CERTROl! COMBIN AAGRUNOL eigenlijk Is onkruid niet lelijk GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN Resultaten L.E.I. akkerbouwbedrijven in West-Brabant 17 VAN HET BEDRIJFSLEVEN MÉÉR MOGELIJKHEDEN BIJ ONKRUIDBESTRIJDING IN SNIJMAIS Hoewel de oppervlakte snijmais in 1970 nog ongeveer 6.400 ha bedroeg, was dit in 1972 ruim 29.300 ha. Er zijn al voorspellingen gedaan dat het areaal in 1973 wel de 40.000 ha zou kunnen overschrijden. Verdergaande specialisatie in de landbouw maakt een verdere uitbreiding: van de maisteelt mogelijk. De sterke uitbreiding van snijmais is mede mogelijk gemaakt door het oprichten van z.g. voerbanken. Hierdoor hebben kontrakttelers in 1972 vaak 1.500,per ha weten te verkrijgen, terwijl afnemers een redelijk goedkoop produkt hebben gekregen van 30 35 ct per kg zetmeelwaarde. Aldus Schering Nederland) B.V. afd. Agro te Boxtel die ons wijst op een nieuw ge volgde methode van de onkruidbestrijding n.l. de toepassing van atrazin na-opkomst waaraan Schering-11 E olie wordt toegevoegd. Zandgrond wordt vaak kort voor het inzaaien geploegd. Toepassen van alléén bo- demherbiqiden vóór-opkomst op deze niet of onvoldoende bezakte grond bleek in het verleden geen enkele waarborg te geven voor een optimale onkruidbestrijding. temeer daar deze gronden van nature droogtegevoelig zijn, zeker als ze bovendien nog hu- musrijk zijn. Verder is regenval kort na toepassing nodig voor een goede werking van bodemherbiciden, veelal de beperkende faktor tijdens de tweede helft van april. De né-opkomstbehandeling van atrazin plus Schering-11 E olie bleek de bedrijfs zekerheid ten goede te komen. De werking is onafhankelijk van weer en grond. Ver der kan hiermede ook aanwezige hanepoot (vogelvoet of splitgras) worden bestreden, mits deze in het kiemplantstadium verkeert, evenals wilde haver tot in het derde bladi- stadium. Tenslotte kunnen met een né-opkomstbehandeling aardappelopslag en klein hofeblad behoorlijk worden geremd, waardoor mais in een gunstiger konkurrentie- positie wordt gesteld. De dosering bedraagt normaal 6 L Schering-11 E olie per ha, doch zowel bij grotere onkruiden alsmedie bij hanepoot, wilde haver, aardappelopslag, kweek en klein hoefblad 12 L per ha aanhouden. Niet toepassen op een dn de groei gestoord gewas, zoals door een lange periode van nat weer met lage temperaturen, door stuifschade, door wateroverlast e.d. EPTAM 6E VLOEIBAAR PRODUKT KWEEKBESTRIID ING IN AARDAPPELEN Eptam 5G (granulaat) is al jaren bekend als middel tegen kweekgras. Ligtermoet Chemie B.V. heeft nu een toelating ontvangen voor een nieuwe vloeibare formulering Eptam 6E. Deze vloeibare formulering is speciaal geschikt voor de behandeling van grote oppervlakten en kan worden toegepast: dioor verspuiten en daarna onmiddellijk inwerken. met behulp van de bekende grondontsmettingsapparatuur in voorjaar of najaar. Eptam 6E kan gemengd worden met Vidden D en Telone en dan te gelijk met de grondontsmetting in het najaar worden toegepast. Eptam 6E mag in het najaar of in het voorjaar worden toegepast. Ongeveer 10 dagen voor de toepassing moeten door een of meer grondbewerkingen de kweekwor- tels worden stukgetrokken. Na toepassing kunnen diirekt aardappelen worden gepoot. De dosering is 8V& 10 liter per ha. De hoge doesring te gebruiken op zware gron den en/of zware kweekbezetting. Bij de hoogste dosering blijven de kosten beneden de ƒ200,per ha. De verpakking is in bussen van 5 en van 20 liter. TEMIK 10 G De voorlichting over de toepassing van het middel Temik 10 G ter bestrijding van bodeminsekten en b'etpnmoehe'H in Hp bietenteelt is, zoals een rubriekschrijver in Praktijk" vermeldt, aan de late kant geweest. Zowel van Ligtermoet Chemie .B.V. als Philips-Duphar Nederland BV ontvingen wij enkele techniscne gegevens dien aangaande. Temik is een systemisch werkend middel dat door de plantenwortels op genomen wordt. Het is bijzonder giftig en het kan ernstige vergiftigingsverschijn- elen veroorzaken bij opname door mond, inademing en aanraking met de huid. Van daar dat naast de gebruiksaanwijzing ook de tekst onder „attentie", „waarschuwing" en „voorzorgsmaatregelen" in acht moet worden genomen. De te gebruiken hoeveelheid Temik 10 G is afhankelijk van de plagen waartegen men de bietieplanten wil beschermen. 6 kg per ha is werkzaam tegen springstaarten en bietekevertje. Uit onderzoek is gewaarborgd. Eveneens is geconstateerd dat de jonge bieteplantjes regelmatig van grootte waren. Als gevolg hiervan werd het dunnen vergemakkelijkt. 25 kg per ha is de dosering tegen het bietecystenaaltje (bietenmoeheid). Met dieze dosering kan op besmette percelen een goed gewas bieten worden geteeld. Tevens wordt een bescherming verkregen tegen springstaarten en het bietekevertje. Schade door ritnaalden kan hiermee eveneens worden beperkt. Het gewas wordt in de eerste groeiperiode tevens beschermd tegen bladluizen. Het Temjik 10 G granulaat moet tegelijkertijd met het zaaien dus in één arbeids- galng in of dicht naast de zaaivoor in de grond worden gebracht en mag niet aan de oppervlakte zichtbaar zijn. De toepassing kan plaatsvinden door een beproefde granulaatstrooier of opbouwset aan de zaaimachine te koppelen. De lage dosering kan in de zaaivoor worden aangewend. De 25 kg-dosering moet naast de zaaivoor worden aangebracht. Hiertoe vervangt men de normale uitmondingen van de granulaatstrooier door aan de zaaimachine speciaal vervaardigde smalle zaaikouters te monteren, die op een af stand van 3 tot maxjmaal 5 cm naast de zaaivoor het granulaat op zaaidiepte in de grond brengen. Bovengronds morsen van granulaat moet absoluut worden voorkomen. Om dit te bereiken moet men het strooimechanisme bij de inzet van de zaaimachine lang genoeg en bij het uitrijden tijdig genoeg buiten werking houden respectievelijk stellen. PRODUKTENBOEKJE LUXAN De B.V. Chemische Pharmaceutische Industrie „Luxan" te Eist heeft een produk- tenboekje samengesteld waarin naast alle produkten en toepassingen nu ook een aan tal illustraties zijn opgenomen. Aan te vragen Postbus 9 - Industrieweg 2, tel. 08819 2144. Tevens ontvingen wij van Luxan een brochure betreffende het gewasbescher mingsmiddel tegen de aardappelziekte met Luxan Maneb-tin spuitpoeder en het in een groat aantal praktijk- en blokkenvergelijkingsproeven met een 3-tal bekende an dere Maneb-tin produkten uitgevoerde onderzoek. Luxan-Maneb-tin spuitpoeder gaf de aardappelen, zo bleek daarbij, een afdoende bescherming tegen de aardappelziekte, zowel wat betreft de blad- als de knolaantasting, terwijl ook de opbrengsten in het algemeen zeer gunstig uit de bus kwamen. DE RESULTATEN |YE resultaten van de Westbrabantse akkerbouwbedrijven over boekjaar 1971/ '72 moeten1 als voorlopig worden 'beschouwd, omdat het standaardverslag nog steeds niet is verschenen. In tabel I zijn naast de cijfers van het afgelopen boekjaar ook gegevens ter beschikking vermeld van 1950, 1960 en 1970. De ont wikkeling in de afgelopen 20 jaar is duidelijk te zien. TABEL I Resultaten L.E.L akkerbouwbedrijven West Brabant over enkele jaren Melkveehouderijbedrijven Kengetallen Boekjaar 1950/'51 1960/'61 1970/'71 1971/'72 Opp. cultuurgrond in ha 34.20 37.10 43.83 35.38 graan 31 33 30 32 v hakvruchten 38 33 39 35 Arbeidskern in v.a.k. 4.0 2.5 1.9 1.5 Nieuwwaarde inventaris 660 1250 2088 Arbeidskosten 428 492 642 756 Werk door derden 61 166 485 392 Werktuigkosten 120 223 367 395 Totaal bewerkingskosten 609 881 1489 1543 Totaal opbrengst 1448 1860 2942 3466 Totaal kosten 1015 1614 2844 3075 Netto-overschot 433 246 98 391 In het bouwplan is, wat graan en hakvruchten betreft, weinig veranderd. Toch is in de tussenliggende jaren het percentage graan aanvankelijk gestegen tot b.v. 42 in 1965. Het percentage hakvruchten is zelfs wel gedaald tot 24 in 1962. Overigens vertonen alle cijfers een duidelijke stijging, behalve het netto-overschot dat sterk wisselend is en het aantal volwaardige arbeids krachten dat teruggelopen is van 4 naar IV2 per bedrijf. Het gedrag aan werk door derden is steeds inklusief bestrijdingsmiddelen. De totaal kosten en het netto-overschot zijn gebaseerd op pachtbasis en daartoe voor boekjaar 1971/72 omgerekend. De 'bewerkingskosten in procenten van de totale kosten zijn ge daald maar bedragen nog altijd 50 van het totaal. Dus een belangrijke post die bij de kostenbewaking de nodige aandacht moet hebben. AKKERBOUW VERGELEKEN MET MELKVEEHOUDERIJ IN tabel 2 zijn de resultaten van de akkerbouwbedrijven over 3 boekjaren vergeleken met die van een groep melkveehouderijbedrijven. Deze laat ste groep bestaat niet uit Westbrabantse bedrijven alleen, maar liggen verspreid in Zuid-Nederland. TABEL II Vergelijking resultaten akkerbouw- en melkveehouderijbedrijven Boekjaar Kengetallen Opp. cultuur- Netto over Arb. inkomen grond in ha schot/ha ondern/ha Akkerbouwbedrijvten 1969/'70 1970/'71 1971/'72 Gemiddeld 3 jaar 37.66 43.83 35.38 38.96 704 98 391 398 1064 450 860 791 1969/'70 28.80 333 909 1970/'71 30.00 200 939 1971/72 31.34 292 1083 Gemiddeld 3 aar 30.04 275 977 Uit de vergelijking blijkt, dat het arbeidsinkomen van de ondernemer op het melkveehouderijbedrijf per ha minder schommelt en gemiddeld over 3 jaar ho ger is dan op de akkerbouwbedrijven. Omdat de akkerbouwbedrijven gemid deld groter zijn is het arbeidsinkomen van de onndernemer per bedrijf onge veer gelijk. Door de melkveehouder moeten echter wel meer uren per jaar wor den gewerkt. Vergelijking van het netto-overschot is wel een goede basis voor de rentabiliteit, doch hier toch een wat wankele zaak, omdat het sterk afhan kelijk is van de berekende arbeid van de ondernemer. Door uit te gaan van het arbeidsinkomen worden deze verschillen rechtgetrokken. Alleen jammer dat 't tussen uw koren groeit. Daar moet u dan wel iets aan doen met (mepa-mepp en bromoxynil) Vooral kamille, ereprijs, muur, kleefkruid, zwaluwtong, varkensgras en perzikkruid zijn er erg gevoelig voor. Ook gevoelig zijn akkerdistel en in iets mindere mate klein hoef blad. Geregistreerd handelsmerk van Amchem Products Inc. U.S.A. CERTROL-COMBIN is ver krijgbaar bij uw leverancier en bij AAGRUNOL. AAGRUNOL BV - GRONINGEN -TEL 050-134041 997

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1973 | | pagina 17