Is het trekken van
witlof aantrekkelijk?
Hr trekken van witlof is zeer arbeidsintensief.
t fWBNÊ i iÜI 1
v v' {ï-\
■•4 V
i
v,
De teelt van frambozen
in Noord-Brabant een aflopende zaak?
12
F. VADER,
CA.R. - Goes.
De vraag wordt nogal eens gesteld
of het trekken van witlof een manier
kan zijn om het inkomen van een
landbouwbedrijf te vergroten. Hierbij
wordt dan gedacht aan het benutten
van de winteruren, waarvoor op een
akkerbouwbedrijf veelal geen produk-
tieve arbeid ter beschikking is. Inder
daad is het trekken van witlof een
bezigheid die voor een groot deel in
de winter plaatsvindt. Bovendien
wordt het binnen uitgevoerd, zodat
het bij slecht weer een aangenamer
werk is dan b.v. spruiten plukken. In
dit artikel wordt op enkele aspecten
van het witloftrekken ingegaan.
WERKWIJZE
HET trekken van witlof bestaat uit het opzetten van
wortels, waarop in een volkomen donkere ruimte
kroppen groeien, die na enige tijd geoogst kunnen wor
den. Op het telen van de wortels zal in een volgend arti
kel nader worden ingegaan.
Het witloftrekken wordt meestal gec^an in een schuur,
waarin een grondve rwarming is aangebracht om het trek
ken te bespoedigen. Soms worden ook wel kuilen buiten
aangelegd, maar hierbij is meestal geen grondverwarming
aanwezig, waardoor de trek langer duurt en minder te
beheersen is. Deze z.g.n. koude kuilen worden pas ge
oogst in het laatst van de winter of in het voorjaar. In
dit artikel willen we alleen nader ingaan op het „force
ren" van witlof, d.w.z. het trekken met behulp van grond-
verwarming in een schuur.
Tot voor enkele jaren was het noodzakelijk, dat de
wortels afgedekt werden met een laag grond of stro, om
dat de kroppen anders niet goed gesloten en te los wer
den. Er zijn nu ook selecties in de handel waarvan de
kroppen in de vrije ruimte kunnen opgroeien, terwijl ze
toch voldoende gesloten blijven. Dit is de z.g.n. teelt
zonder dekgrond. Het voordeel hiervan is, dat er gemak-
Keiijker en schoner geoogst kan worden. De verwachting
is, dat deze manier van trekken op de grotere trekbedrij-
ven steeds meer veld zal winnen. Een mogelijkheid die
nieruit voortvloeit is de teelt in containers, d.w.z. de
kroppen worden daarbij getrokken in kisten die op elkaar
gestapeld kunnen worden. Dit is echter nog in het proef
stadium.
SCHUUR
0E schuur hoeft maar een eenvoudige constructie te
hebben. Hij moet wind- en regendicht en goed
lichtdicht zijn. Dikwijls worden het dak en de muren ge
maakt van eternietgolfplaten. De laatste tijd wordt ook
steeds meer overgegaan tot het isoleren van de wanden
en het dak. Het beste hiervoor is 5 cm kunstharsschuim
itempex).
De grondverwarming kan meri electrisch doen of met
warmwater. Electrisch verwarmen vergt een lage investe
ring, maar geeft hoge stroomkosten. Dit systeem is daar
om alleen geschikt voor een kleine oppervlakte. Als men
een wat grotere oppervlakte wil trekken, kan men beter
op een warmwatersysteem overgaan. De ketels hiervoor
zijn 2e hands zeer schappelijk aan te schaffen.
Bij de teelt zonder dekgrond moet niet alleen de grond
verwarmd worden, maar er moet ook een mogelijkheid
zijn om de lucht in de trekruimte te verwarmen. De
luchttemperatuur mag n.l. slechts 4° h 5° lager zijn dan
de grondtemperatuur. Een goede isolatie van wanden en
dak is hierbij een eerste vereiste om grote temperatuur
schommelingen te voorkomen.
Naast de trekruimte moet er een ruimte zijn voor het
veilingklaar maken van het produkt en voor de opslag
van kisten e.d. Ook moet er een bewaarplaats zijn voor
de wortels die in de loop van de winter worden opgezet.
De wortels moeten vorstvrij gehouden worden. Er moet
ook voor gewaakt worden dat ze niet uitdrogen. Een be
luchtingsinstallatie met luchtbevochtiger is daarom aan
te bevelen.
ARBEIDSBEHOEFTE
Mechanisatie van de verschillende bewerkingen is
moeilijk te realiseren. Het enige punt waar met mecha
nisatie wat aan arbeid te besparen is, is het transport.
De wortels moeten n.l. eerst iri de trekruimte en later
weer, met het lof, uit de trekruimte getransporteerd wor
den. Een andere mogelijkheid van arbeidsbesparing is
t
Witlof met dekgrond. Door aanhangende grond meer
arbeid bij het veilingklaar maken.
gezocht en gevonden in de teeltwijze. Het resultaat hier
van is de teelt zonder dekgrond. Hierbij heeft men min
der grond te verzetten en het lof wordt zonder aanhan
gende grond geoogst, zodat bij het schoonmaken een
arbeidsbesparing van 20 bereikt is.
Per m2 kuil kan men 70 k 75 kg wortels opzetten. Ge
middeld wordt gerekend op een rendement van 50 dus
35 40 kg lof per m2. Het transport van de wortels, de
kuil klaarmaken en het opzetten van de wortels vraagt
aan arbeid 30 minuten per m2. Het oogsten en het
veilingklaar maken vergt lft uur per m2 bij de teelt
met dekgrond. Bij de teelt zonder dekgrond kan hierop
20 worden bespaard, zodat men daar moet rekenen
op ruim een uur arbeid per m2. De totale arbeidsbehoefte
is dus iy2 k 2 uur per m2.
PRIJSVERLOOP
QE aanvoer van witlof begint in september, neemt
daarna elke maand toe tot januari-februari. Daar
na wordt de aanvoer weer kleiner en eindigt in mei. De
prijs vertoont het omgekeerde beeld; als de aanvoeren
Tuinbouwconsulentschap
Tilburg
G. Th. OP 'T HOOG
F) E teelt van frambozen is de laatste jaren sterk ingekrompen. Het is een teelt
die niet meer past in onze moderne tuinbouwbedrijven. De zeer arbeids
intensieve oogst van dit gewas is steeds moeilijker geworden. Het voordeel dat
Noord-Brabantse tuinders jarenlang hebben gehad, was het feit dat men de fram
bozen geoogst kon krijgen door eigen gezinsleden. Dit voordeel is in de praktijk
niet meer aanwezig. De kinderen van deze agrariërs gaan meestal voortgezet
onderwijs volgen. Velen, zo niet de meeste jongelui vinden later emplooi buiten
het ouderlijk bedrijf en zijn zodoende geheel of voor een zeer groot deel, niet
meer beschikbaar voor de kleinfruitoogst. Men is daarom steeds meer genood
zaakt om dure plukkrachten van elders aan te trekken. Daarbij komt nog het feit
dat de prijs van de frambozen de laatste jaren nauwelijks stijgt, ondanks het
steeds kleiner wordend aanbod.
Een gelijk blijvende prijs in een tijd van steeds hoger wordende kosten leidt
onherroepelijk tot een dalende rentabiliteit, wat tot gevolg heeft dat men de teelt
gaat afstoten of inkrimpen. Samenvattend zouden we kunnen stellen dat de fram-
bozenteelt inkrimpt ten gevolge van:
1. gebrek aan eigen plukkrachten
2. de dalende rentabiliteit
3. de maatschappelijke vooruitgang bij de tuinders.
HET AREAAL SINDS 1960
QM U wat meer inzicht te verschaffen in de mate van teruggang in de oppervlakte
van frambozen volgt hier een overzicht van die arealen in Nederland en Noord-
Brabant over de periode 19601972.
Oppervlakte frambozen
Nederland Noord-Brabant Noord-Brabant
Jaar opp./ha index opp./ha index van Nederland
1960 1319 100 1111 100 84
1965 705 53 599 54 85
1970 408 31 347 31 85
1972 330 25 273 25 83
Uit deze tabel zien we dat de frambozenteelt al jarenlang voor een zeer groot deel
in Noord-Brabant is gevestigd geweest, 85 van het landelijk areaal was en is nog
steeds, in deze provincie te vinden. De oppervlakte-cijfers zijn evenwel erg in belang
rijkheid gedaald. Van de ruim 1100 ha die er in 1960 waren, zijn er in 1972 nog geen
300 ha meer overgebleven. Driekwart van de oppervlakte is sinds 1960 van het toneel
verdwenen. In 1973 zal het areaal weer opnieuw kleiner zijn, want er wordt nog steeds
gerooid en van nieuwe aanplanten is er nauwelijks sprake. We kunnen ons daarom
met reden afvragen: Hoe lang zal de teelt nog blijven?
DE AFZET VAN FRAMBOZEN IN DE LAATSTE 5 JAREN
jg^ANGEZIEN de meeste frambozen in Noord-Brabant geteeld worden in het Wes
ten van de provincie, hebben we de veiling R.B.T. te Breda gekozen om model
te staan voor de ontwikkelingen wat betreft de hoeveelheden en prijzen in de laatste
5 jaren.
Aanvoer frambozen bij veiling R.B.T. te Breda
Jaar aanvoer omzet middenprijs
x 1000 kg x 1000,— ct/kg
1968 1.760 2.297 130
1969 2.154 3.262 151
1970 2.196 4.208 192
1971 1.682 2.457 146
1972 1.159 1.748 151