Redaktieraad
land- en tuinbouwblad
vergaderde
Gewestelijke Raad
voor Zeeland vergaderde
Vergadering
Gewestelijke Raad voor
Noord-Brabant
4
In de onlangs gehouden vergadering van het Hoofd
bestuur der ZLM is, naast hetgeen de vorige week
reeds in het kort verslag werd verwerkt, onder meer
ook het verslag van de medio april gehouden
vergadering van de Redaktieraad ZLM Land- en Tuin
bouwblad aan de orde geweest en nader door Redak-
tieraadvoorzitter J. Nieuwenhuyse toegelicht. Wij
ontlenen aan dit verslag onder meer dat uit de voor
lopige exploitatiegegevens over 1972 blijkt dat de op
laag van het blad gemiddeld 17.000 exemplaren per
week heeft bedragen. Niettegenstaande de tussen
tijdse portikostenverhoging zijn de uitgaven voor het
blad binnen de daarvoor in de ZLM-begroting 1972
opgenomen bedragen gebleven. De gemiddelde kosten
per abonnement waren dan ook iets lager dan destijds
geraamd werd.
ZLM LAND- EN TUINBOUWBLAD 1973
Bij het opstellen van de begroting 1973 werd des
tijds uitgegaan van: een oplagestijging van 17.000 tot
18.000 exemplaren; een portikostenstijging van 20
en verhoging zet- en drukkosten met 10%. In maart
van dit jaar bedroeg de oplage echter reeds 18.650
stuks en naar het zich laat aanzien zal, door de snelle
toeneming van het aantal begunstigers, de GEMID
DELDE oplage voor 1973 tussen de 19.000 en 20.000
exemplaren bedragen.
Tevens blijkt de doorvoering van de portikosten
verhoging 40^—45 te bedragen. De stijging van de
loonkosten over 1972 bedroeg geen 10 maar 15,7
en de overige kosten 7
Deze drie tegenvallende faktoren tesamen maken
het noodzakelijk de begroting van het landbouwblad
over 1973 te herzien, en de uitgaven voor het land
bouwblad in de ZLM begroting 1973 aan te passen.
Tegenover de hogere uitgaven staan echter ook de
hogere begunstigersbijdragen in de kosten van het
blad.
FORMAAT ZLM LAND- EN TUINBOUWBLAD
Drukkerij Vink te Axel drukt op zijn offset-persen
voornamelijk advertentiebladen. Het formaat daarvan
is groter dan het ZLM Land- en Tuinbouwblad. Daar
door moet papier aangekocht en in voorraad gehou
den worden van verschillende breedte. Het telkens
wekelijks terugkerende ombouwen van de persen op
het landbouwbladformaat en weer terug op adver
tentiebladformaat kost wekelijks enkele uren tijdver
lies. Ook het voegen van het drukken van het blad
tussen andere drukorders kan tot oponthoud en la
tere aflevering leiden.
Drukkerij Vink stelde voor het huidige formaat van
30 x 39 fz cm te brengen op 30 x 44 cm. De hieraan
voor de redaktie verbonden omschakeling in opzet en
opmaak van het blad zal nader uitgewerkt moeten
worden. De Redaktieraad achtte geen overwegende
bezwaren aanwezig tegen dit voorstel. In overleg met
Drukkerij Vink en Drukkerij Van de Sande is beslo
ten dat vanaf het Tentoonstellingsnummer van 18 juni
op het nieuwe formaat zal worden overgeschakeld.
BESPREKING VERSCHENEN NUMMERS
Uitvoerig werd gediscussieerd over de inhoud van
het blad in de afgelopen maanden. Een moeilijk punt
blijft in hoeverre 't blad aantrekkelijker gemaakt kan
worden voor het toenemend aantal begunstigers. Ge
dacht wordt aan meer rubrieken, waarin algemene
onderwerpen behandeld worden. Tevens werd er uit
de Redaktieraad op gewezen dat het als een groot
gemis wordt gevoeld dat aan grond- en pachtkwesties
slechts weinig aandacht in het land- en tuinbouwblad
wordt besteed. Meer voorlichting dienaangaande acht
te de vergadering bijzonder gewenst. Het probleem is
echter, zo is gebleken, dat het Grond-, Pacht- en
Taxatiebureau door zeer drukke werkzaamheden de
tijd en gelegenheid ontbreekt om voorlopig een der
gelijke rubriek over grond- en pachtzaken te verzor
gen.
INGEZONDEN STUKKEN
Naar aanleiding van een recent verzoek tot het
plaatsen van een ingezonden stuk in het landbouw
blad werd gediscussieerd over het redaktiebeleid dien
aangaande. De Redaktieraad was in dit verband van
mening dat elk lid het recht dient te hebben een in
gezonden stuk in zijn eigen verenigingsorgaan te kun
nen plaatsen. Dit mits het geen zuivere privéaangelé-
genheden betreft, maar van algemene strekking en
van algemeen belang is. Ieder geval zal op zich zelf
beoordeeld dienen te worden, maar in principe zal
slechts bij uitzondering een ingezonden stuk gewei
gerd moeten worden.
NIET TE VERSCHIJNEN NUMMERS
Het is de gewoonte dat zowel in augustus als eind
december één nummer vervalt, zodat het landbouw
blad 50x per jaar verschijnt. In 1973 vallen de Kerst
dagen zodanig dat eigenlijk vrijdag de 28e december
met een nummer uitgekomen zou moeten worden. Het
voorstel van de redaktie om in de drukke zomer
maanden twee nummers te laten vervallen, acht de
Redaktieraad. een aanvaardbare oplossing. Gedacht
wordt aan bijv. de nummers van 3 en 17 augustus.
J. F. BLANKSMA.
In de op 2 mei j.l. gehouden vergadering van de Ge
westelijke Raad voor Zeeland van het Landbouwschap
werd voor de nieuwe zittingsperiode tot voorzitter
resp. plv. voorzitter van de raad benoemd, de heren
F. C. Verhelst te Westdorpe en F. de Roo te Goes.
De aftredende voorzitter, de heer G. J. de Jager te
Anna-Jacobapolder werd dank gebracht voor hetgeen
door hem tijdens zijn zittingsperiode in het belang
van de landbouw werd verricht. Ook de aftredende
plv. voorzitter, de heer P. M. Kenter te Goes, werd
in deze dank betrokken.
Bestemmingsplannen voor de buitengebieden. De
raad stelde zich op het standpunt, dat aan de bestaan
de bedrijven in het agrarisch gebied geen belemme
ringen van planologische aard mogen worden opge
legd en besloot za nodig bezwaren in te dienen tegen
de ontwerp-plannen c.q. in beroep te gaan bij de
Kroon.
Agrarische hulp- en nevenbedrijven. Het drastisch
wijzigen van de begrips- en bestemmingsbepalingen
voor de vestiging van agrarische hulp- en nevenbe
drijven in het agrarische gebied werd in het alge
meen niet juist geacht. Deze bedrijven hebben dik
wijls een wezenlijke functie ten dienste van de land
bouw en zullen dienovereenkomstig moeien worden
behandeld.
Tracé dammenweg Schouwen-Duiveland. De raad
sprak zich uit voor handhaving van het reeds vastge
stelde tracé voor het tweede gedeelte van de Dam
menweg op Schouwen-Duiveland, daar er, mede
gezien de kwaliteit van de gronden rond het gebied
van Schelphoek, voldoende compensatiemogelijkhe
den aanwezig zijn voor eventuele uitbreiding van
het natuurgebied.
Tarieven waterleiding agrarische bedrijven in Z.
Vlaanderen. De van de Watermaatschappij Zeeland
ontvangen voorstellen voor uniformering van de ta
rieven in Zeeuws-Vlaanderen werden door de raad
behandeld en zullen in samenwerking met de land
bouworganisaties nader worden besproken met de di
rectie van de W.M.Z.
Electririteitsvoorriening agrarische bedrijven. De
inmiddels met de P.Z.E.M. overeengekomen interim
regeling voor het verkrijgen van grotere capaciteit
werd door de raad uitvoerig besproken. De raad was
van mening, dat, in afwachting van een definitieve
regeling, met de thans getroffen overeenkomst de be
staande moeilijkheden kunnen worden opgelost tegen
redelijke vergoedingen.
Rijksweg Schoondijke-Oostburg. De raad besloot
opnieuw medewerking van de H.I.D. van de Rijkwa
terstaat te vragen voor invoering van een snelheids
beperking voor de rijksweg Schoondijke-Oostburg,
gezien de risico's die er verbonden zijn aan het over
steken van deze weg door langzaam verkeer.
Aardappelteeltregeling. De invoering van een aard
appelteeltregeling, waarbij gebruik van door de
N.A.K. te velde goedgekeurd pootgoed verplicht ge
steld wordt, werd door de raad niet noodzakelijk ge
acht, daar een besmetting met Phoma noch via grond
onderzoek noch via veldkeuring kan worden aange
toond. Gezien het advies van de landbouworganisa
ties zal een regeling worden voorgesteld, welke in
houdt dat alle pootgoed op Fhoma-besmetting dient te
worden onderzocht, dus ook de partijen die voor eigen
uitzet worden geteeld.
IN de onlangs,op 6 april j.l. gehouden vergadering
van de Gewestelijke Raad voor Noord-Brabant
van het Landbouwschap is bijzondere aandacht besteed
aan de behandeling van de „Deelstudie Landbouw"
en studie van een landbouwwerkgroep in opdracht
van G. S. over de landbouw met betrekking tot de
ruimtelijke ordening in het kader van de voorberei
ding van het streekplan Midden- en Oost-Brabant.
Alvorens daartoe werd overgegaan werd door de
vergadering het verzoek behandeld om bij het opma
ken van voordrachten ter voorziening van leden en
plaatsvervangende leden van de pachtkamers alle
werkzame organisaties in het overleg te betrekken.
Tot op heden is alleen overleg gepleegd met die
organisaties waarvan de vertegenwoordiger aftreedt.
De vergadering besloot om in de toekomst met de
drie gewestelijke landbouworganisaties overleg te
plegen. Uiteraard zal dit beperkt blijven tot die or
ganisaties die in de betreffende regio ook leden
hebben.
OPHOKPLICHT POSTDUIVEN
Door de drie landbouworganisaties in de Noordbra
bantse Westhoek is in overleg met de Directie Fauna
beheer en de Bond van Duivenhouders, afdeling W.-
Brabant op vrijwillige overeengekomen een ophok-
plicht voor postduiven in te voeren voor de periode
van 24 maart tot 1 mei 1973. Deze ophokplicht geldt
van 7.00 uur tot 17.00 uur met uitzondering van de
zater- en zondagen. Aansluitend op deze vrijwillige
overeenkomst zal voor 1974 in overleg met G. S., ge
tracht worden een algemene ophokplicht op wettelij
ke basis gedurende de kritieke periode in het voor
jaar ingevoerd te krijgen.
RUILVERKAVELING ZONZEEL
De Raad stemde in met de brochure over de ruil
verkaveling Zonzeel, die door de gezamenlijke land
bouworganisaties is uitgegeven. De stemming van
deze verkaveling is te verwachten na de vakanties
in 1973, terwijl nog daarvoor het ruilverkavelingsplan
ter visie wordt gelegd.
INZAMELING BESTRIJDINGSMIDDELEN
De Raad besloot haar medewerking te verlenen
met een actie Voor de inzameling van restanten be-
str ij dingsmiddelen.
DEELSTUDIE LANDBOUW
In de deelstudie Landbouw ter voorbereiding van
het streekplan Midden- en Oost-Brabant wordt in
gegaan op de verschillende facetten wonen, wer
ken, voorzieningen, vervoer, verkeer en landbouw
die voor de ruimtelijke ordening van belang zijn en
de konsekwentie's daarvan met de landbouw
Ongeveer wordt 1/3 deel van de oppervlakte van
het streekplangebied wordt in beslag genomen door
stads- en dorpsgebieden en groengebieden. Het ove
rige streekplangebied, groot 2/3 deel heeft een agra
rische bestemming en is zodanig in gebruik. In 3/4
deel, ofwel de helft van het hele streekplangebied
kunnen kavels gevormd worden tot 15 ha en groter,
indien men geen rekening hoeft te houden met de
huidige eigendoms- en gebruiksverhoudingen. In 1/4
van deze gevallen zijn dan zelfs nog kavels mogelijk
van 40 ha of groter, zodat nog goede ruimtelijke
strukturen te verwezenlijken zijn. Als richtdoelen
gaat de studie ervan uit dat:
'De leef- en werkomstandigheden voor de agrari
sche beroepsbevolking gelijkwaardig moeten zijn met
die van buiten de landbouw b.v. de nutsvoorzienin
gen; onderwijs; sport; cultuur. Gelijke werkomstan
digheden; gelijke inkomensmogelijkheden. Daarbij
moet de landbouw effiënt kunnen produceren. Buiten
de landbouw gaan zelfs stemmen op, dat de landbouw
alleen moet zorgen voor een goed verzorgd landschap
en de ruimte goed beheren. De nog aanwezige agra
rische gebieden van matige, ruime en grote schaal
dienen maximaal gehandhaafd te worden, d.w.z. zo
veel mogelijk niet agrarische ontwikkelingen weren
zoals: campings, leidingen en wegen. Bovendien moet
het vestigen van agrarische bedrijven gereguleerd
worden om de mogelijkheid tot vergroting van de
reeds aanwezige bedrijven open te houden. Daarbij
is de landbouw voor een effiënte bedrijfsvoering aan
gewezen op een rationele indeling van de cultuur
grond.
Na een uitvoerige discussie besloot de vergadering,
overeenkomstig de Commissie Grondgebruik van het
Landbouwschap, die de Deelstudie Landbouw uit
voerig bestudeerde, het Provinciale Bestuur te be
richten dat de Gewestelijke Raad de nota in principe
kan aanvaarden onder de voorwaarde dat de inter
pretatie zodanig dient te zijn dat redelijke ontwik
kelingen in de landbouw niet tegengegaan moeten
worden.