Hoofdbestuur en ledenraad vergaderden
officieel orgaan van de maatschappij tot bevordering van landbouw, tuinbouw en veeteelt in zeeland en noord-brabant
In dit nummer o.m.:
ZLM-lidmaatschap -
voordelige zaak!
Pagina 3
Problemen rond de
prijspolitiek Pagina 3
■fc Uit de praktijk
Pagina 5
Tuinbouw
Pagina 6
Produktschap Granen,
Zaden en Peulvruchten
Pagina 8
Moderne akkerbouw
bij grote gewaseenheden
Pagina 9
I.L.R.-onderzoek
leghennen- en
varkenshouderij
Pagina 10
Mk Rentabiliteit
gespecialiseerde
fruitteeltbedrijven
Pagina 14
Vee en vlees
Pagina 15
■fc Landbouwbegroting
1973 in
Tweede Kamer
Pagina 16
zlm
VRIJDAG 3 NOVEMBER 1972
60e Jaargang - No. 3155
land
en tuinbouwblad
In „De maand november op het zuid<-westelijk landbouwbedrijf" op -pagina 9 en 10 wordt ingegaan op de di
verse werkzaamheden die in deze drukke maand nog te wachten staan dan wei afgerond moeten worden. Ook
de veehouderijsector komt daarin uitvoerig aan bod. Een van de daarop betrekking hebbendé opmerkingen
is dat speciaal voor de grotere melkveebedrijven het centraal laten opfokken van kalveren per dier voorde
liger is.
BEVRIEZING LANDBOUWPRIJZEN ONAANVAARDBAAR
NA 15 NOVEMBER RENTESUBSIDIES AANVRAGEN
tN zijn openingswoord van de vergadering der
Ledenraad van de ZLM, gehouden op 30 okto
ber j.l. te Goes, waarschuwde voorzitter J. B. Becu
voor een al te groot optimisme nu, na een toch wel
vlot verlopen oogst, de prijzen van vooral de vrije
produkten aanzienlijk beter zijn dan vorig jaar. Zowel
in de akkerbouw ais in de fruitteelt is er evenwel
struktureel nog niets verbeterd; het zijn vooral de
tegenvallende opbrengsten, met name in de fruitteelt-
sektor, die aan de sterk gestegen prijzen ten grond
slag liggen. Volgend jaar kan de situatie evenwel
weer geheel anders liggen.
Het is dan ook zaak, aldus de heer Becu, dat de
georganiseerde landbouw met klem blijft aandringen
op verhoging van de prijzen der gegarandeerde pro
dukten. Terecht heeft het Landbouwschap gesteld dat
bij een loonstijging van gemiddeld 9 de landbouw
prijzen met 4 a 5 moeten stijgen. Nu het er naar
uitziet dat de lonen met tenminste 11 zullen stij
gen zal dit zeker 5 moeten zijn. Wij eisen van de
minister van landbouw dat hij zich bij de komende
onderhandelingen in Brussel volledig inzet om deze
prijsverhoging te bewerkstelligen en achten het on
aanvaardbaar dat de landbouwprijzen voor 1973/74
zouden worden bevroren, aldus voorzitter Becu.
Daarbij is het verheugend dat de gezamenlijke Euro
pese landbouworganisaties, verenigd in het COPA,
eveneens op een gemiddelde prijsverhoging van ca.
5 aandringen. Betreffende de door het parlement
reeds aangenomen en nog aan te nemen belasting
voorstellen, merkte de heer Becu op dat het nu wel
duidelijk is dat het lage BTW-tarief op 4 gehand
haafd blijft.
Voor de landbouw is dan ook, naast het overbren
gen der werktuigen naar het lage tarief, verdere com
pensatie noodzakelijk wil de landbouwregeling niet in
gevaar komen. De invoering van de belastingvrije
pensioenreserve voor zelfstandigen zal voor 1973 voor
de landbouw nog geen voordeel opleveren, aange
zien de zelfstandigenaftrek komt te vervallen. Wil deze
regeling enig soulaas bieden dan zal voor de vol
gende jaren het reserveringspercentage snel op het
toegestane maximum van 10% gebracht dienen te
worden.
E.E.G. IN PERIODE VAN AFWACHTEN
KAR. J. F. G. SCHLINGEMANN stelde in zijn over
zicht betreffende de ontwikkelingen binnen de
E.E.G. dat hier sprake is van een periode van afwach
ten totdat uitbreiding tot 9 leden een feit is en de
nieuwe commissie met haar werkzaamheden kan be
ginnen. Een nieuwe commissie met naar verwachting
zeer veel nieuwe gezichten, waarbij helaas een ver
tegenwoordiger van Noorwegen zal ontbreken. Moge
lijk had een wat soepeler houding van Ministerraad
en Europese Commissie ten aanzien van de Noorse
landbouw voor een gunstiger stemmingsuitslag kun
nen zorgen.
Wat de prijzen voor het seizoen 1973/74 betreft,
achte ook de heer Schlingemann het onaanvaardbaar
dat deze in het kader van de inflatiebestrijding be
vroren zouden worden, zoals van sommige zijden
wordt gesuggereerd. Overigens is het de vraag hoe
de Engelse en Deense regering tegenover prijsver
hoging zullen staan, nu dit de door hen in te halen
achterstand nog zou vergroten. Het is daarbij verheu
gend dat de landbouworganisaties in deze landen het
COPA-standpunt dat de prijzen met 5 6 om
hoog moeten, onderschrijven.
Wat de situatie op de wereld tarwe-markt betreft,
deelde de heer Schlingemann mede dat op de on
langs te Ottawa gehouden IFA-conferentie wel is ge
bleken dat de belangrijkste Amerikaanse landbouw
organisaties en waarschijnlijk met hen de Amerikaan
se regering, weinig voelen voor de wereldgraanover-
eenkomst. De hierover volgend jaar te voeren be
sprekingen lijken dan ook bij voorbaat tot mislukken
gedoemd.
(Zie verder pagina 3)
J
LANDBOUWBELANGEN IN „DE POEL" NIET AANTASTEN
TELEGRAM AAN MINISTER P. J. LARDINOIS
In het Hoofdbestuurs- en Ledenraadsvergaderingen der ZLM werd uitvoerig aandacht besteed aan de stand van
zaken bij de in uitvoering zijnde ruilverkaveling De PoelHeinkenszand. Aanleidng daartoe vormde een brief
van de afdeling 's-Heer AbtskerkeNisse der ZLM, waarin de verontrusting werd uitgesproken over de akties die
door diverse groeperingen worden gevoerd voor het aanbrengen van ingrijpende wijzigingen in betreffende ruil
verkavelingsplan. Wijzigingen die volkomen voorbij gaan aan de belangen van de landbouw in dit gebied
Hoofdbestuur en Ledenraad waren unaniem van mening dat het voor dit gebied van het grootste belang is
dat de ruilverkaveling volgens het stemmingsplan zal worden voltooid en besloten het volgende telegram aan de
Minister van Landbouw en Visserij, Ir. P. J. Lardinois té zenden.
Aan Zijne Excellentie de Minister van Landbouw en Visserij, Ir. P. J. Lardinois.
Leden raad en Hoofdbestuur van de Maatschappij tot bevordering van landbouw, tuinbouw en vee
teelt in Zeeland en Noord-Brabant (ZLM), op 30 oktober 1972 te Goes in vergadering bijeenspreken
hun grote verontrusting uit over de van verschillende zijden gevoerde akties tegen de in uitvoering
zijnde ruilverkaveling De PoelHeinkenszand.
Zij zijn van mening dat het bij de stemming van deze ruilverkaveling voorgelegde plan op de beste
wijze tegemoet komt aan de belangen van zowel landbouwkundige- als landschappelijke aard en achten
het onaanvaardbaar dat bij de uitvoering van deze ruilverkaveling landbouwbelangen verder worden
aangetast.
Met klem dringen Ledenraad en Hoofdbestuur der ZLM er derhalve bij Uwe Excellentie op aan te
bevorderen dat de Plaatselijke Commissie in staat wordt gesteld deze ruilverkaveling conform het stem
mingsrapport ex. art. 34 te doen uitvoeren.