Iers rundvee en -vlees
voor het continent
Cehave N.V. geeft
korting aan
vaste afnemers
15
EXPORT VAN LEVENDE RUNDEREN
«Onlangs is het eerste transport mestvee, deel uit
makende van een contract van 13 miljoen, vanuit
de Ierse haven Waterford naar het continent ver
scheept met bestemming Italië. Dit mestvee wordt
geleverd door een bekende Ierse vee-exporteur. Het
eerste transport bestond uit 900 runderen, voor het
grootste gedeelte Friese en Shorthorn ossen. Het ge
wicht van de dieren lag tussen 480-660 kg. Het vee
zal op bedrijven in Noord-Italië worden af gemest.
Het contract heeft betrekking op 75.000 stuks vee, die
over een periode van twaalf maanden zullen worden
geleverd. Aldus meldt het Bureau Landbouwraad te
Londen in „Landbouwwereldnieuws" van 31 oktober
j.l. Volgens de Italiaanse importeur zullen de dieren
worden gemest op een mengsel van mais en gerst.
Gehoopt wordt een gewichttoename van ruim 1 kg
per dag te bereiken. Deze export van mestvee naar
het continent betekent dat er een einde komt aan het
monopolie dat Engeland tot nu had voor wat betreft
de import van Iers mestvee („store cattle"). De Ieren
verwachten dat dit een gunstige invloed zal hebben
op het prijsniveau. Naast het genoemd mestvee zijn
dit jaar ook reeds 60.000 stuks slachtrijp vee naar het
continent geëxporteerd, voornamelijk naar West-
Duitsland.
RUNDVLEESEXPORT ALS PROEFZENDING
Behalve met deze export van levend vee is men in
Ierland ook aktief bezig met voorbereidingen voor de
export van rundvlees. Na tien jaar onderzoek door
het „Agricultural Institute" heeft het Ministerie van
Landbouw nu het sein gegeven voor het op commer
ciële basis mesten van stieren, voorlopig op kleine
schaal. Van de experimentele produkties werden een
tweetal partijen stierenvlees als carcassen geëxpor
teerd naar Parijs, Amsterdam en Rotterdam.
De dieren waarvan dit vlees afkomstig was, wer
den grootgebracht in het „Animal Research Centre"
van het „Agricultural Institute" in Grange. De stie
ren waren twee jaar oud en ten dele van het Friese
ras, voor een ander deel kruisingen van Hereford en
Shorthorn.
Tegelijk met dit vlees afkomstig van stieren werd
een andere partij vlees meegezonden afkomstig van
ossen, die onder soortgelijke omstandigheden waren
gemest. Dit vlees werd als overvet aangemerkt in
tegenstelling met dat van de stieren, dat uitstekend
werd genoemd. De al te grote Vetheid van de ossen
schijnt onder meer te wijten te zijn aan de omstan
digheid dat het zeer goed doorvoede Hereford ossen
waren.
Het grote voordeel van de stieren wordt de grotere
groeisnellheid genoemd. Deze zou 814 sneller zijn
dan bij ossen, terwijl ze weinig meer voeder nodig
hebben. Het vlees van stieren zou bovendien gemid
deld 5 minder vet bevatten dan ossevlees. Het
mesten van stieren vraagt echter om specialisatie. Zo
is het bijv. noodzakelijk dat de afrasteringen bijzon
der goed zijn (bij voorkeur elektrisch) terwijl ook de
winterstallen goed ontworpen moeten zijn.
BIJZONDERHEDEN OVER HET MESTEN
VAN STIEREN
De manier van mesten wordt door Dr Hart van het
„Agricultural Institute" als volgt beschreven: De kal
veren worden in het voorjaar gekocht en vervolgens
in geschaard bij melkkoeien in een verhouding van
ca 6 kalveren per melkkoe. Aan het einde van het
weideseizoen (begin november) wegen ze ongeveer
200 kg. Daarna worden de kalveren enkele weken
bijgevoerd met meel. Vervolgens worden ze naar de
zgn. „Yard" gebracht, een soort open loopstal waar
de dieren meestal een eigen ligplaats hebben en vrij
wel zelfstandig hun voer bemachtigen.
In deze open loopstal worden de dieren hoofdzake
lijk op kuilvoer gemest tot de eerste week van april
van het volgend jaar, waarna ze weer op gras gaan.
Tegen die tijd bedraagt het gewicht rond 300 kg. Ge
durende het weideseizoen worden de dieren inge-
schaard in kleine met schrikdraad afgerasterde per
ceeltjes grasland. Begin november is het gewicht toe
genomen tot ruim 500 kg. In het hierop volgende win
terseizoen worden de stieren in de yard verder ge
mest op kuilvoer en 2 a 2,5 kg gerst per dag. In maart
van het daarop volgende jaar wordt het vee tenslotte
verkocht voor de slacht.
BEEF UNITS
Een mestsysteem dat in Ierland wordt toegepast is
de z.g. beef-unit, een bedrijf waar men in één win
terhalfjaar (1 november-begin mei) een aantal koei
en, die men in de herfst koopt, door een intensieve
voedering klaar maakt voor de slacht. Het uitgangs
materiaal bestaat veelal uit vee (meestal beperkt men
zich op één bedrijf tot koeien óf ossen) dat in de
voederwinter twee jaar wordt. De dieren zijn meestal
afkomstig van de arme westelijke heuvelachtige wei
landen (hill farms), doch ook wel uit de oostelijke
graafschappen. De dieren verkeren vaak in een niet
al te goede conditie. Na aankoop in september wor
den ze tot begin november geweid op de naweide
van de graslanden, waarvan het kuilvoer is gewon
nen. Vanaf 1 novembeir worden ze naar de unit ge
bracht en daar gevoed met kuilvoer en graan (veelal
gemalen gerst aangemaakt met water). De dieren
groeien gemiddeld 2 l'b per dag. Een deel van de run
deren (voornamelijk die met de beste uitgangscondi
tie) worden reeds na ongeveer twee maanden slacht
rijp, waarna zij worden verkocht en vervangen.
Dat deze rundveemesterij in de winter loont, vindt
zijn oorzaak in twee factoren. In de eerste plaats is
in de winter de vraag naar slachtdieren groot, ter
wijl deze vóór de winter meestal slap is. In de twee
de plaats echter maakt de regering in het voorjaar de
nieuwe garantieprijzen bekend en deze zijn altijd ho
ger dan die van het voorgaande jaar!
VRIJWEL ONVERANDERDE PRUZEN VOOR
SLACHTVEE
De in een aantal landen officiële feestdag van 1
november bleef niet zonder invloed op het markt-
gebeuren. In de afgelopen week bleven, behoudens in
Duitsland en Frankrijk, de berekende gemiddelde
marktprijzen gelijk aan voorgaande week. De gemid
delde E.EjG.-prijs werd gehandhaafd op het peil van
voorgaande week, wegens te klein verschil met die
week. Van maandag 6 november af zal de invoer in
de E.E.G. uit derde landen belast worden met de
halve douaneheffing, voorlopig tot 1 februari. Voor
levend vee is dat nu 8 en voor vlees 10 On
danks krantekoppen kan niet worden verwacht dat
dit tot een belangrijke prijsdaling kan leiden, ook al
had deze maatregel van Brussel de er niet toe bij
draagt bij de veehouders zoveel vertrouwen te wek
ken dat zij ernst zullen maken met de vleesproduk-
tie!
Uit Nederland gingen in de week tot 27 oktober
307 lévende slachtdieren naar de partnerlanden, in
hoofdzaak naar Italië. Er was een uitvoer van ca 400
ton en een invoer van 484 ton vers/gekoeld vlees,
inbegrepen 15 ton kalfsvlees, samen met 797 ton be
vroren vlees en 620 levende slachtdieren. Het prijs
verloop in de E.E.G. was gemiddeld ƒ333,56 (onver.);
gemiddelde importprijs derde landen ƒ276,17 (on
ver.); Nederland ƒ284,30 (onver.); België ƒ304,48
(onv.); Luxemburg ƒ330,63 (onv.); Duitsland 324,42
(323,83); Frankryk ƒ333,48 330,48); Italië ƒ385,07
(onv.).
KALVERPRJJZEN ONVERANDERD
Een niet onbelangrijke verlaging van de gemiddel
de prijs voor slachtkalveren in Duitsland leidde tot
een verlaging van de gemiddelde E.E.G. marktprijs.
De uitvoer van kalfsvlees uit Nederland blijft om
vangrijk met 2071 ton in de week tot 27 oktober toen
bovendien nog 470 levende kalveren naar de partner-
landen gingen. Er kwamen 1784 nuchtere kalveren
binnen, waarVan 1213 uit Duitsland; 168 uit Frank
rijk en 403 uit Engeland.
Overzicht prijsverloop: E.E.G. gemiddelde 500,45
(503,69); derde landenprijs ƒ403,44 (onv.); Nederland
468,37 (468,38); België ƒ452,39 (onv.); Luxemburg
ƒ490,87 (onv.); Duitsland ƒ516,59 528,40); Frank
rijk ƒ478,91 (onv.); Italië ƒ552,94 (onv.).
VARKEN S MARKT
De coöperaties en de inkoopcombinaties van de
verwerkende industrie hebben de uitbetalingsprijzen
voor de in de week tot 11 november over te nemen
varkens met 5 cent verlaagd. Voor de NCB-coöpera-
tie, de VAKO en de iHÏOVA is de uitgangsprijs
3,20 voor geslachte varkens van 75-90 kg, kl. I op
basis van af-mesterij. Voor varkens van de kl. E geldt
een toeslag van 5 cent per kg, voor de klassen H, II
en IV gelden kortingen van 15, 25 en 30 cent per kg.
Voorts wordt 2 cent per kg gekort voor gewichten
van 91 tot 100 kg. De prijzen van de Coveco liggen 4
cent hoger, doch men houdt daar een korting in van
1% voor dekking van kosten. In de week tot 27
oktober werden 15.501 levende en 37.365 geslachte
varkens naar de partnerlanden afgeleverd, waarvan
resp. 10.884 en 17.791 naar Duitsland; 3048 en 10.047
naar Italië; 822 en 9527 naar Frankrijk en 747 leven
de naar België.
In de week tot 29 oktober werden ca 201.000 var
kens geslacht, of wel ca 1000 meer dan voorgaande
week. Voorlopige cijfers voor de week tot 3 novem
ber geven een uitvoer aan van 56.574 varkens,
waarvan 20.550 levende varkens. De gemiddelde re-
ferentieprijs in de E.E.G. bedroeg in de week vanaf
16 oktober ƒ3,38 (onv.). In de lidstaten waren deze
prijzen de volgende: Nederland ƒ3,01 (2,97); België
ƒ3,18 (onv.); Luxemburg 3,'50 (3,52); Duitsland
ƒ337 (3,36); Frankrijk 3,27 (3,29); Italië 3,91 (3,96).
VEE EN VLEES IN DE E.E.G.
België. De varkensmarkt was afgelopen week licht
aflopend zij het dat in Tongeren en St Truiden de
markt prijshoudend was. De aanvoeren van varkens
uit Nederland en Engeland bleven bescheiden. De af
zet naar Frankrijk was wat moeilijker, die naar
Duitsland normaal en naar Italië iets toenemend.
De markt voor slachtvee was niet onvriendelijk. De
aanvoer was in Anderlecht zodanig dat de prijzen
zich behoorlijk konden handhaven. Niettemin bleef
toch nog een aantal dieren onverkocht.
Frankrijk. De varkensprijzen lijken zich te ver
beteren. Voor de bell-coupe ging de Parijse notering
met 2 punten omhoog tot fr. 5,10, terwijl hammen
met 10 punten omhoog gingen tot fr. 6,20. Ook de
interprofessionele notering steeg en wel met 3 pun
ten tot fr. 3,70 en fr. 3,40 voor de vette varkens. De
vraag heeft zich wat verbeterd, wat men mede toe
schrijft aan het weer.
In La Villette was de aanvoer van slachtvee ca een
kwart kleiner dan voorgaande week. De markt was
prijshoudend, voor enkele kwaliteiten licht oplopend.
Dat waren dan vooral koeien en vaarzen van mid
denkwaliteit. In de noteringen voor slachtvarkens
kwam, vergeleken met voorgaande week geen ver
andering.
Duitsland. Op de meeste marktplaatsen waren de
aanvoeren van slachtvee kleiner dan voorgaande
week. In NRW was de daling ongeveer 9 terwijl
in Beieren de daling nog sterker was, mede door de
r.k. feestdag van 1 november. De handel had een
langzaam tot traag verloop. De markt was licht af
lopend, zij het dat voor ossen en stieren korte aan
voer hier en daar tot licht aantrekken van de prijzen
voor deze categorie leidde. De gemiddelde marktprijs
was niet onbelangrijk lager dan voorgaande week.
De aanvoeren van slachtkalveren liepen op de
meeste marktplaatsen terug. In Keulen en Augsburg
nam de aanvoer af. Niettemin was de handel flauw
en veelal brokkelden de prijzen af. Ook de aanvoe
ren van varkens waren overwegend kleiner. Bij ma
tige handel handhaafden zich de bovenste prijzen van
de noteringen voor de klasse C, op de meeste plaat
sen. De prijzen waren in de verschillende deelstaten
nogal uiteenlopend.
£EHAVE N.V. te Veghel heeft besloten om de vaste
afnemers van haar CHV-mengvoeder een korting
te verlenen van 75 cent per 100 kg over de in het boek
jaar 1971/'72 afgenomen hoeveelheid. Daarnaast krijgen
zij, die in die periode méér dan 100 ton mengvoeder heb
ben gekocht, nog 'n extra korting. Onder vaste afnemers
verstaat de Ceveha N.V. diegenen, die alle mengvoeder,
die ze gebruiken, van haar betrekken.
Het vakblad „De Pluimveehouderij" nu vindt het een
bedenkelijke zaak, dat de prijskorting gekoppeld wordt
aan de afname in de toekomst, waarbij men, zo schrijft
dit blad, „een verklaring moet tekenen, dat men nog min
stens tot 1 januari 1974 afnemer zal moeten blijven". Van
de kant van de Ceveha N.V. echter is men er evenwel
van overtuigd, juist op deze wijze in het belang van de
boer te handelen. Het is, aldus het Veghelse bedrijf, ove
rigens niet zo, dat iedereen nu maar die verklaring moet
tekenen om voor een korting in aanmerking te kunnen
komen. Dat is alleen het geval, wanneer gegronde twijfel
bestaat over het voortbestaan van de binding van de
Cehave N.V. met een bepaalde klant. In de praktijk gaat
het daarbij om slechts enkele tientallen afnemers.
|y| en ziet deze maatregel in Veghel als een volkomen
logische en aanvaardbare zaak. De produktie-
planning bij dit grote mengvoederbedrijf loopt immers
zo'n zeven 5 acht maanden vooruit, terwijl in het kader
van het investeringsprogramma, rekening houdend met
de sterke ontwikkeling die de Cehave N.V. de laatste
10 jaar heeft meegemaakt, ook vaak jaren vooruit ge
dacht moet worden.
Elke afwijking van die planning beïnvloedt het finan
ciële resultaat. Het is dan ook vanzelfsprekend, zo vindt
men bij de Cehave N.V., dat diegenen die niet consequent
hun mengvoeder van de Cehave N.V. betrekken en daar
door dus een goede produktieplanning onmogelijk ma
ken, zelf voor de daaruit voortvloeiende kosten moeten
opkomen. En dat betekent in de praktijk het inhouden
van de korting. In het betreffende boekjaar ging het om
circa 23.000 klanten, die alles bij elkaar één en een kwart
miljoen ton mengvoeder (circa 460 miljoen gulden) af
namen Het grootste deel daarvan ging naar de varkens,
de rest werd ongeveer gelijkelijk gedistribueerd onder
de rundvee- en kippenstapel.