Langs
de melkweg
(XCI)
De kosten
van een melkkoeltank
op de boerderij
f
f
f
f 75
f
f
f
13
Ing. J. H. LANTINGA
Consulentschap voor de akkerbouw
en rundveehouderij Goes
Het aantal melkkoeltanks op de boerderij neemt voortdurend toe. Deze toename is
progressief. Vooral als gevolg van de schaalvergroting van het aantal melkvee-een
heden neemt deze belangstelling nog toe. Op veel bedrijven behoort de melkkoeltank
reeds tot de onmisbare apparatuur. In toenemende mate is er een streven om geheel
over te schakelen naar melktanks op alle melkleverende bedrijven van een plaatselijke
zuivelfabriek. De voordelen die verbonden zijn aan melkkoeltanks op de bedrijven
komen dan volledig tot uiting.
Naast economische voordelen heeft dit ook een sociaal aspect. Dit laatste is van
meer betekenis dan er meestal aan wordt toegekend. Bij het plaatsen van een melk
koeltank op de boerderij is er enigszins sprake van een verplaatsing van de investe
ringen. Bij de ontvangst aan de zuivelfabrieken zijn immers belangrijk minder voor
zieningen nodig. De bussenontvangst en -spoelmachines alsmede het hiervoor beno
digde bedienend personeel komen te vervallen. Ook het transport wordt vereenvoudigd
daar de melk maar drie keer per week wordt opgehaald. Deze kostenbesparende fac
toren komt de uitbetaling ten goede. Bovendien is de gemiddelde kwaliteit van de
melk belangrijk beter. Hier staan evenwel de kosten van investeringen op de bedrijven
tegenover. De kosten van een melkkoeltank variëren naar gelang het aantal melk
koeien.
yOOR het verkrijgen van wat meer inzicht in deze variatie is de onderstaande,
berekening opgezet. Voor de benodigde tankinhoud is uitgegaan van 60 kg
melk per koe. Gemiddeld is dit voldoende voor een melkopslag van 3 dagen in de top
van de melkproduktie op het bedrijf.
Aanschaffingskosten van een melkkoeltank
Aantal koeien Inhoud van de tank Prijs totaal ca. Kosten per liter inhoud
5 300 2.250 ƒ7,50
10 600 4.500 ƒ7,50
25 1500 10.000 6,70
50 3000 ƒ15.000 ƒ5,—
100 6000 28.000 4,70
In de praktijk wordt de inhoudsmaat als regel wat groter genomen dan op dat mo
ment nodig is, met het oog op eventuele verdere uitbreiding van het aantal melk
koeien. Ook de hoogte van de maximale dagleverantie moet bij de keuze van de tank-
inhoud worden betrokken. Naast de melkrijkheid speelt het afkalfpatroon hierbij een
rol. Voor de reële kostenvergelijking worden deze omstandigheden buiten beschou
wing gelaten. Bij de laatste drie tanks in bovenstaande tabel is automatische reiniging
in de prijs inbegrepen. De prijs per liter inhoud is dus bij grotere tanks belangrijk
lager.
I
De jaarkosten van melkkoeltanks
ƒ2.250
4.500
10.000
15.000
28.000
Prijs melkkoeltank
(5 koeien)
(10 koeien) (25 koeien) (50 koeien)
(100 koeien)
—4
-*
—i
-i
Kosten
Afschrijving 8
180
360
800
1.200
2.240
Rente 8 over de helft
van het bedrag
90
ƒ180
400
600
1.120
Onderhoud en service
abonnement
ƒ200
200
250
350
500
Reinigingsmiddelen
en water
100
125
200
350
Stroomkosten voor de
melkkoeltank
40
80
200
400
800
(2 kwh per 100 kg melk
A 8 ct per kwh)
Kosten totaal per jaar
ƒ585
ƒ920
1.775
2.750
5.010
Kosten per koe per jaar
117
92
171
55
50
Kosten per 100 kg melk
ƒ2,34
ƒ1,84
ƒ1,42
ƒ1,10
1,-
yrr dit overzicht blijkt dat bij toename van het aantal melkkoeien de kosten van
het diepkoelen lager worden Deze afname is relatief minder bij het groter
worden van het aantal. De werkelijke kosten per kg melk zullen in alle gevallen wat
hoger uitvallen, daar de tankinhoud altijd wat ruimer wordt genomen. Bovendien is
voor de berekening van de kosten per 100 kg melk uitgegaan van 5000 kg melk per
koe per jaar. Er zijn evenwel bedrijven waarbij deze hoeveelheid overschreden wordt,
doch het gemiddelde is lager. Deze vergelijkingen zijn opgezet om een inzicht te krij
gen van de kosten bij een variërend aantal koeien. Daartoe zijn gelijke normen nodig.
Hoe voller de tank is, des te lager de kosten zijn.
Bij het aanschaffen van een melkkoeltank moet een doelmatige ruipite als melk-
lokaal worden ingericht. In feite is een melklokaal onmisbaar voor elk melkveebedrijf.
De kosten van deze verbouwingen zijn zeer verschillend. Op sommige bedrijven is
reeds een doelmatige ruimte aanwezig waar vrijwel zonder kosten een tank kan wor
den geplaatst. Anderen daarentegen moeten een geheel nieuw lokaal bouwen. Een
grote groep ligt hier tussenin. Dit geldt ook voor de bijkomende kosten van de elec-
trificatie.
Tegenover deze kosten zijn er ook besparingen op de bedrijven. In de gebieden waar
gedurende het gehele jaar de melk één keer per dag wordt opgehaald, moeten bij de
berekening i.v.m. het overschakelen naar tankmelken van de kosten van diepkoelen
de bestaande koelkosten worden afgetrokken. Bij koelen met leidingwater via koel-
ringen af koelbak bedraagt dit omstreeks 0,20 per 100 kg melk. Voor een bussen-
koeler met ijswater is dit bedrag rond 0,60 per 100 kg melk.
JFOALS reeds eerder vermeld, is naast de betere kwaliteitsbeheersing de besparing
op organisatie-, transport- en ontvangstkosten van belang. Hierdoor komen de
investeringen op de bedrijven via de uit te betalen melkprijs weer terug en mogelijk
is de uitbetalingscapaciteit nog gunstiger dan de prijs voor de bussenmelk vermeer
derd met de kosten van de tank. Dit effect komt pas volledig tot uiting als alle melk
veehouders in een gebied beschikken over een melktank met diepkoelapparatuur.
Bij de zuivelindustrie wordt bij de uitbetaling de diepgekoelde melk afzonderlijk
betrokken. Als regel wordt een toeslag gegeven op diepgekoelde melk. Daarnaast
komt het ook voor dat de extra kosten van het bussenvervoer worden toegerekend.
Dit prijsverschil tussen diepgekoelde melk en bussenmelk loopt in de diverse gebieden
in ons land nogal uiteen. Voor zover ons bekend varieert dit van 1,25 tot 3,50 per
100 liter melk. Bij een verschil in prijs als van het laatste bedrag is het duidelijk dat
zelfs bij enkele melkkoeien het aanschaffen van een melkkoeltank altijd voordelige is.
Op bedrijven waar 's zomers vanwege de verkaveling niet thuis kan worden gemol
ken liggen de omstandigheden ongunstiger waarbij er ook voorzieningen moeten ge
troffen worden voor het melktransport. Uiteraard gaat dit gepaard met extra kosten.
Op de grotere bedrijven geeft de melkkoeltank ook een belangrijke arbeidsverlichting
vanwege het niet meer nodig zijn van het hanteren van lege en volle bussen. Deze
sociale kant van de melkkoeltank wordt als regel onderschat.
MET deze vergelijking hebben we willen aantonen dat ook bij een gering rantal
melkkoeien het aanschaffen van een melkkoeltank niet onvoordelig is. In ge
bieden waar de extra kosten voor bussenmelk worden toegerekend is zelfs ook op
kleine bedrijven het leveren van diepgekoelde melk voordeliger. Het is beslist onjuist
om te stellen dat bij een gering aantal koeien uit een oogpunt van rentabiliteit het niet
doenlijk is om een melkkoeltank aan te schaffen. Wel kan worden gesteld dat het niet
meer aantrekkelijk is om slechts enkele koeien te houden voor de melkproduktie en
deze te leveren aan een zuivelfabriek. Ook voor de zuivelindustrie zijn dergelijke leve
ranties onaantrekkelijk.
Het aantal melkkoeltanks neemt voortdurend toe. Dit gaat parallel met de procents-
gewijze afname van de hoeveelheid bussenmelk.
'De mechanisatie in de akkerbouwsector heeft zich reeds in een eerder stadium in
beweging gezet als noodzakelijk beoordeeld en in praktijk gebracht.
Ook op de gemengde bedrijven is dit het geval. De ontwikkeling van het rondzetten
van de mechanisatie van de melkwinning en -bewaring mag dan ook niet worden af
geremd. Het gaat om de blijvende melkveehouders.
Onbekend maakt onbemind!
THOOLSE FOKVEEDAGEN 1973
(Vervolg van pag. 9)
UNIFORME GROEPEN
De collecties afstammelingen en de bedrijfsgroepen waren
toet uitzondering van de lammeren zeer uniform en van bes
te kwaliteit. De groep afstammelingen van Z 1505A van
M. A. Geuze, bestaande uit twee rammen en drie ooien van
1 jaar en ouder, was een zeer fraaie, uniforme, luxe collec
tie. In d rubriek 5-tal lammeren van één vader was de la
prijs voor de groep nakomelingen van de kampioenram van
G. M. Geluk. Aan alle bedrijfscollectie werd een le prijs
toegekend. De eerste plaats was voor de uniforme groep
fokooien van C. L. Geluk en Zn. Tenslotte nog een specia
liteit voor Tholen, de rubriek ooien met minstens drie af
stammelingen waarbij een stel van M. A. Geuze eerste werd.
3. WARMBLOED PAARDEN
Voor de keuring waren een 22-tal paarden ingeschreven
De meesten hadden de week tevoren ook al deelgenomen
aan de Zeeuwse Dag van het Paard. De kwaliteit van paar
den lag, gezien het regionaal karakter van de keuring op
goed niveau. Enkele paarden behoorden tot de top van Zee
land. De dagkampioen Karmeool van J. L. van Dalen was
ook de algemeen kampioen te Kamperland. Het veulen van
deze merrie werd aangewezen als het beste veulen. Van de
éénjarige merries werd er geen met een eerste premie be
kroond. De tweejarige merrie Marpolein van H. Brooijmans
kreeg in haar rubriek wel een le premie. In de kleine ru
briek 3-jarigen was de enige le premie voor Lennie van F.
C. van Twist, St. Maartensdijk. De 4-jarige- en oudere mer
ries maakten een goede indruk. Er werden drie eerste pre
mies toegekend, waarvan de kampioen aan de kop ging.
's Middags defileerden alle paarden in de grote demon-
stratiering en werd een toelichting op de plaatsing gegeven.
De rubriek het bestgaande rijpaard leverde een le plaats
op voor J. Moerland met Erieda.
4. TREKPAARDEN
De bond van paardenfokkers „Eiland Tholen" wist met
haar keuring en demonstratie van de Thoolse trekpaarden
de interesse van het publiek te trekken. Naast de aanwezig
heid van Creole van Moerkapelle van W. J. Suurland
Scherpenisse, werd de inzending verzorgd door stal A. L. C
Brooimans, Oud-Vossemeer. Kampioene werd Beatrix van
Malland, een driejarige merrie van stal Brooijmans die voor
al imponeerde door haar beste voorhand en beste gangen.
Koe met het mooiste uier: Adriana 30, eig.: Maatschap Duynhouwer,
Scherpenisse. 1.11 3872 kg 4,41 v. 335 dgn 3,66 e.
Kampioenen en reservekampioenen v.l.n.r.
Kamp. ram 1988 van A. M. Geluk en J. A. v. Hemert, St. Maartensdijk.
Res.-Kamp. ram 1855 van G. M. Geluk en J. A. v. Hemert,
St. Maartensdijk.
Kampioen ooi 5532 l.o. van M. A. Geuze, Oud-Vossemeer
Reserve-Kampioen ooi Z 9915 van C. L. Geluk en Zn, St. Maartensdijk