De nieuwe C.A.O.'s voor tuinbouw en bloemkwekerij DINGEN VAN DE WEEK De maisteelt in Zeeland oogstjaar 1972 15 Partijen zjjn het eens geworden over de nieuwe c.a.o. voor de tuinbouw '73/'74 en voor de bloemkwe kerij. De nieuwe c.a.o.'s zijn ingegaan op 1 maart 1973. Voor de landbouw is nog geen akkoord bereikt. Het gesprek over deze c.a.o. wordt voortgezet op 15 maart. Overeenkomstig de vorig jaar gemaakte afspraak is er thans één landelijke c.a.o. voor de tuinbouw. Het loonpeil in de provincies Gelderland, Overijssel, N. Brabant en Limburg is ƒ4,per week extra ver hoogd waarmee het gelijk wordt aan dat in de rest van Nederland. Zowel de tuinbouwlonen als de lonen in de bloem kwekerij zyn per 1 maart met 3 verhoogd. Per 1 juli 1973 en per 1 januari 1974 worden de lonen aan gepast aan de prijsindex. Overeenkomstig het bepaal de in het Centraal Akkoord zal procent prijsstij ging niet worden gecompenseerd. De vakantietoeslag is verhoogd van 7 tot 7,5 De vakantietoeslag wordt berekend over het loon per jaar met uitzondering van overwerkvergoeding, weekenddiensten (bloemkwekerij) en vakantietoe slag. Voor 22-jarigen en oudere volwaardige werk nemers geldt een minimumvakantietoeslag van f 1000 per jaar. Hiermee wordt voldaan aan de passage in het Centraal Akkoord, waarin extra aandacht wordt gevraagd voor de laagstbetaalden. ARBEIDSTIJDVERKORTING De arbeidstijd in de tuinbouw is circa 43,5 uur per jaar verkort, zijnde de eerste fase op de weg naar de 40-urige werkweek, die volgens het Centraal Ak koord in 1975 zal worden bereikt. Voor 1973/74 geldt voor de tuinbouw het volgen de arbeidstijdenschema: I maart23 maart: 8 uur per dag 26 maart8 juni: 9^4 uur per dag II juni31 augustus: 9 uur per dag 3 september12 oktober: 8% uur per dag 15 oktober28 februari: 7% uur per dag De arbeidstijd in de fruitteelt is met 35 uur ver kort. De perioden van 8% uur en van 9^4 uur (C.A.O. 1972'73) zijn met één kwartier verkort. De werk gevers hadden de periode van 7% uur ook met een kwartier willen verkorten. De werknemers streven echter naar een minimum van 7,5 uur in de situatie, dat de 40-urige werkweek is bereikt. Daarin past thans geen verkorting in de periode van 7,5 uur. Zij denken daarbij voorts aan een maximum van 8,5 uur. Werkgevers zijn van oordeel, dat ook perioden van 9 uur mogelijk moeten zijn bij een gemiddelde werk week van 40 uur. Het geschilpunt is voor de c.a.o. 1973'74 omzeild door in de fruitteelt de arbeidstijd verkorting te beperken tot 35 uur. Besloten is dat over deze problemen in het voorjaar een open ge sprek zal worden gevoerd in de sociale commissie tuinbouw van het Landbouwschap. Het vooruitzicht is aanwezig dat dan voor de toekomst een compromis kan worden bereikt. In de bloemkwekerij is de arbeidstijd eveneens cir ca 43,5 uur verkort. Het volgende schema geldt: 1 maart1 april: 21 april1 juli: 2 juli7 oktober: 8 oktober25 november: 26 november3 februari: 4 februari-—-28 februari: 8% uur per dag 9 uur per dag 8V& uur per dag 8 uur per dag 7% uur per dag 8 uur per dag VRUE DAGEN De dag, waarop de verjaardag van de Koningin wordt gevierd, is nu ook in de bloemkwekerij een vrije dag. Indien het bedrijfsbelang zich hiertegen verzet krijgt de werknemer op een andere datum vrijaf met behoud van loon. Deze laatste regeling gaat ook voor de tuinbouw gelden. Voorts wordt in 1973 op de nationale feestdag 5 september (Regerings jubileum) vrijaf met behoud van loon gegeven. Het onderscheid tussen vakantie- en snipperdagen is opgeheven. Beneden 18-jarigen krijgen overeen komstig de vakantiewet recht op 15 aaneengesloten dagen vakantie. Voor 18-jarigen en ouderen geldt een minimum van 10 dagen. Vijftien dagen wordt moge lijk als het bedrijfsbelang zich daartegen niet ver zet. De diplomatoeslagen zijn aangepast aan de loonont wikkeling sinds februari 1972 (10 De toeslag voor niet-gediplomeerden, die de bloemkwekerij c.a.o. kent, is gelijk gemaakt aan de toeslag voor het diploma vakschool en het diploma tweede knecht. Voorts is in de tuinbouw c.a.o. evenals in de bloemkwekerij reeds het geval is de verplichte doorbetaling opgeno men gedurende één dag per week voor beneden 18- jarigen, die vakonderwijs volgen. Tenslotte zijn beide c.a.o.'s aangepast aan de nieuwe pensioenregeling, die 1 januari j.l. is ingegaan, als mede aan de nieuwe regeling op het gebied van de bemiddeling en de bedrijfsrechtspraak. (De nieuwe lonen zijn nog niet door ons ontvangen, zodat die ho pelijk de volgende week gepubli ceerd kunnen worden. Red.) OET zit kennelijk helemaal verkeerd op de inter- nationale valutamarkt. Voor de tweede keer binnen een maand zit de rijke wereld midden in de geldproblemen maar ook de z.g. arme landen heb ben er mee te maken want het gaat opnieuw om de waarde van de dollar, eens het machtigste en sterk ste betaalmiddel van de wereld dat steeds meer aan glans gaat inboeten. We zijn veel te ondeskundig om ook maar één ver standig woord over heel dit valutagebeuren te kun nen zeggen. Wel weten we dat de internationale groenten- en fruithandel er de nodige zorgen om heeft en terdege rekening moet houden met deze ontwik keling bij het afwerken van haar zaken in buitenland se valuta. Er zijn de laatste tijd op dat gebied heel wat stroppen geleden, al zal daar tegenover staan dat anderen er veel aan hebben verdiend. Het is te hopen dat de financiële leiders van de belangrijkste landen het eens zullen kunnen worden over maatregelen en regelen die een eind maken aan het onzekere gebeuren zoals we dat nu weer mee maken. Dat de waarde van het geld steeds opnieuw op de tocht staat, merken we aan veel dingen. Iedere keer opnieuw verbazen we ons over de prijsstijgingen die op alle terrein plaats vinden. Gelukkig zijn de meeste van de produkten die wij voortbrengen dit jaar ook meegegaan met de prijsontwikkeling. We hebben nu weer wat meer geld in handen dan we de laatste ja ren gewoon waren. Er is echter ook enorm veel no dig om het bedrijf draaiende te houden tot de nieuwe oogst kan worden afgeleverd. Verder mogen we niet vergeten dat de fiscus altijd achteraan komt en zijn deel opeist. Na de slechte jaren die we hebben ge had, speciaal in de fruitteelt, kan de middeling van inkomens over drie boekjaren mogelijk wat verlich ting van de fiscale zorgen brengen. Overleg met uw boekhouder is belangrijk. ("WER de ontwikkeling van de opbrengsten van de tuinbouwprodukten in 1972 lazen we vorige week in „Groenten en Fruit", het officieel orgaan van het Centraal Bureau van de Tuinbouwveilingen enkele interessante cijfers. De veilingomzetten zijn in 1972 ten opzichte van het vorig jaar met 6 of wel onge veer 80 miljoen gulden gestegen. Dat weerspiegelt de matige resultaten van menig bedrijf. Vooral met de komkommers zat het niet best. Er werden er op de veilingen 73 miljoen stuks meer aan gevoerd dan het jaar daarvoor en ze brachten 4 mil joen gulden minder op. Bij de tomaten was de situatie minder ongunstig. De omzet van glassla op de Nederlandse veilingen liep eveneens terug. De omzet aan fruit bij de C.B.- veilingen is met 35 miljoen gulden gestegen. Voor wat de fruitveilingen betreft zat het vooral goed in Geldermalsen waar de omzet steeg van 19 naar 24 miljoen gulden. Het is bekend dat op deze veiling ook nog al wat wordt aangevoerd door pachters die in het zuidwesten reeds vroeg zaken hadden gedaan. De omzet van de veiling Kampen steeg van 15 tot 18 miljoen gulden en van de veiling Zwolle van 10 tot 14 miljoen gulden. Het zat dus goed bij deze speci fieke fruitveilingen in midden-Nederland. Het Zeeuwse resultaat steekt daar wat pover bij af. De omzet van de veiling te Goes steeg van 10 tot 10,5 miljoen gulden. Die van de veiling Kapelle van 11,3 tot 11,5 miljoen gulden. In Krabbendijke steeg de veiling-omzet van 5,4 miljoen gulden tot 5,8 mil joen, in Terneuzen van 3,6 miljoen gulden tot 4,4 mil joen. Middelburg kwam van 4 miljoen op 4,3 miljoen gulden omzet. De Thoolse veilingen hadden een nog al wat grotere omzet. Het totaal van de veilingom zetten kwam voor Zeeland van 40,8 gulden in 1971 op 45,9 miljoen gulden het afgelopen jaar. Dat is in totaal evenveel als op de veiling Utrecht werd geveild. Breda, om een ander voorbeeld te noe men, veilde voor 62,5 miljoen gulden. Er waren in 1972 80 veilingen bij het C.B. aangesloten. Van deze 80 veilingen waren er zeven met een omzet van meer dan 50 miljoen gulden en deze 7 veilingen namen samen ook bijna de helft van de totale Nederlandse veilingomzetten voor hun rekening. DEHALVE de prijzen van vele produken en ge bruiksvoorwerpen zitten de laatste maanden de grondprijzen ook duidelijk in de lift. Af en toe wor den er percelen grond verkocht en we hebben de indruk dat de prijzen in het zuidwesten in vergelijking met enkele jaren geleden behoorlijk zijn gestegen. Extreme uitschieters bij openbare verkopingen be hoeven we dan nog niet altijd als voorbeeld te ne men maar ook onderhands wordt er in grote delen van Zeeland niet veel meer verkocht beneden 15.000,per ha. Dat was enkele jaren geleden wel anders! Bij een publieke verkoping op Zuid-Beveland werd vorige week bouwland verkocht voor f 18.300, per ha en weiland voor 16.400,per ha. Dat zijn erg hoge prijzen en heel wat grondbezit ters hebben zich na het vernemen hiervan weer wat rijker kunnen rekenen, een bezigheid waar we niet wijzer van worden maar die we soms toch wel graag toepassen. HET DROGEN QLJ het drogen van dit natte tot zeer natte produkt deden zich een aantal proble men voor. Samenvattend kunnen die in enkele punten worden ondergebracht. minstens eenmaal extra door de droger laten lopen. te geringe capaciteit van de drogers. Ook dit jaar is weer op beperkte schaal op de boerderij gedroogd. Vooral bij een dergelijk hoog vochtgehalte en daardoor hoge droogkosten kan dit financieel bezien zeer interessant zijn. Tabel V: De gemiddelde opbrengst per gebied in kg per ha. Gebied gekontro- leerde opp. aantal telers indeling naar opbrengst in tonnen; in v. d. opp. gemidd. opbrengst kg/ha 2 2—3 3—4 4—5 5 Schouwen-Duiveland Zuid-Beveland Oost Z-Vlaanderen West Z.-Vlaanderen 221.24 235.41 418.25 94.72 74 39 101 29 27 19.3 18.7 34.7 30.7 58.9 55.8 24.6 47.1 16.6 10.7 11.8 22.3 4.4 8.2 1.9 0.8 6.6 2887 3445 2645 2696 Totaal 1972 969.62 243 16.4 46.2 25.3 10.7 1.4 2900 Oogstjaar 1971 886.17 6267 Oogstjaar 1970 314.89 5970 OPBRENGST De gemiddelde opbrengst van 969.62 ha (243 telers) is 2900 kg/ha. Slechts een zeer beperkte oppervlakte heeft de geschatte opbrengst van begin oktober gehaald: t.w. 1.4 of 13 ha had een opbrengst van meer dan 5 ton/ha. De opbrengst liep van perceel tot perceel en van gebied tot gebied sterk uiteen en wel van beneden de 1000 kg tot boven de 5000 kg/ha. IS ER MEER GEGROEID? NAAR schatting is 1025 op het veld gebleven, als gevolg van sterke legering. Een aanzienlijk percentage kolven is door de dorstrommel meteen tot moes geslagen. Vervolgens mogen we aannemen dat bij het drogen enkele procenten ver loren zijn gegaan. Ook wanneer wij dit bij het gemiddelde optellen is en blijft het een bedroevend resultaat. TOT BESLUIT Het jaar 1972 heeft ons geleerd dat het gewenst is dat er rassen komen die ook onder ongunstige klimatologische omstandigheden een hoge kg-opbrengst aan rijpe korrels kunen leveren. Op de kweekbedrijven wordt hard gewerkt aan vroegrij pende maishybriden. In welke oppervlakte de korrelmais in het bouwplan 1973 zal worden opgenomen is nog niet bij benadering te begroten. Gezien de resultaten in voorgaande jaren en het goed passen in het steeds smaller wordende bouwplan van een aantal bedrijven mag verwacht worden dat de mais niet zo geruisloos uit het bouwplan zal verdwijnen als in de vijftiger jaren het geval is geweest.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1973 | | pagina 15