De teelt van
groentezaden
12
B. BAIJENSE
Tuinbouw Consulentschap
Goes.
T^E teelt van zaden is in Zeeland niet onbelang-
rijk. Momenteel wordt 20 van de landelijke
zaadteelt in Zeeland uitgeoefend.
De zaadteelt is in het verleden in Zeeland wel be
langrijker geweest dan ze nu is, zoals uit onderstaand
staatje blijkt.
Zeeland
1912
1940
1946
1970
3 ha
419 ha
1735 ha
337 ha
Landelijk is het areaal sinds 1946 ook sterk inge
krompen, daar kweekbedrijven steeds meer zaad in
het buitenland laten telen i.v.m. het klimaat en de
lagere arbeidskosten.
De Nederlandse Algemene Keuringsdienst voor
Groenten- en Bloemzaden (N.A.K.-G.) geeft o.a. na
te leven voorschriften aan om ongewenste kruisbe
stuiving te voorkomen. Zo is er op Tholen een afba
kening voor de teelt van sluitkool, wortelen en uien,
terwijl in bepaalde gebieden de teelt van Zwijn-
drechtse pootuien verboden is.
Het Rijksproefstation voor zaadcontrole te Wage-
ningen kan monsters zaad onderzoeken op gebruiks
waarde. Voor de contractteelt van zaden gelden de
Algemene Teeltvoorwaarcfen (A.T.V.). Dit is een ba
siscontract. Afwijkende bedingen gelden alleen als ze
schriftelijk zijn aangegaan.
Vele onderdelen van de teelt van groentezaden
wijken af van die van de teelt van groentegewassen.
Op bepaalde onderdelen willen we nader ingaan aan
de hand van teelttabellen, een bemestingstabel, een
paragraaf over ziektebestrijding en één over chemi
sche onkruidbestrijding.
ben en ander is ontleend aan de „Tuinbouwgids
1967'' en de „Gids voor de ziektebestrijding 1971" en
zonodig bijgewerkt. Zowel op vergaderingen van stu
dieclubs als uit de praktijk kwam naar voren dat aan
voorlichting op het gebied van de groentezadenteelt
behoefte bestond. Vandaar dat wij er in ons blad
gaarne aandacht aan besteden.
TEELT VAN ENKELE GROENTEZADEN VAN TWEEJARIGE GEWASSEN
Zaad
Zaaien
Planten le jaar
Wijze van
over
winteren
Planten 2e jaar
Oogsten
Gewas
kg/ha
Tijd
Wijze
Tijd
Afst. in cm
Tijd
Afst. in cm
Tijd
Opbr. kg/ha
Opmerkingen
Bloemkool
0.4
15/9—
zaaibed 100 m2
nov.
verspenen
glas
10/3—
70 x 45
sept.-
300—
late rassen
5/10
onder glas
45 x 15
20/3
okt.
400
vroeg zaaien
Boerenkool
3-4
25/7—
ter plaatse
land
aug.
900
in landbouw
10/8
1200
pit. af33 x 10
Boerenkool
0.5
1/7
zaaibed 600 m2
10/8—
45 x 25
land
45 x 25
aug.
1000—
10/7
20/8
1300
-K «f J
Boerenkool
0.5
1/4—
zaaibed 600 m2
1/6—
70 x 50
land
10/3—
60 x 50
juli
1000—
:.ih \>n:
10/4
15/6
20/3
1500
Selderij,
0.3
20/6
zaaibed onder
verspenen
glas
1/3-
50 x 40
sept.
400—
knol en snij
10/7
glas 240 m2
20/3
800
Sluitkool
3-4
25/7—
ter plaatse
uit
50 x 30
land
aug.
800—
vroege en
zaaistullen
5/8
dunnen
1200
herfstrassen
Sluitkool,
0.5
20/6—
zaaibed
aug.
35 x 35
land
nov.
70 x 50
aug.
1000—
late rassen
plantstullen
0.5
10/7
500—800 m2
dec.
1500
vroeg zaaien
Sluitkool,
5/7—
zaaibed
sept.
70 x 3|{)
land
aug.
800—
late rassen
landbouw
20/7
500—800 m2
1100
vroeg zaaien
Sluitkool,
0.5
10/2
zaaibed onder
april
70 x 60
kuil
1/3-
50 x 50
aug.
25—40
thans overwin
volgroeid, vroeg
glas 70 m2
20/3
gr./pl.
teren d. stekken
Sluitkool,
0.5
15/3
zaaibed 500 m2
1/6-
70 x 60
schuur
1/3—
70 x 60
aug.-
25—40
volgroeid, bewaar
6-8
16/6
20/3
sept.
gr./pl.
Ui
5/3—
ter plaatse
30
schuur
1/3
60 x 10
sept.
500—
7000—9000
0.3
25/3
20/3
800
plantgoed/ha
Witlof
20/6—
zaaibed 1000 m2
20 x 10
zaaibed-
20/3—
60 x 50
sept.
400—
5/7
kuil
10/4
600
Witlof
2
15/7—
ter plaatse
uit
60 x 20
ter
juli-
400—
25/7
op ruggen
dunnen
plaatse
aug.
600
v - ;T -t'- yA X* -
2SRQ LM tits jiniaw sf
r r
Witlof, volg.
2
10/5—
ter plaatse
uit
40 x 12
kuil
20/3—
60 x 50
sept.
400-
20/5
dunnen
10/4
600
T' O' -
Wortel,
0.5
20/9
zaaibed onder
breed-
glas
20/3—
50 x 40
sept.
400—
op bedden van
vroege rassen
2.5
20/8—
glas 180 m2
werp.
10/4
700
4 rijen; pad 90 cm
Wortel,
ter plaatse
50
land
uit
50 x 40
sept.
400—
overw.; kans
vroege rassen
30/8
dunnen
800
op uitvriezen
Wortel,
1
1/7
zaaibed 250 m2
kuil
20/3—
60 x 40
sept.
600—
op bedden van
late rassen
10/7
10/4
800
4 rijen; pad 90 cm
Winterbloemkool
0.5
15/6—
zaaibed 600 m2
1/8—
75 x 60
land
aug.
500—
30/6
15/8
1000
TEELT VAN GROENTEZADEN VAN EENJARIGE GEWASSEN
Gewas
Zaad
kg/ha
Zaaitijd
Wijze van
zaaien
Plant-
tijd
Afstand
in cm
Oogst
tijd
Opbrengst
kg/ha
Stamslaboon
70—125
10—20/5
ter plaatse
45 x 10
sept..
1200—1800
Erwt-stam
100—250
1—10/4
35x5
aug.
2000—2600
Erwt-landb.
100—200
1—10/4
99
25—60 x5
aug.
2000—3000
Plantuitjes
100
10/3—5/4
99
20
juli
12000—18000
Radijs
8—10
20/3—10/4
99
50 x 5
sept.
700—1300
Sjalot
1500—3000
99
maart
40 x 15
aug.
18000—22000
Spinazie
8—16
1—15/3
99
33—40 x 10
juli-aug.
1500—2500
Tuinboon
150—200
1—15/3
99
80 x 10
aug.
1800—2400
Tuinboon kl.z.
100—150
1—15/3
99
70 x 12
aug.
1400—1600
BEMESTINGSTABEL VOOR
TUINBOUWZAADGEWASSEN i)
ZIEKTEBESTRIJDING IN ENKELE
GROENTEZAADGEWASSEN
gIJ de verschillende teelten van groentezaden is er
wat betreft die bestrijding van ziekten en plagen
veelal weinig of geen verschil met die bij de teelt van
groenten. Vandaar dat hier alleen de voor de zaadteelt
specifieke ziekten en bestrijdingsmaatregelen zijn opge
nomen.
Boon. Spikkelziekte. Roodbruine, meestal niet inge
zonken vlekjes op peulen. Bestrijding: Enkele malen spui
ten met 400 gr. zineb of 400 gr. maneb.
Erwt. Valse meeldauw. Op bovenkant van de bladeren
gele, later bruine vlekken; aan onderzijde grijs-violet
schimmelpluis. Bestrijding: Spuiten met 500 gr. koper-
oxychloride of 350 gr. koperoxycarbonaat.
Kool. Belknoppen. In de opgezwollen knoppen maden
van galmuggen. Bestrijding: Spuiten met 60 ml/gr. para-
thion 25 Een week voor de bloei de eerste maal spui
ten; vlak voor de bloei de tweede maal.
Bladvlekkenziekte. Op de bladeren ronde, bruine vlek
ken, bezet met zwarte vruchtlichamen. Oudere vlekken
worden wit. Bestrijding: Onbekend. Vruchtwisseling toe
passen.
Boorsnuitkevers. Grijze kevers beschadigen bloemen;
larven in bladstelen en hauwen. Bestrijding: Spuiten met
250 gr. fosalone, vlak voor en na de bloei.
Koolwants. Gele vlekjes op kroezige bladeren, die
spoedig verdorren. Larven zijn grijs-wit met zwarte vlek
jes. Bestrijding: Spuiten met 100 gr. propoxur (Undeen).
Koolzaadgalmug. Galmuggen leggen eieren in de gaat
jes, gemaakt door koolzaadsnuitkever. Maden vreten in
hauwen. Bestrijding: Zie onder Boorsnuitkever.
Spikkelziekte. Op hauwen en stengels donkerbruine
vlekjes. Bestrijding: Voorbehoedend spuiten met 400 gr.
zineb; uitvloeier toevoegen.
Spinazie. Bietekever. Uit de stengels worden stukjes
gebeten voordat de plantjes boven de grond zijn. Bestrij
ding: Geen spinazie na of naast bieten.
Gewas
Aantal kg zuivere meststof per ha
Stikstof
Fosfaat
Kali
Bloemkool
120—160
60—100
80—120
Boerenkool
120—160
60—100
80—120
Stamslaboon
40—80
60—100
140—180
Erwt
15—30
60—100
70—110
Radijs
80—120
60—100
100—140
Selderij
60—100
60—100
80—120
Sluitkool
110—160
60—100
80—120
Spinazie
100—140
60—100
140—180
Ui
100—140
120—160
80—120
Witlof
80—120
80—100
160—200
Wortel
80—120
60—100
100—140
i) Voor tweejarige gewassen zijn dit de normen voor het
Tuinboon. Bladvlekkenziekte. Roodbruine stippen die
bij vochtig weer groter worden.
Chocoladevlekkenziekte. Roodbruine vlekjes aan de
boven- en onderzijde van de bladeren, die bij vochtig
weer uitbreiden en grijs worden.
Roest. Bruine, gemakkelijk verstuivende sporehoopjes
op de bladeren. Bestrijding: Spuiten met 400 gr. zineb;
na 1014 dagen herhalen.
Tuinboonkever. Kever legt eitjes op pas gezette sche
den, made vreet aan zaden. Bestrijding: Zodra de onder
ste bloemblaadjes verwelken, spuiten met 160 gr./ml
parathion 25 Voldoende vloeistof gebruiken.
Witlof. Meeldauw. Bladeren bedekt met wit schimmel-
pluis. Bestrijding: Stuiven met zwavel.
Roest. Bruine sporehoopjes op de bladeren. Bestrijding:
Spuiten met 500 gr. koperoxychloride.