COMMENTAREN en MENINGEN KORTE WENKEN 19 KAVIAAR EN ZEILBOTEN WANNEER ooit eens de geschiedenis zal worden geschreven van het grote arbeidsconflict anno 19173, dan zal de vraag moeten worden beantwoord, of de wijziging in de inkomensverdeling die de bon den met hun acties wilden afdwingen paste in de lange-termijnstrategie van de Nederlandse vakbewe ging, aldus A. F. van Zweeden in E.S.B. van 18 april j.l. Het begin van een antwoord is al gegeven door de voorzitter van de Industriebond NW, A. Groene- velt, toen hij in een interview met „Vrij Nederland" zei: dat sommige zaken je soms in de schoot gewor pen worden. iDe keus van het actiedoel was, zo valt uit de woor den van Groenevelt op te maken, meer van het toe val afhankelijk dan van een lang van tevoren be raamd nlan. Een rechtvaardiger inkomensverdeling is altijd een van de prioriteiten in het actieprogram ma van de vakbeweging geweest, maar dat het dit maal een breukpunt zou worden in het CAO-overleg is meer toe te schrijven aan de manier waarop het arbeidsvoorwaardenbeleid in het centraal akkoord was omschreven en aan de uitleg die de drie indus triebonden daaraan gaven. „In feite heeft de hele discussie over de inflatie- bestrijding die van de zijde der kapitaalverschaffers op touw is gezet, tot deze strijd geleid", zei Groene velt. „Men heeft ons als werknemers willen overtui gen van het feit, dat de hoge looneisen ieder keer weer leiden tot een verdere inflatie, en toen hebben wij gezegd: moeten wij de broekriem aanhalen? Zul len wij dan eerst eens met elkaar gaan praten over hoe dat maatschappelijk moet geschieden". Het centraal akkoord dwong de werknemers tot een uiterse matiging. De 3,5 procent verbetering van arbeidsvoorwaarden bij contractvernieuwing was in feite alleen maar bedoeld om het effect van de ge stegen sociale lasten te compenseren. Ter wille van de inflatiebestrijding zou geen werknemer er reëel op vooruit gaan. IIET centraal akkoord bevatte alleen de later voor Velerlei uitleg vatbaar gebleken tekst, dat de hoogst betaalden meer aan de matiging moesten bij dragen en dat de inkomenspositie van de lager be taalden zoveel mogelijk moest worden verbeterd. De uitleg die de industriebonden aan deze bepaling ga ven was volstrekt redelijk en in geen enkel opzicht in strijd met het centraal akkoord. Maar hun eis, om de 3,5 te vertalen in een vast gelijk bedrag voor iedereen en de prijsindexering te beperken tot een bepaald maximum inkomen, was wel een incidentele eis, voortgekomen uit de nul situatie waarmee het centraal akkoord de werkne mers voor 19*73 opscheepte. Industriebond-econoom P. Vos heeft gezegd, dat de bonden met hun actie de discussie over het inkomensbeleid op gang hebben willen brengen. Daar zijn die bonden dan goed in geslaaigd en, los van het eventuele mislukken of slagen van hun acties, mogen zij op hun conto boe ken, dat het vraagstuk van de inkomensnivellering voorlopig niet meer uit de sociaal-economische dis cussie in Nederland zal verdwijnen. In de onderihandelings- en overlegfase van het conflict kreeg een min of meer technisch karakter, waarbij de indiu'k Werd gewekt dat het zou gaan om een half procentje meer of minder. De werkgevers hebben door hun hardnekkig Verzet tegen de ultima tieve eisen van de bonden en door hun optreden naar buiten toe (met pagina-grote advertenties in alle dagbladen van vorige week), bewezen de principiële achtergronden van het conflict hoog op te nemen. Ze heiblben er een uitputtingsslag voor over om een maximum in de prijscompensatie tegen te houden. Voor die houding van de werkgevers geven zij zelf deze verklaring, dat toegeven aan ultimatums betekent dat de bonden straks met nieuwe eisen komen. Verdergaande eisen van de bonden met betrekking tot de inkomensverdeling kunnen alleen maar betekenen, dat de werkgevers bang zijn dat de bonden een greep willen krijgen op de totale loon som in de bedrijven, waarmee op den duur niet alleen de inkomens van het hoger personeel gemoeid zijn, maar ook de directie-salarissen en, wie weet, de hele winstverdeling. n|E vraag die nu nog niet afdoende kan worden beantwoord is, of dit conflict moet uitlopen op een machtsstrijd in de ondernemingen en op een to taal inkomensbeleid, dat geregeld zal worden per cao. Het gekke van de -situatie is, dat er over verande ringen in de inkomensverdeling niet zulke grote ver schillen van mening in onze samenleving bestaan. De werkgevers verklaren zich in hun advertentie zelfs bereid daaraan mee te werken. Zij willen dit pro bleem alleen niet per cao oplossen. Hun weigering om een plafond in de prijsindexering te aanvaarden is alleen maar te begrijpen uit hun angst voor grens overschrijding door de ^bonden. Op zichzelf is een be perking van die indexering helemaal niet zo onrede lijk en uit een oogpunt van inflatie-bestrijding mis schien zelfs wenselijk. Wat de werkgevers echter weigeren te aanvaarden is, dat van de vakbonden geen ldyale medewerking aan. een centralistische in komenspolitiek meer kan worden verlangd, zolang er niets gebeurt aan de primaire inkomensverdeling. Ge bleken is, dat inkomensherverdeling in de secundaire sfeer, dus via het mechanisme van de progressieve belastingtarieven en sociale verzekeringen, pas op heel lange termijn enig effect heeft op de relatieve inkomensverhoudingen. Met woorden is vaak genoeg beleden, dat een werkelijk inkomensbeleid alle inko mens moet bestrijken. De bonden hebben de weg naar een dergelijk inkomensbeleid misschien open gebroken. actualiteitenrubriek Hier en Nu van de NCRV heeft onlangs FME-directeur Prins laten discus siëren met enkele stakers bij de Nederlandse Kabel- fabrieken. In dit gesprek zei Verboom, kaderlid van de Industriebond NW, tegen Prins: „Er is een we zenlijk verschil tussen koopkracht en prijscompensa tie van het kostenpeil. Als wij zeggen koopkracht be doelt de heer Prins dat ook kaviaar en de zeilboot en al dergelijke dingen die zo duur geworden zijn, ge compenseerd moeten worden. En daar verzetten de werknemers zich tegen". Kaviaar en zeilboten zijn typische symbolen van .de rijkdom. In het kader van de discussie over een billijker inkomensverdeling doen deze symbolen wat karikaturaal aan, zoals de gouden horlogeketting op de buik van de klassieke kapitalist. Maar wel maakt Verboom duidelijk dat er inkomens- en statusverschillen zijn die voor de inko menstrekkers aan de onderkant moeilijk te verkrop pen zijn. De indexclausule is in 1970 in de cao opgenomen om de reële koopkracht van lonen en salarissen op peil te houden. Als niaatstaf werd toen de stijging van het prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie aan vaard dat gebaseerd is op het bestedingspatroon van een werknemersgezin van vier personen met een in komen in 1969 van 16.000 gulden. Wordt deze kosten stijging voor hogere inkomensgroepen volledig ge compenseerd, dan treedt er volgens de bonden over compensatie op. Werkgevers en hoger personeel heb ben dat met allerlei berekeningen trachten tegen te spreken. De leer van het grensnut en de theorie van de in- differentiecurven kunnen misschien niet het exacte bewijs van het gelijk van de bonden leveren, maar maken theoretisch wel aannemelijk dat het margina le nut van een salarisverhoging als compensatie voor gestegen kosten van levensonderhoud kleiner wordt naarmate het inkomensniveau hoger is. Dit zou al leen onwaar kunnen zijn als aangetoond zou kunnen worden dat de belastingprogressie, die op dezelfde gedachte van gelijkmaking van het grensnut steunt, die niveauverschillen opheft. Zolang het nog meer voor de hand ligt, dat zeer hoge marginale belasting tarieven door de hoogste inkomens afgewenteld wor den, lijkt het mij verdraaid moeilijk dit tegenbewijs te leveren. Aldus A. F. van Zweeden. C.A.R. - Zevenbergen AKKERBOUW HET VALT DIKWIJLS TEGEN hoeveel onkruid dat cr in aardappelen voorkomt. Daarom is een chemi sche bestrijding als regel onmisbaar. Wanneer u deze toepast, spuit dan wanneer er weinig of geen wind is. Bij wind wordt slechts een zijde van het bed geraakt en daarom zal het resultaat u tegenvallen. NU HET SPUITSEIZOEN in volle omvang is, ko men daarmee ook alle gevaren daaraan verbonden weer op de spuiter en zijn omgeving afzetten. Wees niet roekeloos en spot niet met uw leven en denk ook aan het leven van anderen. Gooi leeg fust niet overal weg maar verzamel deze. Zorg dat de middelen op een veilige plaats zijn opgeborgen. Het is verbazend wat men soms ziet slingeren. VOORAL IN DE BEGINPERIODE dient u al de ge wassen regelmatig te kontroleren op het voorkomen van vreterij e.d. Daar moet u gewoon de tijd voor ne men. Het moet echter niet zo zijn dat bij ieder manke ment de spuitbarerbij gehaald moet worden omdat de buurman ook bezig is. Spuit ook alleen warvneer u- zelf werkelijk van de noodzaak overtuigd bent. EEN OVERBEMESTING met een zak kalksalveter kan soms wonderen doen op bepaalde plekken waar dit nodig is. Dat laatste moet u zich steeds afvragen: Wat is de voorgeschiedenis zoals voorvrucht, stikstof bemesting, groenbemestinggescheurd grasland enz. Het gewas te zwaar laten worden is geen kunst, dat kan iedere kwajongen. HET IS VOLDOENDE BEKEND dat hoge opbreng sten in belangrijke mate voor goede bedrijfsresultaten kunnen zorgen. U zou kunnen zeggen, dit is een eerste voorwaarde. Bij dit alles moet u echter ook de kosten kant niet vergeten. Deze nemen jaarlijks nog toe. Uit eindelijk is bij een berekening de onderste regel het belangrijkste. VEEHOUDERIJ ALS DE KOEIEN PAS BUITEN KOMEN kunnen ze nog al eens last krijgen van schrale spenen. Dit is pijnlijk bij het melken en het werk verloopt niet vlot. Voorkom deze moeilijkheden door de spenen met zalf te behandelen of te sprayen. MAAGDARMWORMEN LEVEN IN DE MAAG en ingewanden en groeien ten koste van de jonge kalve ren. Bloedarmoede en vertraagde groei berokkenen heel wat schade. Breng de kalveren pas naar buiten als ze minstens 100 dagen oud zijn. Schaar ze in op een reeds gemaaid perceel en verweid ze steeds op et- groen. VOORKOMEN IS BETER DAN GENEZEN. Door voor de opkomst van de mais een 20 ton drijfmest aan te wenden kan men het stuif gevaar voorkomen. Voor de aanwending van de drijfmest moet wel eerst de chemische onkruidbestrijding uitgevoerd zijn. DE MAAND MEI OP HET ZUID-WESTELIJK AKKERBOUWBEDRIJF (Vervolg van pag. 13) RUNDVEEHOUDERIJ |f OPZIEKTE is bij rundvee nog steeds een gevreesde ziekte. Door magnesiet op tijd te stuiven is deze ziekte te voorkomen. De veehouder die aandacht aan zijn dieren besteedt, hoeft dan ook geen dode koeien meer te hebben door kopziekte. Bij goed graslandgebruik hoeven de koeien niet in te lang gras te lopen want dit geeft grote verliezen. De ver liezen bestaan uit vertrappen en de mindere smakelijk heid door te oud gras, wat vermindering van de melk- gift tengevolge kan hebben. We moeten proberen om steeds gras van 10—12 cm voor beweiding beschikbaar te hebben. Per koe is dan per dag 0,80 are nodig. Hebben we 25 melkkoeien, dan kunnen deze 4—5 dagen op een hectare weiden. ALGEMENE WENKEN QP bedrijven waar wormziekten bij het vee voorko men wordt aangeraden om het jongvee steeds op gemaaid grasland te weiden. Dit geeft de minste kans op besmetting. In mei kan goed tegen onkruid in grasland worden ge spoten. In veel grasland komen te veel gele bloemen voor. Dit is wel een leuk gezicht, doch op dergelijke percelen wordt de grasopbrengst gedrukt. Hebt U plannen om nog dit jaar uw veestapel uit te breiden, hiervoor een ligboxenstal te bouwen en denkt U hiervoor tevens die bank nodig te hebben, vraag dan nu zo vlug mogelijk rentesubsidie aan. De gehele procedure vraagt namelijk nogal wat tijd alvorens een goedkeuring kan worden gegeven. zullen ook op beide dagen te Liempde worden ge demonstreerd. Realiseer de uitspraak van deze gebroeders dat de kosten van een goede toerusting niet opwegen tegen het feit dat u door slagvaardiger werken veel procenten opbrengstverhoging kunt krijgen. Diverse van de genoemde machines zijn te vens bij uitstek geschikt voor gezamenlijk gebruik of toepassing ervan via de loonwerker. VOLLEDIGE MECHANISATIE VAN DE AARDBEIENTEELT (Vervolg van pag. 17) DE OOGST EN VERPAKKING r oogst die ook op dit bedrijf niet gemechani seerd is, wordt ook zeer effectief uitgevoerd. Om gemakkelijk te plukken laat men ruime plukpa- den (96 cm), brengt men stro aan en gebruikt men goede plukstanddaards. Voor het uitrijden van de kistjes uit het veld heeft men een speciale wagen gemaakt die over de bedden rijdt. Voor een betere presentatie en kwaliteit van 'het produkt zijn de Gebr. Van Alphen de grote promotors geweest voor een eenmalige verpakking voor de consumptie-aardbeien. Het transport naar de veiling geschiedt met een gesloten vrachtwagen. ROOIEN VAN WACHTBEDPLANTEN UET rooien van wachtplanten voor de gekoelde of (verlate teelt kan naast met de riek ook met moderne hulpmiddelen worden uitgevoerd. Naast een normale lichter beschikken de Gebr. Van Alphen over een lichter met bewegende tanden, aangedreven door de aftakas van de trekker. Hierbij worden de jonge planten niet alleen ondersneden, maar ook los- geschud. Geachte lezers, getracht is om u een overzicht te geven van de machines die de aar'beienteler ten dien ste staan. Een opmerking van veler u zal zijn: dit geldt alleen voor grote bedrijven. Bedenk echter dat de mogelijkheden er zijn. Deze

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1973 | | pagina 19