COMMENTAREN
en
MENINGEN
Waterzuivering
in
Noord-Brabant
Verschillende appelen werden
goedkoop
23
VERANTWOORDELIJKHEID VOOR DE
STAKINGEN BIJ VAKBONDEN
Tijdens een persconferentie in het aktiecentrum
van de Industriebonden heeft de heer A. Groenevelt,
voorzitter van de Industriebond NW, de vorige week
in zijn bekende redeneertrant de werkgevers verwe
ten de oorzaak van de voortgaande stakingen te zijn.
Bovendien merkte hij daar schamper op dat, waar de
werkgevers zich steeds bezorgd hebben uitgelaten
over de ontwikkeling van de nationale economie, zij
zich blijkbaar niets aantrekken van de ecoomische
gevolgen van de stakingen. Aldus het commentaar
in het weekblad van het Verbond van Ned. Onderr.o-
migen V.N.O. deze week. Het vervolgt dat het nauwe
lijks nodig lijkt voor de werkgevers öm de verant
woordelijkheid voor de stakingen af te wijzen. Men
kent zo langzamerhand het systeem van gegoochel
met evidente feiten door de heer A. Groenevelt. Iets
anders is dat wij ons wel degelijk bezorgd maken
voor de economische gevolgen van de stakingen, die
nu zo'n acht weken duren. Het is ondoenlijk op dit
moment die gevolgen te kwantificeren. Naast het ver
lies van een stuk omzet en daarmee rendement en
de daaruit voortvloeiende consequenties voor de
werkgelegenheid, moet vooral ook het verlies dat
geleden wordt door het verloren gaan van zakelijke
relaties in de beschouwing worden betrokken. Met
name geldt dit ook op de exportmarkten.
Waar de concurrentiepositie van het Nederlandse
bedrijfsleven ten gevolge van de sterk gekrompen
marges in het buitenland reeds onder druk staat
getuige ondermeer het Centraal Economisch Plan van
het C.P.B. fkan het in gebreke blijven bij levering
extra negatieve gevolgen hebben voor de ontwikke
ling van de export. Men kan zich afvragen of de sta
kingen die thans plaats vinden dergelijke ernstige con
sequenties wettigen.
Het uitblijven van concrete argumenten van de zij
de van de Industriebonden anders dan de globale
wens van inkomensniveiiering noopt deze vraag ne
gatief te beantwoorden. Een artikel van Gerard van
Westerloo in „Vrij Nederland" van 2 april j.l. beves
tigt deze conclusie. Daarin wordt onder meer geci
teerd drs. P. Vos econoom van de Industriebond
NVV. De heer Vos zegt onder meer: „Het was voor
ons geen enkel probleem geweest om met iets an
ders geformuleerde voorstellen zonder veel moeite
ongeveer hetzelfde te bereiken. (Het aan de orde
stellen van de inkomensnivellering red.). We had
den bijvoorbeeld best meteen met verschillende per
centages voor verschillende inkomensniveaus kun
nen komen, dan was er niet veel aan de hand ge
weest. Maar we hebben de grens in de prijscompen
satie juist zo scherp getrokken om een fundamentele
discussie op gang te brengen. Ik geloof te kunnen
zeggen, dat wij met deze acties een bewustmaking
van de hele problematiek bereikt hebben".
Wanneer men bedenkt dat van werkgeverszijde tal
loze tegemoetkomingen aan de Industriebonden zijn
gedaan, om met de woorden van de heer Vos te spre
ken: zoveel anders geformuleerde voorstellen zijn ge
daan, dan mogen de gevolgen van de stakingen toch
wel op het conto van de star vasthoudende Industrie
bonden worden geschreven. Daar helpt geen drogre
denering aan! Aldus V.N.O.
en tuinbouwgewassen. Ook voor het vee is het be
schikbaar zijn van goed drinkwater van groot be
lang. Het realiseren van het nu vastgestelde zuive
ringsplan betekent dat in de komende jaren een groot
aantal zuiveringsinstallaties zullen worden gebouwd.
In de komende 5 jaren zullen o.a. grote installaties
worden gebouwd te Breda (reeds klaar), Eindhoven,
Helmond, 's-Hertogenbosch, Vught, Oss, Tilburg-
Noord en Veghel, Uden.
Het betreft hier moderne mechanisch-biologische
zuiveringsinstallaties met een zuiveringsrendement
van 85 tot 95 Een afzonderlijk probleem vormt nog
het bij de zuivering afgezonderde slib. In 1978 zal de
hoeveelheid hiervan zijn opgelopen tot 500.000 m3 per
jaar. Dit slib kan worden verbrand, wat een duur pro
cédé is, dan wel op vuilstortplaatsen worden gestort.
Ook wordt onderzocht, of verwerking bij de compost-
bereiding (V.A.M.) rendabel zijn kan.
DE HUIDIGE TOESTAND
LIET aantal op het oppervlaktewater in Noord-
Brabant geloosde vervuilings-eenheden wordt
geschat op:
1.750.000 i.e. van de bevolking
0.100.000 i.e. van de suikerindustrie
2.250.000 i.e. van de overige industrie
4.100.000 inwoners equivalenten in totaal. Het aan
deel van de veredelingslandbouw is hierin niet opge
nomen, daar hiervan nog geen gegevens bekend zijn.
Enkele jaren geleden bedroeg de vervuiling door
de suikerindustrie nog 1.250.000 i.e. Door de bouw
van grote zuiveringsinstallaties hebben de suikerfa
brieken hun vervuiling met 5 a 10% van voorheen
weten terug te brengen.
Ook andere industrieën zijn bezig maatregelen te ne
men of hebben deze intussen reeds genomen, zodat
de in 1970 van kracht geworden wet intussen reeds
effekt begint te sorteren. De laatste jaren is de ver
vuiling van het water dan ook niet toegenomen en
hier en daar is de situatie zelfs intussen merkbaar
verbeterd.
De veredelingslandbouw i.e. de grote varkens-
en kippenbedrijven vormen in verband met de pro-
duktie van grote hoeveelheden mest nog eer. apart
probleem. Het evenwicht tussen mestbehoefte en
mestproduktie is overal in Oost- en Midden-Brabant
ernstig verstoord, waardoor plaatselijk vervuilings
problemen worden veroorzaakt.
Uit de hierbij op kaart gebrachte mestbalans blijkt,
dat vooral in het oostelijk deel van de provincie een
aanzienlijk mestoverschot aanwezig is. De vervuilings-
waarde hiervan komt overeen met 1 2 miljoen in
woner-equivalenten.
In het westen van Brabant en in Zeeland zou theo
retisch deze totale mestproduktie nuttig kunnen wor
den gebruikt voor bemestingsdoeleinden. De hiervoor
opgerichte mestbank streeft dit dan ook na. De mest
bank verzorgt o.a. het transport van vaste mest en
verricht onderzoek voor opslag van drijfmest en het
stankvrij injecteren van mest in de bodem. De vee
voederindustrie onderzoekt momenteel de vraag of
vermindering van fosfaten in veevoeders mogelijk is.
Ook wordt onderzocht of het koper in de veevoeders
door andere stoffen kan worden vervangen.
Het zoeken van een doelmatige oplossing voor het
probleem van de mestoverschotten en het tegengaan
van watervervuiling en stankhinder vormt in de ko
mende jaren een uitdaging voor de landbouw met na
me in Noord-Brabant.
DE AANPAK IN DE KOMENDE JAREN
JJET zuiveringsplan gaat er van uit, dat in- een
periode van 14 jaar door de aanleg van rio
leringen en de bouw van zuiveringsinstallaties, het
vraagstuk van de watervervuiling zal kunnen zijn op
gelost. Het aantal reeds aanwezige installaties zal in
de eerstvolgende jaren sterk worden uitgebreid, zo
dat eind 1977 in totaal 45 van de 66 te bouwen zui
veringsinstallaties in bedrijf zullen zijn. De totale
zuiveringscapaciteit zal in 1987 naar verwachting vol
doende groot zijn om het afvalwater van bevolking
en industrie te zuiveren. Plaatselijk zullen dan nog
problemen resteren, terwijl ook de kwaliteitseisen,
die aan het gezuiverde water worden gesteld, dan zul
len kunnen worden opgevoerd.
Met de realisering van het zuiveringsplan is, met
inbegrip van de noodzakelijke transportleidingen en
bijkomende werken, in totaal een bedrag van onge
veer 700 miljoen gulden gemoeid, waarvan thans een
bedrag van circa 150 miljoen gulden is geïnvesteerd.
In de komende 15 jaar zal dus nog voor rond 550
miljoen gulden moeten worden geïnvesteerd. Daar
naast zullen de nog ontbrekende rioleringen in be
staande woonkernen een bedrag van rond 300 mil
joen gulden vergen. Deze enorme investeringen be
tekenen, dat in de komende jaren met stijgende hef
fingen rekening zal moeten worden gehouden. Deze
heffingen bedragen momenteel per inwoner-equiva
lent:
Waterschap De Dommel f 9,
Waterschap De Aa 5,80
Waterschap De Alm 14,
Waterschap West-Brabant 10,
Door het Waterschap De Maaskant is de heffing
nog niet vastgesteld.
Berekeningen van hef Waterschap West-Brabant
geven aan dat de heffingsaanslag op prijsbasis 1972
in 1984 op een bedrag van f 30,per i.e. zal neerko
men. De bestrijding van de waterverontreiniging zal
dus veel geld gaan kosten. Ook als agrarische be
drijven zullen we daarom moeten trachten vervuiling
van het oppervlaktewater zoveel mogelijk tegen te
gaan, dan wel te beperken. Uiteindelijk dienen we
daarmee niet alleen het algemeen belang, maar ook
het belang van de land- en tuinbouw zelf.
A. KORTEWEG.
X>
Verschillende fabrieken zijn gestopt met de ver
werking van appelen van de oude oogst en dat had
vorige week tot gevolg dat de prijs van het onder
eind van de appelaanvoer belangrijk terugliep. Het
is nog niet zo lang geleden dat hiervoor steeds rond
45 cent per kg werd betaald. Vrijdag lag de prijs
op 32 cent. 'De gehele appelmarkt in ons gebied lag
vorige week trouwens wat moeilijker voor wat de
Golden Delicious betreft. Gemiddeld werd iets min
der betaald dan in de voorgaande weken. Dat bete
kende dat de gemiddelde prijs van de klasse I van
af 75 mm lag tussen 75 en iets boven 80 cent per
kg terwijl voor de maat 7075 mm rond 75 cent per
Britse tarwepositie. Nu Groot-Brittannië tot de E.E.G.
is toegetreden zijn de kosten van aanvoer van Ameri
kaanse en Canadese tarwe gestegen van 3 tot 4 per ton
tot 10 tot 12 ton, aldus professor Spicer van het Lord
Rank Research Centre. Volgens prof. Spicer is het zeer
wel mogelijk van Brits graan brood te bakken van goede
kwaliteit. Er zullen dan uit inlandse tarwe verkregen
gluten aan toegevoegd dienen te worden, aldus de hoog
geleerde. Engeland zou zjo op die manier zeker 100 mil
joen op zijn graanimporten kunnen besparen. Groot-Brit
tannië importeerde tot nu toe 2 tot 3 miljoen ton harde
ter waarde van ca. £45 per ton.
kg werd betaald en voor de maat 6570 mm tussen
65 en 70 cent. Winston was er af en toe ook nog in
een zeer goede kwaliteit te koop. De prijs bleef vast
op het hoge peil van 1,30 tot 1,50 voor de grote
maat klasse I; tussen 1,20 en 1,30 voor de maat
6570 mm en rond ƒ1.10 voor de maat 6065 mm.
Conference liep niet verder op maar de prijs was
wel stabiel wat wil zeggen dat voor de grote en mid
delmaten rond en iets boven een gulden per kg werd
betaald en voor de maat 5560 mm rond 90 cent.
Het uitvalpercentage in de Conference gaat toenemen.
Het aanbod van kasaardbeien begint wat groter
te worden al bleef het door het koude en dikwijls
donkere weer toch traag gaan. De prijsontwikkeling
stelde over het algemeen wat teleur want de goede
kwaliteiten werden eind vorige week verkocht voor
1,20 tot 1,40 per doosje met 209 gram aardbeien
en dat is gezien de teeltkosten van deze primeurs een
lage prijs, zeker gezien de tijd van het jaar. Er is
echter een grote concurrentie van aardbeien uit zui
delijke landen die per vliegtuig naar Europa komen.
Zo lazen we in een overzicht van het Produktschap
voor Greenten en Fruit dat op de groothandelsmarkt
in Amsterdam vorige week car dooien uit Senegal
werden aangevoerd die werden verkocht voor 75 cent
per doosje met 200 gram inhoud!
MEELDAUW EEN ONGEWENSTE GAST
BIJ DE GRAANTEELT
(Vervolg van pagina 18)
DE TOEPASSING IN TARWE
TOADS reeds eerder is opgemerkt vraagt het in
vergelijking met gerst andere gedrag van meel
dauw in tarwe meestal een wat latere toepassing, dus
meestal na Het tweede knoopstadium.
Wanneer de meeldauw echter al vroeg een epide
misch karakter aanneemt, zal ook eerder gespoten
moeten worden en kan het raadzaam zijn te over
wegen een tweede daaropvolgende bespuiting uit te
voeren om het gewas ook het laatste deel van de
groeiperiode voldoende te beschermen.
EEN VEILIG MIDDEL
Ï1IIT vele proeven in de praktijk is gebleken dat
U IMUGAN voor alle gangbare rassen van gerst
en tarwe een zeer veilig middel is. Het verdient
echter de voorkeur, een bespuiting uit te voeren bij
hoge rela ieve luchtvochtigheid en niet bij fel zon
nig weer. Een regelmatige kontrole op het optreden
van meeldauw in de gewassen door de graantelers
zelf is van groot belang om een verantwoorde en
doeltreffende bestrijding te kunnen uitvoeren.