De maand februari zuid-westelijk landbouwbedrijf od het 12 HÉT BOUWPLAN de grond en de weersomstandigheden moeten deze werkzaamheden toelaten. Het uitstrooien van stikstof over sneeuw of over diep bevroren grond kan bij dooi verbranding van het gewas veroorzaken. Zorg voor een goede verdeling van de stikstof, strooiba- nen kunnen veel moeilijkheden en schade geven. Voor het vaststellen van de hoeveelheid stikstof is overleg met de contracterende firma nodig. BEMESTING WINTERTARWE Het strooien van stikstof na het optreden van een nachtvorst is weinig bezwaarlijk, doch het is niet aan te bevelen wanneer de grond diep bevroren is. Het vaststellen van de hoeveelheid stikstof die op een tarwegewas gegeven moet worden, is nog altijd een moeilijke zaak. Rekening houdend met ras, grondsoort, voorvrucht, neerslag in de afgelopen win ter en jarenlange praktijkervaring moet men trachten de voorjaarsgift zo goed mogelijk vast te stellen. Vooral omdat een ruime stikstofgift het optreden van ziekten bevordert, kan de vroege voorjaarsgift beter iets aan de schrale kant blijven. Later kunnen dan ,nog maatregelen genomen worden, b.v. nog een over- dient de stikstof te worden gestrooid. Dit kan eind februari zijn. Op gronden met een normale fosfaat- en kalitoestand stelt dit gewas aan die meststoffen geen bijzondere eisen. ZAAIZAAD Als de keuze van het gewas en het ras vaststaat, moet het zaaizaad worden aangekocht, tenzij men zaaizaad van het eigen bedrijf gaat gebruiken. Het gebruik van ongekeurd zaaizaad verhoogt het gevaar voor verspreiding van gevaarlijke onkruiden. De kans op besmetting met wilde haver en moge lijk andere grasachüge onkruiden, door gebruik van ongekeurd zaaizaad is groot. Ieder zal zelf moeten beoordelen of het verantwoord is zaaizaad van eigen bedrijf te gebruiken. Rij aankoop is alleen officieel te velde en op partij goedgekeurd en geplombeerd zaad een waarborg voor afwezigheid van schadelijke onzuiverheden. ONKRUIDBESTRIJDING IN WINTERTARWE Duist is een van de meest lastige onkruiden. De laatste jaren heeft het zich sterk uitgebreid. In kar- wij en lucerne dient, bij hoofdzakelijk duist of wilde haver, vóór de hergroei van deze gewassen begint, een bespuiting met 1015 kg IPC te worden uitge voerd. Als geen duist maar vooral muur en straat gras voorkomen kan 46 liter chloor IPC per ha worden gebruikt. Ook bij deze toepassing moeten beide gewassen nog in winterrust zijn. Wanneer bij lucerne de hergroei is begonnen, kan by de bestryding van duist, s .raatgras en muur gebruik gemaakt worden van het middel Legurame 5—7 liter per ha. In wintergranen is een herfsttoepassing voor duist- bestrijding het meest aanbevelingswaardig. Wanneer deze duisbestrijding niet uitgevoerd is of als er toch nog veel jonge duistopslag voorkomt, dan is een voorjaars-toepassing ook nog mogelijk. Voor duisrïbestrijding in het voorjaar in wintertar we zijn verschillende middelen beschikbaar, 'b.v. Ep- Als er grote kunstmestgiften in één keer gestrooid worden, moet dit mins tens 3 a 5 weken vóór het zaaien en poten gebeuren. Voorkom hierdoor zout- schade! De resultaten met snijmais zijn zodanig, dat de uit breiding van deze teelt in 1973 zal doorgaan. Bij de bemesting van het grasland moet men nu reec beweiding zal de eerste gift bijvoorbeeld lager kuni waarbij de eerste gift gerust 100 kg zuivere N per h; F. IMPENS, R. v. d. MEER. C.A.R. GOES De maand januari met zijn vele bijeenkomsten en vergaderingen is achter de rug. Van de zijde van de standsorganisaties, coöperaties, particuliere handel, voorlichtingsdienst, studieclubs en verenigingen voor be drijfsvoorlichting is getracht datgene te brengen wat voor U belangrijk is. In de maand februari zullen nog verschillende bijeenkomsten worden gehouden. Het wordt echter nu de hoogste tijd om te beslissen over het bouwplan 1973. Om tot het uitwerken van een volledig bedrijfsplan te komen, moet nu toch wel het bouwplan definitief vastgesteld worden. Wanneer dit gebeurd is, zodit niet reeds grotendeels gebeurd is, kunnen kunstmest, zaaizaad, onkruidbestrijdingsmiddelen, enz. besteld worden. Het samenstellen van een bouwplan is geen een voudige zaak. Men wil immers een zo hoog mogelijk rendement hebben in het komende jaar, waarbij de kg-opbrengst en de prijs per kg een zeer grote rol spelen. Deze twee factoren zijn echter van te voren niet te overzien. By velen zal bij het opstellen van het bouwplan de gedachte in de eerste plaats uitgaan naar aard appelen en uien. Gezien de huidige prijzen zijn deze gewassen wel zeer aantrekkelijk. Wanneer men alleen de kilogram-opbrengsten en de prijzen van de kor- relmais, de kontraktteelt van stamslabonen en con- servenerwten bekijkt dan zou men deze laatste drie gewassen zeker niet in het bouwplan opnemen. Een normaal bouwplan dat rust op bepaalde pei lers zoals £.v. aardappelen, suikerbieten en tarwe met enkele aanvullende gewassen, kan rust brengen op een bedrijf. De arbeidsbehoefte kan voor het gehele jaar berekend worden, terwijl de mechanisatie aan geen grote schommelingen onderhevig is. Wat de teelt van speculatieve gewassen betreft, moet ge waarschuwd worden tegen een te grote oppervlakte in het bouwplan. Het achter de markt aanzaaien heeft al dikwijls tot teleurstellende resultaten ge leid. Met het samenstellen van het bouwplan moet men ook rekening houden met een gezonde vrucht wisseling. Wanneer men geen rekening houdt met een gezonde vruchtwisseling zal men mettertijd de gevolgen daarvan ondervinden. BEMESTING De stikstofbemesting op graszaad dient omstreeks half februari te worden gegeven. Volgens proeven blijkt dit het beste tijdstip te zijn. De toestand van bemesting met stikstof, of spuiten met C.C.C. Beide mogelijkheden laten dan ook wat meer ruimte wat betreft de hoogte van de vroege voorjaarsgift. Bij het vaststellen van de juiste N-gift speelt ook de voorraad die door de grond kan worden geleverd een belangrijke rol. Hierover werdt elk voorjaar eind februari) een advies gegeven. Het is goed hiermee rekening te houden. In de praktijk doet men dit nog te weinig. KOOLZAAD Koolzaad vraagt 50 kg N/ha meer dan wintertar we. Zodra het gewas in 't voorjaar weer gaat groeien, tapur speciaal in 23 kg/ha, een middel dat het ge was flink kan remmen en niet geschikt is voor grond met minder dan 30 afslibbaar. Een tweede middel is Gesaran 2088 dat in 2 kg/ha ook toegepast kan worden op lichtere grond. Op grond boven 40 af slibbaar en op humusrijke grond valt de werking van Gesaran op duist tegen. Voor beide middelen geldt dat de minste schade optreedt aan het gewas als de tarwe 46 blaadjes heeft en dat de duist nog klein moet zijn, liefst in het kiemplantstadium. Veiliger voor het gewas dan Eptapur Speciaal en beter op de duist dan Gesaran 2088 is het vrij nieuwe middel Dosanex daH echter niet gebruikt mag worden in de rassen Lely, Manella en Norda. De rassen Caribo, Oyrano en Cebeco-148 en ook Felix verdragen dit

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1973 | | pagina 12