VAN DER HAVE
voor
graszaadteelt
tel. 01102-1441'
Schouwen-Duiveland start met vloeibare kunstmestverwerking
Bietenproblemen!
KAPELLE-tel. 01102-1441
Rassenbericht suikerbieten van het IVRO - Wageningen
S-s
53 0}
0)
ia
S
1
KORTE WENKEN
7
We hébben het in WEST 21EEUWSCH-VLAANDE
REN in deze maand erg druk met vergaderfoezoek.
Zo waren we o.a. op een vergadering van de Suiker
Unie te Oostburg aanwezig, waar ongeveer 250 boe
ren de moeite hadden genomen deze bij te wonen.
Aan de hand van cijfers werd aangetoond dat in ons
gewest in het afgelopen jaar het aandeel van de erfe
lijk één-kiemige rassen reeds 95 bedroeg, n.l. Mo-
nohill en Solorave. Voor 1973 wordt dit percentage
nog hoger verwacht. Het zaaizaad dat tegen bodem
schimmels ontsmet afgeleverd wordt, zal voortaan
een grijze kleur hebben omdat geen ontsmetting met
kwikbevattende middelen weer mag worden toege
past.
De kg-opbrengst was in 1972 laag, n.l. 43 ton, tegen
53 ton in 1971. Een verschil van 10 ton per ha, ter
wijl ook het suikergehalte lager was, n.l. '16 tegen
16,85 in 1971! Al met al dus een flinke aanslag op
het goede bietensaldo van 1971.
De oogst van de bieten geschiedt bij ons reeds
voor 70—75 met het 6-rijige oogstsysteem, 5 met
2-rijige rooiers en nog slechts 20'% met 1-rijige
rooiers.
Het eigen vervoer naar de haven in SBreskens is
De eerste drie weken van het nieuwe jaar zijn al
weer verstreken en het weer is ook op SCHOUWEN-
DUIVELAND tot nu toe niet bepaald ongunstig ge
weest voor buitenwerkzaamheden. Geen vorst van be
tekenis en weinig neerslag, zodat ook de laatsten
klaar konden komen met het ploegen (lichte grond).
Verder kon men ook de nodige aandacht schenken
aan het schoonmaken van sloten en drains. De zorg
voor een goede ontwatering is één van de belang
rijkste onderdelen van de bedrijfsvoering. Dit wordt
maar al te vaak vergeten. Goed onderhoud is voor
de werking van een drainagesysteem uitermate be
langrijk. Door een onvoldoende ontwatering kunnen
struktuurverval, piasvorming, bewerkingsmoeilijkhe
den en oogstdepressies optreden. Het is van groot
belang dat de drainage goed blijft funktioneren.
Aan de hand van de rassenberichten hebben we een
keuze kunnen doen voor het komende seizoen. Vele
faktoren spelen hierbij een rol, maar een ieder moet
beslissen naar zijn eigen omstandigheden. T.a.v. de
te verbouwen gewassen kan wel gesteld worden, dat
gunstige prijzen van invloed zullen zijn, dit geldt
vooral t.a.v. de aardappelen en uien.
Op de gehouden vergadering van de snijmaiskern
bleek duidelijk dat de teelt van snijmais zich behoor
lijk zal uitbreiden. De korrelmaisteelt zal wel in
krimpen! Toch hebben zich reeds nieuwe korrelmais-
telers aangemeld!
Er komt dit jaar op Schouwen-Duiveland een nieu
we (voor hier althans) verwerking van kunstmest,
n.l. toediening van vloeibare meststoffen (N en N
P). Er zijn reeds een aantal (drie) nieuwe hiervoor
-i
geschikte spuitmachines aangekocht (27 m. spuit-
breedte). Er zijn reeds vele positieve reacties. Op de
organisatorische, technische en economische facetten
komen we nog wel in deze rubriek terug. Het initia
tief is toe te juichen en geeft de mogelijkheid tot on
derzoek op breder terrein.
De prijsontwikkeling voor enkele gewassen stemt
tot tevredenheid en is mede de oorzaak van een
vriendelijker beeld, hoewel in wezen de struktuur
niet veranderd is. Laat dit niet aan u voorbijgaan!
definitief opgeheven. Eigen vervoer naar de fabriek
in Sas van Gent blijft mogelijk, maar is economisch
alleen verantwoord indien grote eenheden tegelijk
worden meegenomen. Resumerend kan gezegd worden
dat er in de Zeeuwsvlaamse bietenteelt nog veel
problemen liggen. Het is daarom dat het overkoepe
lend orgaan van de studieclubs, n.l. de Stichting ter
bevordering van het landbouwkundig onderzoek in
samenwerking met de beide suikerfabrieken te Sas
van Gent discussiebijeenkomsten hebben georgani
seerd in vier plaatsen in het gebied op 25 en 26 jan.
1973 met als titel: „Discussie rondom de opbrengst en
kwaliteit van suikerbieten." Dit lijkt ons een goed
initiatief en hopen dat de opkomst en de kwaliteit
van de discussie positief zullen uitvallen.
Rassen in beproeving. Erfelijk-éénkiemig
Hoge cijfers betekenen vroege
grondbedekking; grote resisten
tie tegen schieten; goede rooi-
baarheid; weinig boven de grond
groeien; geringe vertakking;
goede sapzuiverheid, dus gerin
ge suikerverliezen. De waarde
ringscijfers zijn in het algemeen
gemiddelden van 1969 t/m 1972
oo
Geschiktheid
voor
Verhoudingsgetallen
1969 t/m 1972
Het Instituut voor Rassenonderzoek
van landbouwgewassen te Wageningen
geeft in bericht No, 466 bijzonderheden
over de rassenkeuze suikerbieten 1973.
Naast de gegevens die in die 48e Rassen-
lijst voor 1973 zijn opgenomen en waar
aan wij in ons rassennummer reeds het
e.e.a. ontleenden wordt in het I.V.R.O.-
bericht ook een overzicht gegeven van
de rassen die in onderzoek zijn, gerang
schikt naar datum van aanmelding. Dit
overzicht is hiernaast overgenomen.
Kaweponda
Unimo (MK 692)
Monoplus (Zw. Mono Hybr. 304)
Monesse (Zw. Mono Hybr. 314)
Donor (Nomo)
Monika
Supramono (MK 703)
Marimono (DDS 4)
Kawepetra (KW-ME-30)
H 5607
Meeridemig
Tribei
a
mach
dnale
.V
•o
4>
0) 4)
oogst
00
"53
•P
C O
c
y
la
Wortel
opbrengst
Suiker-
opbrengst
Kweker
M
0)
M C
*3
a> 00
zware
grond
lichte
grond
O
O
A
Cl,
4)
'3
N
a
S
C/3
Loof-
opbreng
Suiker
gehalte
Klein wanzl.
7,5
7,0
6,0
7,0
7,5
6,0
7,0
97,8
96,4
101,7
98,1
Kuhn Co
7,5
4,0
6,0
5,5
5,0
6,5
8,5
98,1
99,1
102,0
101,1
Zwaanesse
7,5
5,5
5,0
5,0
5,0
5,5
7,5
89,1
98,2
101,8
100,0
id.
8,0
4,5
5,0
5,0
4,5
6,0
4,5
95,5
106,7
97,1
103,6
H. Suikerb. Sel. Mij.
7,0
7,5
6,0
7,0
6,0
5,5
7,5
93,2
103,9
101,8
105,7
H, Zweedse Z. Mij.
7,0
8,0
6,5
7,0
8,0
4,5
8,5
99,7
97,2
106,7
103,7
Kuhn Co
7,5
4,0
4,5
5,0
5,0
5,0
6,0
93,9
97,0
99,3
96,4
Danske SA.
7,5
7,5
7,0
7,0
5,5
6,0
8,5
106,3
99,6
101,6
101,2
Klein wanzl.
6,5
5,0
5,0
6,0
8,0
5,5
7,0
91,9
96,0
100,2
96,1
v. d. Have
7,5
8,5
5,5
7,0
7,0
6,5
7,0
102,8
105,0
99,9
104,8
Belg. Mij. v. Suikb. 2. 7,5 8,0 7,0 6,0 6,5 6,5 7,0 104,3 102,9 100,0 102,9
CJL.R. - Zevenbergen
AKKERBOUW
VEEL BOEREN HEBBEN een fiskale boekhouding
maar doen het verslag zelden of nooit open. Toch hunt
U hieruit veel leren wat van belang is voor het be
drijf. Let bij het inzien op de kosten en opbrengsten
de afschrijvingen en het privé-verbruïk vergeleken
bij de bedrijfswinst. Kunt U er niet goed wijs uit, laat
dan Uw boekhouder de cijfers van de laatste jaren
eens op de rijtje zetten en nader toelichten.
EEN GOED BOUWPLAN opstellen is geen gemak
kelijk werk. Wanneer er één perceel overschiet is men
al gauw geneigd dit maar te verhuren. De ontvangsten
zijn dan bekend, het vraagt geen arbeid en geeft geen
risiko. Te vaak wordt verhuurd voor een lager be
drag dan het saldo van granen. De bruto-opbrengst
van granen, korrel plus stro is ongeveer 2.000,Na
aftrek van de direkte kosten is het saldo ongeveer
1.300,tot 1.400,per ha. Houdt hiermee reke
ning als U wilt verhuren.
NAARMATE DE KOSTEN stijgen is het voor meer
bedrijven moeilijker een goed inkomen te halen, dat
enigszins vergelijkbaar is met het inkomen in andere
bedrijfstakhen. Het wordt voor U steeds noodzake
lijker te zorgen voor een juiste verhouding tussen ar-
beid-mechanisatie en bouwplanIs Uw inkomen reeds
te laag dan is het nodig Uw bedrijfsplan nader te be
kijken. Dit kunt U samen doen met Uw bedrijfsvoor-
lichter. Benut ook Uw tijd in een slappe periode op
timaal.
DE PRAKTIJK HEEFT bewezen dat ook op de
zwaardere kleigronden, die soms erg ongelijk en
„open" zijn geploegd een goed zaaibed. gemaakt kan
worden. Bewerk deze grofliggende percelen in de
winter daarom met een grofwerkende cultivator of
egge, wat na een nachtvorst uitstekend gaat. Maak het
land ook weer niet te fijn anders werkt U het dicht-
slempen bij regenval in de hand.
SOMMIGE BOEREN overwegen in januari nog win
tertarwe te zaaien, omdat zij tot nu toe weinig of geen
kans kregen. Soms is het zaaizaad reeds ontsmet aan
wezig. Voor januari zaai komen in aanmerking de ras1-
sen Norda, Cama, Cyrano en Joss Cambier. Bedenk
bij Uw beslissing dat vroeggezaaide zomertarwe on
geveer evenveel opbrengt als na 20 januari uitgezaai
de wintertarwe.
VEEHOUDERIJ
MEN HOORT WEER KLACHTEN over speenibe-
trappen bij de koeien. De oorzaak is dikwijls dat de
hangketting te strak if gespannen. Door de hangket-
ting slap te bevestigen kunnen de koeien veel gemak
kelijker opstaan waardoor de kans op speenbetrap-
ping sterk afneemt. Door het gebruik van een koe
trainer wordt de stand praktisch niet bevuild.
OP VEEL BEDRIJVEN wordt na het uithalen van
kuilvoer de kuil niet terug afgedekt. Regen en wind
hebben dan vrij spel in het voer. Dit moet men voor
komen daar de kwaliteit van het kuilvoer hierdoor
sterk kan achteruitgaan. Het isl een kleine moeite
doch een kwestie van doen.
OP HEEL WAT BEDRIJVEN worden de kalveren
in de zomer aangetast door longworm. Dit is te voor
komen door de kalveren voorbehoedend te laten be
handelen door de dierenarts. De kalveren moeten min
stens 6 weken oud zijn en na 4 weken moet een twee
de behandeling worden uitgevoerd. Hierna moeten
ze nog minstens 2 weken op stal blijven. Begin er tij
dig mee anders kunnen ze pa$ laat naar buiten.