik of onvoldoende afscherming van draaiende delen
een bedreiging vormen voor het leven van de mens. Houd
ook kleine kinderen uit de buurt van deze machines.
Denk aan het devies: Veiligheid voor alles.
MISSCHIEN BENT U VAN PLAN dit jaar koolzaad
uit te zaaien. Het is belangrijk dat U bedenkt, dat kool
zaad bij de vruchtwisseling de plaats van suikerbieten in
neemt, gelet op de vermeerdering van het bietencysten-
aaltje. Niettemin is het een gewas, dat zich vrij gemak
kelijk geheel mechanisch laat bewerken en weinig arbeid
vraagt.
KOOLZAAD MOET WEL GOED ONTWIKKELD,
maar toch niet te zwaar de winter ingaan. Afhankelijk
van de voorvrucht en de vruchtbaarheidstoestand van de
grond moet U hiermee bij de zaaitijd rekening houden.
Normaal is de tweede helft van augustus, maar op
vruchtbare grond kunt U wel wachten tot begin septem
ber.
VOOR HET AFLEVEREN VAN GOEDE, GEZONDE
WITLOFWORTELEN moet U de witlofmineervlieg be
strijden zodat de wortels vrij blijven van maden. De
bestrijding moet plaats vinden vanaf half augustus
en dient tweemaal te worden herhaald met een tussen
tijd van twee weken. De laatste bespuiting mag niet later
gebeuren dan drie weken voor de oogst van de wortels.
Voor de bestrijding kan gebruikt worden 1,5 kg of liter
dimethoaat 20 per ha.
HET BESPUITEN VAN UIEN met middelen ter voor
koming van spruitvorming bi?' bewaring heeft bewezen
een goed resultaat te hebben, mits dit tijdig gebeurt. De
bespuiting moet plaats vinden op een nog geheel groen
en gezond gewas, dat is tegen het strijken, 5 weken
voor de oogst. Gebruikt worden de maléine hydrazide
bevattende middelen.
Veehouderij
KUILVOER UITHALEN IN DE WINTER betekent op
veel bedrijven regelmatig door de modder ploeteren. Dit
vergt veel extra werk en inspanning. Het is daarom veel
beter dat U nu een goede erfverharding aanlegt. Er kan
dan straks gemakkelijk en vlot worden gewerkt.
HET GREPPELONDERHOUD vraagt meer zorg naar
mate het weideseizoen gevorderd is. Onder invloed van
dichtlopen en begroeiing verliezen de greppels hun
funktie voor de afvoer van water als hieraan niets wordt
gedaan. Op de eerste plaats komen de kopeinden voor
het openhouden in aanmerking.
HET IS BEKEND DAT NAJAARSGRAS veelal een
ongunstige minerale samenstelling heeft. In de nazomer
daalt het magnesiumgehalte van het gras. Op die be
drijven die regelmatig met kopziekte te kampen hebben,
is het raadzaam de stikstof bemesting te geven in de vorm
van magnesamon.
De afgelopen week werd de markt voor slachtvee gekenmerkt door een kalme han
del. De markt was ongeveer prijshoudend. Brussel becijferde een gemiddelde markt
prijs voor de week tot 16 augustus die iets lager was dan voorgaande week, terwijl
ook de Nederlandse prijs wat lager was dan voorgaande week. De invoer blijft zeer
omvangrijk. In de week tot 10 augustus kwam 1028 vers/gekoeld rundvlees binnen,
waarvan 509 ton uit Ierland. Aan bevroren vlees kwam 463 ton binnen, terwijl de in
voer van levende slachtdieren zich beperkte tot 208 stuks. Er gingen 70 levende slacht
dieren naar Italië. In juli was de aanvoer van slachtvee op 10 grote veemarkten ca.
3 groter dan vorig jaar.
De produktie van rundvlees verkregen uit slachtingen van binnenlandse runderen
bedroeg in de eerste vijf maanden 72.675 ton, vergeleken met 71.450 ton in 1972 en
100.450 ton in 1971. Het gemiddelde slachtgewicht bedroeg 284,5 kg vergeleken met
278,9 kg in 1972 en 270,4 kg in 1971.
Overzicht prijsverloop in de EJS.G., week tot 17 aug.: E.E.G.-gemiddelde 324,74
(325,51); Nederland ƒ295,66 (296,46); België ƒ338,80 (337,64); Luxemburg ƒ335,64
(336.17); Duitsland ƒ296,95 (305,86); Frankrijk 336,57 (336,81); Italië 369,09
(365,69); Denemarken ƒ291,37 (298,99); Engeland ƒ329,33 (330,80); Ierlandi ƒ308,5?
(306,78).
KALVERMARKT
De gemiddelde marktprijs voor kalveren in de E.E.G. was in de week tot 16 augus
tus hoger dan voorgaande week, terwijl de gemiddelde marktprijs in Nederland daalde.
In Barneveld waren de marktprijzen over de gehele linie nogal wat lager dan voor-
gaandie week, terwijl Den Bosch enig herstel te zien gaf. In de eerste vijf maanden
bedroeg de produktie van gras- en gemest kalfsvlees 39.950 ton vergeleken met 37.650
ton in 1972. Het betekent een toeneming van het gemiddeld slachtgewicht van 107,1
<kg tot 113,6 kg. De uitvoer blijft vrij goed met 2056 ton in de week tot 10 augustus,
toen 1251 ton naar Italië ging en 537 ton naar Duitsland. Naar Italië gingen nog 183
mestkalveren en naar Duitsland 78 nuchtere kalveren. Er kwamen 1102 nuchtere kal
veren uit Duitsland binnen en 540 uit Frankrijk.
Overzicht prijsverloop: E.E.G.-gemiddelde ƒ506,04 (405,32); Nederland ƒ480,44
(486,02); België ƒ441,89 (463,61); Luxemburg ƒ490,44 495,22); Duitsland ƒ502,72
(481,44); Frankrijk ƒ502,67 (498,63); Italië ƒ572,46 579,96); Denemarken 336,29
(341,07); Engeland ƒ554,92 (onver.); Ierland ƒ450,23 (443,75).
MARKT VOOR WOLVEE
De markt voor wolvee was overwegend gekenmerkt door een redelijke handel, waar
bij de prijzen zich vrij goed; konden handhaven. Purmerend noteerde voor zuiglamme-
ren 150—170 en voor vette schapen 130170 vergeleken met resp. 145—175 en
130190 voorgaande week.
VARKENSPRIJZEN COVECO
De Coveco heeft per 17 augustus de uitbetalingsprijzen voor dfe in de week tot 17
augustus overgenomen varkens niet gewijzigd ten opzichte van voorgaande week. De
uitgangsprijs blijft 4,07 per kg voor geslachte varkens van 75/90 kg, kl. I af-mesterij
met de gebruikelijke kortingen, zoals die ook door de NCB en de industrie worden
toegepast.
Bovendien wordt iy2 ingehouden voor dekking van kosten transport en commissie.
VARKENSPRIJZEN INDUSTRIE
De NCB (Boxtel), VAKO (Oss) en HOVA (Cuyk) hebben de uitbetalingsprijzen
voor de in de week tot 24 augustus over te nemen varkens ten opzichte van voor
gaande week met 5 cent verlaagd. Men gaat uit van een prijs van 3,98 per kg voor
varkens van 75/90 kg, kl. I af-mesterij. Voor varkens van de kl. E geldt een toeslag
van 5 cent, voor varkens van de kl. II, III en IV gelden kortingen van resp. 5, 10 en
15 cent per kg. Voor varkens van 91/100 kg wordt 2 cent gekort voor elk kg boven
de 90. In de week tot 11 augustus werden ca. 194.000 varkens geslacht, dat is 22.000
meer dan voorgaande week. In de week tot 17 augustus werden 13.547 levende en
28.746 geslachte varkens naar de partnerlandien afgeleverd, waarvan resp. 665 en 6
naar de BLEU; 9364 en 18.524 naar Duitsland; 3518 en 10.451 naar Frankrijk; 765 ge
slachte naar Italië. Aan deelstukken werden 1450 ton uitgevoerd, alsmede 560 ton
buikspek en 100 ton middel- en fabricagespek. Er gingen 71 biggen naar Frankrijk.
Er kwamen 412 slachtvarkens binnen, waarvan 299 uit Duitsland en 113 uit Denemar
ken. Voorts kwamen uit Duitsland o.a. nog 297 biggen.
De markt is moeilijk. Het zeer warme weer stagneert de afzet, waarbij nog komt
de prijsbeheersing in Italië, die leidt tot een stagnatie bij de invoer, ook al blijft Italië
afnemer van niet onbelangrijke hoeveelheden magere deelstukken. In de eerste vijf
maanden werden 337.275 ton varkensvlees geproduceerd vergeleken met 323.500 ton
in 1972 en 209.650 ton in 1966. Het gemiddelde slachtgewicht bedroeg 83,6 kg (82,7).
De referentieprijs in de E.E.G. was in de week tot 30 juli 3,68 3,55). De vlees-
groothandel zag zich genoodzaakt de prijzen voor carbonades voor de week tot 18
augustus opnieuw te verlagen met 15—-20 cent, nadat voorgaande week reeds een ver-
laging van 8090 ct/kg had plaats gevonden. Dit tekent de situatie, die gekenmerkt
is door een matige afzet, die men vooral toeschrijft aan het zeer warme weer.
v. d. W.
bladder*5
rsSSSs.
^anzltatplksws kapelle tei 01102-1441
y\