Produktie en aflevering van melk '72/73 Landbouwschap schreef aan kandidaat-ministers over grondpolitiek Aanhoudend koud weer - overwegend goede prijzen Appelen opnieuw wat duurder 17 In de bestuursvergadering van het produktschap voor zuivel zijn woensdag cijfers verstrekt over pro duktie, melkaflevering en gemiddeld vetgehalte van melk. Zij zijn als volgt, waarbij het melkprijsjaar 1973/74 loopt van 25 maart 1973 tot en met 23 maart 1974: In het melkprijsjaar 1972/73 hebben veehouders ca. 8,53 miljoen ton melk aan fabrieken geleverd, dat is 520.000 ton of 6,5 procent meer dan in het vooraf gaande jaar. De totale melkproduktie in 1972/73 be droeg ongeveer negen miljoen ton, hetgeen 510.000 ton of zes procent meer was dan in 1971/72. Het aan tal melk- en kalfkoeien bedroeg in het afgelopen melkprijsjaar gemiddeld twee miljoen, terwijl er in 1971/72 ca. 1,9 miljoen melkkoeien waren. Uit boven staande gegevens valt voor 1972/73 een gemiddelde melkproduktie per koe te berekenen aan ca. 4500 kg, hetgeen in overeenstemming met de desbetreffende raming 30 kg of bijna een procent hoger was dan de meikgift per koe in 1971/72. Ten opzichte van de in het voorjaar 1972 opgestel de raming was de feitelijke melkproduktie in het melkprijsjaar 1972/73 echter 320.000 ton of bijna vier procent hoger. De totale melkproduktie in 1972/73 blijkt dus, ondanks de overeenstemmende meikgift per koe, nogal wat hoger te zijn dan de raming. Dit kwam door een aanzienlijk sterkere stijging in het aantal melk- en kalfkoeien dan was voorzien. De feitelijke stijging van het aantal koeien bedroeg ca. vijf procent terwijl ruim anderhalf procent was ver wacht. Het gemiddelde aantal melk- en kalfkoeien in het melkprijsjaar 1973/74 wordt geschat op 2,05 miljoen dus 60.000 stuks of drie procent meer dan in het voor gaande jaar. Bij deze schatting is uitgegaan van de jongste gegevens van de landbouwsteekproef met be- IIET Landbouwschap heeft zich op 2 mei 1973 in een schrijven gericht tot de kandidaat-ministers, uitgenodigd voor de vergadering ter voorbereiding van het nieuwe regeringsbeleid. In de brief vraagt het Landbouwschap speciale aandacht voor enkele onderwerpen die in het „werkdokument" voor de kandidaat-regering vermeld zijn. Ten aanzien van de grondpolitiek keurt ook de georganiseerde landbouw een typische grondspecula- tie af. Het Landbouwschap is evenwel van oordeel dat, voorzover betreft de verwerving van landbouw grond voor niet-agrarische bestemmingen, het hui De eerste week van mei is achter de rug als we de ze bijdrage voor SCHOUWEN EN DUIVELAND sa menstellen. Behoudens een hoogst enkele dag blijven de temperaturen aan de lage kant. We zijn er de afgelopen week in onze omgeving goed afgekomen met de onweersbuien. De neerslag hoeveelheden zijn beperkt gébleven, hoewel' in Schou wen meer viel dan in Duiveland. De week na Pasen hebben we vanwege enkele da gen bestendig weer de gelegenheid gehad de bloem zaden aan de grond toe te vertrouwen. Wat aan de late kant misschien, maar gezien de ontwikkeling van de vroeg gezaaide percelen behoeft de ontwikkeling van het later gezaaide niet ver achter te blijven. De afgelopen week is voor zover het weer en de grond het toeliet in onze omgeving nogal wat witlof gezaaid met de precisie-machine op de reeds eerder aangelegde ruggen. Blijkens mededelingen van een witlof teler-trekker schijnt de onkruidbestrijding met chloor-I.P.C. in witlof niet zonder gevaar. Vorig jaar moest hier en daar worden overgezaaid. Mogelijk is niet de hand gehouden aan de voorgeschreven dosering. Gelukkig z;jn meer middelen in de handel om de witlof vóór opkomst te bespuiten. De prijzen van vele groentesoorten blüven vanwe ge het aanhoudend koude weer aan de hoge kant. Voor de witlof uit de koude kuilen is al veel geld ge maakt. Wel is opvallend dat bepaalde selecties veel afval geven vóór het produkt veilingklaar is. Moge lijk spelen hier meerdere faktoren een rol. Op het gebied van de teelt en het trekken van witlof is men niet zo spoedig uitgedacht. Trouwens dat geldt voor vele zaken in de land- en tuinbouwsektor. De eerste ontwikkeling van de zaaiuien is bijzonder traag verlopen. Hier en daar kan men de rijen nu van de weg af gaan onderscheiden. Het gezegde van de oudere generatie „Een late Pasen, een laat voor jaar" schijnt ook deze keer weer waarheid te bevat ten, ondanks de heel vroege start. In de achter ons liggende week zijn de meeste gla- diolenpercelen bespoten met een bodemherbicide. De tijd ging dringen, want bij de vroeg geplante komen de soorten met een snelle ontwikkeling boven. On danks de lange koude periode hoort men nog weinig klachten over narigheid. Het is vandaag ook nog te vroeg om daarover te kunnen oordelen. Bij opkomst zal pas blijken in hoeverre er achterblijvers of weg blijvers zijn. Veel zal afhangen van de struktuur van de grond op het moment van planten. Gezaaid of ge plant in een gezond zaai'bed geeft niet gauw een te leurstellende opkomst te zien. De vroege tulpensoorten staan in volle bloei of zijn reeds gekopt. Óp Schouwen en Duiveland zijn nogal wat tulpen opgetrokken en gesneden voor de bloem tegen zeer wisselende orijzen van goed tot uitermate slecht. De telers die wat hun gewas betrof vóór Pa sen hebben kunnen leveren zaten best. De week na Pasen is de afloop teleurstellend geweest. Opgetrok ken tulpen tegen een prijs die onder de gulden per bos ligt is beslist te laag om van enig rendement te spreken. Mogelijk is er nog een kansje voor de bloe men in de aanstaande week in verband met Moeder dag. Het weer zal daarin een grote rol spelen! Het aanbod van appelen op de veilingen in onsKlasse II deed van ƒ0,951,17 per kg; de maat 95/60 gebied was ook in de afgelopen periode aan de matige kant. Bij enkele veilingen domineerden de grote maten, omdat de kleine maten Golden Delicious dikwijls werden verladen naar de DDR via de Cen traal Bureau-2 transakties. De marke was goed ge stemd en over de hele lijn werden hogere prijzen betaald. Met name gold dit voor de allergrootste ma ten van de Golden Delicious, waarvoor tussen 85 en 95 ct per kg werd betaald. Klasse I 70/80 mm deed tussen 80 en 85 ct, met uitschieters tot 90 ct. De klas se II was gemiddeld 5 ct per kg lager dan de klasse I. De prijs van de kroetappelen bleef vrij stabiel op 39 ct per kg. Hier en daar was soms nog wat Win ston te koop, zij het dat de hoeveelheden zeer klein waren. De grote maat bleef onveranderd rond 1,40 per kg. Klasse I 65/70 noteerde rond f 1,30 en I 60/65 tussen 1 en 1,15 per kg. In Goes en Krabbendijke was nog een ruim aanbod van Conference-peren. De grote en middelmaten klasse I werden verkocht van 1,15 tot 1,21 per kg. werd verkocht voor wat de klasse I betreft voor 1,09 1,13 per kg en de klasse H voor 90 ct1,08. Klasse II 50/55 noteerde rond 75 ct per kg. Een aan merkelijke prijsstijging dus voor deze restanten van de perenoogst 1972. 'Het aanbod van kasaardbeien nam wat toe, maar bleef aanzienlijk achter bij de verwachtingen. In de eerste helft van de vorige week werden lage prijzen betaald, soms van minder dan 1 per doosje voor de klasse I-kwaliteit. In het eind van de week werd voor de Glasa weer tot rond 1,20 per doosje -betaald. Red Gauntlet en Gorella klasse I deed tussen 1 en 1,15 per doosje. Klasse II van de kasaardbeien werd in het eind van de week verkocht van 90 tot rond en iets boven 1 per doosje. Bij de veiling „Walcheren" was het aanbod van winterbloemkool opnieuw van grote betekenis. De vraag bleef goed en er werden hoge prijzen betaald. Goede kwaliteit kool deed op verscheidene dagen al gauw 1,50 per stuk. Voor de betrokken telers is het hierdoor een best winterbloemkoolseizoen. trekking tot de samenstelling van de rundveestapel Daarbij werd o.a. overwogen dat er volgens de uit- v?,n de landbouwsteekproef per 1 februari 1973 niet alleen 132.000 of zeven procent meer melk koeien aanwezig waren, maar dat er ook meer ge dekt jongvee en aanzienlijk meer ander vrouwelijk jongvee, bestemd voor de fokkery, beschikbaar is. Gemiddeld aantal melk. en kalfkoeien Gemiddelde melkpro duktie per koe (in kg) Totale melkproduktie (in tonnen) Melkverbruik op de boerderij (in tonnen) Melk voor boerenkaas (in tonnen) Totale melkaflevering (in tonnen) Gemiddeld vetgehalte (in 1971/1972 1972/1973 1973/1974 1.900.000 2.000.000 2.060.000 4.470 4.500 4.560 8.490.000 9.000.000 9.390.000 420.000 410.000 390.000 60.000 60.000 60.000 8.010.000 8.530.000 8.940.000 3,90 3,95 3,97 dige beleid van de overheid in het algemeen bevredi gend werkt. Een aanwijzing daartoe vormt met name de veelal rustige prijsontwikkeling van ruwe bouw grond, waarbij typische grondspeculatie vooral wordt tegengegaan door een vooruitziende ruimtelijke plan ning en vroegtijdige grondverwerving door de plaat selijke overheid. De onlans gewijzigde onteigenings procedure biedt, naast het huidige planologische be leid met betrekking tot de vaststelling van de be stemming van de grond, nog meer mogelijkheden tot het voorkomen van excessen. Het Landbouwschap wijst er ten overvloede op dat de prijs van agrarische grond slechts een betrekkelijk gering bestanddeel vormt van de uiteindelijke kosten van bouwrijpe grond. De in het „werkdokument" voorgestelde nieuwe procedure ten aanzien van grondverwerving en ont eigening zal ernstig afbreuk doen aan de rechtszeker heid en bovendien vertragend kunnen werken. De georganiseerde landbouw ziet dan ook geen noodzaak tot een wezenlijke wijziging in het beleid inzake de verwerving van agrarische gronden door publiekrechtelijke lichamen ten behoeve van niet- agrarische bestemmingen. Het Landbouwschap verwijst in de brief aan de kandidaat-ministers naar een in 1969 geschreven brief aan de Kamercommissie, die belast was met de voorbereiding van het wetsontwerp tot wijziging van de Onteigeningswet. In bedoeld schrijven is het standpunt van het georganiseerd landbouwbedrijfs leven weergegeven met betrekking tot de waarde bepaling van onroerend goed by onteigening. II)|E opmerking in het „werkdokument" over de zelfstandigen wordt door het Landbouwschap opgevat als een algehele uitvoering van de wet inzake de fiscale oudedagsreserve. In de brief aan de kandidaat-ministers wordt nogmaals gewezen op de noodzaak tot het zo spoedig mogelijk onverkort in voeren van bedoelde regeling, met name voor lagere inkomensgroepen, zoals deze veelal voorkomen in de agrarische sector. Het Landbouwschap stemt gaarne in met de in het „werkdokument" genoemde voorrang voor een ar beidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen. Het is van mening dat deze ernstige lacune in het stelsel van sociale voorzieningen dient te worden opgevuld door een volksverzekering. Wat dat betreft sluit het Landbouwschap geheel aan bij aanbevelin gen van de Sociaal-Economische Raad. Hoewel bovengenoemde onderwerpen volgens het Landbouwschap de speciale aandacht van de kandi daat-ministers vragen, blijven de overige wensen van het georganiseerd landbouwbedrijfsleven voor het regeringsbeleid onverkort gehandhaafd. Deze ver langens zijn geformuleerd in het „groenbestek" (ur gentieprogramma 1973/1974) en in een brief van 2 februari 1973 aan kabinetsformateur mr. Burger. GASPRIJZEN 2e KWARTAAL 1973 VASTGESTELD Voor grootverbruikers van gas in de tuinbouw, die gebruik maken van de speciale tuin'bouwregeling is de gasprijs voor het tweede kwartaal 1973 vastgesteld. De gasprijs werd nu gebaseerd op een olieprijs van 69,12 per ton. Voor het eerste kwartaal werd uitge gaan van een olieprijs van 66,09 per ton. De gasprijs is ten opzichte van het voorgaande kwartaal geste gen met ongeveer 0,24 cent per m3. Voor tariefgroep I (afname van 170.000 m3 tot 1.000.000 m3 per jaar) bedraagt de gasprijs nu 5,786 cent per m3 en voor tariefgroep H (afname tot 8 miljoen m3 per jaar) 5,516 cent per m3. In de vast- rechtprijzen per maand is geen wijziging gekomen. ONKRUIDBESTRIJDING IN SPINAZIE Asulox, een produkt, dat reeds langer bekend was als herbicide in blauwmaanzaad, werd in de loop van 1972 ook toegelaten voor toepassing in spinazie. Het Proefstation voor de Groententeelt in de Vollegrond te Alkmaar heeft het middel al gedurende een paar jaar grondig onderzocht en er gunstige ervaringen mee opgedaan in deze teelt. Asulox, dat Unitas Service BV, Etten-Leur, in de handel brengt, bevat 400 g/1 asulam, een praktisch niet giftig bodemherbicide met een goede oplosbaar heid in water. Dit niet vluchtige middel wordt lang zaam in de planten vervoerd en blokkeert de celver menigvuldiging in de jonge weefsels. Het middel wordt gespoten tot uiterlijk 3 dagen na het zaaien van de spinazie. Op lichtere gronden (tot 20 slib) wordt er 6 liter/ha gébruikt, terwijl op gronden met meer slib 7,5 liter/ha toegepast wordt. Daar Asulox in dit geval als bodemherbicide werkt, zal een volledig resultaat slechts verkregen worden bij voldoende neerslag (of beregening) na de bespui ting. Het oefent zijn werking uit op het kiemende en pas gekiemde onkruid; de jonge plantjes vertonen dan chlorotische verschijnselen (bladvergeling) en sterven af. Ook aanwezige onkruidjes worden goed gedood, al gebeurt dit weliswaar trager. Tevens wor den éénjarige grassen zeer goed bestreden. Ook de komposieten (zoals kruiskruid, kamille, knopkruid, melkddstel) zijn zeer gevoelig. Veelknopigen als zwa luwtong en varkensgras reageren goed tot zeer goed, perzikkruid is iets minder gevoelig. Kleine brandne tel wordt eveneens goed bestreden. Ereprijssoorten, muur en uitstaande melde zijn matig gevoelig; matig tot zwak reageren onkruiden als 'herik, herderstasje, witte krodde en witte ganzevoet. •Onder normale omstandigheden is Asulox een vei lig middel voor spinazie, symptomen van gewasscha- de worden bij gébruik van de aangegeven doseringen niet geconstateerd. In vergelijking met andere ge bruikte herbiciden is het meestal veiliger. In proeyen van 192 werden, ook bij veel neerslag en veel in- spoeling, t.o.v. Aisulox geen rassenverschillen gecon stateerd. Aldus meldt ons Unitas-Service BV.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1973 | | pagina 17