Onkruid bieten Produktschap Granen Zaden en Peulvruchten KORTE WENKEN 11 INSTITUUT VOOR RATIONELE SUIKERPRODUKTTE BERGEN OP ZOOM Belangrijke mededeling aan de bietentelers /BEZIEN de grote «belangstelling voor genetisch eenkiemig zaad ziet het er naar uit dat over enkele jaren vrijwel het gehele bietenareaal met deze rassen zal worden ingezaaid. Ttegenover de voordelen van een hoge eenkiemig- 'heid en een goede kiemkracht bij dit zaadtype van een wat grotere kans op z.g. onkruidbieten. De aard van 'het materiaal zowel als de teeltplaats brengen met zich mee dat bij de produktie van dit zaad de kans op valse bestuiving wat groter is dan vroeger het geval was. Onder onkruidbieten worden hoofdzakelijk verstaan de z.g. éénjarige zaaddragers die zeer vroeg in het zaad schieten en daardoor rijp zaad in de bietenvelden kunnen verspreiden. Dit kan moeilijkheden veroor zaken doordat het zaad vele jaren kiemkrachtig kan blijven en in volgende jaren opslag en, vooral via schieters in de bieten, weer zaad kan produceren. Het verdient aanbeveling dit euvel met alle be schikbare middelen te bestrijden. Daarvoor is zowel de aandacht van de kwekers als die van de telers nodig. kwekers hebben de bastaardering herkend en erkend en zijn overeengekomen om alle telers partijen aan een voorcontröle te onderwerpen. Daar toe worden monsters zaad kort na de oogst uitgezaaid onder (bepaalde omstandigheden van licht en tempe ratuur. De opgekomen plantjes worden enkele maan den later beoordeeld op kleur en neiging tot schie ten. Blijkt er sprake te zijn van verbastering dan worden de betrokken telerspartijen buiten het ver keer gehouden. Ook in geval van twijfel wordt het zaad voorlopig niet gebruikt maar voor verdere con trole in de loop van het seizoen aangehouden. Op en in de omgeving van de teeltplaats worden verdere maatregelen getroffen om ongewenste stuifmeel bron nen uit te schakelen of te vermijden en daarmee de verbastering te voorkomen. De N.A.K. heeft het recht om tijdens de controle van de party en in de kassen of in het open veld de proeven te controle ren. De firma's zullen alle gewenste inlichtingen hierover verstrekken. De verantwoordelijkheid blijft echter voorals nog bij de kwekers. De kwekers doen dus alles wat in hun vermogen is om het optreden van onkruidbieten te voorkomen. Een garantie die deze bieten helemaal niet meer zullen voorkomen is begrijpelijkerwijs moeilijk te geven. JJE waakzaamheid van de teler blijft dus nood- zakelijk. Van zijn kant zal er goed aan doen vroege schieters niet de kans te geven rijp zaad te produceren. Daartoe zullen tenminste alle schietrs die voor b.v. 16 juli zichtbaar zijn verwijderd moe ten worden. Dit kan 'het beste door de bloeistengel in de grond af te steken zo dat de biet niet weer kan uitlopen. Uitgetrokken en tussen de rijen gelegen bieten kunnen namelijk onder vochtige omstandig heden weer aanslaan en doorgroeien. Deze cultuurmaatregel heeft dus niet alleen be trekking op bovenbedoelde verontreiniging maar is evenzeer van belang wanneer het gaat om vroege normale schieters en vroege schieters die uit opslag voortkomen. Deze beide laatste kunnen namelijk ook weer onkruidbieten opleveren. TELERS ONTVINGEN MEER VOOR TARWE EN VOEDERGRANEN PRIJZEN VOOR PEULVRUCHEEN DAALDEN IN EERSTE KWARTAAL !WE telers hebben dit seizoen voor inlandse tarwe belangrijk meer ontvangen dan vorig seizoen, aldus de mededelingen van het Produktschap voor Granen, Zaden en Peulvruchten. De oorzaak daarvan is enerzijds het verhoogde ni veau van de richt- en interventieprijzen en anderzijds de goede vraag van de zijde 'van de veevoederindus trie. Ook voor voedergranen hebben de telers in het verkoopseizoen 1972/'73 aanmerkelijk meer gemaakt dan vorig jaar. Mede was dat ook toe te schrijven aan een hoog en onregelmatig prijsverloop op de we reldmarkt voor veevoedergrondstoffen. Voor peul vruchten en ook voor karwijzaad liepen de prijzen in de eerste drie maanden van 1973 in meer of minder belangrijke mate terug. TARWE MARKT In maart en april was de maalindustrie op beschei den schaal koper van inlandse tarwe. Er was een scherp concurrerend aanbod in Franse tarwe. Tot nu toe is ca. 70.000 ton inlandse tarwe aan de Nederland se maalderijen voor consumptiedoeleinden verkocht, dat is 35.000 ton minder dan vorig jaar. De belang stelling van de kant van de mengvoederindustrie was aanvankelijk gering, doch later kwam daarin verbetering. De afzetmogelijkheden van voertarwe uit het noor den naar Duitsland bleven teleurstellend. Wél was er de laatste weken enige belangstelling in Engeland voor blanke tarwe uit Nederland. De uitvoer naar derde landen had tot 16 april betrekking op 31.300 ton vergeleken met 8400 ton vorig seizoen. De afzet van gedenatureerde tarwe had volgende bestemmingen: binnenland 275.900 ton (223.400); lidstaten 104.500 ton 102.600Aan blanke tarwe ging 6400 ton naar de lidstaten (25.100). Per 16 april had ca. 160.200 ton of 23 van de 'beschikbare Voorraad tarwe nog geen be stemming gevonden. Telersprijzen, op basis van doorsneekwaliteit bij 17 vocht: feibr. ƒ39,25 36,10); maart ƒ39,30 (36,76). Van 1 augustus tot 25 februari zijn door de maalderijen de volgende hoeveelheden tarwe verwerkt: 299.000 ton uit derde landen; 325.000 ton uit 'lidstaten van de EEG en 64.000 ton inlandse oogst. BROUWBGERST Het GBK. was incidenteel als koper in de markt. De afzetmogelijkheden naar Duitsland en België waren beperkt. VOEDERGRANEN De over de markt nog af te zetten hoeveelheid gerst bedraagt nog ca. 10.000 ton. In de afgelopen twee maanden werd bij de afzet in het binnenland alsook naar Duitsland concurrentie ondervonden van uitheemse gerst. Er is uit de lidstaten nogal wat meer gerst aange voerd dan vorig jaar. Aan de interventie werd slechts PROEFSCHRIFT OVER EFFEKT STIKSTOFBEMESTING OP GROEI EN ONTWIKKELING VAN SUIKERBIETEN Op woensdag 9 mei j.l. is ir. V. J. G. Houba ge promoveerd tot doktor, in de Landbouwwetenschap pen op een proefschrift betreffende het effekt van stikstofbemesting op groei en ontwikkeling van sui kerbieten. Onder meer stelt de heer Houba dat: Het uitstellen van de bietenoogst met het oog op hogere suikeropbrengsten alleen zin heeft als de uitstelperiode voldoende lang is en weinig stikstof meer wordt opgenomen en verwerkt (proefschrift). De hoge stikstofbemesting bij aardappelen en sui kerbieten in Nederland over het algemeen een verspilling is, omdat het produktiepatroon van de plant gefofceerd wordt in een verkeerde rich ting. De berekening van de benodigde hoeveelheid organische stof is voor suikerbieten gebaseerd op onjuiste cijfers. (Handboekje landbouwvoor lichting.) in totaal 135 ton aangeboden dit seizoen. Bij de handel/coöperatie zou nog ca. 2000 tot 3000 ton rogge aanwezig zijn. Eind maart was er belang stelling bij de maalindustrie. De afzet naar Duitsland is ver achtergebleven bij vorig jaar. Haver lag aan vankelijk verlaten in de markt. Later nam de be langstelling, vooral door het ontbreken van buiten lands aanbod, wat toe. Naar Duitsland werd ca. 14.000 ton geleverd. Telersprijzen op basis van door sneekwaliteit 17% vocht, febr.: gerst ƒ33,45; rogge ƒ34,25; haver ƒ33,40; maart: gerst ƒ34,85; rogge 34,35 en haver 33,80. PEULVRUCHTEN De plaatsingsmogelijkheden van peulvruchten voor consumptiedoeleinden waren in het binnenland zowel als in 'het buitenland beperkt. Bij afzet naar het bui tenland wordt concurrentie ondervonden van Franse erwten en Britse schokkers. Er zijn belangrijke hoe veelheden groene erwten en schokkers voor veevoe derdoeleinden afgezet. Het verschil tussen de prij zen van de geschoonde erwten en voererwten dat per 10 april ƒ10 bedroeg, is mede gelet op de slechte kwaliteit van de groene erwten nauwelijks interessant om tot schonen over te gaan. Toch neemt men aan dat aan het einde van het seizoen bij handel en coöperatie nog belangrijke 'hoeveelheden groene erw ten en schokkers in voorraad zullen zijn. Kapucijners zijn op enkele honderden tonnen na afgezet. De voor raden bruine 'bonen zullen voldoende zijn tot de nieuwe oogst beschikbaar komt. Hoewel de prijzen in het le kwartaal wat daalden liggen ze toch hoger dan voorgaand seizoen, met uit zondering van bruine bonen. Prijsver loop: groene erwten: januari 57,40 (37,30); februari ƒ54.95 (35,40); maart ƒ50,55 34,35). Schokkers: januari ƒ57,70 (41,05); februari ƒ56,35 38,65); maart ƒ53,65 (36,90). Kapucijners: januari 75,20 (68,30)februari ƒ75,90 (62,40); maart 73,15 (46,30). Bruine bonen: januari ƒ121,30 (124,45); fëbruari 108,05 (120,10); maart ƒ90,44 ('119,86). Prijzen incl. BTW: 1972 4%; 1973 4,4 ALGEMEEN In de tweede helft van maart trokken de prijzen van veekoeken, molenafvallen en vismeel weer aan. Dat. was enerzijds het gevolg van het tegenvallen van de Visvangsten in Peru, doch anderzijds ook van de vrij grote vraag naar grondstoffen van de kant van de mengvoederindustrie. In de mengvoeders werd daardoor een belangrijk groter percentage granen verwerkt dan de laatste jaren gebruikelijk is. Vooral mais en tarwe nemen een belangrijke plaats in. C.A.R. - Zevenbergen DE KARWIJMOT KAN IN SOMMIGE jaren veel schade aanrichten. De eitjes die door de vlindertjes zijn gelegdbeginnen in mei uit te komen. Direkt na dat de eerste rupsjes zich in de schermen bevinden, moet U gaan spuiten. Kontroleer regelmatig Uw ge was en spuit bij het vinden van de rupsjes met 1,5 l Nexagan 401 of 1,5 l of l*/4 kg fosalon per ha. Deze middelen zijn weinig giftig voor de bijen. MET DE SCHADE VAN de koolzaadglanskever valt het de laatste jaren wel mee. Deze metaalglanzende kever vreet de kleine bloemknoppen geheel of gedeel telijk weg. In open bloemen doet deze kever geen schade meer. Bestrijding heeft alleen zin wanneer er meer dan 10 kevers per plant aanwezig zijn en wan neer het koolzaad nog in knopstadium is. MET C.C.C. IN WINTERTARWE zijn de laatste ja ren minder goede ervaringen opgedaan. Daarom al leen toepassen wanneer men zeker verwacht dat de tarwe te zwaar zal worden of indien er veel kans is op het optreden van voetziekte. U moet dan wel spuiten wanneer de tarwe nog maar 1520 cm lang is en wel met 2 l per ha. Bij latere toepassing ver hoogt U de kans voor een zwaardere aantasting van schimmelziekten. NOG STEEDS IS IVORIN het onkruidbestrijdings middel bij de teelt van stamslabonen. Het wordt toe gepast vlak voor de opkomst in een dosering van 4/j 7/2 kg per ha afhankelijk van het percentage afslib- baar eii humusgéhalte. Men moet wel sékuur zijn bij het spuiten daarom niet overlappen of een te zware dosering gebruiken. BENT U VAN PLAN te gaan investeren in grotere machines of werktuigen? Bekijk dan eerst grondig of U niet goedkoper uit bent met samenwerking of een loonwerker. Elke grote investering houdt U voor ja ren gebonden aan een bepaalde koers in het bedrijf. Verkeerde investeringen knnen U grote verliezen op leveren. DOOR DE VOEDERWINNING heeft de grasmat veel te lijden. Door een goede afstelling van de cirkel maaier kan de schade belangrijk worden gedrukt. Door gebruik te maken van vulringen en verstellen van de sleepvoet kan de goede maaihoogte worden verkregen van 5 cm. Het vooroverzetten van de cirkel maaier moet ontraden worden omdit dit het maaien van banen in de hand werkt. BIJ DE AANSCHAF van een opraapwagen moet vooral gelet worden op de inhoud van de wagen. De inhoud wordt door de fabrikant meestal te gunstig voorgesteld. Bij nametingen door het I.L.R. te Wage- ningen zijn verschillen gevonden van 20 Voor vers gras moet U rekenen op 200 tot 300 kg per m3. Daar naast zijn brede banden belangrijk en bij gebruik voor het inkuilen de hoogte van de opraper 40 cm. Voor verdeling van het kuilprodukt zijn minstens 3 mes sen nodig. CHEMISCHE ONKRUIDBESTRIJDING in snijmais geeft goede resultaten bij een juiste uitvoering. Spüit met 2 a 3 kg Atrazin direkt na het zaaien. Als na op komst van de mais gespoten moet worden gebruik dan 2 kg Atrazin en 1 liter Citowet per ha. De mais mag niet meer dan 6 blaadjes hebben en er mag voor opkomst niet met Atrazin zijn gespoten.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1973 | | pagina 11