Paarden in de
winter
33
1JR was een tijd, waarin het paard juist in de barre
winters, de min of meer tot werkloosheid ge
doemde mens wat afwisseling bood. Men leze er het
■boek van Herman de Man „De barre winter van 90"
maar eens op na. Meesterlijk heeft hij beschreven de
onvoorstelbare ellende van duizenden loontrekkers,
die tot werkloosheid gedoemd waren, afhankelijk
werden van de weldadigheid en niet wisten wat de
dag van morgen hun zou brengen. Vooral wanneer
ziekte het gezin had getroffen was de ellende niet te
overzien. Maar ook vele anderen, hoewel minder ge
troffen door de armoede, werden geestelijk door de
strenge en vooral aanhoudende bijna uitzichtloze
koude getroffen. Een bepaald fatalisme kwam over
de mensheid in zulke barre lange en strenge winters.
Dan deed de mare de ronde, dat er een harddraverij
op het ijs gehouden zou worden, meestal gepaard aan
een soort kermis en rijk en arm trok er op uit om de
zorgen van alledag even te vergeten en het driftige
harddraven van Meppers voor de schone arren en
fraaie sleden te gaan zien.
Van Zeggelen, een populaire dichter uit de 19e
eeuw, schreef in dichtvorm over een harddraverij ge
houden op de toegevroren Maas in 18Ö5. Het gebeur
de in februari van dat jaar toen de Maas Voor Rot
terdam geheel dicht lag en paardengerij van oever
naar oever overstak alsof het de gewoonste zaak ter
wereld was. Er Werd kermis gehouden op het ijs,
want velen hadden toch niets te doen en een kennis-
middagje kostte toen nog niet zoveel als tegenwoor
dig. Enkele weken later was het gevolg van die
strenge winter een zware watersnood in de westelij
ke provinciën welke tal van mensenlevens eiste.
VAN ZEGGELEN had er, toen hij de draverij op de
Maas bijwoonde, echter nog weet van. Hij ver
heugde zich, zoals zovelen met hem, over de snelle
dravers:
Goed gescherpt en mild gevoederd
Trots op luim en 'bellenkleed
Staan de viervoet-kampioenen
Tot de spelevaart gereed.
Luis'trend naar de stem des meesters,
't Oor gespitst of krom genekt,
Spellen ze allen moed en strijdlust,
Door de proefrit opgewerkt
Met de teugel nauw bedwongen,
Meet de voorhoef reeds de grond,
En het neusgat blaast de schuimvlok
Als een and're sneeuwjacht rond.
't Is of ze ongeduldig vragen:
Geeft het sein tot ons vertrek.
Op de typisch 19e-eeuwse manier van zeggen ver
haalt de dichter dan het verloop van de draverij. Ze
ker zal een hedendaagse rijmelaar het anders doen.
Misschien zelfs „experimenteel", zodat het door geen
normaal mens begrepen kan worden.
MAAR wat gelukkig nog niet veranderd is, dat is
de liefde voor het ijsvermaak. Ook het vermaak
met slede-en-paard. Dat werd bewezen in de nog niet
lang achter ons liggende strenge winters, toen aller-
wege de arren en sleden weer opgeknapt werden en
klaar werden gemaakt om door paard of pony te wor
den getrokken. Verschillende clubs werden toen zelfs
opgericht en ze bestaan nóg in de hoop, dat er weer
eens wat langer dan enkele dagen goed pakkende
sneeuw op de binnenwegen zal liggen en dat de bin
nenwateren ook zo bevroren zullen zijn dat zij paard
en voertuig zullen kunnen dragen.
Weliswaar zal er niet zoveel meer ge-ard worden
als voorheen omdat er ten eerste minder paarden
zijn, maar vooral omdat de moderne verkeerswegen
en hun onderhoud het arren erop doodeenvoudig on
mogelijk maken. Op de binnenwegen zal het hier en
daar echter wèl kunnen en helemaal is men geholpen
wanneer men niets met de wegen te maken heeft en
zijn route over het ijs kan zoeken.
Dan zal men overal weer de arre-bellen horen klin
ken, de pluimen zullen wapperen in de vrieskoude en
de paarden zullen snuiven dat hun adem als een
een stoompluim voor hen uit gaat.
Allerwege zal men vrolijke, frisse gezichten zien,
want tegenwoordig is dank zij de sociale voor
zieningen de ergste armoede en ellende overwon
nen. Men behoeft niet meer als voorheen met angst
en beven de winter tegemoet te zien.
WORDT er vooral in het noorden van ons land ge-
ard en sledegevaren, elders zal men de ruiter
sportliefhebbers er te paard of te pony op uit zien
trekken. Want als men de dieren op scherp zet of
Wanneer men ze de ijzers afneemt zal het rijden in
de sneeuw of zelfs op het ijs nog wel mogelijk zijn.
Mèt ijzers zal men maatregelen tegen het ballen van
de sneeuw moeten nemen (opvullen met werk, in
smeren met groene zeep of sneeuwplaatjes onder
slaan).
Zij, die er niet op uit gaan, zullen toch de nodige
aandacht schenken aan hun in de weide lopende die
ren. Ze kunnen best tegen de koude indien men ze
hun natuurlijke vacht heeft laten behouden, maar ze
kunnen niet tegen een vochtige bodem. Dan maar
liever op stal dan in een laag gelegen nat weiland.
In een open schuilplaats welke niet tocht kunnen ze
dekking zoeken tegen de regen en daar kunnen ze
ook bijgevoerd worden, want al weten de dieren wel
eens wat onder de sneeuw te vinden, van veel waar
de is het natuurlijk niet meer.
En dan moeten allen, die er bij winterdag wanneer
het dus koud is op uit trekken, naar rijles of voor
een wandelrit, er aan denken, dat zij de dieren geen
ijskoude bitten in de mond leggen.
SLOB
DE KEURINGEN VAN
DE SAMENWERKENDE BONDEN
VAN ZEEUWSCHE PAARDEFOKKERS
OP DE GROTE MARKT TE GOES
OP 24 NOVEMBER J.L
WE kampten met trage opgaven en nadien nog met
toch wel in doorsnee onnodige thuisblijvers, ter
wijl we dit juist nu niet kunnen hebben! Mede hier
door en ook nog door andere omstandigheden bleven
een stuk of vier, vijf kanshebbers voor het kampioen
schap weg. Of hadden we een teveel aan keuringen
dit jaar? Kamperland, overal Streekfokdagen, Den
Bosch en nu Goes weer. Deze zaak zal toch eens gron
dig bekeken moeten worden, want zo kan het ook
niet langer!
Grove onregelmatigheden in de beoordeling bleven
gelukkig uit, want ook deze stimuleren de deelname
niet. Evengoed was de jury het er over eens, dat er
toch nog veel goeds was te zien met name waren de
veulens positief beter en bleken de 18-maanders goed
meegegroeid. Er werden bijna uitsluitend eerste prij
zen toegekend.
Merrieveulens hl. m.: 1 Rudolfina door Gamin van
Schoonebeek van Gebr. De Buck, typisch en diep en
evenals alle anderen goed tot best bloed van moe
derszijde en dat is ook veel waard. De eerste prijzen
in midden en grote maat waren resp. voor N. N. van
Moerkapelle en Petra van de Hoek (eerste veulen)
allebei door Bart en A. L. C. Brooijmans, veulens
met toekomst.
De hengstveulens waren niet talrijk maar wel goed.
Gr. m.: 1 Gamin v. d. Goedepolder door Gamin v. Gebr.
De Buck v.n. uit de toch wel heel goed fokkende Jen
nie (Dekker). Beste veulens in de hl. m. n. .1: IA Bart
v. d. Rinkepas door Bart v. Bfooijmans en Felix uit de
Linde door Jim v. d. Ouden Bos van Gebr. De Buck,
beiden veelbevolend.
18 mnd. hl. m. 1 Cora de Vlisseghem door Chris
v. d. Ouden Bos, import van A. D. Schier, Kapelle, ook
in België steeds hoog bekroond, beste van ras en nog
groen, gemakkelijk op kop. Gr. m.: IA Carla v. Blejj-
endaal beproefde combinatie van Bart met Corrie v.
d. Bulckstraat v. Brooijmans v. n. Kampioens fel
paard. Ook 1B viel goed mee n.l. Elvina v. d. Linge
laat zich steeds beter zien. Ze is door Maurits van
Geurtse uit de uitstekende Orpha van de Gebr. De
Buck.
Er was ook een uit het goede hout gesneden een
jarige hengst n.l. Cesar door Bart van Bovée en
Brooijmans, die zijn weg wel zal vinden, rondom
goed en vlot over de baan.
Dihhe soortige merries in de hl. m. 30 maanders.: IA
Hilda v. h. Dorp door Favooi van Simonse te Heinkens-
zand en Son ja v. h. Hoekske door Nico van Faira van
Suij en Schrier, leuke paarden en van best bloed.
G,. m.: IA Beatrix van Malland door Bart v. Brooij
mans echte Bart dochter, gebeend en robuust en weer
uit Corrie evenals de eerste prijs gr. maat 3%-jarige
Margriet van Malland, zeer succesvol overal vooral
best been werk en puik showend jeugdkampioene.
Winn. hl. maat.: 1 Bea van Steenzwaan v. A. N.
Steendijk te Nieuwerkerk, buitengewoon kortgebeend,
grof en massaal, was eerder IB in Den Bosch.
4Vi tot en met 8/2 jaar hl. maat: IA Nellie van het
Dorp van Simonse v. n. en later Kampioene '72 hand
haaft zich best in de voorste gelederen, zeer compact
soortig en grof onderwerk. IB van dezelfde Jennie v.
Baron van Axel, fijner nog van ras bovenop maar van
onder de mindere. Gr. m.: IA Wilma van Steenzwaan
van Steendijk v.n. stond er toch wel prima voor, enorm
paard door Carlo van 't Broek.
9l/z jaar en ouder hl. m.: IA Silvia v. d. Waardjes-
weg (Simonse) in werkpak en nu veel beter gaand
en ook chipuer dan wanneer ze soms te zwaar was. 1B
Connie van Cromstrijen van St. M. v. d. Velde te
Zonnemaire, echt kleine maat, met felle voorbenen en
vlot maar in de achterhand nog al afwijkend wat haar
de kopplaats kostte.
G. maat.: IA Rosalie, later ook reserve-kampioene
van Gideonse te St. Laurens en nog altijd een mooie
verschijning, al stond ze wel eens beter. Ook halfzus-
tr Simone van Tervaten van S. de Visser te Ritthem
stond er best voor en hadden we die op 1B verwacht.
M.m. ajst.: IA Ingrid van Doolman v. Simonse met
de kampioene 1972 en Hilda van het Dorp ook al IA in
haar klasse. Mooi en vooral uniform stel. IB Rosalie
met de Super Kampioene Jacquelien en een zeker goed
veulen. Eigenlijk zijn zulke groepjes moeilijk te ver
gelijken.
KI. m. afst. Bart van Wijngaarden liet een prima
suite jeugd zien, belovend voor de toekomst. Stalgroep
(jong) Brooijmans met Bart ën de Gebr. De Buck
met overwegend Gamins beste groepen. Jammer dat
voor Zeeland verloren ging door verkoop naar Wouters
en Pelkmans te Gilze, Gamin van Schoonebeek, reser
ve-kampioen Nederland van dit jaar. Gelukkig hebben
we nog een jaargang veulens van hem tegoed.
Stalgroepen oud: IA Gideonse Jacquelien moet de
doorslag hebben gegeven want 't hoefde niet zo direct.
Simonse stond bij velen op winst met zijn Bosse „Vier
span". Met een zeer goed stel kreeg Gideonse zeer
verdiend een, eerste prijs met zijn groep eigengefokte
produkten, terwijl Jacquelien bovendien nog eens op
een been het Eere-kampioenschap haalde.
Alzo een gevarieerd programma en waar de regen
toch nog niet al te veel afbreuk aan kon doen, want
eenmaal binnen was het ook best gezellig!
„PAARDENVRIEND"