De zwartbonten
te Sterksel
Bijdrageregeling
voor mestbanken
sterk verbeterd
Filiratie van
kwik-bevattende dompel
vloeistof
Nieuwe „Waiboerhoeve"
vanaf 17 septembet
open voor bezoekers
8
Op donderdag 12 juli werd de 30e Kringfokveedag te
Sterksel gehouden waaraan dit jaar weer een afdeling FH.
was verbonden. De zwartbontfokkers doen in de regel om
de 2 jaar mee, doch dit jaar was het j.v.b. met buitenlands
bezoek vorig jaar 3 jaar geleden. Van de 242 individuele
opgaven nam de F.H.-groep er 118 voor haar rekening, ver
deeld over 14 rubrieken. De 8 inzenders brachten ook nog
10 collecties van 5 in de ring. Al met al was er dus in de
ring een pittig programm'a.af te werken, zodat de inzenders
en geleiders heel wat te verwerken hadden om 's morgens
om 10 uur startklaar te zijn en 's middags melkenstijd weer
op hun bestemming te verkeren. Gezamenlijk dachten we
zijn zij er in geslaagd deze dag tot een succes te maken en
op de aktiviteit van deze F.H.-kern temidden van de uitge
breide M.R.IJ.-fokkerij daar kunnen velen in het zwartbont-
gebied jaloers zijn.
De keuringen werden begonnen met de prestatieklasse
waaraan 5 koeien deelnamen die allen vlot een eerste prijs
behaalden, la en later reservekampioene der oudere koeien
werd Geintje (v. Sjors 39802 S) van C. Sturkenboom, Sterk
sel. Voldoend vastgebouwde, solide, malse melkkoe van goed
type. Gaf reeds 49.000 kg melk. Zij werd gevolgd door 4
donkerbonte, best ontwikkelde en zeer goed geuierde koeien
van G. van Veldhuijzen te Heeze n.l. lb. Geertrui 12 (v.
Geurtje's Hiltje's Adema). Solide, gevuld en typiscn, Kon
iets edeler, lc. Adema's Freule van dezelfde vader. ld. Geer
trui 9 (v. Koen). Gerekt, gesloten, typisch en solide. Deze
10-jarige gaf ruim 53.000 kg melk en dit kostbare bezit werd
gecompleteerd door le. Bep 25, ook door Geurtje's Hiltje's
Adema die iets minder gerekt is. Kopnummers in de volgen
de rubrieken waren resp. Jopie van C. Sturkenboom vnd.
Vlot goed type met goed uier. Gea 15 (v. Ehrental 79), van
M. van Steenbergen, Heeze. Best ontwikkeld, vóór iets los.
Gea 17 van dezelfde vader en eigenaar. Best ontwikkeld en
van vlot goed type, de spenen steken iets. Dit is de jeugd
kampioene van 3 jaar geleden en nu werd zij vrij gemakke
lijk Kampioene der volwassenen. Een mooie carrière. Frida
26, ook vdn dezelfde vader en dezelfde succesvolle fokker.
Goed ontwikkelde koe, de uier is beh. goed. Sijtje 44 (v.
Frans Adema 19), van Hoeve „De Langakkers te Leende.
Koe met mooie beadierde uier en iets minder correcte voor
hand. Afke 16, ook van Hoeve „De Langakkers". Goede
dochter van Gretha's Frans. Vóór iets steil. Geertje 12 (v.
Roosje's Bertus). Ook van Hoeve „De Langakkers". Goede
koe met iets veel voorborst. Gerda 17 (v. Limke's Jenne 3),
van M. van Steenbergen. Mals en typisch, voorspenen wat
wijd. Albertina Bentje (v. Cigers 25 v. d. 12 Hoeve?), van
Hoeve „De Langakkers". Type goed, best uier, banden en
benen voldoende. Martha 4 (v. Valkenier 34), van G. Ver
meer, Heeze. Rondom goede jeugdige melkvaars.
Dora 45 (v. Limke's Jenne 3), van M. van Steenbergen.
Goed ontwikkeld beh. goed type en goede uier. Na arbitrage
met haar halfzus en stalgenote Anna 44 die typischer doch
wat minder goed geuierd is won Dora 45 en werd later ook
nog reserve kampioene der jonge koeien. Vervolgens Dora
48 (v. Limke's Jenne 3), van M. van Steenbergen. Goede
schot, koten iets week. De jongste rubriek melkvaarzen was
met rubr. 1 mede de beste van de dag en hier was fokker
G. van Veldhuizen met zijn Dirk-dochters weer favoriet. Aan
de kop kwam de typische Adema Freule 68 die ook vlot
jeugdkampioene werd.
Om de titel Koe met de beste uier waren opvallend veel
koeien van Hoeve „De Langakkers" in de ring. Nadat ook de
vitale winnares van 3 jaar geledien Geertrui 9 van Van Veld
huizen tot het laatste stand hield, kwam de titel nu terecht
bij Juweeltje 3 een Alarm-dochter van G. Vermeer die lb
was in haar rubriek.
FOKGROEP VAN 5 STUKS. Oudere dieren
la. G. van Veldhuizen. Uniforme groep typische koeien
van goed formaat en solide. Zij bestond uit de 4 presta
tiekoeien aangevuld met een passende stalgenote en op
deze na dezelfde collectie dee 3 jaar geleden ook won!
lb. M. van Steenbergen. Uniforme groep van best formaat
en goed type, enkele uiers kondien iets hechter aange
sloten zijn.
lc. Hoeve „De Langakkers". Koeien van goed formaat,
uiers en uniformiteit goed, benen voldoende.
2a. J. Kuijsten, Heeze. Vrij uniform met voldoende maat.
2b. J. Middelaar, Sterksel. Vrij goed, uniform, iets plat.
2c. Hoeve „De Langakkers". Voldoende passend.
FOKGROEPEN VAN 5 JONGERE DIEREN
la. Wederom G. van Veldhuizen. Mooi typische en jeugdige
dieren, de laatste iets minder,
lb. Wederom M. van Steenbergen. Goed ontwikkelde typi
sche dieren, enkele uiers een bemerking,
lc. G. Vermeer. Vrij goede groep met goede uiers,
ld. C. Sturkenboom. Dieren van best formaat, beh. uni
form, type en uiers voldoende.
Een goede keuring, interessant door de 2 rassen, voldoen
de supporters en als extra toegift voor 't publiek tijdens de
kampioenskeuring nog een wedstrijd „Wie wordt kampioen",
hetgeen vlot verliep doch ook moeilijk scheen te zijn.
W. VAN SLUYS
Teneinde de werking te verbeteren he~et het bestuur
van het Ontwikkelings- en Saneringsfx nds voor de
Landbouw besloten, de bijdrageregeling voor mestban
ken op een aantal punten te verruimen. Als bekend
wordt in het kader van deze regeling van februari 1971,
reeds het transport van bepaalde soorten mest via de
mestbanken onder zekere voorwaarden financieel aan
gemoedigd. De bedoeling is daarbij dit transport naar de
verwerkende bedrijven op gang te brengen, waarmede
zowel economische als milieuhygiënische belangen wor
den gediend.
Een belangrijke verruiming betreft thans dat de rege
ling voor dunne mest is uitgebreid van varkens en
pluimvee tot landbouwhuisdieren. Voorts is de trans
portafstand ingekort van tenminste 15 km tot tenminste
8 km. Daarnaast is de periode van bijdrage verlening ver
lengd van drie jaar tot vier jaar, terwijl bovendien de
kostenfactoren, die in aanmerking komen om een bij
drage in te verlenen, zijn uitgebreid. Een bijdrage kan
thans worden verleend in:
a. de salariskosten van een functionaris voor de orga
nisatie van de mestbank;
b. de andere aan de werkzaamheden van de onder a.
genoemde functionaris verbonden kosten, zoals kan
toor- en administratiekosten en reis- en verblijf
kosten;
c. de transportkosten van dunne mest, waarvan het
transport wordt verzorgd door, of door tussenkomst
van, de mestbank.
De bijdrage bedoeld onder a. bedraagt jaarlijks 90
van de salariskosten (maximaal schaal 115 Bezoldigings
besluit voor Rijksambtenaren). De bijdrage onder b. be
draagt jaarlijks 90 van de apparaatskosten, bij een
normbedrag van ƒ8.850,De bijdrage bedoeld onder c.
bedraagt 3,per ton dunne mest die door, of door
tussenkomst van, de mestbank is vervoerd naar een
mestverwerkend bedrijf over een afstand van tenminste
8 km.
De voorwaarde dat de mestbank diende aan te tonen
dat zij tenminste het transport van 20.000 ton dunne
mest per jaar verzorgde danwel deed verzorgen, is aldus
gewijzigd, dat de mestbank thans moet aantonen dat zij
in het eerste jaar het transport van 5.000 ton in het
tweede en derde jaar 10.000 ton en in het vierde jaar
20.000 ton dunne mest verzorgt danwel doet verzorgen.
Tenslotte is de bepaling dat de mestbank ten doel
moest hebben „het transport van dunne mest van de bij
dit lichaam aangesloten landbouwbedrijven naar mest-
verwerkende bedrijven" gewijzigd in „het transport van
dunne mest van landbouwbedrijven naar mestv'erwer-
kende bedrijven". Al deze verbeteringen zullen naar de
mening van het fondsbestuur beter tegemoet komen aan
de in de praktijk gebleken behoeften.
(gebruikt ten behoeve van de bloembollen- en
pootaardappelenontsmetting)
Consulenten voor Planteziekten
Nu in de pers reeds in 2 achtereenvolgende jaren vrij
uitvoerig aandacht aan de infiltratie van kwikbevatten-
de vloeistoffen is geschonken het laatste artikel ver
scheen in de vakpers van medio juli 1972 zal dit jaar
worden volstaan met een kort bericht, waarin enkele
punten nog eens worden besproken. Allereerst wordt er
aan herinnerd dat het een als tijdelijk bedoelde methode
betreft, waarvan het voortbestaan in hoge mate mede
wordt bepaald door stipte uitvoering ervan in de prak
tijk. Een meer definitieve methode zal aanzienlijk ho
gere kosten vergen. In de afgelopen jaren is wel geble
ken dat de uitvoering van de filtratie zorgvuldig dient te
geschieden daar anders te veel kwik in de vloeistof ach-
terblijft.
VLOEISTOF
Een eerste eis is dat de vloeistof vrij van slibdelen in
de drum wordt geleid. Wanneer dan ook slib in de vloei
stof aanwezig is, is het gebruik van een bezinkingstank
bindend voorgeschreven. De vloeistof moet hierin vol
doende tijd in rust aanwezig zijn, zodat alle slibdelen
zijn bezonken alvorens de bovenstaande vloeistof naar
de drum kan worden geleid.
DRUM
Het gereedmaken van de drum dient zeer nauwgezet
te geschieden. Het is zeer wel mogelijk dat enkele min
der goede resultaten in de afgelopen jaren een gevolg
zijn geweest van onvoldoende bevochtiging van de kool.
Het is daarom van het grootste belang dat de filterzak
vóór het plaatsen in de drum tenminste 2 dagen in
schoon water is ondergedompeld geweest.
Vervolgens dient de filterzak in de drum geplaatst en
stevig aangedrukt te worden, zodat aan de zijkant geen
vloeistof ongefilterd naar beneden kan ontwijken. Van
belang voor het slagen van de zuivering is ook dat de
doorstroomdsnelheid, dus ook de toevoer van vloeistof
in de drum, niet groter dient te zijn dan 6 liter per mi
nuut. Dit is op eenvoudige wijze, b.v. met een maat
beker, te controleren. Per filterzak mag niet meer dan
4000 liter vloeistof worden gezuiverd. Filterzakken van
het afgelopen seizoen, waardoor nog geen 4000 liter is
gevoerd, mogen desondanks niet meer worden gebruikt,
daar het bindingsvermogen van de kool niet meer toe
reikend is. De uit de drum lopende vloeistof wordt,
evenals vorige jaren, in een gat in de grond afgevoerd.
OPSLAG EN AFVOER
De opslag van kwikbévattende kool en slib dient weer
te geschieden in waterdichte vaten of, als de bewaring
niet langer dan 3 maanden duurt, in 0,2 mm plastic zak
ken (dikke kunstmestzakken). Om doorroesten van de
drum en lekkage tegen te gaan moeten het slib en de
zak met kool eveneens in dikke plastic zakken worden
gedaan, voordat deze in de vaten worden gedeponeerd.
In verband met de verwerking van dit afvat dienen kool
en slib in aparte drums of zakken te worden bewaard.
Zodra over de inlevering meer bekend is zullen hierover
nadere mededelingen volgen.
De centrale proefboerderij van het Proefstation voor
de Rundveehouderij werd omstreeks 1 mei overgeplaatst
van Millingen aan de Rijn naar Lelystad. De opbouw is
thans zover gevorderd dat de proefboerderij met ingang
van 17 september 1973 wordt opengesteld voor bezoe
kers.
Excursies worden bij voorkeur ontvangen op dinsdag,
woensdag of donderdag. Verzocht wordt daartoe tijdig
een afspraak te maken met de bedrijfsleiding: telefonisch
03200—26654 of 26674 of schriftelijk C. R. Waiboerhoeve,
Wiseniweg 55, Lelystad. De proefboerderij kan dan on
der leiding van een gids worden bezichtigd. Het volgen
de overzicht geeft een indruk van het doel en de inrich
ting van de proefboerderij.
DOEL
Evenals dat te Millingen het geval was, blijft ook het
onderzoek en ontwikkelingswerk op de nieuwe proef
boerderij te Lelystad sterk op de praktijk gericht. Dat
betekent o.a. dat nieuwe technieken en systemen er in
het algemeen binnen de samenhang van een compleet
bedrijf en op praktijkschaal worden beproefd en ont
wikkeld. Het onderzoek heeft betrekking op graslandge
bruik en voederwinning, veevoeding, melkproduktie,
rundvleesproduktie, jongvee-opfok, schapenhouderij,
veeverbetering, mestverwerking, bedrijfsgebouwen, ar
beid en mechanisatie. Er wordt nauw samengewerkt met
andere onderzoekinstellingen.
ONDERZOEKACCOMODATIE
Er is ruim 200 ha grond beschikbaar, ca 1000 stuks
rundvee (groot en klein) en ruim 200 schapen. Bin
nen een afstand van 400 m langs de Wisentweg staan 3
stallen voor melkvee, 1 stal voor jongvee, 1 stal voor
vleesstieren, een aantal loodsen voor werktuigenberging,
een aantal mestsilo's, een kantoorgebouw en twee
dienstwoningen. Alle gebouwen zijn onderling verbon
den door smalle betonwegen. Voor het normale bedrijfs-
werk zijn 18 man beschikbaar en voor onderzoekwerk
zaamheden, excursies, administratie en bedrijfsleiding
gem. 8 man.
GRASLAND EN SNIJMAIS OP ZWARE ZAVEL
De jonge zavelgrond (22—43 afslibbaar) is gedrai
neerd op een diepte van 90 cm. De drainreeksen liggen
12 m van elkaar. Het blijvend grasland (180 ha) werd in
gezaaid met een BG8-mengsel. Verder is er 10 ha kunst-
weide en 18 ha snijmais.
VLAKKE BETONVLOEREN MET MONTAGEBOUW
OP ZANDPAKKET
In de gebouwen is een sterke standaardisatie doorge
voerd wat betreft breedte, gevelhoogte en dakhelling.
Alle vloeren zijn gestort op een zandpakket van 40 cm
zodat niet geheid hoefde te worden. De gebouwen zijn
op de vlakke vloeren opgetrokken waarbij gebruik ge
maakt is van montagebouw. De stalinrichting werd ver
kregen. De ventilatie geschiedt door middel van open
nokken.
(Zie verder pagina