11
GRASLANDVERNIEUWING
weer flink blad heeft gevormd en het woer en de
grond aan de vochtige kant zijn.
GRASLAND
J\E maand juni is voor het grasland aan de droge kant
geweest. De regen van 'begin juli was in Zeeland
niet gelijk verdeeld. In de gebieden waar toen minder
dan 10 mm regen is gevallen was de grasgroei zeer ma
tig. Enkele bedrijven zijn dan ook met bijvoeren begon
nen. Het is te hopen dat eind juli en begin augustus vol
doende neerslag voor het grasland valt. Met kunstmest
is de grasgroei weer op gang te brengen als er voldoen
de regen valt.
Bij een zware veebezetting per ha grasland dient men
een hoeveelheid ruwvoer, bijvoorbeeld een kuil bieten
koppen, achter de hand te hebben. Na half augustus zal
de snijmais al zover ontwikkeld zijn dat deze als bijvoe-
dering indien dit nodig is kan worden aangewend.
Daar de prijzen voor stro het vorig jaar tot een ongeken den dieptepunt daalden werden talrijke (percelen stro in
brand gestoken; een beetere oplossing is echter het stro te haikselen.
ber met TQA. Vlakgroeiende zaadonkruiden, die h«et
jonge gras dreigen te verstikken, kunnen in augustus
bestreden worden met DNOC. Pleeg vooraf overleg met
Uw graszaadfirma.
Tweedejaars percelen vragen in augustus weinig zorg.
Er is een mogelijkheid om in plaats van later de her-
groei te maaien, deze in de tweede helft van augustus
af te branden met een looflbrander. Dit is vooral van
belang op de goed volgelopen veldbeemdpercelen. Er zijn
opbrengstverhogingen behaald in vergelijking met
maaien van 2040 Het grootste effect geven de beste
zodevormende rassen Veldbeemd als Delft en Baron. Bij
Prato is het niet nodig. Voor deze toepassing moet er
uiteraard een loofbrander beschikbaar zijn. De methode
van branden is de eerste maal 400500 liter olie per
ha en voor een tweede keer met 300400 liter na één
week.
STAMBONEN
IN landbouwstambonen kan vooral onder vochtige om-
Standigheden een behandeling met 4 kg zineb of
maneb enkele weken vóór de oogst op zijn plaats zijn-,
Berna is tamelijk gevoelig voor vlekkenziekte.
ONKRUIDBESTRIJDING IN DE STOPPEL
1. Mechanisch:
Deze methode heeft alleen zin als er vroeg mee kan
worden 'begonnen en er voldoende tijd beschikbaar is
om er regelmatig mee door te gaan. De vroege stoppels
van graszaad, vlas en erwten, lenen zich daartoe be
ter voor dan de latere graanstoppels.
De triltandcultivator werkt verkruimeling in de hand,
wat wel gunstig is voor kieming van zaadonkruiden
maar de kans op verslemping vergroot. Cultivatoren
met een gering aantal tanden of stug verende tanden
verdienen daarom de voorkeur. De grond blijft dan
grover en daardoor ook droger.
2. Chemisch:
Stoppels met gras voor groenbemesting lenen zich
uitstekend voor chemische bestrijding van een aantal
lastige wortelonkruiden, omdat daarin de onkruiden,
als gevolg van de N-bemesting, sterker reageren.
Klein hoefblad kan het beste worden bestreden bij
groeizaam weer als de blaadjes een doorsnee hebben
van 6 cm, met het middel 2,4-D (dosering 5 liter/
ha). Bij klaver, wikken en andere groenbemestingsge-
wassén, is het raadzaam om de plekken, waar hoef
blad voorkomt, te spuiten. Beter een kale plek dan
IYE maand augustus is geschikt om nieuw grasland in
"te zaaien. Oud en versleten grasland kan met de over-
topfrees worden behandeld en direct weer ingezaaid
worden. Een freesdiepte van 15 cm geeft een goede
onderbrenging van de oude zode en bovendien veel men
ging van de bovengrond. Na het frezen moet de grond
weer goed vastgereden worden. Dit kan bevorderd wor
den door aan te sporen met een tractor. Een vast zaai-
bed is om de volgende redenen van grote betekenis voor
het slagen van het nieuw ingezaeide perceel:
Het voortkomt dat het zaad te diep valt.
De aanslag van het zaad verloopt sneller (meer
vocht).
Minder last van muur.
Minder vertrapping bij eerste beweiding.
Minder diepe sporen bij het maaien van de jonge
grasmat.
Als graszaadmengsels zijn BG 5 (met klaver) of BG 11
(zonder klaver) de meest gebruikelijke. Voor een vlotte
groei na de herinzaai is een bemesting van 60 kg zuivere
N en 70 kg fosfaat per ha aan te bevelen. Muur is vaak
een plaag in jong grasland. Tijdig spuiten, alvorens d*
muur d'e grond gaat bedekken, met 3 a 4 liter MCFP/ha
kan veel overlast voorkomen. Jong grasland mag niet
tekort (±7 cm) de winter ingaan.
Om het risico van mislukking tot een minimum te be
perken, is het van groot belang dat bij de graslandver
betering alle werkzaamheden goed worden uitgevoerd
en dat de nazorg voldoende aandacht krijgt.
Bij tweedejaars graszaadpercelen moet de her gr oei in de herfst worden ge- Kies voor het inzaaien van nieuw grasland een goed mengsel. Tot de meest
maaid. De mogelijkheid bestaat echter ook om het gras af te branden. Dit gebruikelijke graszaadmengsels behoort BG 5.
moet dan wel in de tweede helft van augustus gebeuren. Er zijn in verge
lijking met maaien bij gebruik van deze methode aanzienlijke opbrtengstver-
hogingen bij de volgende oogst haalbaar gebleken.
GROENBEMESTING
If van onder de dekvrucht vrijgekomen grasgroen
bemesting dient direct 5070 kg N per ha te krij
gen. In open land kan in de eerste helft van augustus
nog wikken of Alexandrijnse klaver worden gezaaid.
Italiaans- en Westerwolds raaigras kunnen tot begin
september gezaaid worden. Bladramenas (Siletta) tot
half augustus. Bij deze laatste drie niet-vlinderbloemige
gewassen minstens 60 kg N/ha toedienen.
een sterke uitbreiding van klein hoefblad. Tot 3 we
ken na de bespuiting moet de stoppel met rust gela
ten worden.
Tegen kweek is een 'bespuiting op de wintervoor met
TCA bedrijfszekerder. In de maanden augustus en
september is het hiervoor meestal te droog. TCA
werkt vooral via de wortels, het beste effect bereikt
men als na een flinke grondbewerking er veel wor
tels bloot liggen die goed geraakt kunnen worden en
dan onder niet al te droge omstandigheden zowel wat
de grond als het weer betreft.
Dalapon en amitrol worden vooral door het blad op
genomen. Op oud gras dat vanonder erwten of graan
komt valt het effect tegen. Het beste resultaat krijgt
men als na een grondbewerking de kweek opnieuw
KWEEK IN GRASLAND
IVE beste manier om kweek in grasland te bestrijden
is een bespuiting uit te voeren met dalapon. Voor
het slagen van deze kweekbestrijding zijn onderstaande
punten van belang:
le. Spuit op jonge kweek van 10 cm.
2e. Gebruik 2025 kg dalapon per ha.
3e. Spuit zo mogelijk bij een hoge luchtvochtigheid (op
name door het blad).
4e. Wacht met frezen tot 10 dagen na het spuiten.
Nadere inlichtingen over graslandvernieuwing kunt
U krijgen bij Uw bedrijfsvoorlichter, de coöperatie en de
graszaadhandelaren.
miljoen ton reeds nagenoeg verkocht is aan buurlanden,
waaronder Brazilië.
In Canada heeft de regering de producenten geadviseerd
de uitzaai op te voeren, zulks met het oog op de gunstige
vooruitzichten voor de prijzen van alle graansoorten in het
komende oogstjaar. Volgens de Internationale Tarwe Raad
zullen de carry-over-voorraden in de belangrijkste tarwe-
exporterende landen aan het einde van dit seizoen met 20,6
miljoen ton tot 29,3 miljoen zijn gedaald. Dat betekent een
voorraadpositie die kleiner is dan ooit sinds 1951/'52. Met
uitzondering van China laten de vooruitzichten voor de we
reldtarweoogsten zich evenwel gunstig aanzien. In de sektor
voergranen lag mais bij levendige vraag overwegend vast
in de markt. Door de uitbreiding van het areaal wordt de
maisoogst in de Verenigde Staten geschat op ruim 6 miljard
bushel vergeleken met 5,6 miljard bushel in 1972.
v. d. W.
HET FRANSE AARDAPPELAREAAL
Volgens de voorlopige gegevens is er sprake van een
vermindering van het Franse aardappelareaal t.o.v. 1972.
De voorlopige cijfers zijn:
in 1000 ha)
1 mei 1973 1 mei 1972
Pootaardappelen 11,7 14,4
Industrie-aardappelen 18,9 16,7
Consumptie-aardappelen 181,9 216,9